Home » 2024 » januari (Pagina 6)

Maandelijkse archieven: januari 2024

Kosmische explosie maakt van een vruchtbare vlakte onbewoonbaar gebied

Abraham is deze morgen vroeg wakker. Hij haast zich naar de top van de heuvel waardoor hij uitzicht heeft over de Jordaanvlakte. Dan slaat hij de hand voor de mond, de eens zo vruchtbare Jordaanvallei is veranderd in een rokende smeltoven. Het gebied is totaal verwoest en een deken stroperig zout heeft zich over de vlakte uitgestrekt. De eens zo machtige steden zijn verdwenen.

Over de geschiedenis van Sodom en Gomorra en de verwoesting van deze steden hebben vele wetenschappers zich al gebogen. Verschillende verklaringen zijn geopperd, maar het laatste woord is nog hier nog niet over gezegd. Tijdens de Annual Meeting van de American Schools of Oriental Research (17 november 2018) presenteerden veertien wetenschappers de resultaten van hun onderzoek. Ze kwamen tot een opmerkelijke conclusie. Zo zou de vruchtbare vlakte rond Tall el-Hammam verwoest zijn door een explosie van een meteoriet boven het gebied.1

Waar de onderzoekers over spraken was niet nieuw. De hoofdonderzoeker (dr. Phillip Silvia) presenteerde al eerder, samen met dr. Steven Collins2, de resultaten op een conferentie in 2015.3 Daarnaast schreef dr. Silvia zijn dissertatie over dit onderwerp, met als titel The Middle Bronze Age Civilization-Ending Destruction of the Middle Ghor.4 Volgens de onderzoekers zijn er verschillende argumentatielijnen die leiden tot de conclusie. Zo is er een potscherf gevonden die blootstelling aan extreme temperaturen laat zien (de paper spreekt van 8.000 tot 12.000 graden Celsius in enkele microseconden). Ook zijn er andere mineralen gevonden die eenzelfde kortdurende blootstelling aan extreme temperaturen laten zien. In 2010 werd er ook gesmolten gesteente gevonden. Daarnaast is de natuurlijke muur, het fundament van de muur van de stad Tall el-Hammam, voor een groot deel verdwenen. Geochemische data laten zien dat er veel sulfaat en zout in de aslagen zit. Deze monsters zijn onder, in en boven de verwoeste laag te vinden. Daarnaast noemen de onderzoekers ook nog natuurkundig bewijsmateriaal.

Er zijn enkele voorbeelden van meteorieten die boven land explodeerde en een verwoestend effect hadden. In 1908 explodeerde een meteoriet boven Siberië en liet de bomen in een gebied van 2000 vierkante kilometer als geknakte luciferhoutjes achter.5 In 2013 kwam er een stuk ruimtepuin zo groot als een bestelbusje de atmosfeer binnen, explodeerde en verwondde meer dan 1600 mensen.6

Hebben de onderzoekers een correct scenario geschetst? Onder de geleerden bestaat er twijfel en is er discussie of de stad Tall el-Hammam werkelijk dezelfde stad is als Sodom. Recent bevroeg Johan Demoed van Weet Magazine de oudtestamenticus prof. dr. Mart-Jan Paul.7 Hij gaf enkele gegronde tegenargumenten en vermoedde dat deze stad niet Sodom, maar het Amoritische Hesbon is. Het bovengenoemde onderzoek werpt mogelijk nieuw licht op deze zaak.

Dit artikel werd in 2018 geschreven.

Voetnoten

Is Tall el-Hammam Sodom? – Dr. Mart-Jan Paul over de ligging van Sodom

De ligging van Sodom volgens dr. Steven Collins. Bron: Screenshot uit de video ‘Sodom and Gomorrah: Biblical Archaeology’.

Vraag

Ik ben erg benieuwd naar uw visie op Tall el-Hammam als Sodom, zoals betoogd door dr. Steven Collins: https://youtu.be/r-teJabFF90.

Antwoord

Beste vraagsteller,

Al heel wat jaren verdedigt Steven Collins de opvatting dat de stad Tall el-Hammam in Jordanië het vroegere Sodom was. Deze stad ligt ongeveer 13 kilometer ten noordoosten van de plaats waar het water van de Jordaan de Dode Zee instroomt.

