Home » 2023 » maart (Pagina 4)

Maandelijkse archieven: maart 2023

Het honderdenachtste jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het honderdenachtste jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1991. In dit jaargang komt één telg uit het geslacht Van Meerten voor.

Jan van Meerten

Op bladzijde 14 wordt ene Jan van Meerten genoemd.1 Het gaat om Willem Willemz. Van Rumelaer die wordt beleend met het goed Rumelaer onder Maurik. De transcriptie luidt als volgt:

“Wij Jacob heer tol Gaesbeeck item hebben verlijdt Willam Zweders van Rumelaer wt dat goet tot Rumelaer tien oude (vrije?) scilde ‘t sjaers so ons die Zweder opgedragen heeft na inhout der brieven dair af gemaect dair over waeren als man Jan, die bastaert ons soen ende Jan van Meerten int jair ons heren 1446 25 dagen in april; Anno 1449 8 dagen in meye maecte Zweer van Rumelaer voorschr. mit mijne lanchen hant wt den voirschr. goede Meeus Jansz. ende Clemeinse sine wive 10 Rijnsche guldens sjaers lijfrente tot hoore beider live; mannen: Jan van Jutfaes ende Jan van Wijck; Anno 1450 proxima martij maecte Zweer voorschr. wt de voorschr. goede Wout Jansz., Lijsbete sine wive ende Rutger Jansz. tsamen 9 Rijnsche guldens sjaers erfrente te lossen binnen sess Jaren; mannen: Jan van Jutfaes ende Cornelis van Woerden.”

Hierbij staat voetnoot 25: “R.A. Utrecht, Bissch. Arch., inv. nr. 110-1, f. 39 (belening 1422) en 110-3. F. IX (belening 1453); Zie voor de beleningen van het geslacht Valkenaar met het goed Rumelaer (Amerongen) 1472-1643: J.C. Kort, Het archief van de familie Van Matenesse en van de heerlijkheid Matenesse 1251-1917, R.A. Zuid-Holland, inventarisreeks nr. 51 (’s Gravenhage, 1988), inv. nrs. 788-793.

Voetnoten

Het honderdenzesde jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het honderdenzesde jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1989. In dit jaargang komt één telg uit het geslacht Van Meerten voor.

Ernst van Abcoude van Meerten

Op bladzijde 381 wordt Ernst van Abcoude van Meerten nog kort genoemd.1 Het gaat om Gerardina van Wanroy. Zij was een dochter van Dirk van Wanroy Utenham en Maria Helmich van Welle, die te Utrecht Gereformeerd trouwden. Het bestaan van dochter Gerardina blijkt uit de uitvoerige stamtafel Van Utenham van de Utrechtse historicus A. van Drakenborch (1684-1748). Gerardina overleed te Vianen, maar werd te Utrecht begraven op 21 januari 1639. Met een Domoverluiding op 18 januari 1639). Zij trouwde in 1636 Gereformeerd met jonker Ernst van Acboude van Meerten. Met attestatie naar Tienhoven bij Ameide. Ernst was weduwnaar van Lucia van Reede en kapitein en drossaart van Vianen. Bij de vermelding van de stamtafel Van Utenham staat voetnoot 4: “Dossier Utenham, nr. 442, in het familiearchief Des Tombe in R.A. Utr. Het huwelijk van Ernst van Abcoude met Lucia van Reede werd te Utrecht gesloten 13 september 1616 (geref.) op att. Van Wijk bij Duurstede. Zij werd overluid op 13 oktober 1635.

Voetnoten

Het honderdenvijfde jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het honderdenvijfde jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1988. In dit jaargang komt één telg uit het geslacht Van Meerten voor.

Willem van Meerten

Op bladzijde 119 lezen we iets over een stuk land in de buurt van het Klooster te Wijk.1 Hier wordt Willem van Meerten genoemd als degene die aangrenzend land heeft. “Op 18 november 1544 vestigen Gelis Goessens en zijn vrouw Metthe nog een rente van één ‘goede Wijckxe mud weyts’ jaarlijks uit 4 en een halve morgen in de Leechmaet, strekkende van de Wijkersloot tot in de Oudewetering, belendend boven Clara Peter Jansz weduwe en beneden Willem van Meerten.

