Volg groot creationistisch-wetenschappelijk congres in Amerika – Aangemeld voor het congres ‘Bijbel & Wetenschap 2023’? – Nieuwsbrief d.d. 30-6-2023
De maand juni is al weer bijna ten einde. Er was ook deze maand weer veel om over te schrijven en op te reageren. We mochten daarvoor nog de krachten krijgen en het is ook mooi om te zien dat ook anderen daarvoor de energie en gezondheid daarvoor hebben gekregen. In deze nieuwsbrief aandacht voor een Angelsaksisch-creationistisch congres in Amerika, de Ede Pride én het congres ‘Bijbel & Wetenschap 2023’. Leest u mee?
Angelsaksisch-creationistisch congres
Komende maand is er in Amerika een wetenschappelijk-creationistisch congres. Op dit congres wordt hoogstaand peer-reviewed creationistisch onderzoek gepresenteerd. Het congres wordt een internationaal congres genoemd, maar in de praktijk komen hier vooral Angelsaksische wetenschappers (en dan nog eens vooral uit Amerika) op af. Jan van Meerten was in 2018, dankzij sponsoring, op dit congres aanwezig. Helaas gaat dat dit jaar vanwege gezondheidsredenen niet. Toch heeft hij aangegeven het congres vanaf het ziekbed te willen volgen. Voor de website van Fundamentum zijn al drie artikelen geplaatst die de waarde van de ICC belichten én verslag leggen van de inhoud (artikel 1, artikel 2 en artikel 3). Neem contact op als u over vijf jaar D.V. ook uw onderzoek(sresultaten) zou willen presenteren op de ICC. Volg via de website de ontwikkelingen rond ICC 2023. Deze hoogstaande conferentie is absoluut de moeite van het volgen waard. Mocht u zelf willen afreizen en het meemaken dan moet u opschieten, de aanmeldingen sluiten op 3 juli 2023 D.V.
Congres ‘Bijbel & Wetenschap 2023’
Mocht u liever gewoon met beide benen op Nederlandse bodem willen blijven staan, maar toch een bijbelgetrouw congres meemaken dan kan dat op 21 oktober 2023 D.V. in Hardinxveld-Giessendam. In de vorige nieuwsbrief hebben we daar uitgebreid over bericht. Ziet u een bezoek niet zitten of moet u vanwege gezondheidsredenen of andere verplichtingen niet kunnen dan is het mogelijk dit congres via de livestream (terug) te kijken. Op de website hebben we alvast een pagina voor de livestream aangemaakt (hier). Aanmelden voor het congres kan via deze pagina. Via deze pagina is ook extra informatie te vinden. We hopen komende maand ook een crowdfunding te starten om zo de entreekosten zo laag mogelijk te houden, bovendien wordt dan ook een flyer gepubliceerd om verder te verspreiden. Komt u ook?
Bundel ‘Inzicht: Wetenschap voor Gods Aangezicht’
De bundel ‘Inzicht: Wetenschap voor Gods Aangezicht‘ wordt goed verkocht. Heeft u de bundel nog niet? Aanschaffen kan via dit bestelformulier. We houden hier een overzicht bij van alle reacties op de bundel. De eerste recensies druppelen ook binnen. Twee positieve recensies zijn ook geplaatst op onze website. Voor Weet Magazine schreef ir. G.J.H.A. van Heugten een recensie. Voor De Saambinder schreef dr. G.P. van Nieuw Amerongen een recensie.
Ede Pride
We moeten liefdevol en met pastorale bewogenheid (zoals dr. Hoek aangeeft) met mensen die een andere gerichtheid hebben of worstelen met hun geslacht (genderdysforie) omgaan. Dat is overigens wat anders dan alles toelaten en ruimte geven. Het blijft een boodschap van zonde én genade. Deelnemen aan Ede Pride gaat ons echter veel te ver. Dat moeten de kiesverenigingen van de SGP Ede ook hebben gedacht toen ze een brief naar de gemeenteraad stuurden. Deze brief werd gelekt via ‘social media’ en er ontstond een discussie (artikel). Tijdens de gemeenteraadsvergadering werden er ook vragen over gesteld door de zogenoemde progressieve partijen (artikel). We staan achter de zorgvuldig geformuleerde brief, maar helaas had dit (voor zover we het kunnen overzien) geen effect op de Ede Pride.
‘Recht op leven’
Op 16 juni 2023 organiseerde Stichting Schreeuw om Leven een middagsymposium met als thema ‘Recht op leven’. Dit symposium werd georganiseerd vanwege het verschijnen van het boekje van de ethicus Arthur Alderliesten (MA), directeur van Schreeuw om Leven. Het was een breed interkerkelijk symposium met sprekers variërend van een prominent figuur uit de Oud-Katholieke Kerk tot een predikant van de Gereformeerde Gemeente. In de zaal zaten ongeveer 100 mensen en de livestream is ondertussen bijna 850 keer bekeken. We hebben de livestream ook gedeeld via de website ‘Oorsprong’. Terugkijken kan via deze link.
Archeologie in Staphorst
Jan van Meerten schrijft voor het blad Om Sions Wil jaarlijks een stuk of vijf columns. De laatste column had als titel Archeologie in Staphorst. Deze column is hier te lezen en kreeg veel reactie. Een deel van de reacties zijn hier besproken. Ook de website Geloof en Wetenschap (van ForumC) berichtte hier ook over deze column.
Website
De website ‘Oorsprong‘ wordt ook deze maand goed bezocht. Elke dag verschijnen er artikelen over het vraagstuk geloof en wetenschap. Welke artikelen worden veel gelezen of zijn nieuw? Hieronder een greep van vijf artikelen. Veel zegen bij het (her)lezen of het (opnieuw) kijken hiervan.
(1) Orthodoxe corruptie van bijbelteksten? – Antwoord van drs. Bremmer (GBS) op deze vraag (geschreven door drs. Christiaan Bremmer).