Deze gelijkstelling lijkt mij onjuist. Genesis 10:19 wijst op een meer zuidelijke ligging van de steden. In later tijd noemt Ezechiël ook de zuidelijke ligging (Ezechiël 16:46).

De stad Zoar (waar Lot heen vluchtte) bestond tot in de middeleeuwen. Flavius Josephus, Eusebius en de Madaba map (mozaïekvloer) geven een ligging ten zuiden van de Dode Zee aan.

Collins vat het Hebreeuwse woord “kikkar” (vlakte) op als een ronde schijf en volgens hem voldoet de Jordaanvallei ten noorden van de Dode Zee daaraan. Die vlakte is echter rechthoekig. Bovendien heet die vlakte “de vlakte van de vallei van Jericho” (Deuteronomium 34:3), niet “de vlakte van de Jordaan.” Wanneer we uitgaan van de uittocht in 1446 v.Chr. en een verblijf van Israël in Egypte van 430 jaar, dan komen we uit bij een datering van Abraham in 2166-1991 v. Chr. Maar de bewoningslagen van Tall el-Hammam wijzen in de richting van de 19e tot de 15e eeuw v. Chr. De chronologie klopt dus niet.

De overblijfselen van Tall el-Hammam laten zien dat de stad groot en belangrijk was. Clyde Billington meent dat het aannemelijk is dat hier de vroegste stad Hesbon ligt, de hoofdstad van de Amoritische koning Sihon (Numeri 21:25-30; Deuteronomium 2:24), te onderscheiden van het latere, meer naar het oosten gelegen Hesbon.

Deze gastbijdrage is met toestemming van de redactie overgenomen van de website Refoweb. Het originele artikel is hier te vinden.

Onderzoeker: Sodom waarschijnlijk door asteroïde-inslag vernietigd

Noot van de redactie: Er zijn verschillende theorieën en gedachten over de natuurlijke oorzaak van de vernietiging van Sodom (plus Gomorra, Adama en Zeboïm). De theorie over een stuk ruimtepuin dat deze steden treft is niet nieuw. Zie bijvoorbeeld dit artikel. Niet iedereen is het overigens eens met de hieronder genoemde interpretatie van de resultaten.

De uit de Bijbel bekende stad Sodom is zeer waarschijnlijk vernietigd door een asteroïde-inslag. Dat stelt dr. John Bergsma, verbonden aan de Franciscaanse Universiteit van Ohio. Bergsma deed recent onderzoek in de zuidelijke Jordaanvallei waar de ruïnes van de stad zouden liggen.1 De onderzoeker zegt overtuigend bewijs in handen te hebben dat de stad door een asteroïde-inslag verwoest is, meldt Relevant.

Sodom was een ooit bloeiende stad, bestond ongeveer 3600 jaar geleden en was qua omvang en macht belangrijker dan Jeruzalem of Jericho. De plotselinge verdwijning heeft archeologen echter jarenlang voor een raadsel gesteld. Er zijn geen tekenen van militaire belegeringen of conflicten te vinden in de ruïnes, wat duidt op een andere, catastrofale oorzaak.

Een van de belangrijkste onthullingen die Bergsma’s interesse wekte, was de ontdekking van extreme verhitting op skeletresten en aardewerkfragmenten op de vindplaats. Deze hitteschade zou mogelijk kunnen worden toegeschreven aan een inslag van een asteroïde, vergelijkbaar met wat wordt beschreven in Genesis 19 toen God “brandende zwavel liet neerdalen” op Sodom en Gomorra en hen volledig vernietigde.

Bergsma legde uit dat stukken aardewerk die in het bewuste gebied waren gevonden, bedekt waren met een substantie die trinitiet wordt genoemd. De aanwezigheid van trinitiet geeft extra gewicht aan de theorie dat er in het gebied een hoogenergetische gebeurtenis heeft plaatsgevonden, zoals een inslag van een asteroïde.

