Repertorium op de lenen van de Hofstede Culemborg (2) Leen 43: 2 morgen in Zijderveld

Op de website van de Hollandse Genealogische Databank wordt het repertorium op de lenen van de Hofstede Culemborg van 1251 tot en met 1648 gedeeld. Het repertorium is samengesteld door dr. J.C. Kort. De lenen buiten Gelderland werden eerder gepubliceerd in het tijdschrift ‘Ons Voorgeslacht’ jaargang 42 (1987). Dit repertorium omvat meer dan honderd namen ‘Van Meerten’ en is daarom zeer nuttig voor het genealogisch onderzoek. Na een korte introductie over de heren van Culemborg wordt ingegaan op de lenen. Ieder leen bespreken we afzonderlijk in deze serie. Deze serie willen we uiteindelijk, als de Heere het geeft, als springplank gebruiken naar de originele bronnen (als die er nog zijn). Hieronder een beschrijving van Leen 43: 2 morgen in Zijderveld.1

Beschrijving

In leen 43 gaat het om ‘2 morgen van 4 morgen in Zijderveld gemeen met Gijsbert van Golberdingen Gijsbertsz.’. De andere helft van de vier morgen is dus in beheer van Gijsbert van Golberdingen. Hierboven een locatieoverzicht waarin dit leengoed in de omgeving wordt geplaatst. Het land boven is van ‘de heren van St. Pieter te Utrecht’. Het land beneden is in 1480 van ‘de erven Willem Pijl en het gasthuis van Culemborg’.

Vijftiende eeuw

De eerstgenoemde datum is 26 september 1452. Dan komt het leengoed bij Hubert van Culemborg, bastaard, in leen.2 Dat geldt ook voor 29 augustus 1480. Hubert wordt hier de ‘natuurlijke oom van de leenheer’ genoemd.3 Op 4 mei 1492 gaat het leengoed over naar Johan van Meerten, ‘bij dode van Hubert van Culemborg, bastaard’.4 Johan was de kleinzoon van Hubert, zoon van Ernst van Abcoude van Meerten en Bertha van Culemborg.5

Zestiende eeuw

Het wordt vernieuwd op 12 december 1505 en 18 september 1517.6 Op 10 januari 1520 wordt het leengoed door Jan van Meerten overgedragen aan mr. Jan Hackert.7 Op 27 maart 1537 krijgt De Poth het goed ten eigendom.8

Voetnoten

Grafzerk van Dirck van Meerten (?-1568) en Bertha van Eck van Panthaleon (?-1531)

Hieronder wordt de grafzerk van Dirck van Meerten (?-1568) en Bertha van Eck van Panthaleon (?-1531) weergegeven. Deze zerk is te vinden in de Hervormde Kerk van Ingen. De foto is met dank aan Joke Honders, van het Arend Datema Instituut.1 Naar deze zerk is al eerder verwezen in een artikel voor De Baron, maar de zerk is nog niet beschreven op deze website.2

Grafzerk van Dirck van Meerten (?-1568) en Bertha van Eck van Panthaleon (?-1531). Foto genomen door Joke Honders van ADI.

De zerk is, dankzij de inspannende werkzaamheden van ds. H.J. Schouten (1865-1936), goed bewaard gebleven.3 In het midden van de zerk zien we de familiewapens, inclusief helmtekens, van Van Meerten (links) en Van Eck (links). Deze zijn in kleur weergegeven in het ‘Album amicorum’ van Buchell.4 We herkennen de wapens resp. aan de klimmende hazewindhond en de schuine dwarsbalk. Op de helm van ‘Van Meerten’ zien we een zittende hazewindhond. Het graf is zoals gezegd van Derick (of: Dirck/Diederick) van Meerten (?-1568) en Berta (of: Bertha) van Eck van Panthaleon (?-1531).5 We zien links de kwartieren: Van Meerten en Van Eck. Rechts zien we de kwartieren: Van Eck en Van Meeckeren. Dat we links opnieuw Van Eck zien is geen vergissing. Dirck was een zoon van Dirck van Meerten en Cristina (of: Christina) van Eck van Panthaleon.6 Bertha was een dochter van Johan van Eck van Panthaleon en Aleid van Meeckeren.

