Home » 2023 » februari (Pagina 5)

Maandelijkse archieven: februari 2023

Het dertigste jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het dertigste jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1912. In dit jaargang komen diverse telgen uit het geslacht Van Meerten voor.

Van Abcoude van Meerten

Op bladzijde 93 worden bijzonderheden gevraagd over een telg uit het geslacht Van Abcoude van Meerten.1 Het gaat om Johan van Abcoude van Meerten die in 1490 heer van Lievendaal is en overleden is in 1497 en over Geertruyd van Genth.

Catharina van Ghendt

Op bladzijde 252 wordt melding gemaakt van Catharina van Ghendt.2 Floris tot Vehn, heer te Dogewardt en opgenomen in de Kleefsche Ridderschap op 20 november 1634. Hij is overleden op 14 november 1660 te Calcar. Zijn eerste vrouw was Henrien van Schoordijk, met wie hij op 6 mei 1615 trouwde. Zijn tweede vrouw was Catharina van Ghendt. Zij was een dochter van Willem van Ghendt en Anna van Abcoude van Meerten. Zij trouwde op 19 februari 1631 met Floris. Ze was toen weduwe van Willen van Merode van Royenburg. Catharina sterft kinderloos in september 1664 en is aldaar (te Calcar3) begraven.

Francisca van Mevert

In dit jaargang wordt het geslacht Van Meverden bestudeerd.4 Er wordt ook een fragment weergegeven waar telgen uit het geslacht Van Meerten in voorkomen. Francisca van Mevert is de dochter van Adolph van Mevert tot Hassent en Belia van Scherpenzeel. Francisca is overleden in 1621 en trad in 1593 in het huwelijk met Arnt van Meerten (met op het wapen een windhond). Arnt was een zoon van Dirk van Meerten en Elise van Els. Arnt overlijdt in 1624. Ze kregen samen in ieder geval één dochter: Elisabeth van Meerten. Zij wordt beleend met 5 morgen te Ingen in 1624. Ze trouwt met Bernard van Retraedt tot Gruithuis. Deze wordt in 1624 en 1628 ook genoemd.

Voetnoten

Het zesentwintigste jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het zesentwintigste jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1908. In dit jaargang komt één telg uit het geslacht Van Meerten voor.

Susanna Elisabeth Lemmers

Op bladzijde 281 worden telgen uit de familie Lemmers weergegeven.1 Van Susanna Elisabeth Lemmers zelf wordt helaas weinig weergegeven. Alleen dat ze trouwde met Abraham van Meerten. Abraham is geboren op 21 1793 te ‘s-Gravenhage. De geboortemaand is in deze jaargang van De Nederlandsche Leeuw vergeten, maar dat moet oktober zijn. Hij overleed op 30 januari 1853 te Paramaribo. Abraham was griffier van het civiele en militaire gerechtshof te Suriname RONL.

Voetnoten

Het vierentwintigste jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het vierentwintigste jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1906. In dit jaargang komen diverse telgen uit het geslacht Van Meerten voor.

Adriana Catharina van Schuylenburch

Op bladzijde 200 wordt melding gemaakt van Adriana Catharina van Schuylenburch.1 Zij is geboren op 16 juli 1774 te Delft en aldaar gedoopt in de Oude Kerk op 19 juli 1774. Haar vader was mr. Abraham van Schuylenburch en haar moeder Anna Anthonia van Bleyswijk. Ze is overleden op 18 maart 1815 te Delft. Ze huwde te Delft op 1 september 1800 (ook afgekondigd te Gorinchem 15 augustus 1800 en aangetekend te Delft 16 augustus 1800) met mr. Hubert van Meerten. Hubert is geboren te Gorinchem op 2 november 1776 en daar gedoopt op 8 november 1776. Hij werd ingeschreven te Utrecht op 7 maart 1797 en was ontvanger te Oss. Hubert is overleden te Neuwied maar het jaar en datum is de auteur van De Nederlandsche Leeuw onbekend. Na het overlijden van Adriana Catharina hertrouwde Hubert met Catharina Franken en daarna met Anthonia Anna Maria Fracaise van Dam. Ook zijn kwartieren werden opgeschreven: Van Meerten, Van Barnevelt, Pompe, Van Broeckhuysen, Snoeck, Van Cruyskerken, Van der Meulen en Van Helmont.