Bergsma verklaarde ook de schokkende ontdekking van menselijke resten op de vindplaats. “Menselijke skeletten zijn compleet tot ongeveer halverwege de ruggengraat, en dan is er alleen een schroeiplek, en er is niets op de bovenkant van het lichaam,” zei Bergsma. “Ze hebben massaal bewijs gevonden dat een enorme hitte-uitbarsting uit de lucht van ongeveer 25 graden boven de horizon deze tweelingsteden aan de Jordaanse kant van de rivier heeft verbrand.”

Bron: https://relevantmagazine.com/current/science/experts-find-compelling-evidence-that-sodom-was-destroyed-by-an-atomic-bomb/.

Dit artikel is met toestemming overgenomen van de website CVandaag. Het originele artikel is hier te vinden.

Voetnoten

Kerk en slavernij? (5) – Bijdrage van dr. Dick de Vos aan het debat over de rol van de kerk

Slavernij is verwerpelijk en de regering heeft excuses aangeboden voor de Nederlandse betrokkenheid. In het navolgende gaat het er geenszins om ook maar iets af te doen van eventuele kerkelijke betrokkenheid. Wat verkeerd is, moet aan het licht worden gebracht. Maar als er naar de kerk wordt gewezen in verband met slavernij, dan moet dit met onderbouwing gebeuren.

De kerk sterk bij slavernij betrokken

A. Merz, G. Harinck, R. M. Allen en M. Stoutjesdijk beweren: “De Gereformeerde Kerk was sterk betrokken bij de slavernij: De Gereformeerde Kerk zorgde voor ‘ziekentroosters’ en geestelijken op slavenhandelsposten als Elmina (Ghana) en op schepen die tot slaaf gemaakten als lading hadden”.1

Predikanten in de Nederlandse Hervormde Kerk (NHK) en andere kerken

Om de gedachten te bepalen wordt nu iets gezegd over de NHK. De tot 2004 bestaande NHK kende verschillende typen predikanten. Zo was er de predikant voor buitengewone werkzaamheden. Dat kon een leger- of ziekenhuispredikant zijn. Deze predikant werd door overheid of instelling betaald. Een ziekenhuispredikant was in dienst van het ziekenhuis. Hij/zij behield zijn/haar status als hervormd predikant door de benoeming tot predikant voor buitengewone werkzaamheden. Een ziekenhuispredikant werd niet door de kerk naar het ziekenhuis gestuurd. Het ziekenhuis trok via een gewone selectieprocedure een geestelijk verzorger aan. Afhankelijk van de identiteit en de wensen van het ziekenhuis werd bijvoorbeeld een predikant aangesteld die de sacramenten mocht bedienen. Ging het alleen om pastorale zorg, dan kon een instelling ook een medewerker met een diploma pastorale zorg aanstellen. Een pastorale medewerker hoeft geen kerkelijke bevoegdheden te bezitten. Hij/zij verleent geestelijke bijstand aan de patiënten of cliënten van de instelling. In de NHK mochten de genoemde predikanten de vergadering van de kerkenraad en de classicale vergadering bijwonen. De schrijver van deze bijdrage heeft op genoemde vergaderingen wel ziekenhuispredikanten gezien, maar nooit legerpredikanten.

De ziekenhuispredikant is werknemer van het ziekenhuis en behoort zich als zodanig te gedragen. Zo is het niet de bedoeling dat de ziekenhuispredikant zich met medische zaken bemoeit en bijvoorbeeld het coronabeleid van het ziekenhuis afkeurt. Een legerpredikant kan bijvoorbeeld geen pacifistische propaganda gaan maken.

De NHK was niet verantwoordelijk voor de werkzaamheden van bijvoorbeeld de ziekenhuispredikant. Wel kon de NHK hulp verlenen, bijvoorbeeld door vrijwilligers of een ambtsdrager bij de kerkdienst. Evenmin was de NHK verantwoordelijk voor het medisch beleid van het ziekenhuis, bijvoorbeeld bij abortus en euthanasie.

Een legerpredikant verleent de militairen geestelijke bijstand, staat een stervende soldaat in zijn laatste momenten bij, maar mag zich niet met de krijgsvoering bemoeien. Komt hem iets verkeerds ter ore dan moet hij dat bij de commandant melden.

