Tegenstellingen #5 Wat is jouw mening? – Een serie met mr. Kees van der Staaij en dr. ir. Erik van Engelen

Deze video is opgenomen samen met mr. Kees van der Staaij.

Daniël Online heeft een serie video’s op genomen over de onrust die er heerst in Nederland rond klimaatverandering, godsdienstvrijheid en de betrouwbaarheid van de Bijbel. Willemijn Kok en Hesther Stijnen gaan hierover in gesprek met politicus mr. Kees van der Staaij en wetenschapper dr. ir. Erik van Engelen. Met dank aan Daniël Online kunnen we deze video ook hieronder delen.

Rondom het congres 2023 (2) – Hoe vaak zijn de vorige congressen bekeken?

In de rubriek ‘Rondom het congres 2023‘ worden vragen, feedback en gebeurtenissen besproken die verband houden met het congres ‘Bijbel & Wetenschap‘. In het tweede deel de bespreking van de vraag ‘Hoe vaak zijn de vorige congressen bekeken?‘ Het eerste congres ‘Bijbel & Wetenschap‘ in deze vorm werd georganiseerd door Fundamentum in samenwerking met Geloofstoerusting. Het tweede congres ‘Bijbel & Wetenschap‘ in deze vorm werd georganiseerd door Fundamentum, Logos Instituut en Geloofstoerusting.

De livestream van het 2021-congres werd uitgezonden via het YouTube-kanaal van Geloofstoerusting. Via YouTube werd de livestream 2.790 keer bekeken. De link naar de livestream is ook via de voetnoot te raadplegen.1 Het artikel over de livestream op ‘Oorsprong’ werd 1.329 keer bekeken. De video’s werden door Geloofstoerusting afzonderlijk op hun YouTube-kanaal gedeeld. Hieronder in een tabel een lijst van afzonderlijke video’s (geplaatst op de website ‘Oorsprong’) en in tweede kolom het aantal weergaven via het YouTube-kanaal van Fundamentum.

Titel Geloofstoerusting Fundamentum
Jan van MeertenOpening congres ‘Bijbel & Wetenschap’. 783 305
Drs. Marco de WildeHet onfeilbare (inerrant) Woord. 605 104
Dr. Henk HofmanPerspectief op de Schepping: van begrip naar geloof? Het vergezicht van de Nederlandse Geloofsbelijdenis. 642 64
Carel de Lange (MSc.) – Intelligent Design: Is het wetenschappelijk? 559 230
Dr. ir. Erik van EngelenFine-tuning in de biologie: een peer-reviewed paper voor Intelligent Design. 339 167
Dr. ir. Adriaan van BeekVerwonderen over ons ingenieuze immuunsysteem. 687 78
Dr. ing. Bea ZoerVan foetus naar pasgeborene: een verwonderlijke overgang – Veranderingen in bloedsomloop en longen. 556 130
Dr. Gert van den BrinkIs openbaring een kennisbron? 1.196 64
Jan van MeertenAfsluiting van het ‘Bijbel en Wetenschap’-congres. 225 36
Paul Garner (MSc.) – Dinosaurs: new insights from creationist research. 447 201
Dr. Marcus RossOf Mosasaurs and Meteors: Life and death in Noah’s Flood. 251 861
Drs. Tom ZoutewelleVan (Cambrische) explosie naar extinctie. 460 73

De livestream van het 2022-congres werd uitgezonden via het YouTube-kanaal van Geloofstoerusting. Via YouTube werd de livestream 3.172 keer bekeken. De link naar de livestream is ook via de voetnoot te raadplegen.2 Het artikel over de livestream op ‘Oorsprong’ werd 851 keer bekeken. De video’s werden door Geloofstoerusting afzonderlijk op hun YouTube-kanaal gedeeld. Hieronder in een tabel een lijst van afzonderlijke video’s (geplaatst op de website ‘Oorsprong’) met daarbij in de tweede kolom het aantal weergaven op het YouTube-kanaal van Geloofstoerusting, in de derde kolom het aantal weergaven via het YouTube-kanaal van Logos Instituut en in de vierde kolom het aantal weergaven via het YouTube-kanaal van Fundamentum.

