Home » 2021 » oktober (Pagina 4)

Maandelijkse archieven: oktober 2021

Hoe en wanneer kwamen de carnivoren in de wereld? – Jan Rein de Wit aan het woord

In 2014 nam Geloofstoerusting in samenwerking met de Reformatorische Omroep een serie video’s op over zaken die raken aan het scheppingsparadigma. Vandaag een video met voormalig hoofdredacteur van Weet Magazine, Jan Rein de Wit. Hoe en wanneer kwamen de carnivoren in de wereld? Veel zegen bij het kijken!

Ethisch onderzoek uit Apeldoorn onder de loep

H. Berkhof

In 1994 werd er ter gelegenheid van de tachtigste verjaardag van de Leidse emeritushoogleraar H. Berkhof (1914–1995) in de Doopsgezinde kerk te Leiden een bijeenkomst met bekende sprekers georganiseerd. De groep luisteraars die beslist niet gereformeerd was, genoot van de lezing van prof. C. Graafland (1928–2004) uit de kring van de Gereformeerde Bond. Tijdens de laatste lezing van de bekende prof. H. Kuitert (1924–2017) werd prof. Berkhof uit het verpleeghuis in een rolstoel binnengereden.

Prof. Kuitert verwelkomde hem en sprak er zijn vreugde over uit, dat zij het hartelijk eens waren over het afwijzen van de goddelijke natuur van Christus, de opstanding van Christus en de Drie-eenheid. Prof. Berkhof is de bedenker van de term ‘middenorthodoxie’ die overlappend is met de oude aanduiding ‘ethisch’. Het leerstellige systeem van Berkhof berust op het verbond. Dat verbond was het leidende element in zijn leer, dat hij uiteen heeft gezet in zijn Christelijk geloof.

Leersysteem met bepaald uitgangspunt leidt tot fouten

Nu zou iemand kunnen zeggen dat er toch niets mis is met het verbond. Dat is waar, het verbond is een belangrijk element in de gereformeerde leer. Het wordt echter een andere zaak als het verbond de gehele geloofsleer gaat overheersen. Johannes Coccejus (1603–1669) is begonnen om een zwaar accent op het verbond te leggen. De Groningse hoogleraar Johannes Braunius (1628–1708), een volgeling van de filosoof-theoloog René Descartes (1596–1650), heeft van de aanzet van Coccejus een systeem gemaakt. De eerdergenoemde hoogleraar Berkhof heeft het leerstellig systeem van het verbond verder ontwikkeld: het verbond is tussen God en mens. Christus wordt door Berkhof als de ware menselijke verbondspartner gezien, maar wel met het gevolg dat Christus slechts mens is.

Er zijn ook andere afwijkingen van de gereformeerde leer als de verbondsgedachte de rest van de dogmatiek overheerst: er zijn dan geen tweeërlei kinderen des verbonds, maar door een verbondsautomatisme wordt elke bondeling zalig. Er zijn ook sommigen die denken dat het verbond in plaats van de belijdenis bepalend is voor de kerk. Een moderne toepassing van die gedachte is dat het verbond naar de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) zou leiden.

Tenslotte, voor de volledigheid: hoe moeten we dan de gereformeerde leer beschrijven? Dat moet gebeuren op de wijze van de Nederlandse Geloofsbelijdenis. Zo deed Gisbertus Voetius (1589–1676) het ook in zijn onderwijs. De geloofsleer wordt dan per onderwerp behandeld.

Plaatsbereiding

Nu ga ik naar een recent proefschrift van de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA). Het is getiteld Plaatsbereiding: Verzoening in Christus bij Hans Joachim Iwand en Eberhard Jüngel uit 2020. Het is van de hand van dr. Cees-Jan Smits, christelijk-gereformeerd predikant in Noord-Holland. Ik ken hem als een zeer sympathiek persoon. De doctorsgraad werd hem verleend door de hoogleraren G.C. den Hertog en G. Plasger. Den Hertog is zelf met lof op Iwand gepromoveerd. Plasger is een Duitse hoogleraar, die veel van de reformatie weet en goed Nederlands spreekt.

Iwand en Jüngel

Het werkstuk over Iwand (1899–1960) en Jüngel (geb. 1934) is geen gemakkelijke kost: de moeilijke begrippen buitelen over elkaar heen. Het is zeker een heel goede wetenschappelijke publicatie. Iwand sluit zich aan bij M. Luther en K. Barth. Jüngel sluit zich aan bij Luther, Barth, F.D.E. Schleiermacher en R. Bultmann. Karl Barth is de bekende Zwitserse theoloog, die in gereformeerde zin vele afwijkingen vertoont: er is door een afwijkende leer van verkiezing en verwerping sprake van alverzoening. Bultmann is een Duitse theoloog die de evangeliën ging zeven om zo echte woorden van de Heere Jezus over te houden. Iwand staat dichter bij Luther dan Jüngel.