Predikanten en ziekentroosters

Tot aan de Tweede Wereldoorlog had de medische wetenschap een zieke weinig te bieden. Hoe verder men in de geschiedenis teruggaat, des te groter het relatieve aantal zieken was. De predikant kon het werk niet aan en daarom waren er zogeheten ziekentroosters die aan zieken en stervenden pastorale bijstand verleenden. Deze ziekentrooster was een helper en bekleedde geen ambt. Hij moest wel een verstandig man zijn die over een behoorlijke kennis van de Heilige Schrift beschikte.2 Gedurende zeereizen en in de tropen waren er altijd veel zieken. Er overleden ook altijd zeelui of passagiers. In de tijd van de WIC (West-Indische Compagnie) ging er met elk schip wel een ziekentrooster mee.

Predikanten en ziekentroosters werden geworven en betaald door de WIC. Predikanten waren met name nodig in de WIC-vestigingen om de gemeente aldaar te regeren en van ambtelijke kerkdiensten te voorzien. Er was altijd een tekort aan predikanten. Die konden ook uit bijvoorbeeld Duitsland komen. De WIC vertegenwoordigde de overheid. Alle kerkelijke zaken stonden onder toezicht van de WIC. In de Nederlanden kon volgens het publieke recht een predikant die vanaf de kansel de overheid verwijten maakte, door die overheid uit zijn ambt worden verwijderd.3 Die overheid was de WIC in haar vestigingen.

De functie van de classicale vergadering

De koloniale handel vond in Nederland met name plaats vanuit Vlissingen en Amsterdam. Daarom werden de WIC-gemeenten gerekend te behoren tot de classes Walcheren en Amsterdam. Gewoonlijk werd de Dordtse kerkorde 1619 aangehouden. De plaatselijke kerk of gemeente bestuurde zichzelf. Voor vragen en voor wat die gemeente zelf niet kon afdoen moest men zich tot de classicale vergadering wenden. Die classicale vergadering was dus, zoals eerder uitgelegd, een meerdere en geen hogere vergadering. Het contact verliep meestal per brief en kostte veel tijd. Ambtsdragers uit de handelsposten konden meestal niet fysiek aanwezig zijn.

Conclusie

De Gereformeerde Kerk zond zelf geen predikanten en ziekentroosters. Die kerk bestond niet als permanent instituut. Na 1619 gaf de overheid geen toestemming meer voor een nationale synode en kan men dus niet spreken van een landelijke kerk. De kerk was de plaatselijke gemeente. De WIC trok predikanten en ziekentroosters aan voor de geestelijke zorg voor WIC-medewerkers en handelsposten. De WIC betaalde predikanten en ziekentroosters en andere kosten en had het oppertoezicht op de gemeenten of kerken in de handelsposten. Voor vragen en zaken die men niet kon afdoen wendde de plaatselijke kerk zich (schriftelijk) tot de classicale vergadering.4 De bewering van de genoemde hoog- en zeergeleerde personen in bovenstaande tweede alinea, de kerk sterk bij slavernij betrokken, is ongefundeerd.

© Gereformeerd Venster. Dit artikel is met toestemming overgenomen uit de digitale nieuwsbrief Gereformeerd Venster. Abonneren kan via info@gereformeerdvenster.nl of www.gereformeerdvenster.nl. Een abonnement op deze nieuwsbrief is gratis!

Opheldering rond de grafsteen zonder namen in de kerk van Ingen

In de serie ‘Betuwse Historische Monografieën‘ verschenen twee deeltjes met als titel ‘Ingen: Een dorp zonder heer‘ (geschreven door Joke Honders).1 Honders schrijft daar ook over een grafsteen in de Hervormde Kerk van Ingen waar geen gegevens op staan, maar wel acht kwartieren en twee helmtekens. Vrijwel zeker gaat het hier om het echtpaar Heijmerick van Bemmel en Anna van Meerten.

Grafsteen van Heijmerick van Bemmel en Anna van Meerten. Bron: Arend Datema Instituut. Links = bovenzijde foto en rechts = onderzijde foto.

