Home » Onderwijs » Verboden Joden en de zondeval – Bespreking van ‘Voor Joden verboden’

Verboden Joden en de zondeval – Bespreking van ‘Voor Joden verboden’

“‘Wat zei jij daar tegen die vrouw?’ schreeuwt de ene NSB’er. ‘En lieg me niet voor, Jood! Want jullie doen niks liever dan liegen en bedriegen.’ De jonge Jood zucht diep. Dan staat hij op, knijpt zijn ogen tot spleetjes en zegt, héél rustig: ‘Jullie moeten niet praten over liegen. De grootste leugenaars zijn jullie en je smerige Duitse vriendjes.’ Even is het stil. Verbluft kijken de NSB’ers hun vijand aan. Wát? Wat zegt die kerel? Zij leugenaars? En dat zal een Jóód tegen hen zeggen? (…) Ze springen naar voeren en grijpen hem vast.”

In 1991 werd het derde deel van de bekende Maarten Gunnink-serie uitgegeven door uitgeverij De Banier. Eerder was dit boek al uitgegeven door uitgeverij Ligtenberg. In nieuwe stijl verscheen in 2006 de tweede druk als ‘De Banier Klassieker’.1 De serie is geschreven door M. Kanis en gaat over een jongen die met zijn familie de Tweede Wereldoorlog beleeft. De serie beschrijft alledaagse gebeurtenissen in de Tweede Wereldoorlog, maar ook bijzonderheden. Het derde deel heeft als titel ‘Voor Joden verboden’ en is geschreven voor kinderen vanaf 10 jaar.

Samenvatting

In het derde deel beleven Maarten Gunnink en zijn familie weer allerlei (soms spannende) avonturen. Het boek begint ermee dat Maarten in een koeienvlaai valt en de spot van de hele buurt op zich laadt. Wanneer Maarten na de grote vakantie (hoofdstuk 2) langs het plantsoen loopt ziet hij daar een opstootje tussen twee NSB’ers en twee Joden. In de inleiding hierboven komt dat verhaal bijna tot een climax. We zijn aan het begin van de Tweede Wereldoorlog en Joden mogen niet meer op bankjes in het park zitten. Dat grijpt Maarten erg aan. Familie Gunnink kan merken dat het oorlogstijd is, vlees is op de bon en er zijn bijvoorbeeld óók geen gewone voetballen meer te krijgen en daarom maken de jongens ze van krantenpapier. Deze voetballen zijn natuurlijk zo kapot, maar als iedereen er een heleboel maakt dan hebben ze genoeg ballen om een partijtje te voetballen. Wanneer ze in hoofdstuk 4 werkelijk een partijtje doen op straat dan worden ze betrapt en moeten ze op het politiebureau komen. Op straat mag je namelijk niet voetballen. Doordat het vlees op de bon is, is het een welkome aanvulling als er af en toe een dood paard bij de slager wordt gebracht. Dan is er weer extra vlees. Dat zorgt in hoofdstuk 5 voor een lange rij bij de slager. Het boek sluit af met een dolle jacht op de markt tussen een NSB’er en een kwajongen. Een leuk en leerzaam boek voor jongeren van nú.

Adamsappel

De eerste twee delen in deze Maarten Gunnink-serie bevatten geen verwijzingen naar onze vroegste geschiedenis. Dat is in het derde deel anders. Bikker, een man uit de straat, heeft een goed zichtbare knikker, adamsappel, in zijn keel. Als Maarten zijn straatgenoot Bikker tegenkomt moet hij denken aan het woord adamsappel én de zonde van Adam. M. Kanis schrijft:

”Bikker heeft nu het grootste woord. Het is een klein mager mannetje met een heel grote knikker in zijn keel. Dat ding rolt soms een heel eind heen en weer. Vader heeft verteld, dat die knikker ‘adamsappel’ heet en dat iedereen zo’n ding heeft. Maarten had hem toen ook bij zichzelf gevoeld, maar hij is heel blij dat hij niet zo’n grote kokker als Bikker heeft. Adamsappel. Rare naam. Dan moet je denken aan het verhaal van Adam, die het zo fijn had in het paradijs en die van de boom heeft gegeten. Iedereen denkt dat het een appelboom was, maar dat hoeft niet. In de Bijbel staat het ook niet. Hij snapt werkelijk niet hoe Adam zoiets heeft kunnen doen. Vader heeft eens gezegd: ‘Als jij Adam was geweest, had je het ook wel gedaan.’ Nou, eerlijk gezegd, hij kan het maar moeilijk geloven.”

Goed dat de auteur de geschiedenis van Adam en de zondeval verwerkt in zijn boek. Vooral ook omdat dit de kinderen laat nadenken over de zonde van Adam. Had jij het ook gedaan? Maarten kan het maar moeilijk geloven. Hoe maken we dit moeilijke punt bespreekbaar? Door te verwijzen naar deze geschiedenis laten we onze kinderen ook nadenken over deze moeilijke geschiedenis. Laat ook de kinderen hun vragen, pijnpunten en moeiten hierover maar uitspreken. Voor er ook een gesprekje over. Vroeg of laat zullen deze vragen toch wel komen. Een open houding en een goede gesprekssfeer zijn dan zaken die uw kinderen altijd bij zullen blijven. Omgekeerd is het ook het geval: een verstikkend klimaat en een gesloten houding kunnen zeer verkeerd uitpakken.

In het boek ‘De 21ste mijn’ wordt ook geschreven over de hierboven genoemde geschiedenis van de zondeval. Een bespreking van dit boek is hier te vinden.

Een luisterboek is wel beschikbaar en zal te koop worden aangeboden als onze webshop operationeel is.

Deze bespreking is onderdeel van het project ‘Onderwijzen en opvoeden voor de toekomst – Leren over onze vroegste geschiedenis in 2021’. In de komende maanden zal dit project verder uitgekristalliseerd worden. Een dergelijk opvoedings- en onderwijsproject zal ook onderdeel zijn van het meerjarenplan ‘Fundamentum 2022-2027’, met uiteraard ieder jaar een ander jaartal. Het boek is hier opgenomen in de lijst van gelezen kinder- en jeugdboeken.

Voetnoten

  1. Dit boek is uitverkocht en is alleen nog maar antiek te verkrijgen via bijvoorbeeld Boekwinkeltjes: https://www.boekwinkeltjes.nl/su/?qs=&qt=Voor+Joden+Verboden&qo=&zip=&dist=0&lang=&tl=&img=0&oud=0&prijsvan=0.00&prijstot=.