Leer van Iwand en Jüngel is sterk afwijkend van gereformeerde leer

Dat moeilijke taalgebruik illustreer ik met twee voorbeelden. “Het paradigma van het geloof is gedefinieerd in het axioma van Jezus Christus als de werkelijke God en de werkelijke mens” (p. 240). Is het geloof nu slechts een voorbeeld (paradigma)? En is Jezus Christus als God en mens nu niet bewezen, wel aanvaard?

Nu iets alleen van Iwand: “zonde, dood en wet zijn fictief-reële machten” (p. 253). Het lijkt er op dat zonde, dood en wet zijn verzonnen. De theologische bouwwerken van Iwand en Jüngel behoren tot de ‘kruistheologie’. Nu is het kruis van Christus wezenlijk voor het geloof. Maar als de leer geheel wordt beheerst door het kruis, dan gaat het mis. De eeuwige God bestaat ook zonder het kruis. Hij was er al vόόr de grondlegging van de wereld. Hij heeft eens de aarde geschapen, waarop later het kruis zou komen.

Tegen Iwand en Jüngel: het is niet zo, dat God aan het kruis de zonde en verwerping heeft gedragen. Dat heeft Christus voor de zonden gedaan. Hij was God, maar heeft zich vernedert en de gestalte van een mens aangenomen. Hij heeft in de Godverlatenheid van het kruis voor de Zijnen geleden. En als er geen verwerping is, dan is het gevolg alverzoening. Jüngel meent overigens dat het kruis van Christus niet noodzakelijk is voor een goed leven, het kan ook zonder.

Opstanding wil zeggen: een nieuw begin. Plaatsbekleding betekent volgens hem niet dat Christus in onze plaats is gaan staan en voor ons voor de zonde met Zijn bloed heeft betaald, maar dat God een ontmoetingsplaats tussen God en mens heeft bereid. Het is duidelijk dat de leer van Iwand en Jüngel sterk afwijkt van de gereformeerde leer. Het hart van die leer, de predestinatie is er zeer in verminkt. Het — ook filosofisch bepaalde — systeem heeft tot vele afwijkingen geleid.

Nazi-jurist

Op pagina 27 van het proefschrift trof ik een zeer storend element aan. Daar wordt Carl Schmitt (1888–1985) in de discussie betrokken. Schmitt was een begaafd jurist, onder andere hoogleraar in Berlijn. Maar hij was de nazi-ideoloog die de positie van Hitler verdedigde. Na de Tweede Wereldoorlog is hij uit zijn hoogleraarsambt gezet. Schmitt heeft nooit spijt betuigd. De advocaat van de verdorven heiden Hitler verdient geen plaats in een werk over het kruis van Christus. De jonge dr. Smits wist dit waarschijnlijk niet, maar het valt zijn promotoren wel aan te rekenen.

Waar blijft de gereformeerde leer?

De bekende predikant L.J. Geluk (geb. 1936), uit de Gereformeerde Bond, heeft met name preken van Iwand bestudeerd. Geluk zegt in een Iwandstudie: “men hoeft niet in alles met iemand mee te gaan om veel van hem te kunnen leren.” Het gaat er dus niet om dat Iwand en Jüngel niet af en toe een boeiend of pakkend punt hebben gemaakt. Het gaat om de ongereformeerde systematisering.

Het proefschrift van Smits is een analyse van Iwand en Jüngel. Het had ook geschreven kunnen zijn binnen de Protestantse Theologische Universiteit (PThU) van de PKN of een rijksuniversiteit. Hoe verhouden de onderzochte constructies van Iwand en Jüngel zich tot de gereformeerde theologie? Een kritische beschouwing in die zin kon ik niet vinden.

De Bijbel is Gods heilig en onfeilbaar Woord

Toen ik het proefschrift van dr. Smits had gelezen, werd ik heel verdrietig. Ik moest denken aan God met ons … over de aard van het Schriftgezag … uit 1981 van de toenmalige Gereformeerde Kerken in Nederland. Hier bleek duidelijk dat de wereldse wetenschap had toegeslagen met fatale gevolgen.

Ik beperk me nu even tot Jüngel. Hij sluit zich aan bij het ‘ontmythologiseren’ van het Nieuwe Testament: het in de prullenbak werpen van stukken van het Nieuwe Testament die in de wetenschappelijke kraam niet te pas komen. Hoort die theologie wel een plaats te hebben aan de Theologische Universiteit Apeldoorn?

Grote zorgen

Het gaat hier niet om personen of wetenschappelijk niveau, en ook niet of er een intrigerende gedachte of een leerzaam element in zit. Het gaat om het zonder noemenswaardige kritiek bedrijven van ethische (of ergere) theologie aan een gereformeerde instelling. Het moge duidelijk zijn dat ik mij grote zorgen maak. Herkennen wij elkaar nog als de Bijbel niet meer voor iedereen Gods heilig en onfeilbaar Woord is? Volgende keer het laatste artikel als afsluiting.