Voetnoten

Het honderdenvierde jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het honderdenvierde jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1987. In dit jaargang komt één telg uit het geslacht Van Meerten voor.

Albrecht van Meerten

Op bladzijde 179 lezen we iet over Albrecht van Meerten.1 Het gaat over één van de dochters van Jan van Blois, Katrien. Tussen februari 1374 en maart 1376 is zij mogelijk in Leeuwenhorst ingetreden. “We lezen dat heer Albrecht van Meerten, kanselier van Jan van Blois en cureit in Gouda, in dat jaar een mantel van konijnebont voor haar liet maken. Met Kerstmis 1375 kreeg zij een wit onder- en een bruin overkleed en in 1376/’77 een linnen uitzet. Zij had toen blijkbaar haar geloften afgelegd en het is normaal dat haar vader daarom haar linnenuitzet verzorgde. Maar wat te denken van de gift in 1377/’78, bestaande uit een ‘gestict bedde ende bedstede ende anders datter toe behoert’, die in Brugge gemaakt waren en met vracht erbij de lieve som van 11 pond 8 schelling koste (ongeveer het jaarloon van een werkman), omdat zuster Katrien van Blois niet op een veren bed kon slapen?” Hierbij staan de noten 39 tot en met 43. 39: RAZH, AGB, inv. r. 50, fol. 118 (4 februari 1374-2 maart 1376). 40: RAZH, AGB, inv. nr. 51, fol. 94 (2 maart 1376-19 februari 1377). 41: RAZH, AGB, inv. nr. 51. Fol. 78v. 42: “In Brugge bestond in de 14de eeuw een luxe-industrie voor bedden en dergelijke. De oudst bewaarde keur van het ambacht van de schrijnwerkers, die uit de tweede helft van de 14de eeuw dateert, vermeldt onder de produkten van dit ambacht onder meer ‘ghehauwene koetsen’, dus de bedsteden met misschien ook beeldsnijwerk. Zie hiervoor: A. van de Velde, De ambachten van de timmerlieden en schrijnwerkers te Brugge, Gent, 1909; A. Vandewalle e.a., De Brugge schoenmakers en timmerlieden. De ambachten en hun huizen, Brugge, 1985, culturele brochurenreeks van de Koninklijke Bibliotheek (in België).” 43: “RAZH, AGB, inv. nr. 105, fol. 75 (11 november 1377-11 november 1378): ‘…an en ghestict bedde ende bedstead ende ander(s) datter toebehoert, dat si te Brugge maaken dede ende mijns heren dochter de nonne ter Leede heeft op te legghen, omdat si op gheen vederbedde slapen en moet ende dattet coste van Schoenh(oven) ter Leede te brenghen XI Ib VIII sc.”

Voetnoten

Het honderdeneerste jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het honderdeneerste jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1984. In dit jaargang komen enkele telgen uit het geslacht Van Meerten voor.

Mechteld van Wassenaer Duvenvoirde

Van bladzijde 167 tot en met 170 worden de naaste verwanten van Johan (van Beieren) van Schagen weergegeven.1 In deze stamboom ook een telg uit het geslacht Van Meerten. Mechteld van Wassenaer Duvenvoirde is overleden in 1654. Mechteld is een dochter van Johan van Duvenvoirde en sinds 1600 ook van Wassenaer. Hij was heer van Duvenvoirde, voorschoten, Veur en Starrenburg en leefde van 1576-1645. Hij was in 1601 getrouwd met Maria van Voerst die in 1610 overleed. Daarna hertrouwde hij in 1612 met Clara de Hinojosa. Clara is overleden in 1631. Mechteld trouwde in 1629 met Johan Hinojosa, de broer van haar stiefmoeder. Toen deze overleed hertrouwde zij in 1639 met Peter Ernst van Abcoude van Meerten. Peter Ernst was geboren in 1619.