Onderaan de grafsteen staat de volgende tekst:

“Ao Dni 1568 den 20 dach decembris starf Derick van Meerten.
Ao 1531 den 7 dach septembris starf joffer Berta va Eck syn huisvrow.“

Bijzonder dat deze steen, na iets minder dan 500 jaar nog steeds zo goed te zien is.7

Voetnoten

Repertorium op de lenen van de Hofstede Culemborg (1) Leen 21: Huize Essensteijn

Op de website van de Hollandse Genealogische Databank wordt het repertorium op de lenen van de Hofstede Culemborg van 1251 tot en met 1648 gedeeld. Het repertorium is samengesteld door dr. J.C. Kort. De lenen buiten Gelderland werden eerder gepubliceerd in het tijdschrift ‘Ons Voorgeslacht’ jaargang 42 (1987). Dit repertorium omvat meer dan honderd namen ‘Van Meerten’ en is daarom zeer nuttig voor het genealogisch onderzoek. Na een korte introductie over de heren van Culemborg wordt ingegaan op de lenen. Ieder leen bespreken we afzonderlijk in deze serie. Deze serie willen we uiteindelijk, als de Heere het geeft, als springplank gebruiken naar de originele bronnen (als die er nog zijn). Hieronder een beschrijving van Leen 21: huize Essensteijn.1

Beschrijving

In leen 21 gaat het om ‘huis en hofstede Essestein met erf’.2 In 1640 was het vier morgen groot. Tot het leengoed behoorden ook de uiterwaarden in de Lek naast de steeg (1452) en een boomgaard in Everdingen (1640). Hierboven een locatieoverzicht, waar het huis in de omgeving wordt geplaatst. Kort beschrijf dit als volgt: “Boven: Gerard van Helsdingen Jansz. (1503: Pieter Rudolfsz.; 1562: erven Willem Geerlofsz.; 1581: Anton Dirksz. Stamer; 1640: oost: Jan Reinersz. met 4 hont erfpacht), beneden: de steeg, genaamd Everdingse gemeente, (1640: west: de scheiding van Everdingen en Hagestein), (1640: noord: de dijk met de Haag, zuid: Dirk van Everdingen en Melchior van Culemborg Hubertsz. met een geertje, dat Jan Gozewijnsz. in erfpacht heeft), (1570: jaarlijks f 400.- Karolus waardig).” Het boomgaardje heeft Jan Gozewijnszoon in erfpacht van Melchior van Culemborg.

Vijftiende eeuw

Als eerste noemt dr. Kort Gijsbert, bastaard van Culemborg, als eigenaar van het stuk land (vanaf 5 januari 1417).3 Dit geldt opnieuw voor 26 juli 1423.4 Op een onbekende datum krijgt Jutte het goed in leen. Zij was gehuwd met Hubert van Essestein (of: Van Culemborg) de kleinzoon van Gijsbert van Culemborg, bastaard.5 Op 26 september 1452 staat de naam van Hubert van Culemborg, bastaard op de leen. Kort schrijft er bij: ‘eventueel te komen aan de leenheer’.6 Dit geldt ook voor 19 april 1481.7 Op 21 mei 1491 gaat dit leengoed over op Zweder van Essestein, zijn zoon ‘bij dode van Hubert van Culemborg, bastaard’.8

Zestiende eeuw

Het goed wordt op 16 oktober 1503 opgegeven als lijftocht van Margaretha. Zij was de vrouw van Zweder van Essestein, neef van de leenheer. Bij overlijden zou het leengoed komen op Jan van Abcoude van Meerten Ernstzoon. Deze Jan (of: Johan) was een zoon van Beerte (of: Bertha) van Culemborg, de zus van Zweder. Jan had ook twee broers: Frederik van Abcoude van Meerten en Cornelis van Abcoude van Meerten. Het zou ook kunnen komen op Lambert van Gellicum, zoon van Otto van Gellicum en Cornelia van Essestein, de zus van Zweder. Ernst van Abcoude van Meerten, de broer van Jan en ‘conventuaal van St. Katherijne te Utrecht’ krijgt dan één derde van 8 gouden Rijnsguldens. Dit laatste geldt ook voor Jutte9, dochter van Arnout van Zuilen en zus van Zweder van Essestein.10 Na het overlijden van Zweder van Essestein komt het leengoed inderdaad op 18 september 1517 in het bezit van Jan van Abcoude van Meerten Ernstzoon. Wel met lijftocht van Margaretha, de vrouw van Zweder.11