Titel Geloofstoerusting Logos Instituut Fundamentum
Kees van HeldenOpening congres ‘Bijbel & Wetenschap’. 358 191 27
Dr. Benno ZuiddamDe rol van Schriftgezag in de Vroege Kerk. 1.090 294 45
Dr. Peter KorevaarOnze aarde – een speciale planeet voor leven en onderzoek. 327 355 48
Drs. Hans HoogerduijnRekolonisatie en de aardgeschiedenis: hoe de zondvloed en de roerige periode erna geschiedenis schrijven. 621 397 49
Dr. ir. Gert KemaDe rol van schimmels in Gods schepping. 561 357 41
Dr. Peter BorgerTerug naar de oorsprong: over baranomen en soortvorming. 2.377 493 431
Dr. ir. Gijsbert KorevaarScheppingsgeloof en rentmeesterschap: bijbelse waarden en zorg voor de schepping. 481 148 34
Kees van HeldenAfsluiting congres ‘Bijbel & Wetenschap’. 205 73 9
Dr. Todd WoodA creationist biosystematic method: The current status of baraminology. 670 293 131
Dr. Matthew McLainMammal-like reptiles: Synapsids and the evolution of mammals, a different view. 727 411 130

(meer…)

21 november 2023 D.V.: Lezing over Grafveld Prinsenhof in ‘Dorpshuis De Oude School’ te Hemmen

De lezing over het Grafveld Prinsenhof hoopt plaats te vinden in ‘Dorpshuis de Oude School’. Op de foto de dorpskern van Hemmen met in het midden onderaan ‘Dorpshuis de Oude School’. Bron: Google Maps.

Afgelopen zaterdag verwees ik naar een artikel in het meinummer van ‘De Baron‘ over het Grafveld Prinsenhof in Kesteren.1 Mensen die dit interessant vonden en graag meer daarover willen weten, die worden op hun wenken bediend. Op 21 november 2023 D.V. spreekt de genoemde amateurarcheoloog André van Ingen hierover in ‘Dorpshuis De Oude School‘ te Hemmen.

De avond wordt georganiseerd door de ‘Historische Kring Midden-Betuwe’ en gehouden in het gebouw ‘De Oude School’, Kerkstraat 4 te Hemmen.2 André van Ingen hoopt vanaf 20.00 uur te vertellen over Grafveld Prinsenhof. Voor leden van de vereniging is de toegang gratis. Van niet-leden wordt een bijdrage van minimaal 3 euro gevraagd ter bestrijding van de onkosten.

Voetnoten

‘Van Meertens’ genoemd in de ‘Historische Beschryvinge van Culemborg’ door Voet van Oudheusden

In het jaar 1753 verscheen te Utrecht het boek ‘Historische Beschryvinge van Culemborg; Behelzende een Naemlyst der Heeren van Bosichem, Benevens der Heeren en Graeven van Culemborg, Gesproten uit de Aloude Graeven van Teysterband; Derzelven Huwelijken, Nakoomelingen, en het Merkwaerdige ’t welk onder Haere Regeeringe is voorgevallen. Mitsgaders een Beschryvinge van de Stad Culemborg, Derzelver Regeeringwyze, Gebouwe, zoo Wereldlyke als Geestelyke; Aloude Handvesten, Privilegien en Voorrechten, enz. Alles by een gebragt Uit Bekende en Beroemde Historie-Schryvers, Oude Handschriften, Brieven en Egte Stukken’. Een hele mond vol. Het boek is geschreven door A.W.K. Voet van Oudheusden. Het onderzoek verscheen in twee delen. In deze bijdrage focussen wij ons op de ‘Van Meertens’ en hun weergave in deze twee delen.1