(2) ‘Kijk maar in de spiegel en kijk maar in de spiegel van de natuur’ – Ds. Zondag in een preekfragment n.a.v. de vraag ‘Hoe weet ik dat God bestaat?’ (preekfragment van mr. dr. Wijnand Zondag).
(3) Commissie ‘Schriftgezag’ van de Generale Synode Gereformeerde Gemeente 2022 heeft drie medewerkers benoemd (geschreven door Jan van Meerten).
(4) De waarde van Genesis voor een verantwoordelijk wereldbeeld – Dr. Henk Jochemsen sprak op het congres ‘Geloof jij het?’ (2013) (lezing door dr. Henk Jochemsen).
(5) Heiligdom met zonnekalender van 4000 jaar oud ontdekt in Tiel – Archeologisch bureau RAAP maakt een korte video (video door RAAP).
De volgende nieuwsbrief verschijnt, als de Heere leven en gezondheid geeft, op 27 juli 2023 D.V. (Iemand laten) Aanmelden voor deze nieuwsbrief kan hier.
Petitie wil oudste zonnekalender van Nederland behouden als cultureel erfgoed
Vorige week berichtte deze website over de vondst van de oudste zonnekalender van Nederland. Het was een weergave van opgravingen die gedaan zijn in 2017. De vondsten werden gepresenteerd op de langste dag van het jaar. Op 22 juni 2023 werd er een petitie gestart die de zonnekalender wil behouden als cultureel erfgoed.6
De oudste zonnekalender van Nederland werd ontdekt op het bedrijventerrein Medel bij Tiel. De opgravingen zijn ondertussen al toegedekt en op die locatie zal gebouwd worden. De opstellers van de petitie roepen op om te voorkomen dat cultureel erfgoed verloren gaat en om er een cultuurcentrum van te maken door de zonnekalender zo ver mogelijk terug te brengen in originele staat. Volgens de opsteller is dit ‘een belangrijk cultureel erfgoed (…) voor mensen van uiteenlopende religieuze en spirituele stromingen’. Ze verzoeken daarom ook om te stoppen met bouwen op en rondom de vindplaats. Dat niet alleen, ze verzoeken ook ‘de vindplaats en nabije omgeving van de oudste zonnekalender in Tiel zoveel mogelijk in zijn originele staat terug te brengen’. De petitionaris is Joyce van Tilborg. De petitie zal worden aangeboden aan de Provincie Gelderland en zal aflopen op 22 september 2023 D.V.
De petitie is hier te ondertekenen: https://petities.nl/petitions/behoud-de-oudste-zonnekalender-in-nederland.
Met dank aan een Facebookvolger die mij op deze petitie wees.
Voetnoten
Orthodoxe corruptie van bijbelteksten? – Antwoord van drs. Bremmer (GBS) op deze vraag
Vraag
Ik was al helemaal gewend aan het woord “Kapernaum” maar in de NBV wordt mij er op attent gemaakt dat dat het “Kafarnaum” moet zijn. Blijkbaar heeft de Griekse tekst twee verschillende ‘lezingen’. Ooit heeft een kopiïst blijkbaar Kafarnaum in Kapernaum veranderd en dat is héél raar. Met welke bedoeling heeft hij dat gedaan? Bart D. Ehrman weet precies waarom “je vader en ik” in Lukas 2:48 door een kopiist veranderd is in “Jozef en ik.” Iedere verandering heeft een reden, een oorzaak. En dat is in dit geval nogal raadselachtig.
Is het een antiadoptische of een antidocetische of een antiseparatische verandering? In het kwadraadschrift schijf je Kapernaum of Kafarnaum als: כְּפַר נַחוּם Kefar Nachum = dorp van Nahum. Die “Pee” mag je, dacht ik, als een P of als een F vertalen. Maar dat is geen Grieks! En de evangeliën zijn oorspronkelijk in het Grieks geschreven. Hoe zit dat?
Eigenlijk zou ik de vraag aan Bart D. Ehrman moeten stellen want die heeft het boek geschreven “Wie veranderde de tekst van de Bijbel en waarom?” Maar dan zou ik mijn vraag in het Engels moeten formuleren, want ik denk niet dat hij Nederlands kan lezen. En ik zou ook eerst nog betalend lid van zijn fanclub moeten worden en dat ziet deze zuinige Zeeuw niet zitten. Nou ja, het geld wordt goed besteed aan liefdadigheid; maar liefdadigheid in de Verenigde Staten klinkt voor mij als een contradictie in terminus.
Antwoord
Het komt vaker voor dat de spelling van namen in de Griekse handschriften verschilt. Dat heeft te maken met de wijze waarop men buitenlandse namen weergaf in de eigen taal. Ook in onze hedendaagse taal spelen dat soort kwesties. Denk aan het feit dat Kiev vroeger een algemene schrijfwijze voor het Nederlands was, maar dat veel media nu Kyiv zijn gaan schrijven. Inderdaad is het zo dat een Hebreeuwse Pe als harde letter (p) of als zachte (f) getranscribeerd kan worden. We moeten ons daarbij ook realiseren dat de kwestie ‘hard of zacht’ (wel of geen puntje in de Pe) in het oorspronkelijke Hebreeuws niet genoteerd werd.
Het is de vraag of er een bewuste reden is voor dit spellingsverschil, of dat het gewoon te maken had met de conventies van bepaalde (groepen) kopiisten. Dat laatste lijkt het meest waarschijnlijk. Daarbij is het ook de vraag welke spelling oorspronkelijk was. U schrijft: “Ooit heeft een kopiist Kafarnaum in Kapernaum veranderd”, maar het zou ook andersom geweest kunnen zijn.
