Home » Onderwijs
Categoriearchief: Onderwijs
Geneeskunde of Klassieke Talen? – Een gesprek tussen een VWO-6 leerling en Alex Thomson (MA)
Onlangs verscheen er een nieuw jongerenblad onder de titel Nabij Jou.1 Het is een initiatief van het Deputaatschap Opvoeding, Onderwijs en Catechese (DOOC), uitgaande van de Gereformeerde Gemeente in Nederland, en de Vereniging tot Bevordering van SchoolOnderwijs op Gereformeerde Grondslag (VBSO). Het blad verschijnt acht keer per jaar. In de derde uitgave een interessant gesprek tussen een leerling van VWO-6 en classicus Alex Thomson (MA) over een eventuele vervolgstudie en een verwijzing naar Weet Magazine.

Weet Magazine
Deze week is het de zogenoemde Week van de Schepping.2 In deze derde uitgave van Nabij Jou wordt daarom aandacht gegeven aan geloof en (natuur)wetenschap. In de maand maart komt de natuur weer ‘tot leven’. Hierin is de hand van God te zien (Genesis 8:22). “De meeste mensen in ons land geloven niet in een God Die alles laat groeien en bloeien. Zij geloven niet in Jeremia’s worden: Gij hebt de hemelen en de aarde gemaakt, door Uw grote kracht en door Uw uitgestrekte arm.” Ongetwijfeld zullen reformatorische jongeren met dergelijke denkbeelden in aanraking komen. Daarom is het goed om argumenten te verzamelen vóór de schepping en contra evolutionaire denkbeelden. “Want ondanks dat we een geloofsleer hebben, sluiten Bijbel en Wetenschap elkaar niet uit.” Redacteur Marco Visser verwijst voor meer informatie hierover naar Weet Magazine. “Hierin lees je dat het Bijbelse scheppingsverhaal en wetenschap elkaar niet uitsluiten.”3 Het is goed dat dergelijke creationistische populair-wetenschappelijke tijdschriften onder aandacht komen in reformatorische jongerenbladeren.4
Vervolgstudie
Jongeren die binnenkort examen hopen te doen, denken flink na over een vervolgstudie. Dat kan leiden tot keuzestress. Welke studie moet ik kiezen? Welke studie past het best bij mijn talenten en karakter? Kan ik mijn talenten ook in Zijn dienst besteden? Niet eenvoudig om op dergelijke vragen een antwoord te vinden. Gelukkig kennen de meeste scholen voor Voortgezet Onderwijs een decaan die de leerlingen daarbij kan helpen. Al eerder adviseerde ik een studie op te pakken ‘in deze vakgebieden en wie weet kun je later als expert bijdragen aan het debat ten voordele van het scheppingsreferentiekader’.5 In Nabij Jou lezen we een verslag van een gesprek tussen een VWO-6 leerling en classicus Alex Thomson (MA)6
Roeping
Lisa de Jong (17) ontdekt na het gesprek met Thomson hoe belangrijk klassieke talen zijn. “Ze praat met hem over studeren in onze tijd, maar ook over het herkennen van een goddelijke roeping.” Voordat het gesprek start vertelt Thomson eerst iets over zichzelf. Hij is geboren in Engeland. Naast talloze activiteiten geeft hij les in Grieks en Hebreeuws aan studenten van de theologische school van de Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Lisa twijfelt of ze moet gaan voor een studie Geneeskunde of Klassieke Talen. Hoe maakt zij de goede afweging? Thomson adviseert om datgene te ‘gaan studeren waarvoor je aanleg hebt’. Hij ziet dat als Bijbels en verwijst naar Spreuken 22:6, waarin wordt opgeroepen het onderwijs te laten aansluiten bij hoe het kind is. “De denkkracht is door God ingegeven. Als je merkt waar je denkkracht ligt, waar je zogezegd goed in bent, ben je al op weg om je Goddelijke roeping te onderkennen.” Verder wijst Thomson op verlangen. “Blijft dat verlangen, laat ik zeggen meer dan een half jaar, dan heb je een sterke indicatie dat dat je beroep kan worden. Als het uiteraard een eerlijk beroep is.”
Economisch nut
Waarom zou je Klassieke Talen studeren? Veel mensen denken tegenwoordig veelal aan het economische nut van een studie. Wat heb ik eraan, wat verdien ik ermee? Bij het bestuderen van Klassieke Talen leer je echter meer dan alleen de taal zelf. Thomson verwijst naar de Gouden Eeuw, waar studenten standaard Grieks en Latijn kregen: “Het doel was om hun éigen taal daardoor beter te kennen en om beter leiding te kunnen geven, bijvoorbeeld in een stadsbestuur. Een tekst is niet zomaar een verhaal, maar het is een argument met hoofdzaken en bijzaken. Die verschillende onderdelen leerden studenten het beste herkennen door de klassieke talen te bestuderen. Ze konden zo heel makkelijk laten zien of een argument klopte.”
Universitaire wereld
De universitaire wereld kan voor een leerling van VWO-6 bedreigend aanvoelen. Zeker als deze leerling op een vertrouwde reformatorische school gezeten heeft. Thomson geeft aan dat het studieklimaat de laatste jaren steeds meer antichristelijk is geworden. “Het is doordrenkt van de gedachte dat alles voor iedereen mogelijk moet zijn. Rectoren van universiteiten kennen de Bijbel niet meer.” Daartegenover staat, waar Thomson al eerder op wees, dat de denkkracht door God ingegeven is. “Christenen moeten daarom de laatsten zijn die bezwaar hebben tegen het bestuderen van de klassieke talen.” Immers, als jongeren geen Klassieke Talen ‘studeren, hebben we vanaf de volgende generatie geen Bijbelvertalers meer!’ 7
Voetnoten
Bouwen aan een creationistisch wereldbeeld – (Literatuur)onderzoek ter onderbouwing van een bijbelgetrouw standpunt
Creationistisch onderzoek is belangrijk voor de opbouw van een creationistisch wereldbeeld. Ik, Jan van Meerten, wil met deze website bouwen aan dit creationistische wereldbeeld. Daarvoor doe ik onder andere (literatuur)onderzoek. Hieronder de grote thema’s waarmee ik mij de afgelopen jaren heb bezig gehouden en waarvoor ik mij de komende jaren, als de Heere de gezondheid en het leven geeft, wil inzetten. Achter het dikgedrukte thema een korte omschrijving. Na de overkoepelende thema’s ook enkele thema’s die kleiner en meer doelgericht zijn opgezet. Als laatste enkele thema’s die ik al jaren als hobbythema heb en graag ook verder uitbouw.