Anton Matheus

Voet van Oudheusden verwijst op bladzijde 100 van het eerste deel van zijn werk naar aantekeningen van ene Heer Anton. Mattheus. Deze verwijst in zijn aantekeningen op de ‘Origin. van Sweer’, bladzijde 655 één maal naar de bastaarden van de Heer Gerard van Culemborg. Ik citeer: “De andere met eenen van Abkoude van Meerten, en na zyn overlyden met eenen uit den Heeren van Steenbergen.” Deze Mattheus vermeldt dat Gerard van Culemborg 30 kinderen heeft gehad bij verschillende vrouwen. Voet van Oudheusden probeert deze bastaarden op te sporen en komt uiteindelijk tot een getal van 17. Hij vermoedt echter dat er nog meer zijn: “De overige Bastaerden onbekent zullen tot den geestelyken staet overgegaen zijn.” In de lijst van Voet van Oudheusden wordt Margriet van Culemborg genoemd. Volgens de schrijver is zij in het jaar 1425 getrouwd met Johan van Abcoude van Meerten. Deze Johan was de zoon van Ernst van Abcoude van Meerten. “Johan voornoemd had vier Broeders, Willem, Johan, Frederik en Cornelis van Abkoude van Meerten.” Het jaar 1425 is incorrect, het lijkt mij dat dit 1495 moet zijn. Immers, in 1521 laat Margaretha (of: Margriet) nog een akte van Magescheid opmaken voor haar zoons Ernst en Gerrit.2

Belegering van de stad Utrecht en de wraak van de bisschop

In het jaar 1528 wordt de stad Utrecht belegerd en ingenomen. Volgens de auteur ‘veroorzaekte’ dant ‘veel bloedvergietens’. De bisschop nam daarna wraak en liet onder leiding van Wolfgang van Assenstein enkelen uit het ridderschap onthoofden. “De rompen lagen tot aen den avond opentlyk ten toon, tot dat zy door bidden en smeeken van de naeste magen zyn begraven.” Op 15 juli 15283 trok Van Assenstein opnieuw naar de Beestenmarkt om weer mensen te onthoofden. Dit waren Jan van Wyck (ook wel Kromvoet genoemd), Cornelis van Meerten4, Gerard Foeyt, Joost van Eyck, Peter de Borduurwerker, Gerard van Royen en Willem Knyf. Deze werden allen onthoofd ‘uitgenomen Peter Kop, die door een pyp van het Heimelyk gemak was ontkoomen’. De volgende dag vertrok de bisschop met zijn ruiterij naar Duerstad (Wijk bij Duurstede?) en nam diverse gevangenen uit het Ridderschap mee. De edelen die nog in de gevangenis zaten, smeekten de Graaf van Hoogstraten om genade en uitstel van executie, ‘terwyl er al bloeds genoeg vergoten was’.

Hendrik van Abcoude van Meerten, Heer van Essestein

Het boek vermeldt ook dat ene Margriet van Lalaing in krankzinnigheid is vervallen. Dit zorgde voor zo’n verdriet bij de Heer Everard van Pallant ‘dat Hy daer op krank geworden’ is ‘en in den bloem zyns Levens gestorven is’. Volgens de schrijver is zij, ondanks de krankzinnigheid, zeer oud geworden en in 1602 in de leeftijd van 95 jaar overleden. ‘Dit is zeker, dat zy onder bewaering van Jor. Henrik van Meerten Heer van Essestein is gestelt, en by den zelven Jaerlyks voor 550 guldens besteet: En uit oude aantekeningen dat zy te Culenburg Ao. 1593. den laetsten van Maert is begraven, dus 53 Jaere na haar Man heeft geleeft’. Als dat laatste zeker is dan is deze Margriet niet in 1602 overleden maar in 1593. En is zij geen 95 jaar geworden, maar 86. Was deze Margriet een tante of een nicht van Hendrik?

Stadhouders en Drossarden

Onder de ‘stadhouders van de leenen’ wordt Hendrik van Abcoude van Meerten genoemd. “Jonker Hendrik van Abkoude van Meerten, Heer van Essesteyn en Maersenbroek, dien Graef Floris zyn lieve getrouwen Neef noemt, vinde ik 1577 en 1578.” Onder de namenlijst van de drossarden vinden we vader en zoon Antonius en Hendrik: “Jonkheer Antonis van Abkoude van Meerten, Heer van Essestein, 1566.” en “Jonkheer Hendrik van Abkoude van Meerten, Heer van Essestein.

Voetnoten

Gabriel Barkay is decaan Bijbelse archeologie: “Ik probeer de Bijbel niet te bewijzen”

Dit artikel is samen geschreven met Jonathan Parsons.

Professor Gabriel Barkay is een levende legende op het gebied van bijbelse archeologie. Een kleurrijk figuur, hij wordt beschouwd als de leidende expert op het gebied van de geschiedenis van Jeruzalem.