Verder noemt u het voorbeeld van Lukas 2:48, maar dat is niet zomaar te vergelijken. Dan gaat het echt weer om een andere discussie, die inderdaad wel degelijk een inhoudelijke discussie is. Bart Ehrman hangt al lange tijd de gedachte aan dat orthodoxe kopiisten de oorspronkelijke Griekse tekst bewust hebben ‘gecorrumpeerd’, zodat die beter bij de orthodoxe leer zou passen (“The orthodox corruption of Scripture”; en recenter dus: “Misquoting Jesus”). Voor Ehrman is de orthodoxe leer overigens ook onjuist; zelf is hij agnostisch-atheïstisch en hij gelooft niet dat Jezus God is.
Vanuit gereformeerde hoek wordt echter juist andersom geredeneerd: wij geloven dat bepaalde kopiisten vanuit ketterse overtuigingen bepaalde elementen uit de grondtekst hebben weggelaten bij het kopiëren. Bij Lukas 2:48 is het echter zo dat zowel de Griekse tekstuitgaven van de Meerderheidstekst en Textus Receptus als van de kritische tekst (Nestle-Aland) de lezing “Uw vader en ik” hebben. Het is namelijk ook vanuit de orthodoxe visie niet problematisch dat Jozef de vader van Jezus wordt genoemd. Dat kan immers als ‘stiefvader’ bedoeld zijn. De discussie speelt met name in vers 33, waar de Meerderheidstekst/Textus Receptus “Jozef en Zijn moeder” heeft, terwijl de kritische tekst “Zijn vader en moeder” heeft. O.a. Theodorus Beza en ook de Statenvertalers schrijven ook over de interpretatie dat Jezus de zoon van Jozef werd genoemd vanuit de mening van de Joden gedacht. Beza schrijft bij vers 27: “De Evangelist ziet daarbij ongetwijfeld meer op de mening van het volk dan op hoe de zaak werkelijk was.” De Statenvertalers geven dat bij vers 48 ook als mogelijke verklaring: “Zo spreekt Maria naar de mening der Joden, Lukas 3:23, of omdat men ook een stiefvader met den naam van vader placht te noemen.”
Beza gaat bij vers 27 ook in op de adoptionistische discussie en geeft daarbij de orthodoxe visie weer: Christus is als God zonder moeder en als mens zonder vader (vgl. Hebreeën 7:3 met kanttekening in de Statenvertaling). Het is niet terecht, schrijft Beza, dat de Ebionieten en andere ketters op basis van deze en andere teksten concludeerden dat Jezus werkelijk de zoon van Jozef was.
We zien in Ehrmans boek “The orthodox corruption” (pagina 55-56) dat hij eerst betoogt dat vers 33 door de orthodoxen is gecorrumpeerd door “vader” te wijzigen in “Jozef”. (Echter, de orthodoxen behoeven helemaal geen probleem te hebben met de tekst “vader”. Ook Beza schrijft bijvoorbeeld dat de lezing “vader” hier wellicht toch de originele lezing is.) Voor vers 48 erkent Ehrman dat het opvallend is dat de Griekse manuscripten hier toch massaal de lezing “vader” hebben; toch zegt hij dat ook hier gecorrumpeerd is, wat hij dan betoogt op basis van citaten uit m.n. oude bijbelvertalingen. Maar hij geeft toe dat de wijzigingen (van authentiek naar orthodox, in zijn visie) nogal willekeurig toegepast lijken te zijn en dat ook orthodoxen toch eigenlijk geen moeite hoefden te hebben met woorden als “vader” en “ouders”. Op mij komt de beschuldiging van orthodoxe corruptie bepaald niet overtuigend over.
Deze gastbijdrage is met toestemming van de redactie overgenomen van de website Refoweb. Het originele artikel is hier te vinden.
Brief kiesverenigingen SGP Ede komt ter sprake in Gemeenteraadsvergadering Ede – Waardig en rustig debat over standpunten
Na de ophef op Social Media over de brief aangaande de Ede Pride lag het in de lijn der verwachting dat deze brief ook ter sprake zou komen in de Gemeenteraadsvergadering van de Gemeente Ede. De brief was een vertolking van het standpunt van de kiesverenigingen SGP Ede aangaande de Ede Pride die komend weekend wordt gehouden. Diverse fractieleden van D66 reageerden not amused. Gelukkig was het debat daarover een voorbeeld van rust, respect en waardigheid.7
22 juni 2023
Op 22 juni 2023 vergaderde de Gemeenteraad van de Gemeente Ede. De vergadering ging onder andere over de Voorjaarsbrief 2024-2027. Deze brief wordt in twee rondes behandeld. Op 22 juni gaven alle fracties hun openingsstatement. Op 6 juli 2023 D.V. (het tweede termijn dus) worden ook alle moties en amendementen behandeld. Iedere fractie kreeg 7 minuten spreektijd (dat is exclusief interrupties) en het college kreeg 42 minuten om te reageren.8 De vergadering werd voorgezeten door burgemeester mr. L.J. (René) Verhulst (CDA). Hoewel het niet het hoofdonderwerp was, werden er aan de SGP-fractie diverse vragen gesteld over de brief. Ook bij andere coalitiepartners werd de brief voorgelegd.9
Interrupties en reacties op bijdrage SGP
Stephan Neijenhuis (MSc.) van D66 had als grootste oppositiepartij de eerste bijdrage. In zijn bijdrage ging hij niet in op de brief. Daarna was Kees van Wolfswinkel van de SGP, als grootste coalitiepartij, aan het woord. Hij werd door diverse coalitieleden bevraagd op het standpunt van de SGP-fractie inzake de brief.10
Van Wolfswinkel gaf aan dat er geen urgente zaken spelen in het Sociaal Domein. De hierboven genoemde Neijenhuis interrumpeerde daarop dat er binnen het Sociaal Domein wel degelijk wat speelt. Hij verwijst naar de ondertussen gewraakte brief van de SGP-kiesverenigingen. Uit de brief blijkt dat men afstand neemt van de Ede Pride en in de brief wordt aangegeven dat wanneer een samenleving de man-vrouw-basis loslaat met allerlei problemen (en vraagstukken) te maken krijgt. De oplossing zou volgens de briefschrijvers zijn dat wij die mensen moeten aanspreken om hun gedrag, leefwijze en ‘identiteit’ moeten ‘omgooien’. Neijenhuis geeft aan dat de brief veel pijn gedaan heeft bij mensen die hij in de Gemeente Ede heeft gesproken en ook bij zijn fractiegenoten. Neijenhuis vraagt aan Van Wolfswinkel of zij als fractie deze brief verwerpen. Het waren immers de kiesverenigingen die deze brief stuurden en niet de fractie zelf.
