Het ‘waarom’ van academische theologie vanuit een Schriftuurlijk-bevindelijke positie is een vraag die wel eens gesteld wordt. Het is een terechte vraag, met het oog op het doel en het praktische nut van academische theologie. Vandaag werd die vraag ook gesteld, zij het in een wat karikaturale vorm. Toch is het nuttig om daar wat over te schrijven. Bovendien wil ik op deze website nog twee artikelen plaatsen waarin deze vraag, of een meer algemene variant daarop, naar voren komt.
Toen de vraag gesteld werd moest ik denken aan wat ik gisteren las over de promotie van dr. ir. M. Burggraaf (1930-2024) in 1989. Burggraaf overleed onlangs in de gezegende leeftijd van 94 jaar. Aanvankelijk werkte hij als ingenieur bij Siemens. In de jaren tachtig was hij kandidaat binnen de Gereformeerde Gemeente1. Later is hij benoemd als docent in Taiwan2 en raakte hij betrokken bij Bijbelvertaalwerk voor China.3 Na zijn overlijden heeft de Gereformeerde Bijbelstichting (GBS) dit vertaalwerk overgenomen.4 Dr. ir. M. Burggraaf studeerde theologie te Utrecht en Semitische talen te Leiden. Op 21 september 1989 promoveerde hij aan de Universiteit van Leiden op een letterkundige dissertatie. Het proefschrift had als titel: “Een onderzoek naar de functie en het gebruik van de infinitivus constructus voorafgaande door de prepositie ל in het klassieke Hebreeuws”.
Ingewikkeld onderwerp
Volgens journalist Bax, van het Reformatorisch Dagblad was een ingewikkeld onderwerp. “Zijn proefschrift is zo specialistisch, dat een vakbekwame recensie ervan voor de doorsnee dagbladlezer zinloos is”. Toch probeert hij het te vereenvoudigen: “Hoe wordt de onbepaalde wijs gebruikt in het klassieke Hebreeuws als die onbepaalde wijs voorafgegaan wordt door het voorzetsel ל.” Dit was al vastgesteld, maar waarom dát zo is, daar had nog niemand onderzoek naar gedaan. Inhoudelijk laten we het proefschrift (nu) verder rustten. De vraag naar het ‘waarom’ is immers belangrijk in het artikel. Waarom zou een bevindelijk-gereformeerd student of academicus op dergelijke wijze academische theologie (moeten) bedrijven? Daarin is Burggraaf heel duidelijk en navolgenswaardig. Hij zegt: “Door dit onderzoek komt de diepere rijkdom van de Schriften meer naar de oppervlakte en kan er sprake zijn van een beter verstaan ervan. Als algemeen voorbeeld kan ik aandragen dat bij voorbeeld de Statenvertalers zo dicht mogelijk bij het Hebreeuws wilden staan. Daartoe heb je een goede grammatica nodig. Een grammatica die het Hebreeuws in alle onderdelen behandelt, bestaat nog steeds niet. Mijn onderzoek kan ook gezien worden als een bijdrage om tot een volledige grammatica te komen.” Zijn tweede reden is: “Het (promotieonderzoek, JvM) moet meer gezien worden in het grote geheel van de grammaticabeoefening, waarbij de promovendus wil staan in de traditie van de reformatoren, die uiteindelijk zowel de taalwetenschap als de theologie op universitair niveau brachten.” Zijn derde reden richt zich op de praktijk: “De exegese als één van de beide elementen uit de prediking dient gebaseerd te zijn op goed voorbereide juiste grammaticale analyse van de tekst, opdat het bevindelijke deel als het tweede element van de prediking ook werkelijk tot zijn recht zal komen en niet zal degraderen tot mystiek of emotionaliteit.” Hoe moet academische theologie bedreven worden? Tot eer van Hem en in biddende afhankelijkheid. Burggraaf: “Ik weet dat ik dit werk als een opdracht van de Heere heb ontvangen. Ik mag ook zeggen dat, als ik met problemen zat, ik die nood de Heere steeds heb mogen voorleggen. Ondanks alle tegenstand – hoe dat ook ingevuld wordt – mag ik thans ook zeggen dat Hij waarmaakt wat Hij beloofd heeft. De Heere komt alle eer toe.”5
Waarom?
Uiteraard is er véél meer te zeggen en beperkt de academische theologie zich niet alleen tot de prediking of zelfs tot het verstaan van de Schriften alleen en beperkt de exegese zich niet alleen tot de grammatica van de tekst. Toch is de vraag te beantwoorden. Waarom academische theologie vanuit een Schriftuurlijk-bevindelijk uitgangspunt? Om oude en nieuwe schatten op te halen uit de Schriften (Mattheüs 13:52). De diepere rijkdom van de Schriften te zien, zodat we tot een beter verstaan ervan kunnen komen. Waardoor het tweede element in de prediking, maar ook in ons persoonlijke leven, namelijk het bevindelijke element, werkelijk tot zijn recht zal komen. Bevinding dient immers altijd op te komen vanuit Gods Woord.6 Hierbij wordt gestaan in de traditie van de Reformatie, waarbinnen academische theologie vanaf het begin een grote plaats heeft ingenomen. Tot eer van God de Schepper en tot heil van onze naaste (dichtbij of ver weg). Ik hoop daarom dat veel reformatorische studenten en academici zich blijvend bezighouden met academische theologie. Maar bovenal dat zij van God geleerd mogen zijn/worden. Wetenschap en Vroomheid, die zouden aan elkaar verbonden moeten zijn.7 De hoofdvraag in de discussie waar je, op deze wijze, het beste theologie kunt studeren is afhankelijk van de persoonlijke voorkeuren en laat ik graag aan de lezers en universiteiten/hogescholen zelf.
Voetnoten
- Hij had een beroep aangenomen naar Hardinxveld Giessendam, maar is daar om (mij) onbekende reden niet bevestigd.
- https://www.rd.nl/oud/980410home.html?pg=kl%2F980410kl07.html.
- https://www.dechinesevertalers.nl/.
- https://www.rd.nl/artikel/1090692-gbs-neemt-werk-chinese-vertalers-over.
- De citaten komen uit dit interview: https://www.digibron.nl/viewer/collectie/Digibron/id/tag:RD.nl,19890905:newsml_a50f7b43f2a0fb30ab60ae5919a2c8e8.
- Zie hiervoor de 95 stellingen van ds. Budding: https://oorsprong.info/hervormd-emerituspredikant-budding-schrijft-op-hervormingsdag-95-nieuwe-stellingen-predikant-is-kritisch-op-de-synthese-tussen-het-christelijk-geloof-en-de-evolutietheorie/.
- In het openingswoord bij de boekpresentatie van de bundel ‘Inzicht’ heb ik daar ook op gewezen: https://oorsprong.info/geleerdheid-en-vroomheid-een-kort-voorwoord-n-a-v-de-boekpresentatie-inzicht-wetenschap-voor-gods-aangezicht/.