Panoramafoto van Jeruzalem met de Rotskoepel, genomen op 10 december 2011. Bron: Wikipedia.

Hij heeft archeologie gestudeerd en onderwezen aan de Universiteit van Tel Aviv en de Hebreeuwse Universiteit van Jeruzalem. Met name wordt Barkay gecrediteerd voor het ontdekken van de oudste bijbelse Hebreeuwse inscripties die ooit zijn gevonden – twee zilveren amuletten met de Aäronische zegen uit Numeri 6:24-26, daterend uit de tijd van koning Hizkia. We spraken hem onlangs over deze en andere belangrijke vondsten in het land sinds de wedergeboorte van Israël 75 jaar geleden. Hier is een transcriptie van ons interview.

Waarin bent u geïnteresseerd geraakt op het gebied van archeologie?

“In mijn jeugd woonde ik in het gebied van Rehavia en dwaalde ik door de Vallei van het Kruis en verschillende andere plaatsen. Een groot deel van het huidige Jeruzalem was nog niet bebouwd. En er waren veel open plekken. Ik verzamelde allerlei artefacten, oude munten en potten van aardewerk en andere dingen. Ik vroeg me af van wie zou dat kunnen zijn? Ik begreep dat ik niet de eerste in dit land ben en dat er vele anderen voor mij waren. Ik kreeg steeds meer interesse. Ik dwong mijn vader om wat boeken voor me te kopen. En zo kwam ik in mijn jeugd in de archeologie terecht.”

Wat waren enkele van uw belangrijke vondsten of ontdekkingen?

“In de afgelopen 15 jaar heb ik leiding gegeven aan het Sifting Project, het zeven van grond die illegaal is verwijderd van de Tempelberg, de belangrijkste archeologische vindplaats in dit land. Ik ben vooral trots op mijn opgraving aan de westkant van Jeruzalem, bij Katef Hinnom, de schouder van Hinnom, naast de St. Andrews Presbyterian Church of Scotland. Daar had ik negen seizoenen van opgravingen.

We hadden een reeks grafgrotten en een belangrijke vroegchristelijke kerk. De grafgrotten dateren uit de zevende eeuw voor Christus, de tijd van de profeet Jeremia en koning Josia, zo’n 2600 jaar geleden. In de meeste van deze zeven grotten werd het bovenste gedeelte weggehouwen en in de oudheid geplunderd. In een van de grafgrotten vonden we een zeer interessante architectuur met verhoogde planken voor het begraven van lichamen met uitgeholde hoofdsteunen voor de overledene. We hebben honderden grafplanken gevonden in deze opslagplaats, wat een unieke vondst is. In die kamer verzamelden ze de botten en grafgiften van mensen die op de banken waren begraven. We hadden meer dan 1000 objecten in één kamer. Ongeveer 125 van hen waren gemaakt van zilver, 360 intacte aardewerken vaten en 140 kralen gemaakt van halfedelstenen. We hadden glazen voorwerpen, ivoren voorwerpen en zelfs wat goudstukken.

Onder de vondsten in die opslagplaats hadden we twee kleine opgerolde plaquettes gemaakt van 99 procent puur zilver. En na drie jaar van inspanningen slaagden we erin om die twee kleine boekrollen uit te rollen en ze waren dicht bezaaid met oud Hebreeuws schrift, dat in beide gevallen de priesterlijke zegening bevatte uit het boek Numeri uit hoofdstuk zes, verzen 24 tot 26. En deze zijn de vroegste bijbelverzen die we vandaag bezitten. Ze zijn uit de zevende eeuw voor Christus, ongeveer 2600 jaar oud, van vlak voor de verwoesting van Jeruzalem door de Babyloniërs, vóór koning Josia. Het stamt uit de tijd dat de eerste tempel, de Tempel van Salomo, nog in Jeruzalem stond. En die twee kleine boekrollen noemden ze zes keer de naam van de HEERE, wat ook het eerste woord was dat ik wist te ontcijferen toen ik ze voor het eerst zag nadat ze waren uitgerold. Het tetragrammaton van de onuitspreekbare naam van God, in de Bijbel waar je het woord Heere hebt, dat verschijnt als JHWH.”