© Gereformeerd Venster. Dit artikel is met toestemming overgenomen uit de digitale nieuwsbrief Gereformeerd Venster. Abonneren kan via info@gereformeerdvenster.nl of www.gereformeerdvenster.nl. Een abonnee op deze nieuwsbrief is gratis!

Geslachtsverandering bij kinderen is spelen met vuur – Wat als deze jonge tieners als volwassene spijt gaan krijgen?

Jongeren met genderproblematiek zijn niet gebaat bij de wijziging van de wet waardoor ze gemakkelijker kunnen veranderen van genderidentiteit, betoogt Elise van Hoek van de christelijke organisatie NPV-Zorg voor het leven.

Demissionair minister Sander Dekker van rechtsbescherming wil de procedure vereenvoudigen waarmee een geslachtsvermelding op de geboorteakte kan worden veranderd. De deskundigenverklaring waarin een arts of psycholoog vaststelt dat sprake is van een duurzame overtuiging tot het andere geslacht te behoren, vervalt.

Tevens verdwijnt de leeftijdsgrens, zodat ook kinderen jonger dan zestien jaar hun geslachtsregistratie kunnen wijzigen. Een operatie is geen voorwaarde meer voor deze wijziging. Die wordt ook niet gewenst door iedereen die gebruik wil maken van de nieuwe mogelijkheden. De gedachte achter de wet is dat het bepalen van je geslacht een persoonlijke zaak is, ongeacht het biologische geslacht. Belangrijk is je ‘genderidentiteit’ en die ontdek je zelf, zonder psychiater of psycholoog. Een officiële diagnose is dus overbodig en belemmerend en anderen dienen zich aan te passen aan deze zelfidentificatie.

Privacy

Deze veranderingen gelden niet enkel voor persoonlijke relaties, maar zullen ook doorwerken op andere terreinen. Denk aan de betrouwbaarheid van databestanden over het aantal mannen of vrouwen. En aan de privacy van ruimten die nu zijn bestemd voor mannen of vrouwen. Er kan zich elk moment een biologische man melden die zich presenteert als vrouw. En omgekeerd.

Deze wetswijziging valt samen met een andere ontwikkeling. Steeds meer pubermeisjes melden zich bij de genderpoli, en ook de leeftijd van kinderen die aankloppen wordt lager. Het voorstel ook voor jongeren onder de zestien een wijziging op de geboorteakte mogelijk te maken, sluit aan bij deze trend.

Toch is dit spelen met vuur. Onvoldoende duidelijk is wat de oorzaken van deze stijging zijn. Uit onderzoek is bekend dat genderdysforie (onbehagen over het eigen geslacht) bij kinderen in de meeste gevallen overgaat. Dat pleit voor terughoudendheid om naam en aanspreekvorm al te snel aan te passen. De weg terug moet immers open blijven.

Puberteitsremmers en operaties hebben ingrijpende lichamelijke gevolgen, zoals levenslange afhankelijkheid van medicijnen en onvruchtbaarheid. Wat als deze jonge tieners als volwassene spijt gaan krijgen?

De toename van meisjes die jongen willen worden blijkt ook in onder meer Zweden, Groot-Brittannië en de VS. Daarbij signaleren deskundigen dat de vraag verandert. Waren het eerst kinderen met een duidelijk aanwijsbare geschiedenis van problemen met het eigen geslacht, nu is dat niet meer zo.

Sociale besmetting

Er zijn sterke aanwijzingen dat verwarring rond geslacht en gender ontstaat door ‘sociale besmetting’ en dat sociale media daarbij een grote rol spelen.

Jongeren die de meeste of zelfs al hun informatie van sociale media halen, lijken verstrikt te raken in een sociale omgeving die hen ertoe brengt zich als transgender of non-binair te presenteren. Dat lijkt eerder een sociale daad, die het gevolg is van de geschapen verwarring, dan de uitdrukking van een duidelijke identiteit. Dit hardop zeggen is echter zeer omstreden. Wetenschappers die onderzoek willen doen naar de veranderde vraag naar transitie en ook naar het bestaan van spijt over de transitie ontmoeten grote weerstand. En dat is ernstig. Want door het ontbreken van objectieve kennis kunnen fouten gemaakt worden met gevolgen die niet meer terug te draaien zijn.

Het nieuwe wetsvoorstel biedt burgers, ook kinderen, herhaaldelijk de mogelijkheid te veranderen van man naar vrouw of omgekeerd. Dit geeft een signaal af van normalisatie en ultieme vrijheid. Kinderen die nog niet kunnen overzien wat het betekent om man of vrouw te zijn, worden teruggeworpen op zichzelf. We moeten de merkwaardige stijging van de vraag naar transitie én de signalen van sociale besmetting en spijt zeer serieus nemen. Een wetswijziging past daar niet bij.