Van Oostrum

Op de bladzijden 264-272 wordt enkele genealogische bijdragen geleverd aan de genealogie van het geslacht Van Oostrum. Hier komen ook enkele Van Meertens in voor.2

Jan van Meerten: In 1422 overleed Gerrit van Oostrum. Zijn zoons waren Willem en Zweder van Oostrum. “Willem stond in 1416 twee morgen af aan Jan van Meerten.

Johan van Abcoude van Meerten: Agnes van Oostrum was een dochter van Willem van Oostrum (?-1532) en zijn tweede vrouw Christina van der Haer Gijsbertsdochter (?-1533). Agnest trouwde met Johan van Abcoude van Meerten. Ze overleed op 14 november 1573. Johan overleed in 1539.

Heilwig van Abcoude van Meerten: Dirk van Oostrum was een zoon van Claas van Oostrum (?-1521) en Matthea van Malsen (?-1523). Hij werd geboren op 28 september 1509 en overleed op 28 oktober 1603. Dirk was gasthuismeester te Wijk bij Duurstede en beleend met Wickenburg in 1530 en 1582. Hij is begraven te Wijk bij Duurstede. Hij trad in 1533 in het huwelijk met Heilwig van Abcoude van Meerten. Heilwig was een dochter van Willem van Abcoude van Meerten en Woltera van der Haer. “Zij werd gelijftocht door haren man in 1535 en bezat een huis binnen Wijk, dat van haren vader en grootvader geweest was.” Op 25 december 1575 is zij overleden. Samen kregen ze volgens dit overzicht zes kinderen. (1) Johan van Oostrum. Hij werd geboren op 14 maart 1545 en overleed op 13 juli 1603 aan de pest. Hij trouwde met Maria van Oostrum. Maria werd geboren op 3 december 1542 en is overleden op 25 december 1621. Ze werd begraven bij haar man te Wijk bij Duurstede. Johan werd te Wijk bij Duurstede begraven. Hij was sinds 1596 heer van Broekhuizen en beleend met Wickenburg ‘bij opdracht van zijnen vader in 1585 en in 1577 als erfgenaam zijner moeder met het huis binnen Wijk’. In 1596 erfde hij ook de Eliasweerd bij wijk van zijn neef Johan van Abcoude van Meerten. (2) Cornelia van Oostrum. Zij is in 1559 gehuwd met Steven van Zuylen van Nyevelt. Steven was een zoon van Frederik van Zuylen van Nyevelt en Lucia Bruchel. Hij is geboren in 1530 en overleden in 1596. (3) Waltera van Oostrum. Zij was non in het Witte Vrouwenklooster en hoogbejaard overleden op 23 oktober 1633. (4) Matthea van Oostrum. Zij was non in St. Servaas en overleden op 3 september 1610. (5) Maria van Oostrum. Ze overleed rond het jaar 1627. Ze was gehuwd met Johan van Hattem van Rijnestein den jonge. Hij wordt vermeld in 1579 en is overleden in 1592. Daarna trouwde Maria met Johan van Zuylen van Natewisch die in 1616 overleed. “Beleend met Wickenburg bij opdracht van haren vader in 1579, aan wien zij het weer afstond in 1582. Als weduwe beleend met Rijnestein door opdracht van Johan van Hattem van Rijnestein den oude in 1592, voorts met land onder Vreeswijk in 1596 en te Schalkwijk in 1616.” (6) Bernd van Oostrum. Hij was getrouwd met Catharina Joostendochter die als weduwe overleed in juni 1623.

Voetnoten

Het tweeëntwintigste jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het tweeëntwintigste jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1904. In dit jaargang komen diverse telgen uit het geslacht Van Meerten voor.