Bent u op een gegeven moment de Bijbel gaan gebruiken als gids of hulpmiddel bij je onderzoek? Dit is de essentie van Bijbelse archeologie waarbij de Bijbel als leidraad wordt gebruikt, maar niet noodzakelijkerwijs om het te bewijzen.
“De connectie tussen de Bijbel en theologie is een bekend onderwerp op het gebied van archeologie in dit land. Eigenlijk is de Bijbel de belangrijkste motivatie van mensen die komen graven in het Heilige Land, en vooral in Jeruzalem. Maar met de jaren ontwikkelde zich onder archeologen een gemengde houding ten opzichte van de Bijbel. Sinds de jaren 70 waren er enkele mensen die elk mogelijk verband tussen de Bijbel ontkenden en ze betwistten en verwierpen de bijbelse verslagen als niet-historisch.

Aan de andere kant waren er anderen die het bijbelse verslag zonder enige kritiek volgden en dachten dat het een nauwkeurige beschrijving was van de geschiedenis van de Israëlieten. De waarheid is dat de middenweg de juiste is; we zouden de Bijbel moeten gebruiken en we zouden archeologie moeten gebruiken, en wanneer ze maar passen – dat is heel goed. Het een heft de waarde van het ander niet op.

Ik heb in ieder geval een conservatievere kijk op het onderwerp. Ik denk dat iemand die de vroegste bijbelverzen heeft ontdekt, de waarde van de term ‘bijbelse archeologie’ niet kan ontkennen. Ik voel wel een heel nauwe band met de mensen die hier waren en in de Heilige Schrift worden beschreven. Dus ik probeer de Bijbel niet te bewijzen, en ik denk niet dat de Bijbel enig bewijs nodig heeft.”

Dus het heeft uw geloof verdiept?
“Het is sterk genoeg, het heeft mijn bewijs niet nodig. Ik denk niet dat ik de Bijbel of iets dergelijks moet versterken. Ik denk niet dat de Bijbel archeologie bewijst. Ik denk dat archeologie ons vermogen vergroot om de Bijbel beter te begrijpen. En het levert ook het chronologische kader en de aspecten van het dagelijks leven. Waar de Bijbel soms zwijgt, voegen we meer informatie toe over de mensen die ons deze prachtige literatuur hebben nagelaten.”

Wat zijn enkele van de andere belangrijke archeologische ontdekkingen van de afgelopen 75 jaar?

“De Dode Zeerollen zijn de belangrijkste ontdekking, een verzameling van ongeveer 900 boeken of overblijfselen van een bibliotheek van een joodse sekte die in het jaar 68 na Christus ten einde kwam. Het waren waarschijnlijk de in historische bronnen genoemde Essenen, die naast de Dode Zee een spiritueel centrum vestigden.

We hebben werken in de collectie vanaf de derde eeuw voor Christus en verder. Dit is een schitterende ontdekking. Alle boeken van de Bijbel behalve de rol van Esther zijn daar vertegenwoordigd. We hebben veel boeken van de apocriefen onder hen. We hebben ook enkele sektarische woorden, die van het allergrootste belang zijn, vooral de Tempelrol, die een zeer lange tekst is, zeer goed bewaard gebleven, en ons vertelt over de toekomstige tempel die komt, zoals ze die visualiseerden. Zonder enige twijfel zijn de Dode Zeerollen de belangrijkste ontdekking.”

Hoe zit het met de Tel Dan-stèle? Hoe belangrijk is dat?

“In de jaren negentig stapelden zich twijfels op over de historiciteit van David en Salomo, en de verenigde monarchie beschreven in de Bijbel, vooral in de boeken Samuel en 1 Koningen. De Deense of Kopenhagense school ontkende de historiciteit van David en Salomo en ze zeiden dat deze bijbelse figuren nooit hebben bestaan. Er waren veel volgelingen van die school in Groot-Brittannië, in de Verenigde Staten en ook hier in dit land. Nu, de volgende decennia sindsdien hebben iets totaal anders laten zien.