Dit artikel is met toestemming van de auteur overgenomen uit Trouw. Het originele artikel is hier te lezen.

Doet u mee met de ‘Week van het Leven’?

Volgende maand start de ‘Week van het Leven‘. Om precies te zijn van 6 november 2021 tot en met 13 november 2021. Deze week wordt op 13 november 2021 afgesloten met de ‘Mars voor het Leven’. Helaas zal deze Mars in verband met de geldende coronamaatregelen toegankelijk zijn voor 500 mensen. Tijdens de Week van het Leven van 2021 wordt opnieuw aandacht gevraagd voor de positie van ongeboren kinderen én voor betere hulp aan vrouwen die onbedoeld zwanger zijn. Het thema is: ‘Bekijk het eens van de andere kant’. Steunt u deze actie ook? Bij het schrijven van dit artikel is er al ruim 100.000 euro op gehaald, maar om alle ideeën te kunnen uitvoeren is er 150.000 euro nodig. Naast een financiële gift kunt u ook de petitie ondertekenen waarin de regering wordt opgeroepen om de abortusgrens te verlagen. Namens Fundamentum heeft Jan van Meerten deze petitie ondertekend. De website van de ‘Week van het Leven‘ is hier te vinden.

Adam of Aap? – Aflevering 6: Vragen staat vrij

In 1977 van de vorige eeuw zond de Evangelische Omroep de serie Adam of aap? uit. Er verscheen in hetzelfde jaar ook een boekje met de gebundelde teksten van de uitzending. De serie werd uitgezonden onder leiding van de onlangs overleden drs. Koos van Delden. In dankbare herinnering aan hem deelden wij de afgelopen periode iedere zaterdag een aflevering van Adam of aap? Vandaag deel 6: Vragen staat vrij. In deze zesde en laatste aflevering worden veel gestelde vragen beantwoord.

Helaas heeft de eigenaar van de video de optie ‘Embedden’ uitgeschakeld zodat we hieronder slechts de link naar de video kunnen delen: https://vimeo.com/384807470.

Niets in de biologie heeft betekenis behalve in het licht van Intelligent Design – Hoogleraar ziet in oratie Goddelijk ontwerp als drempelconcept

Het is volgende maand drie jaar geleden dat prof. dr. Dirk T. Ubbink zijn inaugurele rede (of oratie) uitsprak. Hij deed dat bij de aanvaarding van het ambt van hoogleraar Evidence-Based Medicine and Shared Decision-Making aan de Universiteit van Amsterdam.1 De rede werd uitgesproken op woensdag 21 november 2018 en is in die tijd aan mijn aandacht ontsnapt. Bijna drie jaar later wees een kennis mij via de e-mail op het bestaan van deze inaugurele rede en een bijzonder voorval daaruit. In deze rede wordt namelijk in één stelling een kort pleidooi gevoerd voor Goddelijk Ontwerp als drempelconcept. Intelligent Design als basis voor de biologie?

Oratie

In de oratie legt de geleerde uit wat de begrippen evidence-based medicine (EBM) en shared decision-making (SDM) inhouden. Daarnaast geeft hij aan waarom deze begrippen in de moderne gezondheidzorg essentieel zijn voor goede kwaliteit van zorg. In het algemeen een bijzonder lezens- of beluisterenswaardige oratie. Een pleidooi die bij de luisteraar het besef doet groeien dat deze begrippen uiterst belangrijk zijn voor de gezondheidszorg. Ook als dit uw achtergrond of specialisme niet is, is de oratie goed te volgen.

Drempelconcepten

Prof. Ubbink begint zijn oratie met de uitleg van een drempelconcept. Een drempelconcept legt de geleerde in navolging van Jan Meyer en Ray Land uit als ‘een poort die toegang geeft tot een nieuwe en voordien ontoegankelijke manier van denken, die noodzakelijk is om een vakgebied te doorgronden’. Of: ‘een principe dat je moet snappen om een vak (beter) te kunnen begrijpen en uit te oefenen’. Drempelconcepten hebben een aantal kenmerken, deze concepten zijn transformerend, onomkeerbaar, integratief en problematisch. Voor uitleg van deze begrippen leest u de oratie. Ubbink noemt verschillende drempelconcepten, maar deze valt extra op:

“En als laatste voorbeeld durf ik te stellen dat het accepteren dat er een Goddelijke designer bestaat van de aarde, het leven en het universum, i.p.v. een evolutietheorie, een enorme verrijking geeft van ons denken over, en inzicht in, ons bestaan.”