Van Wolfswinkel geeft in antwoord daarop aan dat dit antwoord uiteraard verder strekt dan het Sociaal Domein. Op de vraag of de SGP’er de brief verwerpt, is zijn korte antwoord: ‘Nee’. Neijenhuis neemt geen genoegen met dit korte antwoord. De D66’er vraagt zich af hoe deze brief zich verhoudt tot het bestuursakkoord wat de coalitie heeft afgesproken. Hierin staat, volgens Neijenhuis, dat inclusie betekent ‘niet buitensluiten’ en ‘wij gaan uit van acceptatie’. Zijn vraag is hoe deze brief past bij ‘acceptatie’ en ‘mensen niet buitensluiten’ zoals in het bestuursakkoord omschreven staat. Van Wolfswinkel erkent dat de opponent recht heeft op een uitgebreider antwoord dan alleen een ‘Nee’. Brieven verwerpen doet, volgens hem, ook geen recht aan het zoeken van verbinding. Het zoeken van een dialoog en gesprek moet de intentie zijn. De brief moet volgens hem gezien worden als een bijdrage aan het gesprek. Deze mening van de afdelingen van de SGP is overigens niet bevreemdend of nieuw. Van Wolfswinkel geeft aan dat hij deze visie ook in andere discussies naar voren heeft gebracht. De SGP’er toont begrip dat zo’n brief pijn kan doen. Anderzijds heeft de SGP, vanuit haar visie op de samenleving, ook een bepaalde positie ingenomen. Het staat bovendien de afdelingen vrij om in zorgvuldige bewoordingen dit gesprek aan te gaan. Zodat door helderheid van standpunten de afstand niet vergroot maar juist verkleind wordt.
Neijenhuis geeft aan dat de brief inderdaad oproept tot gesprek. De D66’er vindt echter deze wijze van gesprek, namelijk de oproep om de levenswijze van personen die deelnemen aan de Ede Pride te veranderen, niet correct. Hij neemt er naar eigen zeggen zelfs ‘flink afstand van’. We moeten, volgens hem, juist naar elkaar luisteren en elkaar ruimte te bieden. Volgens Neijenhuis kan het niet allebei: zowel het bestuursakkoord als deze brief. Hij vraagt zich daarom af of de hierboven genoemde passage uit het bestuursakkoord voor Van Wolfswinkel een dode letter is. De SGP’er reageert dat zijn raadsgenoot hem en de briefschrijvers woorden in de mond leggen die niet gesuggereerd worden. Er wordt niet gezegd dat ‘wij geen mensen accepteren’, maar er wordt aangegeven dat de SGP staat voor de man-vrouw-verhoudingen als basis voor de samenleving. Het kan niet zo zijn dat dit standpunt onbekend is. Hij beseft dat hiermee mensen worden geraakt in gevoelens, maar daarmee worden de mensen zelf niet afgeschreven of weggezet. De SGP gaat in op (maatschappelijke) uitnodigingen om die gesprekken te voeren. Als voorbeeld noemt Van Wolfswinkel zijn bezoek aan de pre-Pride om dat gesprek te voeren en die zienswijzen te horen/te voelen. Van Wolfswinkel denkt dat zijn opponent in deze het geheel in een verkeerd daglicht stelt.
Voorzitter Verhulst geeft tussendoor aan dat het een belangrijk onderwerp is. Hij denkt dat niet alle kijkers en volgers van het debat de genoemde brief kennen, daarom geeft de burgervader een samenvatting van de brief. Ellen Out van GroenLinks reageert daarna op Van Wolfswinkel aangaande de brief. Zij vraagt zich af in hoeverre deze brief nu daadwerkelijk bijdraagt aan een gesprek en hoe deze brief zich verhoudt tot het gesprek dat een aantal jaren geleden is gehouden over de zogenoemde regenbooggemeente. Uit dat laatstgenoemde gesprek heeft Out de indruk gekregen dat de SGP-fractie er anders in staat dan deze brief beschrijft. Burgemeester Verhulst geeft aan dat hij erbij was en dat Van Wolfswinkel zelfs de woordvoerder was. De SGP’er erkent dat afdelingen zelfstandige verenigingen zijn. In dit geval hebben zij zelf het initiatief genomen en hierover wel contact gehad met de fractievoorzitter van de SGP. Als fractie hebben zij daar verder geen standpunt over ingenomen. Ze hebben daarom net als de andere fracties ook de brief zien binnenkomen. Out vraagt tenslotte of Van Wolfswinkel dat nu betreurt. Van Wolfswinkel geeft aan dat niet te betreuren. De brief verwoordt het standpunt zoals de SGP die ook huldigt. Dat is in de beleving van de SGP-fractie in de juiste toonzetting geprobeerd neer te zetten. Het is inderdaad een ander standpunt dan het merendeel van de Gemeenteraad Ede onderschrijft. De wens om een bijdrage te leveren aan de dialoog wil niet zeggen dat de SGP van dát standpunt is veranderd. Een gesprek moet twee kanten op gevoerd worden en dus niet een primaat voor de mening van de LHBTIQ+-gemeenschap. Er moet, volgens Van Wolfswinkel, ook ruimte zijn voor andere opvattingen. Van Wolfswinkel herhaalt nogmaals dat de afdelingen de vertolking van hun standpunt op een zorgvuldige wijze geprobeerd hebben te doen.
Out geeft nog aan dat de brief uiteraard niet gaat om alleen de Ede Pride, maar ook om het wezen van de LHBTIQ+-gemeenschap. De brief interfereert, volgens Out, met de dialoog die Van Wolfswinkel voorstaat. Zij noemt het onbegrijpelijk dat de fractie niet eerst in gesprek is gegaan voordat deze brief eruit ging. Ze geeft aan dat dit een constatering is en geen vraag. Vervolgens reageert Anne Jan Telgen (MSc.) van het CDA op de interruptie van dhr. Neijenhuis (zie boven). Hij wil een vraag stellen aan de D66’er, zonder zichzelf in een hokje te duwen van voor of tegen11. Telgen herhaalt wat Van Wolfswinkel zei: acceptatie werkt twee kanten uit. De CDA’er vraagt zich af hoe Neijenhuis dat ziet. Neijenhuis haalt, in reactie op Telgen, nogmaals aan dat in de brief staat dat ‘een samenleving die de basis man-vrouw loslaat voor allerlei problemen zorgt’. Deze stelling wordt mensen die anders denken tegen het hart gedrukt. Het gaat er bij Neijenhuis niet in dat dát ‘acceptatie’ is. Hij is in de politiek gegaan om op te komen voor mensen om zichzelf te kunnen zijn. De burgervader breekt in met de vraag of Neijenhuis accepteert dat mensen daar ook anders over kunnen denken. De D66’er geeft aan dat hij dat uiteraard wel accepteert, maar volgens hem zitten we niet voor niets in de politiek. Over meningen kunnen we het hebben, maar afspraken dienen nagekomen te worden. Telgen reageert daarop dat iedereen recht heeft op zijn of haar eigen mening. Het CDA is volgens Telgen een middenpartij die ook oog heeft voor de andere kant. Als je de regenboogvlag niet hijst ben je niet ineens intolerant, of juist als je hem wel hijst je dan fiat krijgt om naar de ander te wijzen, met de beschuldigende vinger dat de ander dan niet tolerant zou zijn. Telgen probeert Neijenhuis de spiegel voor te houden en hem uit te dagen om ook eens te kijken hoe iemand anders daar tegenaan kijkt. Neijenhuis geeft aan dat hij niet van de hele Gemeente Ede verwacht dat zij aanstaande weekend bij Ede Pride zullen zijn. ‘Dat zou echt geweldig zijn, maar ik verwacht dat echt niet van iedereen.’ Hij verwijst nogmaals dat we bepaalde afspraken hebben gemaakt en te ‘werken naar bepaalde idealen’.12 De D66’er wil daarom mensen op afspraken aanspreken. Dat de SGP enerzijds voor acceptatie gaat en anderzijds zo’n ‘verschrikkelijke brief’ (in de bewoording van Neijenhuis) onderschrijft, kan volgens het raadslid niet.
Ruben van Druiten van BurgerBelangen reageert ook op Van Wolfswinkel. Hij geeft aan dat het vreemd is, maar dat zijn partij zich nu ook een middenpartij voelt. Van Druiten gaat het te ver dat kinderen van vier jaar het al moeten gaan hebben over genderidentiteit en dat soort zaken. Dat is BurgerBelangen ook een brug te ver. Van Druiten vraagt zich af of de SGP’er niet bang is dat man-vrouw als basis voor de samenleving niet voor dezelfde excessen zal zorgen als hierboven geschetst worden. Van Wolfswinkel noemt dit een ingewikkelde vraag. De SGP’er neigt naar het antwoord ‘Nee’, maar vraagt Van Druiten de vraag nog eens eenvoudiger te herhalen. Van Wolfswinkel lijkt volgens Van Druiten de gebeten hond met de orthodoxe opvattingen (die zouden overigens ook voor moslims gelden). Werkt het man-vrouw-ideaal niet dit soort excessen in de hand (als tegenbeweging). Roept de SGP dit soort reacties niet op? Van Wolfswinkel geeft aan dat dit principe, bij orthodoxe gelovigen, al eeuwen leidend is geweest. De SGP ontkent niet dat er mensen zijn die andere gevoelens hebben. Deze gevoelens zijn overigens ook al van alle eeuwen. De SGP reageert nu reactief op de uitingen en beweging die ontstaat. De brief is een reactie op de Ede Pride en het geldt niet dat de Ede Pride een reactie is op deze eeuwenoude standpunten.
Sam Elfvering (MSc.) van D66, degene die de brief naar buiten bracht op Social Media, reageert ook op Van Wolfswinkel. Elfvering geeft aan dat hij Van Wolfswinkel trof bij de pre-Pride. Hij verwijst naar de christelijke LHBTIQ+-gemeenschap die daar ook aanwezig was. Elfvering heeft daar heel veel mensen gezien met pijn en die met pijn in hun hart de kerk verlaten hebben. Door deze kerkverlating hebben zij geen gemeenschap of familie meer op terug te vallen. De D66’er vraagt wat Van Wolfswinkel tegen die mensen, die zich helemaal in de steek gelaten voelen, zou zeggen. De burgervader geeft als voorzitter aan dat dit een hele moeilijke vraag is en vraagt Van Wolfswinkel dit zo goed mogelijk te beantwoorden.
Het debat komt Van Wolfswinkel niet als verrassing en hij heeft zich vooraf afgevraagd of hij ook niet moest reflecteren op de bijeenkomst waar hij geweest was. Hier waren heel veel persoonlijke verhalen te horen en persoonlijke emotie te zien. Van Wolfswinkel wil daar in het debat terughoudend over zijn. In de gemeenteraadsvergadering wordt immers een politiek debat gevoerd. Zo’n debat is wat anders dan een gesprek op individueel (persoonlijk) niveau. De SGP’er erkent dat de pijn er is en dat mensen inderdaad daardoor ook afscheid van de kerk nemen. Er zijn ook mensen die daar wel een eigen weg in gevonden hebben. Bovendien wordt er, volgens Van Wolfswinkel, binnen kerken verschillend over gedacht. Hij erkent dat het ook binnen kerken vaak verkeerd gaat, maar dat er anderzijds ook goede stappen in zijn gezet. Het is een zoektocht om de mensen met de juiste woorden te blijven binden. Een complex vraagstuk, waar niet een-twee-drie een antwoord op te geven is. Een persoonlijk gesprek, is volgens Van Wolfswinkel, wel cruciaal.
Burgemeester Verhulst geeft aan dat hij ooit een dominee hier uit de buurt over die vraag wel eens een antwoord horen geven. De predikant gaf aan dat we goed moeten luisteren naar wat Jezus hierover zegt. Van Wolfswinkel geeft aan dat daar de brief mee afsloot. Het betrof een verwijzing naar Johannes 8. Van Wolfswinkel sluit zijn bijdrage af met een verwijzing naar het gebed van Salomo om wijsheid. De SGP wenst dát de Gemeenteraad van Ede toe.
Interrupties en reacties op bijdrage PvdA
De brief komt een hele tijd niet meer ter sprake tot de bijdrage van Boyce de Jong van de PvdA. Aan het slot van zijn betoog spreekt hij over inclusiviteit en diversiteit. De Jong geeft aan dat de Gemeente Ede een zeer diverse bevolking kent. De PvdA wil ruimte bieden aan deze diversiteit aan opvattingen. De Jong geeft aan dat de gemeente er voor iedereen is en dat gelijke behandeling moet worden toegepast. Neijenhuis (hierboven genoemd) interrumpeert met een vraag aangaande LHBTIQ+-emancipatie. D66 had graag gezien dat ‘het college daar meer ambitie op had getoond’. Hij verwijst opnieuw naar de passage van het coalitieakkoord (waar PvdA ook deel van uitmaakt) over ‘acceptatie’ en ‘niet buitensluiten’. Neijenhuis geeft aan dat één van die coalitiepartijen (de grootste nota bene) een brief heeft gestuurd met daarin dat een onjuiste visie op de man-vrouw-verhoudingen problemen met zich meebrengt voor de samenleving. Verzoek tot aanpassing van levenswijze staat volgens Nijenhuis haaks op acceptatie en niet buitensluiten. Neijenhuis vraagt zich af hoe De Jong dat rijmt met het bestuursakkoord.
De Jong geeft aan dat hij verbolgen was toen hij de brief van de SGP-kiesverenigingen las. Hij heeft daarom als eerste contact opgenomen met dhr. Flier, de voorzitter van de SGP te Ede. De Jong wilde graag met hem van gedachten wisselen. Het leven in een democratie biedt ruimte dat iedereen zijn mening mag geven. De Jong noemt het ‘niet oké’ om beperkingen op te leggen aan delen van onze samenleving. Deze boodschap heeft De Jong ook meegegeven tijdens het genoemde gesprek. De SGP heeft de handtekening gezet onder het bestuursakkoord. In dat akkoord staat dat de gemeente er voor iedereen is en dat het zogenoemde regenboogakkoord gewoon uitgevoerd gaat worden. De Jong heeft er vertrouwen in dat de handtekening van een jaar geleden op dit moment even veel waard is als toen. Hij heeft dat vandaag ook bevestigd gekregen vanuit de SGP. De Jong respecteert het standpunt van de SGP. Het is niet het standpunt van De Jong en hij neemt daarom ook afstand van de brief die gestuurd is. Onderaan de streep blijft het bestuursakkoord over en dat de Gemeenteraad Ede dát tot uitvoering gaat brengen. Het betekent ook dat de Ede Pride alle ruimte krijgt om het evenement te houden en dat geen enkele politieke partij in de Gemeente Ede zich gaat mengen in de inhoud van het evenement.
Neijenhuis geeft aan zeker niet tevreden te zijn met dit antwoord. Volgens de D66’er probeert een politieke partij zich juist wel in te mengen, namelijk de SGP middels een brief. De SGP zou de Ede Pride liever helemaal afzeggen. Volgens hem staat dat haaks op het bestuursakkoord. ‘Is dat akkoord dan niet gewoon een dode letter?’, vraagt Neijenhuis zich opnieuw af. De burgervader geeft aan dat dezelfde vraag hier nogmaals wordt gesteld. De Jong geeft aan dat hier, wat PvdA betreft, niet aan wordt getornd. De PvdA’er geeft aan dat zijn partij ook actief mee zal doen aan de Ede Pride. Hij herhaalt wat hij gezegd heeft en geeft aan dat hier niet meer op gezegd kan worden. Zolang er geen concreet voorstel komt vanuit de SGP om de Ede Pride te veranderen, is er niet veel aan de hand. Al betreurt De Jong de brief, hij vertrouwt erop dat de SGP-fractie niet met concrete voorstellen komt aangaande inmenging in de Ede Pride.
Neijenhuis herhaalt zijn vraag nogmaals. De brief van de afdelingen wordt ondersteunt door de fractie. De handtekening staat en de D66’er zou graag zien dat die afspraken nagekomen worden. Verhulst breekt in en geeft aan dat het punt nu wel duidelijk is. Neijenhuis is het daarmee oneens omdat volgens hem De Jong niet op zijn punt ingaat. Waar ligt voor de PvdA de grens? Om te zeggen tot hier en niet verder. Verhulst geeft aan dat Neijenhuis in ieder geval duidelijk het punt gemaakt heeft. De Jong wil nog een keer helder zijn: “Op het moment dat er wordt bemoeid met de inhoud, op het moment dat de SGP-fractie publiek gaat roepen: ‘We gaan stoppen met de Ede Pride’, dan hebben we een probleem.” De PvdA’er geeft aan dat hij duidelijke afspraken heeft gemaakt met de SGP en zij hebben bevestigd dat de handtekening onder het bestuursakkoord gewoon telt. De Jong geeft bovendien aan geen gedachten op te willen leggen. Al zou hij willen dat iedereen zou denken zoals hij denkt, gaat dát toch niet gebeuren. Het gaat om de uitvoering, al vindt De Jong het in de beeldvorming heel vervelend. De Jong geeft tenslotte aan dat hij van Ede Pride een mooi feest gaat maken.
Ten slotte
De wethouders dr. ir. Leon Meijer, ing. Arnold Versteeg, Peter de Pater, Jan Pieter van der Schans (MSc.) en drs. ing. Karin Bijl-Mannaerts reageren op de verschillende inbrengen, maar daarin ging het niet meer over de brief van de SGP-kiesverenigingen. Na deze reacties besluit burgemeester mr. René Verhulst de lange vergadering. Hierboven is uitgebreid verslag gedaan van deze vergadering en dan vooral over de reacties op de brief. Dat is gedaan omdat het belangrijk is om te zien hoe er gereageerd wordt op een dergelijke brief en welke argumenten hier naar voren komen. De brief heeft een hoop stof doen opwaaien, maar het lijkt er uiteindelijk op dat na gesprekken er geen verandering zal optreden in de uitvoering van het beleid. Wel zijn er verschillende standpunten uitgewisseld en heeft men kennis kunnen nemen van de verschillende standpunten. Het is goed om te zien dat het debat rustig en waardig gevoerd kon worden.
Voetnoten
Parenteel van Frederik van Meerten (1766-1845) en Luthera van de Peppel (1768-1830)
Frederik van Meerten werd op 15 december 1766 te Ingen13 geboren als zoon van Jan van Meerten (1724-?) en Jacoba van Grootveld (?-?). Het parenteel van zijn ouders is hier te vinden. Hij is overleden op 13 maart 1845 te Lienden.14 Hij trouwde op 9 november 1794 te Lienden15 met Luthera van de Peppel. Luthera van de Peppel werd in het jaar 176816 te Wageningen17 geboren als dochter van Jan van de Peppel (?-?) en Teuntje van Gelderen (±1737-1815). Zij is overleden op 15 juli 1830 te Lienden.18
Kinderen
Uit dit huwelijk werden de volgende zes kinderen geboren:
- Jannigje van Meerten. Zij werd geboren op 17 november 1794 te Lienden19 en overleed op 7 maart 1876 te Culemborg.20 Zij trouwde op 25 juli 1819 te Lienden21 met Abraham den Hartog, geboren in maart 1782 te Culemborg22 en overleden op 17 februari 1858 te Culemborg.23 Hij was de zoon van Cornelis den Hartog (1740-1785) en Maria van IJperen (1743-1829). Het parenteel van dit echtpaar is hier te vinden.
- Johanna Antonia van Meerten. Zij werd geboren op 11 oktober 1796 te Lienden24 en overleed op 13 april 1868 te Utrecht.25 Zij trouwde op 31 augustus 1836 te Utrecht26 met Joannes Ganseveurder, geboren in april 1810 te Bunnik27 en overleden op 29 maart 1867 te Utrecht.28 Hij was de zoon van Joes Ganseveurder (1780-1825) en Willemina Hoveling (1784-1864). Het parenteel van dit echtpaar is hier te vinden.
- Elisabeth van Meerten (1799-1890).
- Helena van Meerten. Zij werd geboren op 3 februari 1802 te Lienden29 en overleed op 2 augustus 1890 te Lienden.30 Zij trouwde op 10 juni 1831 te Lienden31 met Cornelis Langboom, geboren op 6 december 1798 te Tienhoven en overleden op 7 september 1868 te Lienden.32 Hij was de zoon van Jacobus Langboom (?-1810) en Johanna van de Weerd (?-1810). Het parenteel van dit echtpaar is hier te vinden.
- Jan van Meerten. Hij werd geboren op 18 april 1807 te Lienden33 en het is de auteur (nog) onbekend wanneer hij precies is overleden. Hoogstwaarschijnlijk is hij als baby overleden.
- Jan van Meerten. Hij werd geboren op 10 september 1808 te Lienden34 en overleed op 21 september 1897 te Lienden.35 Hij trouwde op 27 februari 1835 te Lienden36 met Geurtje Verburgt, geboren op 30 november 1814 te Oosterhout (Gld.)37 en overleden op 29 november 1893 te Lienden.38 Zij was een dochter van Michiel Verburgt (1782-1837) en Christina Klaassen (1781-1827). Het parenteel van dit echtpaar is hier te vinden.
Overige informatie over dit echtpaar
Dit parenteel wordt momenteel verder aangevuld en compleet gemaakt.
Voetnoten
Parenteel van Johanna Antonia van Meerten (1796-1868) en Joannes Ganseveurder (1810-1867)
Johanna Antonia van Meerten werd geboren op 11 oktober 1796 te Lienden1 als dochter van Frederik van Meerten (1766-1845) en Luthera van de Peppel (1768-1830). Het parenteel van haar ouders is hier te vinden. Zij is overleden op 13 april 1868 te Utrecht.2 Zij trouwde op 31 augustus 1836 te Utrecht3 met Joannes Ganseveurder. Joannes Ganseveurder werd in april 181039 te Bunnik40 geboren als zoon van Joes Ganseveurder (1780-1825) en Willemina Hoveling (1784-1864). Hij is overleden op 29 maart 1867 te Utrecht.41
Kinderen
Voor zover we weten is dit echtpaar kinderloos gebleven. Bent u toch bekend met kinderen van dit echtpaar, dan kunt u dat doorgeven via het contactformulier.
Overige informatie over dit echtpaar
Dit parenteel wordt momenteel verder aangevuld en compleet gemaakt.
Voetnoten
Parenteel van Jannigje van Meerten (1794-1876) en Abraham den Hartog (1782-1858)
Jannigje van Meerten werd geboren op 17 november 1794 te Lienden1 als dochter van Frederik van Meerten (1766-1845) en Luthera van de Peppel (1768-1830). Het parenteel van haar ouders is hier te vinden. Zij is overleden op 7 maart 1876 te Culemborg.2 Zij trouwde op 25 juli 1819 te Lienden3 met Abraham den Hartog. Abraham den Hartig werd in maart 178240 te Culemborg41 geboren als zoon van Cornelis den Hartog (1740-1785) en Maria van IJperen (1743-1829). Hij is overleden op 17 februari 1858 te Culemborg.42
Kinderen
Voor zover we weten is dit echtpaar kinderloos gebleven. Bent u toch bekend met kinderen van dit echtpaar, dan kunt u dat doorgeven via het contactformulier.
Overige informatie over dit echtpaar
Dit parenteel wordt momenteel verder aangevuld en compleet gemaakt.
Voetnoten
‘Kijk maar in de spiegel en kijk maar in de spiegel van de natuur’ – Ds. Zondag in een preekfragment n.a.v. de vraag ‘Hoe weet ik dat God bestaat?’
‘Hoe weet ik dat God bestaat?‘ Predikant mr. dr. W.A. Zondag laat in een preekfragment horen hoe hij, door te kijken naar het Boek der Natuur, deze vraag zou beantwoorden aan jongeren. Uiteraard is het niet verstandig om alleen preekfragmenten te beluisteren (dat zou een selectief beeld op kunnen roepen), maar de gehele preek. Deze is hier te vinden. Met dank aan ‘Evangelie Herauten’ voor plaatsing van dit preekfragment op hun YouTube-kanaal.
‘Al met al is Inzicht een onmisbaar naslagwerk’ – Bespreking van ‘Inzicht: Wetenschap voor Gods Aangezicht’
Kun je wetenschap en geloof combineren? De laatste jaren zijn diverse boeken van christelijke theologen en natuurwetenschappers verschenen die deze vraag met ‘ja’ beantwoorden. Maar ze nemen daarbij vaak de (seculiere) natuurwetenschap als uitgangspunt en zeggen dat Genesis ‘dus’ niet letterlijk kan worden gelezen. De christelijke wetenschappers die aan het boek Inzicht hebben meegewerkt, beantwoorden bovenstaande vraag ook met ‘ja’. Alleen nemen zij Genesis wél letterlijk.
Inzicht is een bundel met bijdragen van achttien theologen, filosofen en natuurwetenschappers die allemaal de historische lezing van Genesis onderschrijven. Ieder focust in zijn bijdrage op zijn eigen vakgebied. De oplettende Weet-lezer zal diverse namen herkennen van artikelen uit vorige nummers.
Voor elk wat wils
De ondertitel van Inzicht is ‘wetenschap voor Gods aangezicht’. Wie alleen op de kaft afgaat, kan bedrogen uitkomen. De meeste mensen vereenzelvigen ‘wetenschap’ met ‘natuurwetenschap’. Dat is echter maar een van de vier secties in dit boek. De andere drie gaan over theologie, geschiedenis en filosofie. Wetenschap in de bredere zin van het woord dus. Maar dat maakt ook dat er voor iedere lezer wel iets in staat wat hem of haar aan zal spreken. De geschiedenisliefhebber kan zijn hart bijvoorbeeld ophalen aan de bijdrage van Benno Zuiddam over hoe de kerkvaders over Genesis dachten. Een meer natuurwetenschappelijk ingestelde lezer zal smullen van het betoog van Mart de Groot over de finetuning van het heelal of van Erik van Engelen over de complexiteit van het leven.
Publiek
Dat de auteurs allemaal een doctorstitel hebben is goed terug te zien in de verschillende bijdragen. Sommige gaan al snel diep de materie in (zoals Peter Borger over het menselijk genoom) of focussen op een klein deel van het grotere debat (zoals Aart Goedvree in zijn bijdrage over theoloog Herman Bavinck). Ook valt op dat er bij de selectie van auteurs die over theologie en kerkgeschiedenis schrijven, overwegend is gekozen voor scribenten die zich tot de gereformeerde kerken rekenen. Dat is een gemiste kans, want ook in andere christelijke stromingen zijn er velen die veel waarde hechten aan het klassieke scheppingsgeloof. Deze twee zaken maken Inzicht wat minder aantrekkelijk voor het brede publiek. Inzicht lijkt vooral te zijn geschreven voor studenten en academici, al is deze bundel voor de geïnteresseerde leek ook onmisbaar op z’n boekenplank.
Onmisbaar naslagwerk
Inzicht is voorzien van meer dan 700 voetnoten, sommige ter verduidelijking van de hoofdtekst, maar de meeste zijn bronverwijzingen, zodat de lezer handvatten krijgt om zich verder in bepaalde zaken te verdiepen. Sommige hoofdstukken sluiten af met een verklarende woordenlijst, en een beknopte index helpt de lezer om snel informatie terug te vinden. Hoewel Inzicht is voorzien van een voorwoord waarin de intenties van de auteurs en initiatiefnemer (‘onze’ Weet-redacteur Jan van Meerten) helder uiteen worden gezet, is er geen nawoord met een overkoepelende conclusie van de redactie. Als lezer blijf je dan een beetje met een ‘onaf’ gevoel zitten. Al met al is Inzicht, voor wie oprecht in geloof en wetenschap is geïnteresseerd, een onmisbaar naslagwerk.
Dit artikel is met toestemming van de redactie overgenomen uit het Weet Magazine. De bronvermelding luidt: Heugten, G.J.H.A. van, 2023, Inzicht, Weet Magazine 81: 14.
De bundel is via dit bestelformulier verkrijgbaar.