Allereerst, in 1993 in Tel Dan in het noorden, een fragment van een stenen stèle die was opgericht door de koning van de Arameeërs, koning Hazael die Tel Dan veroverde, plaatste hij een monument bij het poortgebouw dat daar in stukken gebroken lag, en de fragmenten ervan waren opgenomen in de bouwstenen van een latere poort op die plaats, met die inscriptie, geschreven in de negende eeuw vGT, waar hij opschept dat hij vele koningen heeft gedood, onder wie de koning van Israël en de koning van het ‘Huis van David’. In hun eerste reacties beweerde een van de scholen in Kopenhagen dat de inscriptie een vervalsing was, wat niet alleen een zeer wrede beschuldiging is, maar ook een zeer verkeerde. Iedereen kan het met eigen ogen zien in een tentoonstelling.

Ook werd een site in de vallei van Elah, in de buurt van Beit Keyafa, opgegraven door mensen van de Hebreeuwse Universiteit. En daar kwamen ze erachter dat David niet alleen bestond, maar hij bouwde ook een stad in het laagland, in de Shephela-vallei, en er was een koninkrijk van David, niet alleen genoemd 100 jaar na zijn leven in de stèle van Tel Dan, maar bewijs in de fysieke overblijfselen van sites die door hem zijn gebouwd. Dus de hele ontkenning van de historiciteit van de verenigde monarchie stortte langzaam ineen, ook met de vele ontdekkingen in de oorspronkelijke Stad van David. Dat is een ander verhaal.

Jeruzalem is hét centrum van archeologische activiteit, vooral sinds de Zesdaagse Oorlog en de hereniging van Jeruzalem. In het hart van de Joodse wijk van Jeruzalem ontdekte wijlen professor Avigad een grote stadsmuur van ongeveer acht meter dik en ongeveer acht meter hoog. Een zeer massieve stadsmuur. En dat maakte een einde aan het idee van mensen die dachten dat het in de Bijbel beschreven Jeruzalem een kleine koeienstad was, beperkt tot de smalle Stad van David.

Dit bracht een revolutie teweeg in de studie van de Eerste Tempelperiode in Jeruzalem, maar ook de Tweede Tempelperiode van Jeruzalem werd intensief bestudeerd door Benjamin Mazar, die de omgeving van de Tempelberg bestudeerde. Zijn werk werd later voortgezet door zijn kleindochter, Eilat Mazar, in Shilo en vele anderen opgegraven delen van de Oude Stad, in de oude kern van de Stad van David, evenals in de Citadel, in het westelijke deel van Jeruzalem. En al met al hebben we een beeld van Jeruzalem gedurende zijn hele geschiedenis, van ver voor de Eerste Tempelperiode, en ook na de Tweede Tempel.”

Hoe dankbaar moeten christenen zijn dat Israël hier soevereiniteit heeft en al dit bijbelse erfgoed kan vinden?

“Luister, al die jaren van mijn jeugd en vroege volwassenheid heb ik als soldaat deelgenomen aan de veldslagen in Jeruzalem. Ik weet hoe ik de vrijheid moet waarderen die we nu in Jeruzalem hebben. Niet al te veel mensen stellen het op prijs. Zij beschouwen het als iets dat altijd al bestond, ik beschouw het niet als zodanig. Ik denk dat we het meer moeten waarderen.

En ik denk dat de ontdekking van christelijke overblijfselen van enorm belang is. Ik heb zelf verschillende kerken opgegraven, en in de grond die we op de Tempelberg hebben opgegraven, bevonden zich een overvloed aan vondsten uit de vroegchristelijke periode, wat onze kijk op de christelijke aanwezigheid op de Tempelberg veranderde, wat anders is dan de algemene gedachte. Tijdens de christelijke periode was er veel activiteit op de Tempelberg. We hebben munten, we hebben mozaïekresten, we hebben kleine kruishangers verloren door pelgrims die naar de Tempelberg kwamen. We hebben aardewerk in overvloed, dit alles getuigt van het feit dat de Tempelberg van belang was in de vroegchristelijke periode…

En we hebben overal in het land bewijs van het belang van dit land voor christenen in het verleden. Men kan in de voetsporen van Jezus treden in Galilea, in Jeruzalem en elders. Men kan de vroegchristelijke periode en andere perioden volgen waarin het Heilige Land belangrijk was voor christenen, die zeer goed vertegenwoordigd zijn in de archeologische archieven.

Dit artikel is met toestemming overgenomen van de website CVandaag. Het originele artikel is hier te vinden.