Heijmerick van Bemmel en Anna van Meerten

Op navraag heeft Joke Honders de foto’s uit het archief van het Arend Datema Instituut opgezocht en naar mij opgestuurd. Een van de foto’s is ook te zien in het eerste deel van de hierboven genoemde deeltjes. Onder de foto schrijft Honders (op bladzijde 18): “Een grote zerk zonder jaartal of naam, maar met twee grote wapenschilden; men denkt hier van doen te hebben met een zuster van Johanna van Meerten.” Ook het boek ‘De Neder-Betuwe‘ van Adriaan P. de Kleuver maakt op bladzijde 186 melding van deze grafsteen.2 Daar staat geschreven: “Rechts: grafzerk voor Van Bemmel die met een dochter van Van Meerten getrouwd was“. De genoemde gedachten in beide werken zijn correct. Het gaat hier namelijk om een grafzerk van Heijmerick van Bemmel en Anna van Meerten. Anna was een dochter van het, eveneens te Ingen begraven echtpaar, Dirck van Meerten (?-1568) en Bertha van Eck van Panthaleon (?-1531). Anna was een zus van Johanna van Meerten (?-1600) die met Johan van Brakell (?-1580) getrouwd is geweest. De dochter van Heijmerick en Anna, Bertha van Bemmel, was met Gijsbert van Hardenbroek getrouwd. De grafsteen van Bertha en Gijsbert is te bezichtigen in de kerk van Rijswijk.3 Helaas zijn de precieze data van geboorte en overlijden van Heijmerick en Anna mij (nog) onbekend.4

Kwartierstaat

We zien aan de linkerkant (bovenzijde op de foto) van de grafsteen de kwartieren Van Bemmel, Van Randwijck, Van Meeckeren en Van Druten.5 Aan de rechterkant (onderzijde foto) van de grafsteen de kwartieren Van Meerten, Van Eck, Van Eck en Van Meeckeren.

Heijmerick was een zoon uit het tweede huwelijk van Johan (Allards) van Bemmel met Bertha van Meeckeren. Johan was een zoon van Allard (Willems) van Bemmel en Gijsberta van Randwijck. Bertha was een dochter van Heijmerick van Meeckeren en ? van Druten. Het is waarschijnlijk dat Heijmerick van Bemmel vernoemd is naar zijn grootvader aan moeders kant.6

Anna was een dochter van Dirck van Meerten en Bertha van Eck van Panthaleon. Dirck was een zoon van Dirck van Meerten en Christina van Eck van Panthaleon. Bertha was een dochter van Johan (Bartholomeuszoon) van Eck en Aleijda (Gerritsdochter) van Meeckeren. De kwartieren aan de rechterkant (dus de onderzijde van de foto) zijn ook zó te zien op de grafsteen van Johan van Brakell en Johanna van Meerten in de Hervormde Kerk te Lienden.7

Heijmerick van Bemmel was lid van het ridderschap en vaak aanwezig op de gerichtsbijeenkomsten van bijvoorbeeld de Bank Kesteren en Zoelen. Zijn naam komt daarom veelvuldig voor in de ‘Serie Gerichtelijke Transcripties‘ van dr. Peter Dirk Spies. In bijvoorbeeld het tweede deel van die transcripties wordt Dirk van Meerten zijn schoonvader genoemd.8

Tenslotte

Elke keer weer is het verbazend hoeveel er bewaard is gebleven en hoe er steeds meer puzzelstukjes gevonden worden. Genealogisch onderzoek staat op schouders van reuzen. Met behulp van genealogisch onderzoek en de beschikbare puzzelstukjes kunnen we, met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid, stellen dat deze grafsteen een herinnering is aan het echtpaar Heijmerick van Bemmel en Anna van Meerten.

Voetnoten

Wie is de genoemde G. van Meerten uit het kasboek van de pannenfabriek?

In het meinummer van De Baron schreef Joke Honders over het kasboek van een pannenfabriek te Lienden. In die tijd waren er in de Gemeente Lienden twee pannenfabrieken, waarvan die te Ingen de grootste was.1 In de Liendense fabriek had Albert de Bruin (1839-1918) een leidinggevende functie. Hij streek per week een gulden extra als ‘bazengeld’ op. Honders kreeg, dankzij de achterkleindochter van deze Albert, inzage in het kasboek en schreef er een lezenswaardig artikel over.2

In de fabriek waar dakpannen werden vervaardigd, werkten uiteraard ook diverse arbeiders. Honders noemt er een tiental. Ze geeft aan dat deze arbeiders 80 cent per dag verdienden. Onder de arbeiders noemt Honders ook G. van Meerten. Wie was hij? Met dank aan de achterkleindochter van Albert komen we meer over hem te weten.3 In de weeklijst van 4 juni 1892 wordt aangegeven dat G. van Meerten vier een halve dag heeft gewerkt. Hij kreeg daarvoor 50 cent per dag en dus werd in totaal 225 cent aan hem uitgekeerd. Bij navraag blijkt het hier te gaan om Gevert van Meerten (1877-1953). Gevert was een zoon van Peter Hendrik van Meerten (1852-1911) en Cornelia van Merkestein (1852-1927) en de latere schoonzoon van de ‘panovenbaos’ Albert de Bruin. Op 12 februari 1902 trouwde Gevert namelijk met Hendrika Willemina de Bruin. Hij had overigens in 1897 al een kind bij haar verwekt. Deze Hendrika Willemina, geboren op 28 maart 1898, werd bij het huwelijk in 1902 erkend als Hendrika Willemina van Meerten (1898-1991).4 Overigens is Gevert niet de enige ‘Van Meerten’ die een ‘Albertsdochter De Bruin’ aan de haak heeft geslagen. Zijn broertje Jan van Meerten (1884-1966) trouwde op 19 december 1906 met Maartje Susanna de Bruin (1886-1956), het zusje van Hendrika Willemina. Of Jan ook in de pannenfabriek heeft gewerkt is mij (nog) niet bekend, volgens de huwelijksakte van zijn zoon Albertus van Meerten (1909-2000) was hij wel steenfabrieksarbeider.5

Vijftig cent

Waarom krijgt Gevert 50 cent in plaats van de genoemde 80 cent? Op 4 juni 1892 is Gevert vijftien jaar oud en daarmee nog minderjarig. Kennelijk was 80 cent het arbeidsloon voor volwassenen en 50 cent het loon voor een minderjarige. In het artikel van Honder worden ook nog H. de Bruin en Joh. de Bruin genoemd. Dit zijn de zoons van Albert en daarmee (latere) zwagers van Gevert: Hendrik de Bruin (1869-?) en Johannes de Bruin (1873-1940). De hierboven genoemde Albertus van Meerten was getrouwd met Cornelis Clasina van Lutterveld (1907-1978). Zij was de dochter van Klaas van Lutterveld (1871-1908). Dit is vermoedelijk dezelfde als één van de tien arbeiders die worden genoemd door Honders. Zo blijkt de (latere) familie ‘De Bruin’ breed ingezet te zijn bij de werkzaamheden rond de pannenfabriek.

Dit artikel is met toestemming van de auteur overgenomen uit het De Baron. De volledige bronvermelding luidt: Meerten, J.W. van, 2023, Wie is de genoemde G. van Meerten uit het kasboek van de pannenfabriek?, De Baron 6 (4): 12-13. De Baron is het blad van de Historische Kring Kesteren & Omstreken (www.hkko.nl).

Voetnoten

Statistieken van de website oorsprong.info – December 2023

De maand december 2023 is alweer ten einde. In deze maand was er minder websitebezoek dan in de vorige maand. Hieronder vindt u een top-10 van de drukst bezochte dagen (in het aantal weergaven). Daaronder vindt u een top-10 van meest gelezen artikelen in de maand december 2023. U kunt deze artikelen (nog een keer) lezen of bekijken door op de titel te klikken. De statistieken van de maand november zijn hier gepubliceerd.

Top-10 drukste dagen

Hieronder de top-10 van de drukste dagen deze maand voor de website oorsprong.info. We zien dat het bezoek vaak komt door een nieuw gepubliceerd artikel. Of dat een ouder artikel opnieuw in de picture komt, doordat wijzelf, een vriend of kennis deze deelt via social media of e-mail.