Overkoepelde thema’s
Geschiedenis van scheppingsleer en scheppingsmodel in de periode 1800-1925. Veel sceptici geven aan dat het door hen zo genoemde creationisme ontstaan is met de activiteiten van George McCready Price en de bekende Scopes Trial (1925). De literair-historische lezing van Genesis zou een moderne uitvinding zijn van de laatste honderd jaar. Als het gaat om de scheppingsleer dan lijkt het er echter op dat de eerste 1800 jaar het grootste gedeelte van de kerk de verhalen in Genesis (in ieder geval voor het grootste gedeelte) opvatte als historische gebeurtenissen. In de 18e eeuw waren er zondvloedgeologen en theologen die uitgingen van een historische zondvloed. Sommigen zien de rede van geoloog en natuurtheoloog Adam Sedgewick in 1831 als de grafrede van de zondvloed. Is het daarna stil geworden? Met dit onderzoek naar boeken en artikelen van Nederlandse predikanten, onderwijzers, theologen en natuurwetenschappers van 1800-1925 wil ik aantonen dat het tegendeel waar is. Ik begin daarbij bij de afgescheiden en dolerende kerken (1834-einde van het onderzoeksgebied) en de kring rond het zogenoemde Reveil (1817-ca 1865), maar hoop dat later breder te kunnen trekken.
Visie Gereformeerde Gezindte op schepping of evolutie vanaf 1925. Zelf aangesloten bij de Gereformeerde Gemeente doe ik graag onderzoek naar de visie van de Gereformeerde Gezindte in de breedste zin van het woord op schepping en evolutie. Deze periode start in 1925, omdat in het vorige onderzoek genoemde periode dan eindigt. Onder de Gereformeerde Gezindte versta ik de volgende kerken en groeperingen: Gereformeerde Bond binnen de Protestantse Kerk in Nederland, Hersteld Hervormde Kerk, Voortgezette Gereformeerde Kerken in Nederland, Gereformeerde Kerken vrijgemaakt, Nederlands Gereformeerde Kerken, Gereformeerde Kerken Nederland, de Gereformeerde Kerken (hersteld), Christelijke Gereformeerde Kerken, Gereformeerde Gemeente, Gereformeerde Gemeente in Nederland, Gereformeerde Gemeente in Nederland buiten verband, Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland en diverse vrije gereformeerde kerken en evangelisaties.
Geologie van de Benelux. Creationisten uit Nederland, België en Luxemburg (Benelux) hebben de afgelopen jaren relatief weinig aandacht besteed aan de geologie van de Benelux. Rond de millenniumwisseling was er een expositie over ijstijden op Urk, drs. Tom Zoutewelle van Creaton organiseert jaarlijks excursies naar de Ardennen, drs. Hans Hoogerduijn heeft als het gaat om de Ardennen in privésfeer artikelen geschreven, ing. Stef Heerema schreef en sprak over de zoutlagen in Noord-Nederland en ijstijdverschijnselen en ing. Cok van der Louw schreef in het verleden een brochure over de zondvloed in Nederland en deed wat veldwerk. Het is hard nodig dat er meer veldwerk en literatuurstudie wordt gedaan door creationisten naar de ondergrond van de Benelux. Graag zou ik samen met een groep studenten en academici werken aan veldwerk, literatuurstudie en publicaties over de ondergrond van de Benelux in creationistisch perspectief.
Geologie van Hongarije. Creationisten hebben erbarmelijk weinig nagedacht over de geologie van Hongarije. Samen met Lorens Knap van Hongarije Holidays heb ik een vijfdaagse geologie-excursie naar Hongarije georganiseerd. We hebben daar vulkanische afzettingen, zand- en kalksteenformaties en grotten bekeken. Ik hoop de geologische locaties verder in kaart te brengen, (literatuur)onderzoek te doen en de geologische en paleontologische zaken te beschouwen binnen een creationistisch wereldbeeld.
Onderbouwing zondvloed/post-zondvloed-grens. De zondvloed/post-zondvloedgrens is een discussiepunt onder creationisten. Sommige creationisten beweren dat de geologische kolom van ná het Precambrium ná de zondvloed is afgezet. Andere creationisten denken dat de zondvloedgrens om en nabij het Perm ligt of iets lager, in het Devoon. Weer andere creationisten geven aan dat de grens om en nabij Krijt/Paleogeen ligt. Nog weer andere creationisten denken dat de grens in de buurt van de Mioceen/Plioceen-grens ligt. En als laatste zijn er creationisten die aangeven dat de zondvloedgrens boven de zogenoemde ‘ijstijdafzettingen’ ligt. Ik ben mijn hele creationistische leven hier al over na aan het denken en mijn voorkeur gaat momenteel uit naar de Krijt/Paleogeen-grens als interessante werkhypothese. Hiervoor wordt door verschillende academische creationisten onderbouwing gegeven. Maar zijn die argumenten overtuigend genoeg? De tijd zal het leren.
Scheppings-, paradijs- en zondvloedverhalen. Bij aloude volkeren zijn talloze schepping-, paradijs- en zondvloedverhalen te vinden. Het is goed om deze verhalen in kaart te brengen en te kijken hoe ze aan elkaar verwant zijn. Veel oudtestamentici kijken daarbij slechts naar het Midden-Oosten, maar mijn doel is om dit gegeven wereldwijd te bezien!
Menselijke evolutie. In de afgelopen honderdvijftig jaar zijn er verschillende mensachtigen gevonden. De vraag rijst op groot de menselijke variatie is onder de mensachtigen. Creationisten schrijven al net zo lang als de vondsten over deze vondsten. Sommige creationisten zijn zeer stellig, anderen meer voorzichtig. Hoeveel evolutie kan de menselijke ‘soort’ aan en hoe groot was de variatie in het verleden?