De hoogleraar ziet evidence-based medicine en shared decision-making ook als zulke drempelconcepten en werkt deze verder uit in het vervolg van zijn rede. Het vervolg laat ik aan de lezer. De oratie is hier te lezen en hier te beluisteren. Intelligent Design als drempelconcept, een waarheid als een koe. De geneticus Theodosius Dobzhansky zei het al, maar dan anders2: ‘Nothing in biology makes sense except in the light of Intelligent Design’. Niets in de biologie heeft betekenis behalve in het licht van Intelligent Design.

Voor een inleiding op het concept Intelligent Design is hier de lezing van wetenschapsfilosoof en geoloog Carel de Lange (MSc.) te bekijken. De presentatie van een onlangs verschenen paper over fine-tuning in de biologie (de uitwerking van het drempelconcept Goddelijk ontwerp) werd op hetzelfde congres gepresenteerd door de bioloog dr. ir. Erik van Engelen. Deze lezing is hier terug te kijken.

Voetnoten

Onderwijs met Paxi over ons zonnestelsel en de rest van de kosmos (1) Wie is Paxi?

Een ontdekkingsreis door ons zonnestelsel en de rest van de kosmos. Onze kinderen kunnen daar over dromen en over fantaseren. Helaas is het meeste onderwijsmateriaal en de meeste onderwijslectuur geschreven vanuit naturalistisch perspectief met een miljarden jaren oud heelal. Nederlandstalige creationisten hebben nauwelijks iets over de kosmos voor kinderen geschreven of geproduceerd. Dat is een groot gemis! Dat merk ik ook in de plusklas als we werken over ‘Een reis door ons zonnestelsel’. Daarom gebruik ik video’s van de European Space Agency (ESA).1 Met een grappig ruimtewezen die de naam Paxi draagt. Helaas laat de video ook een naturalistisch perspectief zien met een natuurlijk ontstaan van het heelal en het leven op aarde. Maar…voor een plusklas is een stukje begeleide confrontatie niet verkeerd. Het geeft voer voor een gesprek. Hieronder deel ik de eerste video van Paxi. Wie is Paxi? Daaronder enkele aantekeningen rond deze video én (als het nodig is) ook een kritische noot.

Paxi is een groen ruimtewezen afkomstig van de niet bestaande exoplaneet Ally-O.2 Hij zwerft met zijn ruimtesonde door het heelal en geeft uitleg bij verschillende verschijnselen in dit heelal. In de bovenstaande video maakt Paxi kennis met de aarde. “Een mooie blauwe planeet, een juweel aan de hemel”. Het groene ruimtewezen vergelijkt daarna (de bewoners van) de aarde met (de bewoners van) Ally-O.

Het is grappig, fantasierijk en leerzaam om ons zonnestelsel en de rest van het heelal te bekijken door de ogen van een ruimtewezen. De kinderen moeten wel weten dat het om een fantasiewezen gaat. Er is, ondanks dat we al jaren zoeken, nog geen spoor van (intelligent) leven in het heelal te vinden. Laat staan dat dit intelligente leven ons bezocht heeft. Mensen die geloven in een natuurlijk ontstaan van leven hebben buitenaards leven nodig om natuurlijk ontstaan van leven aannemelijk te maken. Als het ontstaan van leven, zo meent men, miljarden jaren geleden op aarde heeft plaatsgevonden, dan zal dat vast ook ergens anders in de ruimte het geval moeten zijn geweest. Met natuurlijk ontstaan van leven bedoel ik het ontstaan van leven zonder dat er een Hogere Macht, een Schepper, in het ‘spel’ is. Het ontbreken van buitenaards leven vormt voor veel gelovigen daarom een sterk Godsargument. Zoals de filosoof dr. Emanuel Rutten het verwoordde: “Het probleem is (…) dat hoe langer we geen enkel teken van leven buiten de aarde opvangen, hoe minder waarschijnlijk atheïsme wordt.” En verder: “Als we echter de enige in de kosmos zijn, dan past dat alléén bij theïsme.3 Een vergelijking met Ally-O en de aarde is dus leuk in een fantasiewereld, maar in werkelijkheid is het bestaan van een dergelijke planeet met (intelligent) leven nog nooit gevonden. Het is goed dat meer- en hoogbegaafde kinderen van christelijke ouders deze twee tegenpolen tussen naturalistische en creationistische wetenschapsbeoefening zien en zo met Paxi de begeleide confrontatie kunnen aangaan met de naturalistische wetenschapsbeoefening. Paxi is dus grappig en leerzaam maar wees je als begeleider of docent bewust van de naturalistische visie op de werkelijkheid die achter de video’s zit. De video is geschikt voor kinderen van groep 3 tot en met (begin) groep 5. De stem is wat peuterachtig maar de informatie is qua niveau pas leerzaam genoeg voor leerlingen in deze leeftijdscategorie.

De volgende keer reizen we verder met Paxi door de ruimte.

