Home » Gastbijdrage » Een gat in de scheppingsleer van C.H. Spurgeon

Een gat in de scheppingsleer van C.H. Spurgeon

Door een wakkere lezer werden wij erop geattendeerd dat de bekende prediker C.H. Spurgeon (1834–1892), de eerdere predikant van de Metropolitan Tabernacle in London, niet alleen een afwijkende doopvisie had, maar ook een afwijkende scheppingsleer. Deze kritische lezer meende dat Spurgeon een gaptheorie (soort theïstische evolutie) voorstond.

De vraag was: “is het wel wijs om de ene dwaalleer te bestrijden met een andere door bijvoorbeeld een artikel van dr. Peter Masters, de huidige predikant van de Metropolitan Tabernacle, in Gereformeerd Venster te plaatsen?”

Andere doopvisie

Het is bekend dat niet alleen Spurgeon, maar ook John Bunyan (1628–1688), John Warburton (1776–1857) en Strict Baptists zich stellen op het standpunt van de volwassendoop, en daarmee de kinderdoop afwijzen. Ondanks deze afwijkende doopvisie, denk ik niet dat er velen zijn in de gereformeerde gezindte die de godzaligheid van deze mannen in twijfel trekken. Dat blijkt uit de vele drukken die hun boeken ontvangen, maar ook uit initiatieven zoals de John Bunyanstichting1 en de Stichting Vrienden van The Gospel Standard2. Voor laatstgenoemde stichting werk ik zelf mee aan het stichtelijke blad Metgezel. We kunnen van deze mannen leren over het bevindelijke leven met de Heere en het leven in Gods voorzienigheid.

Evolutieleer en gaptheorie

De negentiende eeuw was een tijd waarin er allerlei theorieën werden ontwikkeld over het ontstaan van de aarde. Te denken valt aan het bekende boek van de natuuronderzoeker Charles R. Darwin (1809–1882) On the origin of species, by means of natural selection (1859). De theologie vormde in dit proces van theorievorming over het ontstaan van de aarde geen uitzondering, alhoewel dit niet betekende dat men de theorie van Darwin een-op-een overnam. Spurgeon heeft het darwinisme op de hak genomen, wat laat zien dat hij deze theorie niet serieus nam. Wel geloofde hij dat de aarde aanzienlijk ouder moest zijn dan tot dan toe gedacht. Ook theologen zoals Charles Hodge (1797–1878) en Thomas Chalmers (1780–1847) dachten na over de ouderdom van de aarde en de gaptheorie (‘gap’ betekent letterlijk een gat of een kloof) waarbij er ruimte in tijd zit tussen de schepping van de aarde enerzijds en de schepping in zes dagen. Deze lezing verschilt van die van de kanttekeningen op de Statenvertaling. Daar lezen we dat de hemel en de aarde op de eerste dag geschapen zijn. In enkele preken heeft Spurgeon laten blijken dat hij tot het inzicht gekomen was van de gaptheorie. De christelijke gereformeerde theoloog Jan van Genderen (1923–2004) verwees in zijn dogmatiek ook naar het onderscheid tussen de eerste schepping (creatio prima) en de tweede schepping (creatio secunda) dat hij ontleende aan de gereformeerde theoloog Herman Bavinck (1854–1921)3:

“Of er tussen de schepping van hemel en aarde (Gen. 1:1) en de eerste dag, waarop God zei: Er zij licht (Gen. 1:3) een kortere of langere tijd lag, kan door de exegese niet beslist worden. Dat betekent, dat de aarde er al lang geweest kan zijn, voordat de mens geschapen werd.”

De gaptheorie bij Spurgeon

Spurgeon poneerde dat wij niet precies deze tijd tussen de schepping en de eerste dag weten, maar hij meende wel dat het om miljoenen jaren ging. Op 17 juni 1855 hield hij in New Park Street in London een preek over de kracht van de Heilige Geest, waarbij hij ook inging op de schepping4:

“In het tweede vers van het eerste hoofdstuk van Genesis lezen we: ‘En de aarde was zonder vorm en ledig, en duisternis lag op de bodem. En de Geest van God bewoog zich over de wateren.’ Wij weten niet hoe lang de periode van de schepping van deze aardbol geleden is – zeker vele miljoenen jaren vóór de tijd van Adam. Onze planeet heeft verschillende stadia van bestaan doorgemaakt, en op haar oppervlak hebben verschillende soorten van schepselen geleefd, die allemaal door God zijn gevormd. Maar voordat dit tijdperk aanbrak, waarin de mens de voornaamste bewoner en vorst zou zijn, gaf de Schepper de wereld over aan verwarring. Hij liet de innerlijke vuren van onderen oplaaien en alle vaste materie smelten, zodat alle soorten stoffen werden samengevoegd in één grote massa van wanorde. De enige naam die je aan de wereld kon geven, was dat het een chaotische massa materie was; wat het zou moeten zijn, kon je niet raden of definiëren. Zij was geheel ‘zonder vorm en leegte, en duisternis lag op de diepte’. De Geest kwam en strekte zijn brede vleugels uit om de duisternis te verdrijven, en terwijl Hij eroverheen bewoog, kwamen alle verschillende delen van de materie op hun plaats, en het was niet langer ‘zonder vorm en leegte’, maar het werd rond, zoals zijn zusterplaneten, en bewoog, terwijl het de hoge lof van God zong – niet disharmonisch, zoals het eerder had gedaan, maar als één grote noot in de grote schaal van de schepping.”