Cornelia Catharina Beusechum van der Linden

Op bladzijde 234 komt Cornelia Catharina Beusechum van der Linden voor.1 Zij was de vrouw van Leonard van Meerten en een dochter van mr. Hendrik van Beusechum van der Linden en Elisabeth Hester van Wingerden. Hendrik is geboren op 19 mei 1700 te ’s-Gravenhage en overleden op 10 februari 1766 te Leiden. Hij was schepen van Gorinchem en medisch doctor te Leiden. Elisabeth Hester van Wingerden is gedoopt in Gorinchem op 27 februari 1697 en overleden in dezelfde plaats op 4 januari 1743. Het echtpaar trouwde op 9 mei 1724.

Begraafboek van Zierikzee

Op de bladzijden 238-244 van deze jaargang wordt het begraafboek van Zierikzee (1527-1828) weergegeven.2 In dit gedeelte komen enkele Van Meertens voor, hieronder in volgorde van publicatie.

Maatje Pousebout: Zij is begraven op 13 januari 1784 en is de vrouw van de heer Lambertus van Meerten.

Cornelia Maria Maan: Zij is begraven op 22 september 1790 en is de vrouw van de heer Lambertus van Meerten.

Lambertus van Meerten: Hij is begraven op 12 juli 1797 in een tombe.

Dirk van Oostrum

Op bladzijde 217 wordt het gezin van Dirk van Oostrum weergegeven.3 Hij was een zoon van Nicolaas van Oostrum, heer van Vuylcoop en Wickenburg en schout van Wijk bij Duurstede. De moeder van Dirk is Mathia van Malsen. Mathia is overleden op 1 oktober 1523. Dirk is geboren in 1509 en overleden in november 1603. Van beroep was hij schout van Wijk bij Duurstede. In 1533 trad Dirk in het huwelijk met Helwig van Abcoude van Meerten. Helwig was een dochter van Willem van Abcoude van Meerten en van Woltera van der Haer. Helwig is overleden op kerstavond 1575. Samen kregen ze twee kinderen: (1) Johan van Oostrum, en (2) Cornelia van Oostrum. Johan van Oostrum is geboren op 14 maart 1545 en overleden op 1 juli 1603. Hij trouwde met Maria van Oostrum, de dochter van Johan van Oostrum en Maria Spruyt. Johan was schout van Wijk bij Duurstede. Cornelia is geboren vóór 1584 en trouwde met Steven van Zuylen van Nijeveld, geboren in 1530 en overleden in 1596.

Voetnoten

Het eenentwintigste jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het eenentwintigste jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1903. In dit jaargang komt één telg uit het geslacht Van Meerten voor.

Nepveu

In dit jaargang van De Nederlandsche Leeuw komt slechts één vraag voor over een telg uit het geslacht Van Meerten.1 Op bladzijde 287 vraagt Van Beeck Calkoen uit Den Haag het volgende: “Wie waren de ouders van Adolphine Louise Nepveu, gehuwd met Gerard Cecilius van Meerten? Zij komt niet voor in de genealogie Nepveu in het Wapenboek van Vorsterman van Oyen, II, bl. 364.” De ouders van Adolphine Louise Nepveu (?-1855), de vrouw van Gerard Cecilius van Meerten (1797-1857).

Voetnoten

Het negentiende jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het negentiende jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1901. In dit jaargang komt één telg uit het geslacht Van Meerten voor.

Jodoca Ruysch

Op bladzijde 14 wordt ene Jodoca Ruysch genoemd.1 Van Jodoca wordt een rouwbord besproken uit Beverwijk. Jodoca was een dochter van mr. Pieter Ruysch en Paschiera van Loeckeren. Pieter Ruysch was raadsheer voor het Hof van Utrecht, overleden in 1595 en begraven in de Buurkerk te Utrecht. Zijn vrouw is daar in september 1603 ook bijgezet. Jodoca Ruysch trouwde met Lodewijk van Brakell. Deze Lodewijk was een zoon van Johan van Brakell en Johanna van Meerten. Het genoemde rouwbord heeft blijkbaar op Jodoca betrekking. Zij is volgens de auteur van De Nederlandsche Leeuw op 24 augustus 1624 overleden en in de kerk te Beverwijk begraven.