Het goed wordt op 23 juli 1523 belast door Jan voor Emond van Buchel met 20 gouden Rijnsguldens, ‘te lossen met f 325.-’.12 Het leengoed wordt op 24 oktober 1526 lijftocht voor Anna van Abcoude van Meerten, dochter van Jan van Abcoude van Meerten. Zij moet het ‘op 24 goudguldens, gemaakt door haar vader, (…) lossen 1:16’.13 Omdat Anna ‘zich onbetamelijk gedraagt’, herroept Jan deze lijftocht op 19 juli 1540.14 Hij belast op 15 juni 1535 opnieuw Emond van Buchel met 5 gouden Rijnsguldens en ‘te lossen met f 100.-’. Dit wordt op 18 mei 1541, ‘met de twee rentes’, overgedragen door Emond van Buchel, man van Jutte van Zuilen15, aan Frederik van Nijeveld.16

Wanneer Jan overlijdt komt het goed op 16 september 1543 in bezit van Anton van Abcoude van Meerten, zijn zoon.17 Dit wordt vernieuwd op 17 september 1556.18 Anton wordt hier ridder genoemd. Op 19 augustus 1562 belast hij de executeurs-testamentair van Elisabeth, gravin van Culemborg, met f 70.- en ‘te lossen met twee maal f 560.-’. Anton wordt hier genoemd de neef van de leenheer.19 Op 19 mei 1570 wordt het leengoed met behoud van lijftocht overgedragen aan Hendrik van Abcoude van Meerten, zijn zoon.20

Op 12 april 1581 komt het leengoed in bezit van Anna van Abcoude van Meerten, dochter van Hendrik, ‘bij dode van haar vader’.21 Op 1 juni 1583 wordt Otto Jansz. genoemd, namens Anna van Essestein.22 Op 3 april 1587 wordt Jan (Jansz.) van Malsen genoemd, namens Anna van Essestein. Anna was gehuwd met Willem van Gent van Rixtel, heer van Gent.23 Op een onbekende datum geldt dit voor Johan van Vladeracken, heer van Geffen. Anna wordt hier genoemd erfgename van Hildegonde van Alendorp. Dit vindt plaats bij overdracht door Laurens van Mereynen, curator van de boedel van vader Hendrik.24

Zeventiende eeuw

Hoe het goed uit het bezit van de ‘Van Meertens’ verdwijnt wordt niet duidelijk uit dit Repertorium. Op 5 oktober 1640 zien we ineens een andere naam: Johannes van der Meer. Hij krijgt het goed in bezit ‘bij dode van mr. Maarten van der Meer, advokaat bij het Hof van Utrecht, zijn vader’.25

Stamboom van Hubert van Culemborg en Geertruida Trinden. Er is een foutje ingeslopen: de tweede ‘Cornelis’ moet ‘Frederik’ zijn (dit is ook gewijzigd). Tekening gemaakt door Jan van Meerten op 25 april 2024.

Voetnoten

Overlijdensakte van Hermanus Hartogh Heijs (1839-1889)

Overlijdensakte van Hermanus Hartogh Heijs (1839-1889) uit de Burgerlijke Stand van de Gemeente Asten.

Hierboven wordt de overlijdensakte van Hermanus Hartogh Heijs (1839-1889) weergegeven.1 Op 23 september 1889 verscheen Evert van Rees (1839-1923) voor de Ambtenaar van de Burgerlijke Stand van de Gemeente Asten om aangifte te doen van het overlijden van Hermanus. Evert was negen en veertig jaar oud en landbouwer van beroep. Hij woonde te Asten en was geen familie van de overledene. Hij deed de aangifte samen met Piet van Deursen (±1855-?), vier en dertig jaar oud en landbouwer van beroep. Piet woonde eveneens te Asten en was geen familie van de overledene. Zij verklaarden dat Hermanus overleden is op 22 september 1889 om zes uur in de avond in de leeftijd van negen en veertig jaar. Hij was zonder beroep, geboren te Delft en woonachtig te Asten. Hermanus was weduwnaar van Adriana Catharina van Meerten2 en een zoon van Hermanus Hartogh Heijs (1811-1892) en wijlen Maria Margaretha Funnekotter (1815-1880). Vader Hermanus was zonder beroep en woonachtig te Delft.