Diverse stadia van ontwikkeling

Spurgeon meende dat de planeet diverse stadia (various stages) heeft doorlopen, voordat God de mens schiep. Ook zouden toen al verschillende schepselen (creatures) hebben geleefd. Daarna volgde een periode waarin alles samensmolt tot een chaotische massa, waarna de Geest weer orde schiep in de chaos. Op 2 september van het jaar 1855 stelde Spurgeon opnieuw het begin van de wereld in een preek aan de orde. Hieruit zien we dat zijn gedachten op dit punt zich ontwikkeld hebben. Eerder was hij de zogeheten gaptheorie niet toegedaan. Hij zegt5:

“Kan iemand mij vertellen wanneer het begin was? Jaren geleden dachten we dat het begin van deze wereld was toen Adam daarop kwam; maar we hebben ontdekt dat God duizenden jaren daarvoor chaotische materie aan het voorbereiden was om er een geschikte woonplaats voor de mens van te maken, door er schepsels op te zetten die zouden kunnen sterven en de sporen van Zijn handwerk en wonderbaarlijke vaardigheid achterlaten, voordat Hij Zijn hand op de mens zou leggen.”

Spurgeon geen aanhanger van Darwin

Op 1 oktober 1861 gaf Spurgeon een lezing in de Metropolitan Tabernacle over de pas ontdekte Afrikaanse gorilla en zijn zogenaamde evolutionaire verwantschap met de mens. In deze lezing maakte hij goed duidelijk dat hij tegenover Darwins theorie niet geloofde in de evolutie van soorten.6 Op een vraag over evolutie antwoordde hij als volgt:

Westwood, 5 februari 1887

Geachte heer:

Bedankt voor uw uitstekende en hoffelijke brief. Ik heb veel over het onderwerp gelezen, en heb nog nooit een feit, of de staart van een feit, gezien dat wees op het ontstaan van de ene diersoort uit de andere. De theorie is vastgelegd, en feiten opgevist om het te ondersteunen. Ik geloof dat het een monsterlijke fout is in de filosofie, die binnen twintig jaar een onderwerp van spot zal zijn.

In de theologie zou de invloed ervan dodelijk zijn; en dat is alles waar ik om geef. Over de wetenschappelijke kwestie doet u er goed aan uw eigen oordeel te gebruiken.

De Heere zegene u, en leide u meer en meer in Zijn waarheid!

Van harte,

C.H. Spurgeon

Spurgeon beantwoordde ook de vraag van een theologiestudent of hij de theorie van Darwin of een andere theorie over evolutie kon aanvaarden. Dat was in de tuin van Spurgeon waar hij op vrijdag samen was met de studenten.7 Volgens Spurgeon kon de evolutietheorie niet in overeenstemming gebracht worden met de Heilige Schrift.

Evaluatie

Spurgeon was duidelijk geen aanhanger van de evolutietheorie van Darwin. Hij verwachtte niet dat deze theorie op de lange termijn houdbaar zou zijn. Toch kent zijn scheppingsleer, net als die van andere gereformeerde theologen uit de negentiende eeuw zoals Herman Bavinck, een speculatief moment. Ook van Spurgeon geldt dat hij een kind was van zijn tijd. De speculatieve lezing van Genesis 1 betekent geenszins dat we niets van hem kunnen leren. Bekend is dat Spurgeon veel heeft betekend voor de verspreiding van het evangelie, niet alleen in London, maar over heel de wereld. Velen hebben zegen ervaren door het lezen van zijn preken. Hij was een besliste verdediger van orthodox Bijbelse waarheden.8 Zo stond hij pal voor de onfeilbaarheid en inspiratie van de Heilige Schrift, het plaatsvervangende lijden van Christus en het bestaan en de eeuwigheid van de hel voor allen die geen zaligmakend geloof in Christus hebben.
© Gereformeerd Venster. Dit artikel is met toestemming overgenomen uit de digitale nieuwsbrief Gereformeerd Venster. Abonneren kan via info@gereformeerdvenster.nl of www.gereformeerdvenster.nl. Een abonnee op deze nieuwsbrief is gratis!

  1. www.johnbunyanstichting.nl.
  2. www.gospelstandardvrienden.nl.
  3. J. van Genderen & W.H. Velema, Beknopte gereformeerde dogmatiek, vierde ongewijzigde druk, Utrecht 2013, 258.
  4. Zie voor deze preek in het Engels: www.spurgeon.org/resource-library/sermons/the-power-of-the-holy-ghost.
  5. Zie voor deze preek in het Engels: www.spurgeon.org/resource-library/sermons/election.
  6. Zie de autobiografie van Spurgeon, deel 3.
  7. Zie de autobiografie van Spurgeon, deel 4.
  8. Vlg. www.spurgeon.org/resource-library/blog-entries/what-was-the-downgrade-controversy-actually-all-about.