Home » Evolutietheorie » Dingohekwerk zorgt voor snelle kangoeroe-evolutie – Kangoeroemannetjes hebben een grotere schedel en kangoeroejongen zijn groter dan hun leeftijdsgenootjes

Dingohekwerk zorgt voor snelle kangoeroe-evolutie – Kangoeroemannetjes hebben een grotere schedel en kangoeroejongen zijn groter dan hun leeftijdsgenootjes

Dwars door Australië loopt een hekwerk van meer dan 5.600 kilometer. Dit hekwerk moet de dingo weghouden van de schaapkuddes in het zuidoosten van Australië. De scheiding houdt niet alleen dingo’s buiten de deur maar ook kangoeroes, emoes en andere grote dieren. Het hekwerk zorgde voor een scheiding in de kangoeroepopulatie. Je hebt nu kangoeroes voor en achter het hekwerk. Wetenschappers ontdekte dat de kangoeroes aan de dingokant van de Dingo Barrier Fence zich anders ontwikkelen dan de kangoeroes in zuidoost Australië. Het dingohekwerk zorgt voor een snelle kangoeroe-evolutie. Overigens is niet iedereen gelukkig met het hekwerk. Er worden regelmatig verzoeken gedaan om het hekwerk af te breken/open te stellen.1

Hekwerk

Met de bouw werd in 1880 begonnen en vijf jaar later was het hekwerk voltooid, en had als hoofddoel de dingo (Canis dingo) te scheiden van de schapen (Ovis aries) die de graslanden van het zuidoosten begrazen. In de inleiding zagen we al dat dit niet alleen dingo’s buiten de deur houdt, maar ook andere soorten. Deze scheiding van populaties heeft gevolgen voor soortvorming. Dat ruimtelijke scheiding voor soortvorming kan zorgen is al langer bekend, we noemen dat allopatrische soortvorming.2 Tot voor kort was het effect van deze roofdieruitsluiting door de Dingo Barrier Fence op kangoeroepopulaties niet onderzocht. Daar is nu verandering in gekomen. Dit jaar werd er een onderzoek gepubliceerd in Journal of Mammalogy waarin die effecten zijn bestudeerd en beschreven.3

Effect

Onderzoekers volgen twee geïsoleerde populaties van rode kangoeroes (Osphranter rufus) aan weerszijden van het hekwerk. De onderzoekers zagen dat de scheiding van deze populaties zorgden voor verschillen in leeftijdsopbouw en groeipatronen. Het viel de onderzoekers op dat in de populatie in het dingoleefgebied er relatief minder vrouwtjes en kangoeroejongen waren. Bovendien waren de individuen groter voor hun gegeven leeftijd, ondanks dat er minder vegetatie lijkt te zijn. Hoewel dat laatste nog verder onderzocht moet worden. Het roofgedrag van de dingo’s lijkt dus effect te hebben op de ontogenie (wordingsgeschiedenis van embryo tot volwassen individu) van de kangoeroes. Ook opvallend is het gegeven dat de populatiedichtheid van kangoeroes in het dingoleefgebied hoger is dan in het zuidoosten van Australië.4