Versmalde thema’s
Mount St. Helens. In 1980 blies de vulkaan Mount St. Helens zijn top eraf. Dat leidde tot allerlei geologisch interessante verschijnselen. Creationisten hebben deze verschijnselen in kaart gebracht en daar over gepubliceerd. Ik ben deze publicaties aan het verzamelen en wil dat samenvatten in een groot verhaal zodat we in Nederland ook mee kunnen genieten van dit creationistische onderzoek. Replieken op dat onderzoek moeten worden weersproken en zo nodig weerlegd zodat dit een icoon kan blijven van het catastrofisme.
St. Joris en de draak. Dankzij een sponsor ben ik in 2018 op bezoek geweest bij het Creation Museum van Answers in Genesis. De video’s die in het Creation Museum getoond worden zijn in een collectie dvd’s uitgegeven: The Creation Museum Collection. Eén dvd in deze collectie gaat over draken en beeldt aan het begin de legende van St. Joris en de draak uit. Er is kritiek gekomen op het gebruik van deze legende door creationisten. De draak in het verhaal zou in de oorspronkelijke verhalen niet voorkomen. Joris zou in dat geval nooit met een draak gestreden hebben. De draak is later toegevoegd. Indien dat het geval is, kunnen wij het verhaal niet gebruiken ten gunste van de vanuit ons wereldbeeld opkomende gedachte dat mensen en dinosauriërs samen geleefd hebben. Daarom wil ik onderzoek doen naar de herkomst en de receptiegeschiedenis van deze legende door de eeuwen heen.
De planetologie van ons zonnestelsel. Ons zonnestelsel heeft mij al vanaf mijn vroegste jaren gefascineerd. Hoe kan het zo zijn dat slechts op aarde leven voorkomt? Is dit zonnestelsel werkelijk zo oud als naturalistische wetenschappers beweren? Hoe zijn de geologische verschijnselen op manen en planeten in ons zonnestelsel ontstaan? Met dit afgebakende, maar uitgebreide onderzoek, wil ik mij daarmee bezig houden.
RATE-project. Binnen dit versmalde thema wil ik op zoek naar materialen rondom het zogenoemde RATE-project. Er is door de jaren heen veel materiaal over geschreven, vervolgonderzoek gedaan etc. Ik zou dat vervolgonderzoek graag willen samenvatten in een artikel, een ander artikel wijden aan het (voor)traject en in een laatste artikel alle kritieken bundelen.
Walvissen van de Pisco-formatie. Een van de paradepaardjes van creationistisch onderzoek vind ik de walvissen van de Pisco-formatie. Binnen dit versmalde thema wil ik het onderzoek samenvatten, werken aan een of meerdere artikelen over dit onderzoek en zo het in Nederland bekendmaken.
Hobbythema’s
Genealogie van het geslacht Van Meerten. Ik ben al jaren bezig met de genealogie van het geslacht Van Meerten. Veel materiaal heb ik in uitgeprinte of (digitaal) offline vorm. Ik zou deze genealogie graag voor een breed publiek bekendmaken zodat mijn familieleden of ‘geslachts’genoten mee kunnen denken en mee kunnen genieten.
Betuwse streekgeschiedenis. De eerste Van Meerten die in de bronnen voorkomt (zo rond 1100) is gevestigd in de Betuwe. Ik zou graag meewerken aan de Betuwse streekgeschiedenis tot aan 1900 om zo een beeld te krijgen van het leefgebied waarin mijn voorgeslacht woonde.
Dit artikel verscheen in 2019 op de oude website van ‘Oorsprong’ en is hier licht aangepast overgenomen. Omdat mijn gezondheid door hartfalen dagelijks broos is en ik veel bedlegerig ben lukt het niet om daadwerkelijk veldwerk te doen en zal het voorlopig bij literatuuronderzoek blijven. Gebed gevraagd of de Heere de middelen wil zegenen! Dit is een werkdocument en kan aangepast worden!
Opnieuw discussie over inhoud lesboeken en vermeende ‘censuur’ – Horen critici de bel wel luiden, maar weten ze niet waar de klepel hangt?
Enige tijd geleden was er discussie over vermeende ‘censuur in lesboeken’. Dat vuurtje werd toen aangewakkerd door het NRC.1 Afgelopen zaterdag deed het dagblad Trouw een duit in het zakje met het artikel ‘Geen stereotypen en geen superhelden: bij Malmberg is de ‘sensitivity reader’ heel normaal’. Op social media wordt het filteren door uitgeverijen van welke informatie wél en welke informatie niet in de schoolboeken zou mogen komen, al snel weggezet als Talibanachtige verschijnselen en sharia. Gereformeerden zouden zelf dinosauriërs zijn, maar dan van het soort die weigeren uit te sterven.2
Sensitivity reader
De bekende schoolboekenuitgeverij Malmberg laat gevoeligheidlezers (sensitivity readers) meelezen met uit te geven methodes, maar laat ze ook kritisch kijken naar bestaande schoolboeken. Volgens Trouw is het doel om ‘discriminerende woorden en passages te schrappen en inclusiviteit en diversiteit in de schoolboeken te laten zien’. Malmberg is de eerste uitgeverij die met dergelijke meelezers werkt. Daar wordt in het dagblad door andere uitgeverijen positief op gereageerd. In het minste geval gaan ook andere uitgeverijen vaak te raden bij externe specialisten.
Kindermishandeling
De meeste educatieve uitgeverijen houden rekening met hun afnemers. Niels Bron, van uitgeverij Eduforce: “We brengen bijvoorbeeld geen boeken uit met afbeeldingen van dino’s. omdat we klachten kregen van gereformeerde scholen.” Ook geesten en spoken worden vaak vermeden: “Eén keer kregen we meer dan honderd klachten van christelijke scholen over een superheld.” Hoewel het niet duidelijk wordt wat die klachten over dino’s zijn, was het commentaar niet van de lucht. Hoe zou een school nu dino’s kunnen ontkennen en wáárom is dat nodig, het zou toch prima aansluiten bij het scheppingsverhaal? Heeft God de botten van die beesten dan in de grond gestopt?, zo luidde verschillenden reacties. Een reageerder noemde het ontkennen van dino’s ‘de overtreffende trap van nonsense’. Volgens een andere reageerder zouden de scholen die dino’s ontkennen doen aan kindermishandeling en acuut gesloten moeten worden.