Voetnoten

Genesis deel 4: De schepping is af! – Bioloog Kees Fieggen houdt een bijbelstudie over het eerste Bijbelboek

Genesis, hoe alles begon. Bioloog ir. Kees Fieggen houdt een bijbelstudie over Genesis. Vandaag het vierde deel: De schepping is af! De video duurt ruim 19 minuten. Volgende week donderdag het vijfde deel. Veel zegen bij het kijken!

Zijn wonderen mogelijk? – Een antwoord van dr. Gert van den Brink

Zijn wonderen mogelijk? Op deze vraag gaat de godsdienstfilosoof en theoloog dr. Gert van den Brink in deze video kort in. Veel zegen bij het kijken! De video is opgenomen met dank aan Geloofstoerusting.

Boycot van boek over genderdebat normaliseert het abnormale

Soms zeggen reacties op een cultuurkritische publicatie meer over het soort samenleving waarin we leven, dan over het boek zelf. Dat gaat op voor de boycot door Amazon van een bestseller over het verschijnsel transgender.

Het boek ”When Harry Became Sally” (Toen Harry veranderde in Sally) vertaalt subtiel de titel van een romantische komedie naar het genderdebat. Hoewel het een bestseller werd bij de verschijning ervan in 2018, had dit boek februari dit jaar de twijfelachtige eer om geboycot te worden door Amazon, de grootste boekenverkoper in de wereld. De auteur, dr. Ryan Anderson, had vol bewogenheid en feitelijk correct geschreven over het verschijnsel transgender. Waarom moest dit boek geboycot worden?

Amazon was duidelijk bang voor het effect dat dit boek had op de publieke opinie over transgender. Nog voor het boek verscheen, was uit de intekeningen vooraf duidelijk dat het boek een megabestseller zou worden. De directie van Amazon deed aanvankelijk niets. Mogelijk moet dat in verband gebracht worden met het presidentschap van Trump die negatief stond ten opzichte van Obama’s genderbeleid. Pas toen het boek als bestseller een doorn in het oog was geworden en Biden aan de macht was gekomen, nam het bedrijf de ongekende censuurmaatregel om ”When Harry Became Sally” te boycotten. Wie 50 procent van de gedrukte boekenmarkt van Amerika in handen heeft, kan inderdaad het publieke debat sturen, alleen al door angst te veroorzaken waardoor auteurs zelfcensuur gaan toepassen. Vooral in een klimaat waar de meeste andere uitgevers links-liberaal zijn.

Verklaring

Het gecensureerde boek via Amazon: ‘When Harry Became Sally’ van de politicoloog dr. Ryan T. Anderson.

Los van inhoudelijke vragen rond de Bijbelse moraal, hoe rechtvaardig was dit optreden van Amazon praktisch gesproken? Het ”Handboek voor anarchisten”, ”Lesbian vampire killers”, pornografische seksverhalen en zelfs ”Mein Kampf” van Hitler; je kunt anno 2021 voor al die boeken terecht bij Amazon. ”When Harry Became Sally” was volgens Amazon echter zo verwerpelijk dat het vroeg om de uitzonderlijke maatregel van een boycot.

Gedwongen door de Republikeinse senatoren Rubio, Hawley, Braun en Lee, die Amazon beschuldigden van overtreding van de wet, doorbrak het bedrijf het stilzwijgen over de boycot. In maart kwam die met een gedwongen en juridisch zorgvuldig afgewogen verklaring. Ik citeer uit de brief van Amazon: „Wat betreft uw specifieke vraag over ”When Harry Became Sally”, we hebben ervoor gekozen geen boeken te verkopen waarin de lgbtq+-identiteit als een psychische aandoening wordt beschouwd.”

Anderson reageerde op deze verklaring in een interview met The National Catholic Register (12-3): „Iedereen is het erover eens dat genderdysforie een ernstige aandoening is die veel leed veroorzaakt. Er is echter een debat gaande over de vraag over hoe patiënten die genderdysforie ervaren, het beste kunnen worden behandeld. Amazon wil dat de mond snoeren.” Anderson wees vervolgens op tegenstrijdigheden in het beleid van Amazon. Waarom werd zijn boek verwijderd, terwijl professionele boeken die de diagnose en behandeling van genderdysforie als geestesziekte behandelen, beschikbaar blijven voor verkoop op het platform?

Ideologie

Dat brengt ons bij de kern van de zaak. Het gaat niet slechts om het commerciële verbod op een boek. De boycot van ”When Harry Became Sally” in de context van de genderideologie, die in alle aspecten van de westerse samenleving haar intrede heeft gedaan, is een symptoom. Waarvan? Van de normalisering van het abnormale in onze samenleving. Wij moeten wat tot voor kort medisch wetenschappelijk werd beschouwd als een geestelijke afwijking als normaal gaan zien. Wie dat niet wil, kan het etiket transfobie opgeplakt krijgen.