Willem van Meerten

Op bladzijde 482 wordt bij de beschrijving van Frans van Bockhorst melding gemaakt van Willem van Meerten.2 De tekst luidt: “1519, 21 febr., Reet bij Elst: Frans van Bockhorst blijft samen met Willem van Meerten borg voor het echtpaar Goirt Pannekoeck en diens vrouw Evert N. (met gaaf zegel).” Als voetnoot staat hierbij: “Alg. Ned. Fam. bl. 1902, blz. 325, en J.Th. de Raadt Sceaux-Armoiriés etc., deel I, 278a, ‘parti, au 1er un boc saillant contourné, au 2d une bande chargée de trois croisettes’, 1519, Huisarchief Waardenburg, inv.nr. 1980 (Rijksarchief in Gelderland).

Voetnoten

Het achtennegentigste jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het achtennegentigste jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1981. In dit jaargang komen enkele telgen uit het geslacht Van Meerten voor.

Beijer

Op bladzijde 22 tot en met 26 transcribeert L.J. Malherbe een handschrift uit de Universiteitsbibliotheek Utrecht.1 Dit handschrift is te vinden onder nummer 1828 sub 22 en bevat genealogische gegevens over de geslachten Beijer en Van Harn. Het handschrift is ‘voorzien van wapentekeningen met bijgeschreven kleuraanduiding, alsmede losse aantekeningen’. De tekst van het handschrift is gedeeltelijk Latijn en gedeeltelijk Nederlands en dateert volgens de auteur uit het einde van de 16e en begin van de 17e eeuw. “De vele vermeldingen van jaar én datum van overlijden maken aannemelijk dat de schrijvers beschikten over reeds eerder vastgelegde gegevens.” En verder: “De beide fragmenten worden hier weergegeven, aangevuld met enkele gegevens uit losse aantekeningen. Tekstverschillen zijn tussen haakjes geplaatst; de in de noten gegeven toelichting is ontleend aan het gemeentearchief Utrecht, tenzij anders is vermeld.” In dit handschrift komt ook een telg uit het geslacht Van Meerten voor.

Het begint al met de vermelding van het familiewapen. Op bladzijde 23 staat: “Van Meerten: in zwart een klimmende windhond van zilver.” Waarom Van Meerten? Dat wordt zo duidelijk! Het handschrift begint met Wemar Beijer. “Een ander fragment in dit dossier noemt in zijn plaats: Hans Beijer, ‘edelman geboren tot Robbart boven Colen’, tr. Helena van Wijck, te Utrecht gekomen met bisschop Frederik van Blanckenheijm, die tevoren bisschop van Staatsburg was.” Ze kregen ten minste één zoon: Henricus (Hendrick) Beijer. Hij trouwde met Gertrudis van Meerten. Hendrick overleed op 13 augustus 1473 en Gertrudis overleed op 3 november 1483 (of 1473). Ze liggen beiden begraven te Rhenen. Het echtpaar kreeg vijf kinderen:

  1. Reijnerus Beijer. Het is onbekend met wie hij trouwde, maar hij kreeg een dochter met de naam Adriana Beijer. Zij is anno 1496 getrouwd met Rodolphus.
  2. Wilhelmus Beijer. Hij is ca. 1444 geboren en is overleden in 1525 ‘aetatis suae 81’ en begraven te Utrecht. Hij was priester en kanunnik van St. Marie te Utrecht.
  3. Borro Beijer. Het is onbekend met wie hij trouwde, maar hij kreeg een zoon met de naam Henricus Beijer.
  4. Joannes Beijer. Hij is overleden op Michaelis 1497 (29 september 1499). Hij trouwde met Joanna Ingenulant. Zij is overleden op 26 september 1497 (26 sept. 1499). Ze liggen begraven te Rhenen.
  5. Margareta Beijer. Ook wel ‘mater Joanne’ genoemd. Zij is overleden op 5 oktober 1491.

Op bladzijde 219 wordt nog nagedacht wat er gedaan moet worden met éne Gerrit Beijer.2 Deze komt niet in de aangehaalde genealogie voor. Maar volgens mr. J. Belonje zou deze toegevoegd moeten worden aan de kinderen van het echtpaar hierboven genoemd. Dit is echter onmogelijk omdat er bijna tweehonderdjaar tussen de sterfdag van het echtpaar en de sterfdag van deze Gerrit ligt. “Ik trof namelijk deze bevestiging aan op een dubbele zerk van hardsteen (1 x 2 m.) in de St. Cunera kerk te Rhenen. Die steen was versierd met het wapen Beijer binnen een vierpas: de eenkoppige adelaar op een schild zonder meer. Hierboven was in gothisch letterschrift geplaatst de inscriptie: ‘Herick Beijer En Gertruijt / zijn wijff vir kinder. Onder het wapen volgde daar in Romeinse kapitalen DE ERFGENAMEN VAN GERRIT BEIJER / VAN RHENEN ANNO 1648/D. Wie met deze Gerrit Beijer bedoeld mag zijn blijkt in ieder geval niet uit de genealogie.