Voetnoten

Het zeventiende jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het zeventiende jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1899. In dit jaargang komen diverse telgen uit het geslacht Van Meerten voor.

Kerkarchief Ommeren

Bij de bespreking van de vorige drie jaargangen hebben we gezien dat er delen van het kerkarchief Ommeren weergegeven werden. In dit jaargang wordt meer informatie over de leden van deze gemeente besproken. Hieronder worden de Van Meertens weergegeven.1

Jacob van Meerten: Hij levert in 1723 ijzerwerk aan de kerk.

Peter van Meerten: Zijn naam wordt genoemd in 1735.

Voetnoten

Het zestiende jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het zestiende jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1898. In dit jaargang komen diverse telgen uit het geslacht Van Meerten voor.

Kerkarchief Ommeren

Bij de bespreking van de vorige twee jaargangen hebben we gezien dat er delen van het kerkarchief Ommeren weergegeven werden. In dit jaargang wordt meer informatie over de predikanten uit het archief besproken. De schrijver blijkt uit dit jaargang ds. H.J. Schouten te zijn, de plaatselijke predikant. Hieronder worden de Van Meertens weergegeven.

Johannes Brands: De zestiende genoemde predikant is Johannes Brands.1 Hij was proponent te Emmen en werd op 8 augustus 1791 beroepen als predikant te Ommeren. Brands is gestorven in 1805 en komt met attestatie uit Roswinkel, samen met Debora Pagters. Debora is mogelijk de moeder of dienstbode van Johannes. Deze Debora vertrekt op 4 mei 1793 naar Rhenen. De vrouw van Johannes Brands was Adriana van Meerten die op 28 oktober 1792 met attestatie uit Ingen komt. Dit echtpaar kreeg volgens deze beschrijving drie kinderen: (1) Johanna Frederika, geboren op 13 december 1794 en gedoopt op 1 februari 1795, (2) Hendrik Adriaan, geboren op 16 april 1794 en gedoopt op 14 mei 1797, en (3) Hillenius Johannes, geboren op 8 september en gedoopt op 8 oktober 1799. Tussendoor wordt vermeld dat in 1728 Ludovius Brants predikant was te Echteld wat deze vermelding met Johannes Brands te maken heeft wordt niet duidelijk. Toen Brands werd beroepen stond hij op zestal met Johannes Hermannus Krom, predikant te Ochten, Jacobus Burgerhoud, predikant te Rijswijk (Betuwe), Gerardus van Geelkerken, predikant te Overlangbroek, Daniel Sporen, predikant te Ravenswaay en Joachim van Broekhuijsen, predikant te Ingen.

Grafzerken voor de ondergang behoeden

Predikant H.J. Schouten van Ommeren stelt in het achtste en negende nummer van de zestiende jaargang een vraag over de grafzerken in Ingen. Hij geeft aan dat het de gewoonte is om grafstenen voor de ingang van de kerk neer te leggen. Na verloop van tijd zijn deze stenen ‘geheel glad geslepen (…) door de voeten der kerkgangers’. Dit lot onderging ook drie zerken in Ingen. De grafsteen van Berta van Hattem en Bert van Hattem is nog de moeite van het behouden waard, maar het moet volgens Schouten niet langer meer duren. Daarna bespreekt Schouten de grafsteen van een telg uit het geslacht Van Meerten. Deze grafzerken ‘zijn enorm, nog volkomen gaaf en uitnemend schoon’. Dan volgt een beschrijving. De ene grafzerk toont in het midden alle wapens van Van Meerten en Van Eck, met de helmtekens de kwartieren Van Meerten, Van Eck, Van Eck, Van Meeckeren. Op de steen staat:

Ao DNI. 1568. DEN 20
DACH. DECEMBRIS STARF.
DERICK. VAN. MEERTEN.
Ao 1531 DEN 7. DACH SEP
TEMBRIS. STARF. JOFFER.
BERTA. VA. ECK. SY HUI
SVROW