Voetnoten

Geboorteakte van Hermanus Hartogh Heijs (1839-1889)

Geboorteakte van Hermanus Hartogh Heijs (1839-1889) uit de Burgerlijke Stand van de Gemeente Delft.

Hierboven wordt de geboorteakte van Hermanus Hartogh Heijs (1839-1889) weergegeven.1 Op 12 november 1839 om één uur in de middag verscheen de heer Hermanus Hartogh Heijs (1811-1892) voor de Ambtenaar van de Burgerlijke Stand van de Gemeente Delft om aangifte te doen van de geboorte van zijn zoon. De ambtenaar in functie was wethouder Mr. Hendrik van Berckel (1783-1862). Hermanus was acht en twintig jaar oud en koopman in ijzerwaren van beroep. Hij verklaarde dat zijn zoon Hermanus op 12 november 1839 om half twee in de nacht is geboren. Zijn moeder was Maria Margaretha Funnekotter (1815-1880), vier en twintig jaar oud. Het echtpaar woonde te Delft in wijk 4 nummer 425. Hij deed de aangifte samen met: (1) de heer Tobias Draijer (1784-1853), vier en vijftig jaar oud en koopman van beroep, en (2) de heer Wilhelm Johannes Kuhler (±1804-1887), vijf en dertig jaar oud en drogist van beroep.

Voetnoten

Grafzerk van Johan van Brakell (?-1580) en Johanna van Meerten (?-1600)

Hierboven en hiernaast wordt, met dank aan Joke Honders van het Arend Datema Instituut1, de grafzerk van Johan van Brakell (?-1580) en Johanna van Meerten (?-1600) weergegeven.2 In dit artikel beschrijven we de zerk en geven we een korte genealogische uitleg. De zerk is meestal onder een houten vloer verborgen, maar kwam vanwege reparatie aan de vloer weer kort boven.3

Grafzerk van Johan van Brakell (?-1580) en Johanna van Meerten (?-1600). Foto gemaakt door: Joke Honders.

In het midden zien we de helmtekens en wapens van het echtpaar. Links is het wapen Van Brakell (de twee zalmen) en rechts het wapen Van Meerten (de klimmende hazewindhond). In het midden onder de wapens zien we de tekst met informatie over het echtpaar. “Ao. 1580 den 8 july sterf den edlen erentfesten IO Johan van Brakel tho Kermestein. Ao. 1600 den 22 april sterf die edle erentrycke joffrou Johanna van Merten syn huysfrou.” Links zien we van boven naar beneden de kwartieren: Van Brakell, Toe Boecop, Leefdael en Van Deelen. Rechts zien we van boven naar beneden de kwartieren: Van Meerten, Van Eck, Van Eck en Van Meeckeren. Johan van Brakell was een zoon van Cornelis van Brakell en Margriet toe Boecop. Vader Cornelis was een zoon van Johan van Brakell en Catharina van Leefdael. Moeder Margriet was een dochter van Udo toe Boecop en Geertruid van Deelen. Johanna van Meerten was een dochter van Dirck van Meerten en Bertha van Eck van Panthaleon.4 Vader Dirck was een zoon van Dirck van Meerten en Christina van Eck van Panthaleon.5 Moeder Bertha was een dochter van Johan van Eck van Panthaleon en Aleid van Meeckeren.

Voetnoten

Parenteel van Anna van Abcoude van Meerten (1510-1597) en Adriaan van Renesse van Wulven (1501-1559)

Anna van Abcoude van Meerten werd op 25 november 1510 geboren te ? als dochter van Johan van Abcoude van Meerten (?-?) en Mechteld van Montfoort (?-?). Zij is overleden op 15 december 1597 te Utrecht.1 Zij trouwde op ? te ? met Adriaan van Renesse van Wulven. Adriaan van Renesse van Wulven werd op 14 augustus 1501 te Utrecht geboren als zoon van Johan van Renesse (?-?) en Aleijd Freys van Kuinre (?-?). Hij is overleden op 7 december 1559 te Utrecht.