Medisch gesproken is genderdysforie een afwijking van de normale psychische gesteldheid die met een zodanig lijden gepaard gaat dat de betreffende persoon medische behandeling zoekt. Dat blijkt al uit het begrip zelf: ”dysforie” is het tegenovergestelde van ”euforie” en betekent angst, somberheid, prikkelbaarheid. Anders dan bij (hoogst uitzonderlijke) biologische verschijnselen als interseks werd geslachtsdysforie in de psychiatrische wetenschap tot voor kort altijd beschouwd als een ”mental disorder”, een mentale stoornis.

Volgens de oude consensus was interseks, waarbij zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen zich in een persoon ontwikkelen, een ”condition”, een biologische realiteit. Uit die optiek, die ook voorgestaan wordt door Anderson, is er een groot verschil met genderdysforie. Het laatste is geen biologisch gegeven maar een ”mental state” die niet overeenkomt met de biologische werkelijkheid van de patiënt. Op dat punt heeft het overeenkomst met geheel andere aandoeningen, zoals koning Charles VI, die dacht dat hij van glas gemaakt was. Voor hem was het echt, maar biologisch was het echt onwaar. De gedachten die de patiënt heeft, komen dus niet overeen met de werkelijkheid. Bij een transgender gaat dit heel diep en raakt het ook de seksuele identiteit van de persoon (het geslacht waarmee hij zich wil identificeren) en hoe hij of zij in het leven staat en zich verhoudt tot anderen. Het gevolg daarvan is een benauwend gevoel van dysforie, van ongemak, omdat je voor je ervaring in het verkeerde lichaam opgesloten zit.

Verschuiving

In 2013 veranderde de Amerikaanse organisatie voor psychiatrie de medische aanduiding voor transgender in dysforie. Niet omdat het inhoudelijk geen stoornis meer was die niet meer om een medische behandeling zou vragen, maar om een politiek correcte reden: „DSM-5 heeft tot doel stigmatisering te voorkomen en klinische zorg te bieden aan personen die zichzelf zien en voelen als van een ander geslacht dan het hun toegewezen geslacht. Het vervangt de diagnostische naam ”genderidentiteitsstoornis” door ”genderdysforie” en maakt andere belangrijke verduidelijkingen in de criteria.”

Behalve het voorkomen van stigmatisering was er ook een economisch motief. De verandering van de definitie beoogde om vergoeding bij ziekenfondsen te vergemakkelijken voor een veel grotere groep mensen dan die volgens de oude regels geacht werden aan ”gender disorder” te lijden.

Helemaal doen alsof transgender normaal was geworden, ging niet. De verklaring van de psychiaters maakte daar geen geheim van: „Als het gaat om toegang tot zorg, omvatten veel van de behandelingsopties voor deze aandoening counseling, geslachtshormonen, geslachtsaanpassende chirurgie en sociale en juridische overgang naar het gewenste gender. Om verzekeringsdekking voor de medische behandelingen te krijgen, hebben individuen een diagnose nodig. De Seksual and Gender Identity Disorders Work Group was bezorgd dat het verwijderen van de aandoening als een psychiatrische diagnose –zoals sommigen hadden gesuggereerd– de toegang tot zorg in gevaar zou brengen.” De veranderde definitie beoogde te verzekeren dat de behandeling en medische ingrepen daaraan verbonden vergoed zouden blijven worden door de verzekering.

De nieuwe therapeutische definitie neemt zijn uitgangspunt in het gevoelen van de patiënt, in dysforie; niet meer in een objectieve vaststelling van ”disorder”, afwijking. Dat brengt risico’s met zich mee, niet het minst voor jongeren. De overgrote meerderheid, statistisch meer dan 85 procent, van kinderen en tieners die zich in het verleden meldden bij psychologen voor je het gevoel tot het andere geslacht te behoren, of te willen zijn, groeide er op natuurlijke wijze overheen. Vanuit de oude situatie gezien, kan de herdefinitie dus leiden tot onnodig medisch ingrijpen.

Risicofactoren

Daarbij komt dat er sociale factoren zijn die bijdragen aan het ontstaan van dysforie of die veroorzaken. Anderson wijst in zijn boek op voorbeelden. Wie een dominante moeder heeft, die doorlopend laat merken dat ze eigenlijk een meisje had willen hebben, loopt een grotere kans als jongen om genderdysforie te ontwikkelen. Een andere risicofactor is seksueel misbruik. Bij volwassen transgenderpersonen is er een onevenredig groot percentage (ten opzichte van de gemiddelde bevolking) dat als kind werd misbruikt. Het vaktijdschrift Journal for Transgender geeft aan dat waarschijnlijk 55 procent van alle volwassenen die als kind lijden aan genderdysforie, voor de leeftijd van 18 jaar een ongewenste seksuele ervaring heeft opgedaan. Hoewel de onderzoeksgroep mijns inziens niet groot genoeg was voor definitieve resultaten, is dit een indicatie uit een onverdachte bron.