Het laatste wordt weergegeven op de rand. De andere zerk, een pendant, heeft geen opschrift en werd volgens Schouten mogelijk vervaardigd voor een van de drie dochters van dit echtpaar en haar man. Schouten: “In ’t midden twee wapens; dat van den man: drie…? (roos d’échiquier, zoals bij Rietstap 2e druk pl. 8 no. 6, doch met breeder voet) helmt: zittende hazewind. Kw.: a drie…? b. een klimmende leeuw, c. v. Meeckeren, en d. een dwarsbalk, allen op een pilaar. ’t Vr. wapen en kwartieren blijken uit bovenstaande.

Nu heeft de predikant geprobeerd om ‘geld los te krijgen voor ’t inmetselen dezer zerken’ bij een lid van het geslacht Van Eck, maar na het horen van de prijs (f 40 plus f 10 voor de armenkas) bedankte dit lid vriendelijk. Daarna probeerde de predikant het bij iemand uit het geslacht Van Wijck, omdat deze volgens traditie afstamde van de Van Wijcken met de schelpen, maar ook daar tevergeefs. Omdat er geen enkel ander monument uit het geslacht Van Wijck over is acht de predikant inmetseling nodig en richt hij zich ten einde raad tot leden van het tijdschrift De Nederlandsche Leeuw. “Ik richt deze vraag in de eerste plaats tot hen, aan wie ik reeds schreef, en aan wie ik een overdruk van dit artikel zal zenden.” De predikant belooft in het tijdschrift verslag te doen van de afloop.

Kennelijk is het Schouten gelukt om te lobbyen want hij bericht in het twaalfde nummer van dit jaargang dat hij het geld bijeen heeft. Hij had hierboven aangegeven dat een lid van het geslacht Van Eck niets meer van zich had laten horen na kennis genomen te hebben van het genoemde bedrag. Dit blijkt onjuist te zijn. Het lid Van Eck wilde eerst onderzoek doen naar het nog bestaan van leden van ’t geslacht Van Meerten omdat deze de eerste belanghebbenden zijn in dezen. Kennelijk heeft hij die niet gevonden en deed hij de toezegging van f 50, daarboven kreeg de predikant f 10 van dhr. Van Asch van Wijck, burgemeester van Veenendaal en lid van de Tweede Kamer. En nog f 2,50 van de leden Frieswijk, Gemeentesecretaris van Doesburg, Wagner, Kapitein Rijdende Artillerie te Utrecht en Anspach, predikant te Eck en Wiel. Daarnaast nog f 1 van dr. J.S. van Veen, Secretaris van Gelre te Arnhem. De vereniging ‘Gelre’ heeft de aanvraag afgewezen. “Ik moet toestemmen: de vereeniging kan daar niet aan beginnen. ’t Is intusschen te hopen dat men ook elders eens wat moeite doet bij belanghebbenden.” Gelukkig voor de predikant hebben de kerkvoogden van Ingen toegestemd in de inmetseling van de stenen.2

Voetnoten

Het vijftiende jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het vijftiende jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1897. In dit jaargang komen diverse telgen uit het geslacht Van Meerten voor.

Kerkarchief Ommeren

Bij de bespreking van de vorige jaargang hebben we gezien dat er delen van het kerkarchief Ommeren weergegeven werden.1 In dit jaargang worden de lidmaatmutaties uit het archief besproken. Hieronder worden de Van Meertens weergegeven.

Dirk van Meerten: In de ledenlijst bij de visitatie van ds. Vosman, Lambertus Augustinus en Jan Gerritze van Randwijk wordt Dirk van Meerten genoemd. Aangevuld met ‘met attestatie van Ingen’. 2

Maria van Meerten: Op 22 april 1790 wordt er in het lidmatenregister melding gemaakt van Maria van Meerten en Maria van Heeteren.3

Adriana van Meerten: Zij komt op 28 oktober 1792 over vanuit Ingen. Adriana van Meerten is de vrouw van de predikant. Deze predikant wordt erboven genoemd. Het betreft ds. Johannes Brands. Brands is door Ommeren beroepen op 8 augustus 1791 en bevestigd op 20 oktober 1791. Brands komt met attestatie uit Roswinkel.4

Voetnoten

Het veertiende jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ en telgen uit het geslacht Van Meerten

Het veertiende jaargang van De Nederlandsche Leeuw, het maandblad van het Genealogisch-Heraldiek Genootschap, verscheen in 1896. In dit jaargang komen diverse telgen uit het geslacht Van Meerten voor.