Geen ontkenning van het bestaan van dino’s
Hoogstwaarschijnlijk zijn er geen klachten binnengekomen van gereformeerde scholen over het bestaan van dino’s, maar eerder over de interpretatie die daaraan gehangen is. Zelfs de meest behoudende reformatorische scholen erkennen het bestaan van dino’s.3 Ze zullen begrijpelijkerwijze wel grote moeite hebben met de dateringen die er op de botten ‘geplakt’ worden én ook met het naturalistisch-evolutionaire kader waarin deze botten geïnterpreteerd worden.4 Dit omdat de basisovertuiging van Universele Gemeenschappelijke Afstamming over Deep Time lijnrecht tegenover de creationistische opvatting van veel gereformeerden staat. Deze opvatting is namelijk dat God het leven op aarde in zes dagen geschapen heeft en op de zesde dag ook de landdieren (waaronder de meesten basissoorten van dinosauriërs). Eduforce hoeft de dinosauriërs daarom niet geheel te schrappen, maar ze zouden dan een andere verklaring moeten bieden waarbij in ieder geval rekening wordt gehouden met de scheppingsweek. Een sensitivity reader kan daarom nuttig zijn. Ontkennen van de werkelijkheid heeft geen zin en dat is ook hier hoogstwaarschijnlijk niet het geval. Gereformeerden interpreteren deze werkelijkheid anders dan de doorsnee naturalist dit doet. In een column voor Om Sions Wil stelde ik al voor om als gereformeerden eigen methoden samen te stellen vanuit de eigen identiteit.5 Dat voorkomt gezeur in de media over ‘censuur’ en zwartmakerij van derden die daar op aanslaan. Gelukkig bestaan er al christelijke methoden waarbij rekening wordt gehouden met identiteitszaken. Als voorbeeld noem ik Traveling the world6 en Wondering the World7 van Edu-sign.
Voetnoten
VCOG organiseert 31 januari 2023 D.V. een ouderavond over genderverwarring – Hoofdspreker is dr. Benno A. Zuiddam
Op dinsdag 31 januari 2023 D.V. organiseert de VCOG1 een ouderavond over transgenderisme. De avond draagt de titel ‘Wat is de mens?’ en de ondertitel ‘Hoe u kunt omgaan met de genderverwarring van onze tijd’. De avond wordt georganiseerd in het kerkgebouw van de Gereformeerde Gemeente in Nederland te Opheusden. Een belangrijk onderwerp en daarmee een belangrijke avond om bij te wonen. Zeker met de opkomende ideologie van het transgenderisme in het achterhoofd.
Vanaf 19.00 uur is de inloop met koffie/thee. Om half acht is het welkomswoord van de directeur-bestuurder van VCOG, dhr. J.A. Zwerus. Om 19.35 uur opent dr. D. de Wit2, predikant van de Gereformeerde Gemeente te Kesteren en docent aan de Theologische School van de Gereformeerde Gemeente te Rotterdam, de avond met een korte meditatie. Na de meditatie spreekt dr. B.A. Zuiddam, predikant van de Hersteld Hervormde Kerk, docent aan het Hersteld Hervormd Seminarie en als lector verbonden aan Bijbels Beraad M/V.3 Dit betreft de hoofdlezing van de avond over ‘Wat is de mens?’ De titel is gekozen naar aanleiding van Psalm 8:5. De spreker zal ingaan op de genderverwarring in deze tijd. Onder zijn redactie verscheen vorig jaar het boekje ‘Transgenderisme in Bijbels perspectief’, een waardevol boekje dat in de breedte van de Gereformeerde Gezindte wordt gewaardeerd.4 Na deze lezing is er een vragenronde. Voorzitter van het bestuur van VCOG, ir. G.G. van Bochove, hoopt de avond af te sluiten. De toegang is gratis, wel zal er worden gecollecteerd ten behoeve van de nieuw te bouwen basisschool te Kesteren. De avond is ook waardevol voor niet-leden van de VCOG. Zie voor meer informatie en het adres de flyer hieronder.
Voetnoten
Een ernstig milieudelict en het rentmeesterschap van Adam en Eva – Bespreking ‘Het raadsel van de blauwe vaten’
“De twee andere kerels komen er ook bij staan. “Dus jij wou naar de politie gaan, vriendje?” sist hij. “Nee, meneer,” hakkelt Joost. “Ik zal mijn mond dicht houden.” Randy schudt zijn hoofd. “Mensen, die zo snel van mening veranderen, vertrouw ik niet helemaal,” zegt hij. “Eerlijk waar, meneer.” Jammert Joost. Hij wil alles wel beloven als ze hem maar laten lopen. “Wij gaan jou een klein lesje leren, jochie,” grijnst Randy. “Je zult het daarna wel uit je hoofd laten om naar de politie te gaan. En mocht je dat toch doen, dan weten we je te vinden, en dan rekenen we voorgoed met je af.” Joost slaat zijn handen voor zijn gezicht, want hij snapt wel ongeveer wat er nu gaat gebeuren. “Heeelp!” gilt hij in zijn angst.”
Inhoud
Het negende deel van de bekende ‘Chris en Jorieke’-serie van kinderboekenschrijver Bert Wiersema heeft als titel ‘Het raadsel van de blauwe vaten’. Het boek verscheen in 1997 bij De Vuurbaak.1 Dit keer raken de avontuurlijke kinderen Huizinga betrokken bij een ernstig milieudelict. In de fabriek Gaaychem op de Harselaar in Barneveld worden metalen onderdelen van scheepsmotoren bewerkt. De fabriek wordt gerund door de gebroeders Bertus en Gert de Gaay. Bertus is een nette directeur die zich wil houden aan de strenge milieuregels. Gert wil daar juist graag onderuit. Na bewerking ontstaat er chemisch afval (filterkoek) dat afgevoerd moet worden. Op van die peperdure rekening af te komen bedenken Gert en medewerker Randy een plan. De filterkoek moet door de compost van de zwager van Randy gedraaid worden. Alles lijkt voorspoedig te gaan totdat er een kink in de kabel komt. Joost, een medewerker van de compostfabriek, komt achter het milieudelict. Daardoor raakt alles in een stroomversnelling. Een spannend avontuur volgt waarbij ook Chris en Jorieke Huizinga (met hun vader) betrokken zijn. Gelukkig kunnen de daders gepakt worden en voorkomen Chris en Jorieke dat het hele geval een dodelijke afloop kent.