Evolutie

In 2018 werden 166 rode kangoeroes die willekeurig waren geselecteerd aan weerszijden van het hekwerk bemonsterd en de monsters werden met elkaar vergeleken. De wetenschappers wilde met het onderzoek drie hypothesen testen: (1) of de kangoeroepopulaties die te maken hebben met meer dingo’s kleiner zijn en minder jonge vrouwtjes tellen, (2) of de kangoeroepopulaties een hoger ontogenetisch groeipercentage kent, en (3) of dit ook zal leiden tot een veranderende schedelmorfologie. Hoewel vervolgonderzoek wenselijk is, is dit het eerste vergelijkende onderzoek naar de gevolgen van het dingohekwerk op kangoeroepopulaties. Ze vonden geen aanwijzingen voor verschillen in schedelvorm tussen de populaties. Wat wel opviel was dat jonge kangoeroemannetjes in het dingoleefgebied grotere schedels hebben. Geen verschil in vorm, maar dus wel in grootte. Populaties van rode kangoeroes in het gebied waar dingo’s vaker voorkomen (ten noorden van het hekwerk) groeien sneller op, individuen zijn groter dan hun leeftijdsgenoten en bevatten minder jongen én vrouwtjes dan hun zuidelijke soortgenoten. De voorkeur van dingo’s voor jongere en lichtere prooien zou een mechanistische verklaring kunnen zijn voor grotere afmetingen bij jonge individuen. Maar de wetenschappers zijn voorzichtig en zouden graag meer onderzoek willen naar de effecten van het roofgedrag van de dingo op kangoeroepopulaties. Dat kangoeroepopulaties door het roofgedrag van de dingo minder vrouwtjes en jongen bevatten, past in ieder geval wél bij de waarnemingen in het veld aangaande dingopredatie. Karkassen die achtergelaten zijn door dingo’s zijn vaker van jonge exemplaren of kleinere vrouwtjes.

Allergisch

In de populair-wetenschappelijke media wordt gewezen op deze snelle kangoeroe-evolutie.5 Creationistische organisaties reageren wat allergisch op dit e-woord. Volgens Answers in Genesis is hier geen sprake van evolutie omdat de kangoeroes gewoon kangoeroes blijven.6 We hoeven ons geen zorgen te maken om dit evolutie te noemen. Het is namelijk een verandering in de kangoeroepopulatie in de loop van de tijd. Als je dat evolutie noemt is dat natuurlijk prima. We hoeven niet allergisch te reageren als we ergens het e-woord tegenkomen. Als eerder heb ik erop gewezen dat dit soort voorbeelden uiteraard geen aanwijzingen zijn voor Universele Gemeenschappelijke Afstamming.7 Laten we het verschil blijven zien tussen ‘evolutie’ als wetenschappelijk gegeven en ‘Universele Gemeenschappelijke Afstamming’ als naturalistische natuurfilosofie. Als we dat doen, dan hoeven we niet allergisch te reageren op evolutieberichtgeving en kunnen we dit soort evolutie-onderzoek welwillend omarmen en gebruiken in ons scheppingsonderzoek.8 De Heere heeft immers in Zijn oneindige wijsheid en goedheid geen starre en onveranderbare soorten geschapen, maar basistypen het vermogen gegeven om zich aan te passen aan hun omgeving (óók of juist ná de zondeval).

Voetnoten

  1. Zie bijvoorbeeld deze paper: Philip, J., 2022, The Dino Barrier Fence: Presenting the case to decommission the world’s longest environmental barrier in the United Nations Decade on Ecosystem Restoration 2021-2030, Biologia Futura 73 (1) 9-27.
  2. Wikipedia legt dit kort en begrijpelijk uit: https://nl.wikipedia.org/wiki/Allopatrische_soortvorming.
  3. Bron voor dit hele artikel: Mitchell, D.R., Cairns, S.C, Körtner, G., Bradshaw, C.J.A., Saltré, F., Weisbecker, S., 2023, Differential developmental rates and demographics in Red Kangaroo (Osphranter rufus) populations seperated by the dingo barrier fence, Journal of Mammalogy 20 (10): 1-12.
  4. Zie ook: Dawson, S.J., Kreplins, T.L., Kennedy, M.S., Renwick, J., Cowan, M.A., Fleming, P.A., 2022, Land use and dingo baiting are correlated with the density of kangaroos in rangeland systems, Integrative Zoology 18 (2): 299-315.
  5. https://www.iflscience.com/dingo-proof-fence-could-be-driving-astonishingly-fast-kangaroo-evolution-69200.
  6. https://answersingenesis.org/animals/is-australias-dingo-fence-driving-kangaroos-to-evolve/.
  7. Bijvoorbeeld in deze column: https://oorsprong.info/column-evolutie-is-een-feit/.
  8. Bij een artikel over olifantenevolutie heb ik daar al eens op gewezen: https://oorsprong.info/snelle-olifantenevolutie-stroperij-zorgt-voor-olifantenvrouwtjes-zonder-slagtanden/.