Kerkarchief Ommeren

In het dertiende jaargang van ‘De Nederlandsche Leeuw’ geeft ene H.J. Schouten aantekeningen uit het kerkarchief van de Hervormde Gemeente te Ommeren weer. Schouten: “Hieronder laat ik volgen wat ik vond in de oude boeken van mijne kerk, en wel de lijsten der gehuwden. Waar geen familienamen vermeld stonden heb ik de copie achterwege gelaten.1 Omdat hier geen telgen uit het geslacht Van Meerten in voorkomen heb ik er geen apart artikel van gemaakt, dat is anders voor het veertiende jaargang. Hieronder welke telgen er genoemd worden:

Dirck van Meerten: Op 6 februari 1734 gaan Dirck van Meerten en Gerritje de Koningh in ondertrouw. Op 21 februari 1734 zijn ze getrouwd. Dirck is een jonge man geboren en woonachtig te Ingen. Gerritje is weduwe van Rutger Francken en woonachtig te Ommeren.

Maria Jans van Meerten: Op 21 september 1753 gaan Marten Jelissen en Maria Jans van Meerten in ondertrouw. Marten is een jonge man uit (Op)Heusden en Maria is een jonge dochter uit Ommeren.

Verderop worden de dopelingen uit het kerkarchief van de Gemeente Ommeren besproken.

Jantie den Backer: Op 18 april 1686 (Eodem) werd Jantie den Backer te Ingen gedoopt. Jantie was een dochter van Frans. Doopgetuige was de huisvrouw van Jacob van Meerten.

Ariaentie van Meerten: Op 9 oktober 1687 (Dito dito) werd Ariaentie van Meerten gedoopt. Ariaentie was de dochter van Jacob van Meerten. Als doopgetuige was Willemken de dochter van Adriaan van Meerten aanwezig.

Onbekend van Meerten: Op 13 maart 1701 werd ? gedoopt. ? was een zoon van Cornelis Geritsen van Meerten. Als doopgetuige was Dirckie aanwezig, de nicht van de Rademaker Jan van Brenck.

Verderop wordt het de schrijver teveel en geeft hij aan dat hij ‘om niet onnodig veel plaats in dit tijdschrift te vragen, (…) alleen de acten geven waarin nieuwe namen voorkomen en verder aan ’t eind van ieder jaar de namen der vaders opnoemen.

31 oktober 1734 wordt de naam Van Meerten genoemd.

Jacob van Meerten: Op 21 oktober 1736 werd Jacob van Meerten gedoopt. Hij was een zoon van Dirk van Meerten en Geertje de Koning.

Aaltje van Ochten: Op 12 april 1789 werd Aaltje van Ochten gedoopt. Zij was een dochter van Barend van Ochten en Margarita van Meerten. Aaltje is geboren op 8 april 1789.

Johannes van Meerten: Op 8 mei 1791 werd Johannes van Meerten gedoopt. Hij was een zoon van Jan van Meerten en Teuntje van Beest. Johannes is geboren op 1 mei 1791.

Johanna Frederika Brands: Op 1 februari 1795 werd Johanna Frederika Brands gedoopt. Zij was een dochter van de predikant Johannes Brands en Adriana van Meerten. Johanna Frederika is geboren op 13 december 1794.

Dirkje Vonk: Op 27 mei 1798 werd Dirkje Vonk gedoopt. Zij was een dochter van Herman Vonk en Maria van Meerten. Als getuige was Cornelia Vonk aanwezig. Dirkje is geboren op 20 mei 1798.

Voetnoten