Rentmeesterschap van Adam en Eva
Directeur Bertus de Gaay is een voorbeeldfiguur hoe directeuren van chemische bedrijven zouden moeten omgaan met chemisch afval. Aan het einde van het boek ontstaat er een gesprekje tussen pa Huizinga en zijn oudste kinderen over rentmeesterschap. Chris vraagt vader of ze in ons land streng zijn op het milieu. Vader geeft aan dat dit het geval is omdat er veel mensen in een klein landje wonen en Nederland bovendien het ‘afvoerputje van Europa’ is. Gelukkig zijn er afspraken gemaakt met andere landen. “Er is een Rijnaktieprogramma [sic] gemaakt door het RIZA, het Rijksinstituut voor integraal zoetwaterbeheer, daar heb ik wel eens iets over gelezen.” Dan verwijst vader Huizinga naar Genesis: “We moeten zo goed mogelijk met de schepping omgaan. God heeft ons tenslotte een cultuuropdracht gegeven.” Op de vraag van Jorieke wat dat is vervolgt vader: “God zei vroeger al tegen Adam en Eva dat ze goed op zijn wereld moesten passen. Maar de mensen dachten dat ze het wel zonder Gods hulp konden. En daar zien we nu de gevolgen nog steeds van. Hier op aarde heeft eigenlijk alles zijn schaduwzijde. Een auto is een prachtige uitvinding. Je kunt je er snel mee verplaatsen. Ziekenauto’s redden mensen het leven. Maar ze vervuilen enorm en kunnen heel gevaarlijk zijn. Met vliegtuigen is het precies zo. En zo kan ik nog wel een poosje doorgaan.” Volgens Jorieke zit er aan één ding geen schaduwzijde, en dat is: vakantie. Het is goed als creationisten zich inzetten voor de cultuuropdracht: het bebouwen en bewaren van de schepping.2 Dit is gebaseerd op een historische lezing van Genesis. Die opdracht aan Adam en Eva geldt nu nog. Mooi dat Bert Wiersema in dit deel dit op een eenvoudige wijze voor het voetlicht brengt.
Voetnoten
‘In het begin lag de aarde verloren’ – Lied voor de onderbouw van het basisonderwijs
Het is belangrijk om onze kinderen meer te leren over de zesdaagse schepping. Dat kan met behulp van diverse materialen, methoden en werkvormen. Veel jonge kinderen leren door te zingen! Het is daarom heel goed dat er ook liederen bestaan over de schepping die de chronologie van het scheppingsverhaal volgen. Eén zo’n lied is ‘In het begin lag de aarde verloren‘ Het lied is geschreven door Hanna Lam (1928-1988) en gecomponeerd door Wim ter Burg (1914-1995). ‘In het begin lag de aarde verloren‘ wordt in de onderbouw van veel (reformatorische) basisscholen aangeleerd en gezongen. Hieronder volgen twee video’s via YouTube. De tweede video is een instrumentale versie van het volledige lied met in de ondertiteling de liedtekst. Onderaan de pagina wordt ook de liedtekst van het lied weergegeven. Dit lied is ook te zingen via Gezangboek.nl.1
Nederland Zingt
Klopstra
Liedtekst
1. In het begin lag de aarde verloren,
in het begin in de duisternis.
God sprak Zijn woord en het licht werd geboren,
‘t licht dat vandaag onze dag nog is.
2. In het begin zijn de wolken en luchten,
in het begin is de hemel ontstaan.
God sprak Zijn woord en de wateren vluchtten:
zo bracht Hij scheiding en ruimte aan.
3. In het begin is de aarde gekomen,
in het begin uit de diepte der zee.
In het begin kwam het gras en de bomen,
bloeiden de bloemen en graasde het vee.
4. In het begin zijn de sterren gaan branden,
in het begin kwam de zon en de maan.
Boven het land en de zee en de stranden,
wijzen zij wegen en tijden aan.
5. In het begin kwamen vogels gevlogen,
in het begin werd hun lied al gehoord.
Vissen in ‘t water, wat leeft op het droge:
God schiep de dieren elk naar zijn soort2.
6. In het begin riep God mensen tot leven,
in het begin was het woord in hun mond.
Wat was het goed om op aarde te leven,
wat was God blij dat de wereld bestond.
Voetnoten
‘Verloren Vrijheid’-serie wijst op mensonterend slavernijverleden
“In een laatste stuiptrekking halen de klauwen uit naar Doa’s lichaam. Doa voelt de nagels in zijn buik en schouder dringen. Hij brult het uit van pijn, maar de klauwen missen de kracht om werkelijke schade aan te richten. Doa ziet dat zijn wonden niet meer zijn dan flinke schrammen. De panter ploft naast hem in de varens.”
Doa, de hoofdpersoon van het eerste deel van de ‘Verloren vrijheid’-serie van Bert Wiersma, is een Afrikaanse oerwoudbewoner. Hij maakt onderdeel uit van een kleine stam. Op een dag wordt het alledaagse leven ruw verstoord doordat er witte mannen en mannen van de Afrikaanse Hoodoo-stam het dorp binnen vallen. Een van de witte mannen heeft zelfs een stokje en een monster. Als je met dat stokje naar een tegenstander wijst dan klinkt er een knal en komt er een gat in de borstkast van die tegenstander. Doa weet op dat moment nog niet wat een pistool en een hond zijn. Deze witte mensen zijn slavenronselaars die getipt zijn door de Hoodoo-stam. Alle mensen worden weggevoerd en het dorp gaat in vlammen op. Omdat Doa op jacht is, zie de introductie, ontspringt hij de dans. In een poging de gevangenen te bevrijden wordt ook Doa gearresteerd. Ze worden met nog meer andere Afrikaanse stambewoners in de romp een slavenschip gepropt. Na een lange en barre reis komt het schip in Suriname aan. Dit is het begin van een spannend, meeslepend verhaal over de Nederlandse slavenhandel. In het tweede deel gaat het over de smid Dirk die uiteindelijk moet vluchten vanwege een afpersende graaf, ook zijn bestemming is Suriname. In het derde deel komen beide hoofdpersonen elkaar tegen en eindigt de serie in een spannende en verrassende afsluiter.