Kinderen

Uit dit huwelijk werden de volgende vier kinderen geboren:

  1. Maria van Renesse van Wulven. Zij werd geboren op ? te ? en is overleden op 3 september 1571 te Zwolle. Zij trouwde anno 1558 te ? met Helmich Splijtloff, geboren op ? te ? en overleden anno 1575 te Zwolle. Hij was een zoon van Herbert Splijtloff (?-?) en Machtelt Closson (?-?).2
  2. Johan van Renesse van Wulven. Hij werd geboren op 11 mei 1540 te ?3 en is overleden op 27 juli 1619 te Utrecht. Hij trouwde op ? te ? met Mechteld van Hackfort, geboren op ? te ? en overleden op ? te ?. Zij was een dochter van Johan van Hackfort (?-?) en Mechteld van Twickelo (?-?).
  3. Anna van Renesse van Wulven. Zij werd geboren anno 1542 te ? en is overleden anno 1626 te ?. Zij trouwde op ? te ? met Gijsbert van Berck, geboren op ? te ? en overleden op 3 oktober 1602 te Rhenen. Hij was een zoon van Jan van Berck (?-1565) en Margaretha van Lostadt (?-1557). Na het overlijden van Gijsbert hertrouwde zij op 17 maart 1604 te ? met Adam van Weerdenburch, geboren op ? te ? en overleden op ? te ?. Hij was een zoon van Dirck van Weerdenburch (?-?) en Isabella van Diemen (?-?). Voordat Adam met Anna hertrouwde was hij getrouwd met Elisabeth van Voorst (?-<1604).
  4. Hester van Renesse van Wulven. Zij werd geboren anno 1543 te ? en is overleden op 6 oktober 1572 te ?. Zij trouwde op ? te ? met Simon Monier, geboren op ? te ? en overleden op ? te ?. Hij was een zoon van Johan Monier (?-?) en Maria van Kromvliet (?-?).

Meer informatie over dit echtpaar

Dit parenteel wordt nog verder compleet gemaakt. Hieronder volgen tijdelijk de linkjes naar artikelen op deze website die onder meer dit echtpaar vermelden. Later, als de Heere leven geeft, willen we dit omwerken tot een overzichtelijk en leesbaar geheel.

Voetnoten

Spitten in het wapenboek van Maximiliaan Louis van Hangest d’Yvoy (11) Het rouwbord van Gerardina van Waenroij (?-1639)

Het wapenboek van Maximiliaan Louis van Hangest d’Yvoy (1753-1831) geeft een schat aan informatie over glazen, graven en wapen- en rouwborden. Veel van deze informatie is door de achterliggende oorlogen verloren gegaan, maar dankzij het wapenboek Van Hangest d’Yvoy kan er een reconstructie worden gemaakt. In deze serie wil ik het wapenboek doorkruisen op telgen uit het geslacht Van Meerten. Ervan uitgaande dat de copyright verstreken is, heb ik specifieke uitsneden gemaakt.1 Het boek is te bezichtigen via het ledendeel van Koninklijk Nederlandsch Genootschap voor Geslacht- en Wapenkunde (KNGGW).2 De elfde bijdrage in deze serie gaat over het rouwbord van Ernst van Abcoude van Meerten.

Het rouwbord van Gerardina van Waenroij was, samen met die van haar man3, te vinden in kerk van Vianen. De tekst op het rouwbord luidt “Int Jaer ons Heeren 1639 den 16 Januarij is in den Heeren gerust de Wel. Edele vrouwe Gerardina van Waenroij in haer leeven huijsvrouw van den Wel. Edele Gestrenge Heer Ernst Abcoude van Meerten. Drossard en Captein tot Vianen”. In het midden zien we in een gedeeld schild de familiewapens Van Abcoude van Meerten en Van Waenroij. Gerardina was getrouwd met Ernst van Abcoude van Meerten, weduwnaar van Lucia van Reede. Op het rouwbord ontbreken de kwartieren.

Voetnoten

Spitten in het wapenboek van Maximiliaan Louis van Hangest d’Yvoy (10) Het rouwbord van Ernst van Abcoude van Meerten (1595-1657)

Het wapenboek van Maximiliaan Louis van Hangest d’Yvoy (1753-1831) geeft een schat aan informatie over glazen, graven en wapen- en rouwborden. Veel van deze informatie is door de achterliggende oorlogen verloren gegaan, maar dankzij het wapenboek Van Hangest d’Yvoy kan er een reconstructie worden gemaakt. In deze serie wil het wapenboek doorkruisen op telgen uit het geslacht Van Meerten. Ervan uitgaande dat de copyright verstreken is, heb ik specifieke uitsneden gemaakt.1 Het boek is te bezichtigen via het ledendeel van Koninklijk Nederlandsch Genootschap voor Geslacht- en Wapenkunde (KNGGW).2 De tiende bijdrage in deze serie gaat over het rouwbord van Ernst van Abcoude van Meerten.