Bij het stukje op bladzijde 219 hoort ook nog voetnoot 5: “Ik trof deze zerk aan in september 1925 in het westelijke deel der kerk. Dit vervangt het bericht van Mr. P.C. Bloys van Treslong Prins in diens ‘Genealogische en Heraldische Gedenkwaardigheden in en uit de Kerken der Provincie Utrecht’, Utrecht 1919, bidz. 144 sub 17 en 18.3

Voetnoten

Het zevenennegentigste jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het zevenennegentigste jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1980. In dit jaargang komen enkele telgen uit het geslacht Van Meerten voor.

Jan van Abcoude van Meerten

Van bladzijde 149 tot en met 159 wordt door mr. D. Dunlop Ernst Taets van Amerongen en zijn gezin besproken.1 Dunlop gebruikt als basis voor de bespreking een akte van 13 mei 1406. Voetnoot 2 geeft de bron: R.A. Utrecht, Handschrift (hs) 358, I, fol. 118 en hs. 343, fol. 178. Ernst trouwde met Alyt van Oudaen. In 1360 treedt Ernst naar voren als leenman en getuige van Willem, heer van Abcoude. De bron hierbij is: R.A. Utrecht, Inv. Kap. Van St. Pieter, nr. 1, p. 138 vso. Hij is daarom betrokken bij allerlei rechtshandelingen van de familie Van Abcoude. Op de genoemde akte uit 1406 komt ook de dochter Hase voor. Zij is getrouwd met Jan van Meerten, bastaardzoon van Willem heer van Abcoude en Gaesbeeck én Johanna van Meerten. Deze Johanna is een dochter van Johan van Meerten en Johanna van Everdingen. Johan was ridder. Dunlop verwijst voor meer informatie naar het boek Wittert over de Ridderhofsteden. “Ik vermeld nog dat volgens het zgn. ‘Liber Armorum’ van Van Buchell in het huis van gemelde Jan van Meerten een glas met vier wapens hing, vertonend heraldisch rechts dat van Abcoude van Meerten boven, Van Meerten beneden, en links boven Taets en beneden Loenersloot.” Bij Van Buchell staat voetnoot 76: R.A. Utrecht, hs. 376, I. Over het geboortejaar van Ernst Taets en zijn dochter Hase valt niets met zekerheid te zeggen. “Aannemend dat Ernst Taets, de vader van het gezin, nog een jongeman was toen hij voor het eerst werd vermeld, zal hij geboren moeten zijn omstreeks 1330 tot 1335; voor de geboortejaren van zijn zoons en dochters komt men dan tot ongeveer 1360 tot 1370.” Ernst Taets is overleden rond 1411/1412. In 1411 gaf hij namelijk nog getuigenis, als plaatselijk deskundige omtrent de grensbepaling van proostdijgoederen te Maarsbergen. In 1412 wordt echter Gerrit, na de dood van zijn vader, beleend met 24 morgen land te Driebergerbroek.

Voetnoten

Het tweeënnegentigste jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het tweeënnegentigste jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1975. In dit jaargang komen enkele telgen uit het geslacht Van Meerten voor.