Boodschap
Bert Wiersema heeft een drietal spannende boekjes geschreven, die, zo hoop ik, door veel kinderen gelezen zullen worden. Wiersema schrijft namelijk niet zomaar enkele spannende kinderboekjes, hij wil er een boodschap in leggen. Vaak neemt hij een gezin, familie of individu als hoofdpersoon die in zijn of haar doen en laten christen is en wordt er gewezen op de Heere Jezus Christus als enige redmiddel. Zo zijn er ook in deze serie Afrikaanse slaven die overgegaan zijn naar het christendom dankzij de bediening van de zogenoemde Hernhutters. Een slavenhouder wil niets weten van wreedheden tegen zijn slaven, maar behandelt hij ze als werknemers. Hij gunt ze zelfs de vrijheid, mochten ze dat willen. Dat Wiersema de historiciteit van het Schriftwoord hoog in het vaandel heeft staan blijkt ook weer uit deze boekjes. Wiersema wijst in het tweede deel, Ontsnapt, namelijk kort op God de Schepper: “Als je nu zo kijkt naar die schitterende zon en het mooie landschap geloof je dan niet dat er een God is die dat allemaal gemaakt heeft?”1 God heeft de wereld geschapen, dat lezen we ook in Genesis.
Cham-ideologie
Dat een correcte visie op de historiciteit van Genesis niet altijd leidt tot Bijbelgetrouwheid of menslievendheid komt in dit boekje duidelijk naar voren in de handelswijze en argumenten van de kapitein van het slavenschip. Wiersema laat de kapitein een Cham-ideologie verdedigen, zoals diverse mensen dat in die tijd deden. Hayco, een scheepsjongen die aanwezig bij het ronselen van de slaven in het Afrikaanse oerwoud, voelt sterk aan dat dit een zeer foute behandeling is. Hij steekt zijn gevoelen niet onder stoelen of banken. De kapitein van het schip, Geleynsz, roept de scheepsjongen bij zich en probeert hem te overtuigen van de juistheid van deze handelswijze. Hij doet dat met een beroep op de Cham-ideologie. Hij zegt al lezend in Genesis 92: “Nu moet je horen wat er gebeurt. (…) Vier zonen had Cham (…) Kusch, Misraïm, Put en Kanaän. Die laatste ken je wel. (…) Als de Israëlieten in Kanaän komen moeten ze die Kanaänieten eruit jagen. En nou zal ik je eens wat vertellen. Mizraïm is de voorvader van de Egyptenaren, een vijand van Gods volk. (…) Die Put en die Kusch zijn de voorouders van die negers die hier onder in de boot zitten. Snap je het nu? Vijanden van ons. Door God vervloekt.” De kapitein is overigens niet helemaal overtuigt van zijn verhaal en twijfelt er zelf ook aan. Maar hij stopt die twijfel weg. Wiersema schrijft: “Hij had alleen maar een goede reden nodig om op mensenjacht te gaan en daar grof geld aan te verdienen.”3 De historiciteit van Genesis wordt niet ter discussie gesteld. Geen out-of-Africa-theorie. De Afrikanen zijn nakomelingen van Kusch en Put. Zoals gezegd leidt het aanvaarden van de historiciteit van Genesis niet perse tot Bijbelgetrouwheid of menslievendheid. Hadden de mensen die de Cham-ideologie aanhingen, de Genesistekst maar goed gelezen. Dr. Jan M. van der Linde schrijft in zijn boekje over deze Cham-ideologie: “In de loop der eeuwen ontstond de zogenaamde Cham-ideologie, ingezet en lang aangehouden door rabbijnen, christenen en moslims. Zij voorzagen kooplieden, planters en anderen van een vals bijbels alibi als ze slaven wilden kopen. De tekst van Genesis 9:25-27 zegt duidelijk dat Cham niet door zijn vader vervloekt werd, wel Kanaän, de jongste zoon van Cham.”4 Gelukkig hobbelde niet iedereen achter deze Cham-ideologie aan. Er waren ook Bijbelvaste theologen, plantage-eigenaren en gewone burgers die gruwden van de mensonterende leefwijze van de Afrikaanse bevolking.5 Zij gingen de strijd aan en wonnen die uiteindelijk. Daarnaast waren er ook christenen die zich druk maakten om het behoud van de slaven. Zij wezen hen op de enige weg tot behoud: de Heere Jezus Christus.
N.a.v. de serie Verloren Vrijheid: Wiersema, B., 2004, Ontvoerd (Barneveld: Uitgeverij De Vuurbaak). Wiersema, B., 2004, Ontsnapt (Barneveld: Uitgeverij De Vuurbaak). Wiersema, B., 2005, Ontdekt (Barneveld: Uitgeverij De Vuurbaak).
Dit artikel werd geschreven in 2018.
Deze bespreking is onderdeel van het project ‘Onderwijzen en opvoeden voor de toekomst – Leren over onze vroegste geschiedenis in 2022’. Dit opvoedings- en onderwijsproject is onderdeel van het jaarplan ‘Fundamentum 2022’. Het boek is hier opgenomen in de lijst van gelezen kinder- en jeugdboeken.
Voetnoten
“Het leven is niet zonder strijd” – Bespreking ‘Strijd!’
“’Het is een wolf! Hij vreet ons op!’ roept Dave benauwd. De wolf komt langzaam dichterbij. Zijn tong hangt uit zijn kwijlende bek. Dave en Willem fietsen voor hun leven. ‘Help!’ roept Willem gesmoord. Hij kijkt om zich heen of hij iemand ziet, maar er is niemand in de buurt, lijkt het.”
C. van der End schreef het mooie kinderboek Strijd voor kinderen vanaf 8 jaar. Het boek is uitgegeven bij Om Sions Wil. En gaat over twee jongens die in groep 8 zitten en op kamp gaan. Ze beleven van allerlei grappige en spannende avonduren. Het boek is geschreven vanuit reformatorisch perspectief. Het is ook een ernstig boek omdat Dave worstelt met een oma die ziek is.