Betaling van de begrafenis van Elizabeth van Goltsteijn (1602-1665) in ‘Rekeningen Kerkmeesters’ te Maurik

In de Rekeningen kerkmeesters van de Nederduitsch Gereformeerde Gemeente te Maurik vinden we een betaalbewijs van de begrafenis van Elizabeth van Goltsteijn (1602-1665) de vrouw van Everhard Godfried van Meerten.1 Hierboven wordt dit betaalbewijs weergegeven. De letterlijke transcriptie luidt:

Ontfangen vande hoogh Edel geb. heere Everhardt Godefridt van Meerten, voorde begravinge vande oock hoogh Edel Geb. vrouwe Elizabeth van Goltsteijn sijn ho. Ed. geb huijsvrouwe inde grafstede aande noort sijde opt hooge Choor den tienden Januarij 1665 tot —- 18—0—0.

Elizabeth is zeer waarschijnlijk begin januari 1665 overleden en was een dochter van Johan van Goltsteijn en Geertruid de Cocq van Delwijnen.2 Elizabeth was getrouwd met haar achterneef Everhard Godfried. Geertruid de moeder van Elizabeth was de nicht van Arnt, de vader van Everhard Godfried. Opa Dirck en Maria, de oma van Elizabeth en de moeder van Geertruid, waren broer en zus.3 De begrafenis kostte 18 gulden en Elizabeth ligt begraven aan de noordzijde van de kerk in het hoge koor.

Voetnoten

‘De Toren van Babel’ – Mr. Kees van der Staaij en de Algemene Politieke Beschouwingen van 2022

Nu mr. C.G. (Kees) van der Staaij aangekondigd heeft de Tweede Kamer, na 25 jaar lidmaatschap, te verlaten wilden we hem met het plaatsen van deze bijdrage hartelijk bedanken voor zijn bijdrage aan Bijbelgetrouwe politiek. De video hieronder laat zijn bijdrage zien aan de Algemene Politieke Beschouwingen van 2022 en heeft raakvlakken met het kernonderwerp van deze website: ‘Geloof en Wetenschap’. De bijdrage is, met dank aan de SGP, hieronder te bekijken.

Het Romeinse grafveld Prinsenhof te Kesteren – Werkgroep Archeologie verzamelt vondsten om toe te werken naar een publicatie

De Gemeente Neder-Betuwe is rijk aan archeologische vondsten. In 1974 werd er in Kesteren een nieuwe wijk aangelegd: De Prinsenhof. Tijdens graafwerkzaamheden bij de aanvang van de bouw stuitte men op een Romeins grafveld met 70 graven. Amateurarcheoloog André van Ingen deed als middelbare scholier mee met de opgravingen. Hij schrijft over zijn bevindingen in het meinummer van De Baron. Momenteel is hij bezig met het verwerken van alle gegevens met als doel een publicatie in de toekomst.

Daar waar eerst het grafveld Prinsenhof lag is nu een woonwijk. Op de foto de straten Prinsehof, Tollenhof en Klaverhof te Kesteren. Bron: Google Maps.

In 1995 beschreef dhr. Wiggerink al het een en ander voor de Historische Kring Kesteren & Omstreken (HKK&O), maar de vele vondsten zijn echter door de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek (ROB) nooit wetenschappelijk uitgewerkt. De werkgroep archeologie van HKK&O heeft twee jaar geleden besloten om de vondsten gedaan bij het grafveld Prinsenhof in detail te gaan uitwerken. Ze hebben het depot bezocht, manuscripten ingezien, foto’s gemaakt van alle aardewerkvondsten etc., aantekeningen van archeologen bestudeerd, nieuwsbronnen geraadpleegd, rapporten bestudeerd, historisch onderzoek naar het terrein van boerderij Prinsenhof gedaan en rondvraag gedaan in de regio. Nu is een groepje van vijf personen bezig met de uitwerking hiervan.

Volgens geleerden zou het hier gaan om een verspoeld grafveld. Het is dus goed mogelijk dat er aardewerk van het ene graf bij het andere graf is gekomen. Er zijn ook diverse paardengraven gevonden. De ruiters zijn niet met hun paarden begraven, de conclusie is nu dat het eerst een begraafplaats voor paarden is geweest en dat er daarna ook mensen zijn begraven. