Home » Onderwijs » Discussie tussen kinderen over Intelligent Ontwerp en het bestaan van God – Een bespreking van ‘Verscholen vijand’

Discussie tussen kinderen over Intelligent Ontwerp en het bestaan van God – Een bespreking van ‘Verscholen vijand’

“Hij pakt de kruk vast en trekt eraan. Hier moeten ze zitten, denkt hij. Ze zullen me niet ontkomen. Open, die deur! Nee, de deur vertikt het. Hij hoort achter de deur voeten schuifelen en als hij goed luistert, kan hij ook het gehijg van de jongens horen. ‘Los, laat los!’ brult hij ineens en geeft een veel hardere ruk.”

Wouter Gunnink en zijn vrienden voetbalden op straat. Dit is volgens een politieagent ten strengste verboden. De jongens vluchten weg en de agent zet achtervolging in. Een grappige scene uit het boek ‘Verscholen vijand’ van M. Kanis. Het is het tiende deel in de ‘Maarten Gunnink’-serie. De serie werd rond 2007 herdrukt door Uitgeverij De Banier. De eerste druk dateert van 1989. Prachtige deeltjes waar de kinderen van smullen. Het boek is ook erg geschikt om voor te lezen.

Inhoud

In dit deel is de Tweede Wereldoorlog afgelopen en maken we het eerste jaar ná de oorlog mee. Het land ligt nog deels in verwoesting. Het boek begint met een angstig avontuur. Er wordt door een van de kinderen namelijk nog een Duitser gevonden. Hoewel het in eerste opzicht lijkt dat deze Duitse soldaat nog leeft is hij dood. Het tweede hoofdstuk gaat over de voetbalscene van hierboven. In het derde hoofdstuk wordt de toren van de Lebuinuskerk (Deventer) door de vrienden bezocht en wordt een waaghalzerig moment beschreven. Het vierde hoofdstuk gaat over een klassenruzie en haantjesgedrag. Het laatste hoofdstuk wordt een grappig moment met een vlot beschreven en wordt afgesloten met een buurtruzie, dat gelukkig goed afloopt.

Schepping, oorlog en herschepping

Dit deel bevat ook een verwijzing naar onze vroegste geschiedenis. Dat gebeurt opvallend genoeg aan het begin én aan het einde van het boek. Vader leest aan het begin van het boek uit de Bijbel. Het gezin van Maarten Gunnink is namelijk christelijk. De vrienden van de Gunninks in Deventer zijn dat echter niet. Als de jongens naar binnen gluren zien ze vader uit de Bijbel lezen. Siemen (een van de jongens die naar binnen gluurt) herinnert zich nog een voorval:

“Eén keer had hij Maarten gevraagd: ‘Wat staat er allemaal in dat dikke boek?’ En Maarten had gezegd: ‘Verhalen over God’. ‘Over God?’ had Siemen verbaast gevraagd. ‘Is dat een sprookjesboek?’ Want God bestaat niet, zeggen bijna alle mensen uit de buurt en zo zal het wel zijn. Hij, Siemen, heeft God nog nooit gezien. Maarten had hem verontwaardigd aangeeken. ‘Een sprookjesboek? Je moet niet zo spotten. Het is allemaal echt gebeurd wat erin staat’ Toen had Siemen de schouders opgehaald. Goed, goed, als Maarten die verhaaltjes wil geloven, moet hij het zelf maar weten. Siemen zal zich niets wijs laten maken.”

Wanneer er geëindigd is ontstaat er buiten een gesprekje tussen de jongens:

“’Mooi uit de Bijbel gelezen?’ spot Prikkel. ‘Braaf hoor!’ Siemen die anders nogal bangig is, durft nu. ‘Ze geloven dat God bestáát’, zegt hij en begint te schateren. ‘Natuurlijk bestaat God’, zegt Maarten kwaad. ‘Jullie zijn grote ezels. De zon en de maan en de sterren zijn er toch niet zomaar gekomen? God heeft ze gemaakt’. Och, och, wat een onnozel jongentje is die Maarten toch! Om zich heen ziet hij spottende gezichten. Douwe trekt hem aan zijn mouw. ‘Laat ze maar praten’, wil hij zeggen. Maar dat kan die driftige Maarten nou net niet. ‘Als… als…’ hakkelt hij, als de Heere er niet was, hadden we ook geen bloemen.’ Hij wijst naar een polletje vergeet-mij-nietjes in de voortuin. ‘Hier, kijk zelf maar. Wie van de mensen kan een bloem of een dier maken? Niemand. O zo!’ ‘Laat me niet lachen’ zegt Prikkel. ‘Als God bestond, waarom heeft Hij dan niet gezorgd dat er geen oorlog kwam? God kan toch alles? Nou dan! Laat God dan zomaar mensen doodgaan van de honger of doodschieten door de moffen? Daar weet Maarten geen antwoord op. Hulpeloos kijkt hij naar Jasper, zijn oudste broer. Die bemoeit zich er niet mee. Die zegt alleen: ‘Gaan we nog verstoppetje doen, of hoe zit het?’”

Aan het einde van het boek nog een verwijzing naar onze vroegste geschiedenis. Wanneer de jongens na een buurtruzie hun zelfgemaakte kanon gebruiken om de ‘vijanden af te schrikken’ thuiskomen volgt er een gesprekje. Hier het laatste stukje ervan:

“’Mooi spelletje’, antwoordt vader. ‘Er had gemakkelijk iemand dood of zwaargewond kunnen zijn. Ik dacht dat de oorlog afgelopen was.’ Hij zucht. Zal hij nog meer zeggen? Dan pakt hij de Bijbel en leest het allereerste hoofdstuk uit het oude, dikke Boek. ‘En God zag al wat Hij gemaakt had, en ziet, het was zeer goed…’ Die woorden blijven in Maartens gedachten achter. Zeer goed… zeer goed. Zeer goed? Nee, zo is het nu niet meer, ook niet bij hem. Als vader de Bijbel langzaam sluit, zegt hij: ‘Moeder, zo was het, zo is het nu niet meer, maar zo zal het toch weer worden. Straks… als er geen zonde meer zal zijn. Laten we danken.’ Door vaders woorden heen klinkt alleen het eentonig getik van de klok.”

Mooi om zo de ‘Maarten Gunnink’-serie te beëindigen. Met een verwijzing naar de zeer goede schepping en de zeer goede herschepping.

De bespreking van het derde deel (‘Verboden voor Joden’) van de serie is hier te vinden.

Deze bespreking is onderdeel van het project ‘Onderwijzen en opvoeden voor de toekomst – Leren over onze vroegste geschiedenis in 2022’. In de komende maanden zal dit project verder uitgekristalliseerd worden. Een dergelijk opvoedings- en onderwijsproject zal ook onderdeel zijn van het jaarplan ‘Fundamentum 2022-2023’. Het boek is hier opgenomen in de lijst van gelezen kinder- en jeugdboeken.

Voetnoten