Schepping
In het boek wordt twee keer positief verwezen naar de schepping. De eerste keer op bladzijde 97. Als Dave met zijn familie oma wil bezoeken dan reizen ze over de dammen naar het Zeeuwse Walcheren. Bij de stormvloedkering in de Oosterschelde1 kijkt Dave naar buiten: “Dave heeft dit al vaker gezien, maar blijft toch geboeid naar buiten staren. Zoveel ruimte, zoveel water! Dave bedenkt hoe klein hij is. Wat is God toch groot dat Hij dat alles gemaakt heeft.” Wanneer het gezin weer terugrijdt dan zingt Dave in gedachte psalm 121 in de berijming van 1773: “Mijn hulp is van de Heere alleen, Die hemel zee en aarde, eerst schiep en sinds bewaarde”.2
Heel goed dat de schrijver aandacht heeft voor God de Schepper en dit alledaags in het boek laat voorkomen. Water kent inderdaad wonderlijke eigenschappen. De chemicus dr. Jonathan Sarfati schreef daar ooit voor Weet Magazine een mooi artikel over. Het boekje wordt aanbevolen voor kinderen vanaf 8 jaar.
Dit artikel werd geschreven in 2020.
Deze bespreking is onderdeel van het project ‘Onderwijzen en opvoeden voor de toekomst – Leren over onze vroegste geschiedenis in 2022’. Dit opvoedings- en onderwijsproject is onderdeel van het jaarplan ‘Fundamentum 2022’. Het boek is hier opgenomen in de lijst van gelezen kinder- en jeugdboeken.
Voetnoten
Vergelding en het paradijs – Bespreking ‘Vergelding’
“Als de drie wagons helemaal tot stilstand zijn gekomen, klimmen Ivar en Zoro ervanaf. Plotseling klinkt in de verte weer het aanzwellend gebrom van een helikopter. Ivar kijkt naar de lucht, maar in het duister zijn geen boordlichten te ontdekken. Hij heeft de boordlichten uit, denkt Ivar. Het geluid komt snel dichterbij en Ivar herkent de Hind. In de directe omgeving is geen schuilplaats te ontdekken. ‘Snel onder een wagon!’ roept hij.”
Jeugdboekenschrijver Adri Burghout heeft al verschillende boeken op zijn naam staan. Hij kan mooi schrijven (en ook mooi tekenen). Dat geldt ook voor het boek ‘Vergelding’. Dit boek is geschreven naar aanleiding van de nasleep van de ramp met het passagiersvliegtuig MH-17, de Syrische burgeroorlog en het zogenoemde IS-kalifaat. Ivar, de hoofdpersoon, krijgt van de legerleiding de opdracht om de verantwoordelijke van het neerschieten van de vlucht MH-17 op te sporen. De legerleiding weet niet dat Ivar ook met wraakgevoelens loopt en vergelding wenst. Een goede vriendin was namelijk aan boord van het vliegtuig. Na een spannend avontuur door Irak, Turkije en Syrië komt hij de dader op het spoor. Ondertussen spreekt het geweten en komt hij de dochter van de dader tegen (die precies op de omgekomen vriendin lijkt) en die vertelt Ivar dat haar vader nog maar twee tot drie weken te leven heeft. Ivar vindt vrede in zijn hart en voert zijn wraakplannen niet uit. Het boek is uitgegeven door uitgeverij Den Hertog en is geschikt voor tieners vanaf 12 jaar.
Paradijs
Burghout heeft in zijn boek ook aandacht voor het paradijs en de verschrikkelijke geschiedenis van de zondeval. Hij vermoedt dat Syrië en Irak eens het land van het paradijs is geweest en schrijft dat de eens zo vredige paradijswereld radicaal veranderde na de zondeval. Of het paradijs ook werkelijk gelegen heeft op de plaats tussen de huidige Tigris en de Eufraat valt te bediscussiëren. Creationisten denken dat de zondvloed alle geografische aanwijzingen van de wereld voor de zondvloed heeft uitgewist en dat het slechts de namen zijn die ons herinneren aan de wereld voor de zondvloed. Hoe het ook zij, het is goed dat Burghout in zijn boek de paradijsgeschiedenis en de gevolgen van de zondeval verwerkt.
Dit artikel werd geschreven in 2021.
Deze bespreking is onderdeel van het project ‘Onderwijzen en opvoeden voor de toekomst – Leren over onze vroegste geschiedenis in 2022’. Dit opvoedings- en onderwijsproject is onderdeel van het jaarplan ‘Fundamentum 2022’. Het boek is hier opgenomen in de lijst van gelezen kinder- en jeugdboeken.
‘In het hart van het kalifaat’ en de oorsprong van het kwaad – Bespreking van ‘In het hart van het kalifaat’
“’Het zijn allemaal moordenaars! Beulen! Ibrahim en Adiva waren niet schuldig aan overspel! Jullie zijn allemaal hetzelfde! Geboren om te doden! Gedreven door de haat!’ Rick hijgt. Alle woede en verdriet komen eruit. Het kan hem niets meer schelen. Hij zal hier toch niet meer levend uit komen. Quaddus pakt Rick bij zijn keel. ‘Pas op uw woorden, meneer Van Drimmelen. U vergeet dat u nu in mijn bezit bent!’ ‘Ik ben van niemand! Niet van u, niet van de Islamitische Staat en niet van die onmenselijke beulen!’ fluistert Rick. Quaddus haalt uit. Versuft voelt Rick aan zijn kaak. Hij veegt met de bovenkant van zijn hand langs zijn mond. Bloed.”
Het verhaal
Sahir, een jongen van 16 jaar wil Muhadjien voor Allah zijn. Hij woont in de stad Raqqah. Het hart van het kalifaat. Een van de ‘heldendaden’ die Sahir doet is een aanslag op een christelijke gemeente in die stad. Als blijkt dat na de ontploffing de bom niet helemaal de gewenste uitwerking heeft gehad, Saïd de voorganger van de gemeente, leeft nog. Sahir zoekt de voorganger thuis op en schiet hem neer. Wonder boven wonder overleeft de man deze aanslag. Enige tijd later hoort Sahir via via dat Saïd nog leeft. Sahir zoekt uit waar de man is gaan wonen, komt hem ‘toevallig’ tegen op straat en ‘neemt hem gevangen’. Met toestemming van de leider van IS, Abdul Quaddus, wordt Saïr uiteindelijk terechtgesteld. De moeder van Sahir blijkt ook christin te zijn geworden en ook zij wordt door Sahir aangegeven en terechtgesteld. Vreselijk als jongeren zo ver afgestopt zijn door indoctrinatie van geweld dat ze hun eigen moeder aangeven.