Van Culemborg

Van bladzijde 82 tot en met 115 bespreekt dr. A.W.E. Dek de adellijke geslachten Van Culemborg en Van Vianen.1 Hier komen ook enkele telgen uit het geslacht ‘Van Meerten’ in voor. Hieronder worden ze besproken.
Op bladzijde 94 wordt Beerte van Culemborg besproken. Zij is een dochter van Hubert bastaard van Culemborg, schepen, schout en richter van Culemborg. Hij overleed op 4 januari 1491. Het wordt niet duidelijk wie haar moeder was. Beerte overleed vóór 15 mei 1486. Ze trouwde met Ernst (Taets) van Meerten. Hij was de zoon van Jan bastaard van Abcoude van Meerten en Haese Taets en weduwnaar van Gerritje Grauwert. Beerte was beleend te Maurik op 30 september 1481. Ernst was heer van Broeckhuysen en schepen van Wijk bij Duurstede. Hij verwierf Broeckhuysen in 1466 en nogmaals beleend 28 mei 1497. Bij Beerte staat voetnoot 79. Hier staat: ‘Leenregister Gelre, Kwart. Nijmegen, pag. 343’.

Op bladzijde 99 wordt Margriet bastaarddochter van Culemborg besproken. Zij was een bastaarddochter van Gerrit II heer van Culemborg. Gerrit kocht in 1461 de heerlijkheid Lienden en overleed op 9 maart 1480. Omdat het gaat om een bastaarddochter wordt niet weergegeven wie de moeder van Margriet was. Margriet trouwt in 1495 (huwelijksvoorwaarden op 10 februari 1495) met Johan van Meerten. Johan was de zoon van Ernst van Meerten en Beerte van Culemborg (zie hierboven). Johan was maarschalk van het Oversticht. Bij Margriet staat voetnoot honderd. Daar staat: ‘Arch. Culemborg, inv. no. 1787, f. 68’.

Voetnoten

Het negentigste jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het negentigste jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1973. In dit jaargang komen enkele telgen uit het geslacht Van Meerten voor.

Spiering van Someren

W.A. Wijburg geeft aan dat aan zijn antwoord aan dhr. Van Lennep (jrg. 1957) de volgende gegevens toegevoegd kunnen worden aan het geslacht Spiering van Someren. Daarin komt ook een telg uit het geslacht ‘Van Meerten’ voor. Op bladzijde 21 komt Mechteld (of: Mechtelt) van Meerten twee keer voor.1 Ik citeer hieronder:

8/9 Willem Jans van Someren met zijn vrouw Catrijn compareert in een transportacte van 9 juli 1573 met zijn moeder Mechteld van Meerten (17), weduwe van Jan van Someren en met zijn broeder Jan van Someren (Booth H.S. 379, fol. 113 sub voce De Goyer, Zomeren, Rosant).

16/17. Jan van Zomeren, machtigt Mechtelt van Meerten (dus niet Meesters), Jan van Zoemeren, rentmeester van St. Servaes te Utrecht en Willem Hendricks en Aernt van Soemeren 20 april 1551 (recht. arch. Rhenen nr. 512-7).

Agnes van Meerten

Van bladzijde 41-44 beantwoordt W.A. Wijburg rond het geslacht ‘Van Domselaar’.2 Het gaat om Willemtje Gerrit Rijckendr. Zij overleed op 7 augustus 1676 te Utrecht. Haar man Maarten Pauwels van Eswiler hertrouwde met Agnes van Meerten op 6 februari 1677 met Agnes van Meerten (huwelijkse voorwaarden bij notaris C. van Door op 25 december 1676). Willemtje Gerrit was een dochter van Gerrit Rijcken, schoenmaker uit Utrecht die op 24 oktober 1636 aan de pest overleed. Gerrit trouwde op 29 augustus 1600 met Neeltje Willems Koevoet. Zij overleed op 14 november 1636. Haar broers waren Rijck (overleden vóór april 1636) en Jan (overleden te Utrecht op 29 december 1656).

Voetnoten

Het negenentachtigste jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het negenentachtigste jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1972. In dit jaargang komen enkele telgen uit het geslacht Van Meerten voor.

Vragen en antwoorden

Op bladzijde 198 vraagt B. Buitenrust Hettema uit Gaanderen informatie over het voorgeslacht van Maria van Ingen, die in 1791 te Ingen trouwde met Cornelis van Meerten, geboren te Ingen in 1769.1

Op bladzijde 200 vraagt dezelfde B. Buitenrust Hettema uit Gaanderen informatie over het voorgeslacht van Hendrik van Meerten, geboren rond 1730 en overleden te Ingen op 4 mei 1807, en zijn vrouw Adriana van den Peppel.2

Voetnoten