Het rouwbord van Ernst van Abcoude van Meerten was, samen met die van zijn eerste en tweede vrouw3, te vinden in kerk van Vianen. De tekst op het rouwbord luidt “Hier leijt begrave den Hoog Edele Gebooren Ernst van Abcoude van Meerten, oud 63 Jaaren 6 Maenden, in den jaeren 1625 geworden Drossaerd Surintendent van Zijn Excel: van Brederode, der Vrije Steede en Landen van Vianen, Meijde, Noordeloos Lc. Sergeant Major en Captein te voet, van het Eerste Hollandsche Regiment van de Graef van Brederode, na dat hij het land ruim 44 jaeren, gedient hadde. Godzalig in den Heeren ontslapen, binnen Vianen op den 14 Sept. 1657”. In het midden zien we in een schild het familiewapen Van Abcoude van Meerten. Ernst was eerst getrouwd met Lucia van Reede en daarna met Gerardina van Waenroij. Aan de linkerkant van dit rouwbord zien we de wapens van: Van Abcoude van Meerten en Van Waenroij. Aan de rechterkant zien we alleen het wapen van: Splijthoff. De andere schildvorm is leeg. Het rouwbord hing ‘in eenen Capel teegens over dien van Brederode’.

Uitleg: Ernst van Abcoude van Meerten was een zoon van Pieter van Abcoude van Meerten en Anna Splijthoff. Vader Pieter was een zoon van Johan van Abcoude van Meerten en Anna van Grol.4 Het bord van de moeder van Anna Splijthoff ontbreekt. Zij was een dochter van Helmich Splijthoff en Maria van Renesse van Wulven. Zij was de dochter van Adriaan van Renesse van Wulven en Anna van Abcoude van Meerten.

Voetnoten

Spitten in het wapenboek van Maximiliaan Louis van Hangest d’Yvoy (9) Het rouwbord van Lucia van Reede (?-1635)

Het wapenboek van Maximiliaan Louis van Hangest d’Yvoy (1753-1831) geeft een schat aan informatie over glazen, graven en wapen- en rouwborden. Veel van deze informatie is door de achterliggende oorlogen verloren gegaan, maar dankzij het wapenboek Van Hangest d’Yvoy kan er een reconstructie worden gemaakt. In deze serie wil het wapenboek doorkruisen op telgen uit het geslacht Van Meerten. Ervan uitgaande dat de copyright verstreken is, heb ik specifieke uitsneden gemaakt.1 Het boek is te bezichtigen via het ledendeel van Koninklijk Nederlandsch Genootschap voor Geslacht- en Wapenkunde (KNGGW).2 De negende bijdrage in deze serie gaat over het rouwbord van Lucia van Reede.

Het rouwbord van Lucia van Reede was, samen met die van haar man3, te vinden in kerk van Vianen. De tekst op het rouwbord luidt “In ’t jaar ons heeren 1635 den 12 Oct. is in den Heeren gerust de Wel. Ed. vrouwe Lúcia van Reede in haar leven huisvrouw van den Wel. Ed: Gestr. Heer Ernst van Abcoude van Meerten Drossaart en Capt. tot Viaanen”. In het midden zien we in een gedeeld schild de familiewapens Van Abcoude van Meerten en Van Reede. Lucia was getrouwd met Ernst van Abcoude van Meerten. Aan de linkerkant van dit rouwbord zien we de wapens van: Van Reede, Van Nijenrode, Van Goor en Van Renesse. Aan de rechterkant zien we de wapens van: Peunis van Diest, Van Diest, ? en Ter Borch.4

Uitleg: Lucia van Reede was een dochter Godard van Reede en Mechtild van Diest. Vader Godard was de zoon van Godard van Reede en Geertruid van Nijenrode. Opa Godard was een zoon van Adriaan van Reede en Lucie van Goor. Oma Geertruid was een dochter van Ernst van Nijenrode en Margarethe Van Renesse. Moeder Mechtild was een dochter van Johan Peunis van Diest en Richarde van Diest. Opa Johan was een zoon van ? Peunis van Diest en ? ?. Oma Richarde was een dochter van Cornelis van Diest en Anna ter Borch.

Voetnoten