Dat stemt tot nadenken, ook wat betreft het politieke beleid ten aanzien van transgender. Immers, zelfs onderzoek uit progressieve hoek laat zien dat van mannen die als kind misbruikt zijn ten minste 35 procent ook zelf misbruiker wordt. Die kans is meer dan driemaal groter dan bij de gemiddelde man.

Soms worden de resultaten van dergelijke onderzoeken gepresenteerd over mannen en vrouwen gezamenlijk. Dat is misleidend. In tegenstelling tot mannelijke slachtoffers van seksueel misbruik, worden misbruikte vrouwen zelden, in de regel nooit, zelf misbruikers. Wie dan het resultaat van vrouwen en mannen gezamenlijk presenteert, kan doen of het wel meevalt. Misbruikte mannen zijn echter gemiddeld (voor de meesten geldt het gelukkig niet) statistisch aantoonbaar een risicogroep ten opzichte van de rest van de bevolking. Die trend is ook te zien bij de medische analyse van het gedrag van biologische mannen die zich als transvrouwen identificeren, vergeleken met die van transmannen (biologisch vrouw maar zich identificerend als man). Een analyse van de metadata wijst erop dat bijna 30 procent van de transvrouwen in Amerika hiv heeft en bijna 50 procent vertoont gevaarlijk seksueel gedrag. Dit gedrag belast de gezondheidszorg, beïnvloedt de levensverwachting en levert een sociaal-economisch kostenplaatje op voor de samenleving.

Geen verlichting

Daarbij komt dat hormoontherapie en kosmetische genderchirurgie op de lange termijn (twintig jaar) niet tot verlichting van de psychische nood van transgenderpatiënten blijkt te leiden. In dat opzicht lijkt er een parallel te zijn met de behandeling van interseksepatiënten. Zelfs uit het onderzoek van de zeer progressieve dr. Money van Harvard, die veel bijdroeg aan de genderideologie is, bleek dat intersekse patiënten psychisch beter af zijn op de lange termijn als er geen chirurgische correctie plaatsvindt. Bij transgenderpersonen die hormoonbehandeling en chirurgie ondergaan, treedt gewoonlijk in eerste instantie verbetering op, maar op langere termijn ontreddering en een buitengewoon hoog zelfmoordrisico. Dat blijkt uit een grootscheeps langetermijnonderzoek in het transvriendelijke Zweden tussen 1973 en 2003.

Feit van de zaak blijft dat ook in de nieuwe edities van het ”Handboek voor de classificatie van psychische stoornissen” (DSM-5) transgender is opgenomen als verschijnsel. Maar het wordt alleen nog maar als probleem gezien als de patiënt er dusdanig last van heeft dat het klinisch als dysforie betiteld kan worden.

Waar de vereniging van Amerikaanse psychiaters genderdysforie als een probleem blijft beschouwen dat nog steeds om speciale psychiatrische of andere medische behandeling kan vragen, gaan Amazon en de transgenderideologie een stap verder. We moeten met zijn allen het biologisch geslacht als keuze gaan beschouwen en andere afwijkingen van de traditionele christelijke moraal normaal gaan vinden. Dat niet alleen. De samenleving moet ook zomaar bereid zijn om de schade hiervan te betalen, niet alleen sociaal en economisch, maar ook de geestelijke en psychische rekening voor komende generaties. Geen discussie. Geen vrijheid van meningsuiting. Wie wel een rationele discussie over de voors en tegens wil, en een onwelkom standpunt heeft zoals Anderson, wordt geboycot.

Naastenliefde

Het abnormale moeten we normaal gaan vinden. Het is een symptoom van een doorgeslagen geïndividualiseerde samenleving, waar eenieder leeft bij zijn eigen waarheden die morgen weer anders mogen zijn. Zolang Amazon het ook goed vindt.

Dat iemand psychisch zozeer ongemakkelijk raakt in zijn eigen lichaam dat hij zich laat verminken om zich beter te kunnen voelen, en soms ook op interpersoonlijke terreinen het zicht verliest op waarheid, zou in een gezonde samenleving medelijden moeten oproepen, en geen normalisering. Als het normaal raakt om als behandeling voor psychische nood gezonde organen bij biologisch normale mensen te verwijderen, dan mogen we ons als samenleving afvragen in hoeverre we nog zicht hebben op waarheid en naastenliefde.

Amazon’s reactie op ”When Harry Became Sally” is veelzeggend over onze tijd en cultuur. Toch blijven we vertrouwen dat de waarheid het langst duurt. Die is soms wel confronterend, maar maakt uiteindelijk waarlijk vrij.

Dit artikel is met toestemming van de auteur overgenomen uit het Reformatorisch Dagblad. Bronvermelding: Zuiddam, B.A., 2021, Boycot van boek over genderdebat normaliseert het abnormale, Reformatorisch Dagblad 51 (155): 26-27 (artikel).