Parallel aan dit verhaal loopt nog een ander verhaal. De verhalen komen uiteindelijk bij elkaar. Het tweede verhaal gaat over verslaggever Rick van Drimmelen die er door de geheime dienst op uit gestuurd wordt om een journalistiek verhaal te maken over het leven in de ‘staat’ van IS. Hij krijgt een persoonlijke gids mee, Claire, die hem moet beschermen voor gevaar. De vertrouweling van de Nederlandse veiligheidsdienst woont in Raqqah en blijkt Saïd, de bovengenoemde voorganger te zijn. Uiteindelijk krijgt Rick het voor elkaar om Abdul Quaddus zelf te interviewen. Het lijkt erop dat hij dit met de dood moet bekopen. Gelukkig grijpt de veiligheidsdienst in en door een reddingsoperatie in de nacht wordt Rick (samen met Claire) bevrijd uit te gevangenis.
In het boek vinden nog meer gebeurtenissen plaats, maar daarvoor moet u het boek zelf maar lezen. Het boek ‘In het hart van het kalifaat’ verscheen in 2016 bij ‘Om Sions Wil’ en is geschreven door J. Kriekaard.1 Het is geschreven voor jongeren vanaf 14 jaar. Hoewel de ‘Islamitische Staat’ een groot deel van haar slagkracht is verloren is ze niet totaal uitgeschakeld. Goed dat dergelijke boeken geschreven zijn, opdat wij dit niet zullen vergeten.
Kwaad en de zondeval
Saïd, Rick en Claire worden ook beziggehouden met de vraag die Saïd stelt over IS: ‘Waar komt het kwaad in deze groep vandaan?’ Deze vraag blijven in de hoofden van Rick en Claire malen. Rick, die als christen is opgevoed gelooft niet meer in een persoonlijke God. Hij denkt op bladzijde 77: ‘Waarom zou hij ook? Hij gelooft niet in een God Die zoveel lijden toelaat’. Zo door het boek wordt duidelijk waar het (dit) kwaad vandaan komt. Op bladzijde 112 lezen we over een gesprek tussen Adiva (de moeder van Sahir), Rick en Claire over dit kwaad. Adiva: ‘Ik leerde (op de bijeenkomsten JvM) dat er in het hart van een mens allerlei kwaad leeft. Ik leerde dat wij als mensen geneigd zijn om God en elkaar te haten’. Wanneer Rick vraagt wat dan het kwaad is, antwoordt Adiva: ‘Het kwaad noemt Gods Woord: zonden. Jij en ik, Claire en Ibrahim, élk mens is vol van zonden’. Nu weten Rick en Claire wat het kwaad is, maar nog niet waar het kwaad vandaan komt. Op bladzijde 117 wordt dat duidelijk. Lees maar mee:
“’Ibrahim…’ Wat ongemakkelijk probeert Rick met zijn vragen voor de dag te komen. ‘Adiva vertelde laatst dat de zonde in elk mens woont. Hoe kan dat, Ibrahim? Ik pieker me suf, maar ik kan geen antwoord vinden.’ Ibrahim staat op en pakt de zwartleren Bijbel uit de kast. ‘Rick, heb jij wel eens gehoord van Adam en Eva?’ Rick knikt. Daar heeft hij wel eens van gehoord. ‘Adam en Eva hadden geen zonden, geen kwaad, Rick. Ze leefden voor God en met God. Maar toen hebben ze naar de duivel geluisterd en gegeten van de boom, waarvan ze wisten dat zij daar niet van mochten eten. Toen is het kwaad in het hart van de mensen gekomen’. Rick fronst zijn wenkbrauwen. ‘Maar wat heb ik daar nu mee te maken?’ Ibrahim vervolgt. ‘Weet jij hoe de duivel ook wel genoemd wordt?’ Rick kijkt Ibrahim vragend aan. ‘Mensenmoordenaar, Rick. De duivel wil niets liever dan mensen doden. Hij doet er alles aan om zoveel mogelijk mensen te doden.’ ‘Oké, ik denk dat ik begrijp wat je zeggen wilt, Ibrahim. Je wilt zeggen dat al deze strijders mensen zijn die werken voor iemand die duivel heet’. Ibrahim knikt. ‘Alleen, beste Rick, weet je nog wat ik tegen je gezegd heb laatst in de auto? Dat kwaad, de zonde, het zit ook in jouw hart, met dit verschil, dat het er niet uitkomt’. Rick piekert. Hij probeert de woorden van Ibrahim te plaatsen. ‘Je bedoelt dat het kwaad er nog niet uitstroomt?’ ‘Precies’, antwoordt Ibrahim. ‘En daarom ben je in jouw hart en ik in mijn hart, geen haar beter dan zij. Het is alleen genade van God dat wij voor zulke verschrikkelijke daden bewaard blijven. En daarom kon Saïd sterven. Hij wist dat hij geen haar beter was’.”
De vraag van Rick over het kwaad vindt hier een antwoord. Goed dat de auteur verwijst naar de paradijsgeschiedenis met Adam en Eva. Het was goed, het is slecht geworden door de zonde van de mens en de duivel en voor Gods kinderen wordt het later weer goed. Dat is de geschiedenis van het kwaad. Een spannend boek met een persoonlijke boodschap. Een aanrader om te lezen.
Dit artikel werd geschreven in 2021.
Deze bespreking is onderdeel van het project ‘Onderwijzen en opvoeden voor de toekomst – Leren over onze vroegste geschiedenis in 2022’. Dit opvoedings- en onderwijsproject is onderdeel van het jaarplan ‘Fundamentum 2022’. Het boek is hier opgenomen in de lijst van gelezen kinder- en jeugdboeken.