  1. 4 december 2023 met 406 weergaven.
  2. 29 december 2023 met 377 weergaven.
  3. 30 december 2023 met 365 weergaven.
  4. 7 december 2023 met 328 weergaven.
  5. 16 december 2023 met 327 weergaven.
  6. 20 december 2023 met 294 weergaven.
  7. 1 december 2023 en 2 december 2023 met 283 weergaven.
  8. 13 december 2023 met 263 weergaven.
  9. 3 december 2023 met 260 weergaven.
  10. 28 december 2023 met 259 weergaven.

Top-10 meest bezochte artikelen

Hieronder de top-10 van de meest bezochte artikelen van de maand december 2023. Er werden 200 artikelen gepubliceerd waarvan de meesten raakvlakken hadden met genealogie. Het aantal weergaven geldt alleen deze maand en het totaal aantal weergaven ‘aller tijden’ kan per artikel hoger liggen.

  1. Rouwdienst en begrafenis Jerphaas Karel (Jarco) van Meerten (2015-2022) met 275 weergaven.
  2. Een Dialoog tussen Christenen (Chris Verhagen en Carel de Lange) en Atheïsten (Bart Klink en Brandon Pakker) met 232 weergaven.
  3. ‘Kijk maar in de spiegel en kijk maar in de spiegel van de natuur’ – Ds. Zondag in een preekfragment n.a.v. de vraag ‘Hoe weet ik dat God bestaat?’ met 213 weergaven.
  4. Heeft Noach zwarte mensen vervloekt en veroordeeld tot slavernij? – Preek van ds. J. Koppelaar (HHK) over Genesis 9:25 met 181 weergaven.
  5. Een nieuwe manier van Bijbellezen? – Dr. J.M.D. de Heer schrijft een serie artikelen in De Saambinder over de wissels die omgaan met 167 weergaven.
  6. Wie is de vrouw van Kaïn? – Een antwoord van Jan Rein de Wit met 165 weergaven.
  7. Moderne hermeneutiek: tijd waarin we leven bepalend voor uitleg – Dr. G.W.S. Mulder promoveerde aan de Vrije Universiteit op predikkunde met 136 weergaven.
  8. In Memoriam: dr. Dirk Jan Bakker (1940-2023) met 132 weergaven.
  9. Onderzoek alle dingen – Een kritische bespreking (1): Over wereldbeelden en wetenschap met 118 weergaven.
  10. Help de website ‘Oorsprong’ de winter (en het komende jaar) door met 96 weergaven.

Doopinschrijving van Lambertus van Meerten (1675-1750)

Hierboven wordt de doopinschrijving van Lambertus van Meerten (1675-1750) weergegeven. Lambertus werd op 7 april 1675 gedoopt in de Nederduitsch Gereformeerde Gemeente te Gorinchem.1 Hij was een zoon van Huibert van Meerten en Eva van Meerten2. Als doopgetuigen waren Lijsbeth van Meerten3, Cornelia van Meerten4 en Arnoldus van den Burggraaf5 aanwezig.

Voetnoten

Doopinschrijving van Eva van Meerten (1673-<1676)

Hierboven wordt de doopinschrijving van Eva van Meerten (1673-?) weergegeven. Eva werd op 19 februari 1673 gedoopt in de Nederduitsch Gereformeerde Gemeente te Gorinchem.1 Zij was een dochter van Huibert van Meerten. De naam van haar moeder wordt hier niet genoemd, maar dat was Eva Brouwer. Als doopgetuigen was Mensken (Huiberts) aanwezig.2 Waarschijnlijk is Eva jong overleden omdat er in 1676 in dit gezin opnieuw een ‘Eva’ wordt geboren.

Voetnoten

Doopinschrijving van Hillegonda van Meerten

Hierboven wordt de doopinschrijving van Hillegonda van Meerten (1670-?) weergegeven. Hillegonda werd op 17 oktober 1670 gedoopt in de Nederduitsch Gereformeerde Gemeente te Gorinchem.1 Zij was een dochter van Huibert van Meerten en Ariaantie2 Brouwer. Als doopgetuigen waren Jan (Huiberts) Brouwers3, Lambert (Everts) van Meerten4 en Lijsbet van Meerten5 aanwezig.

Voetnoten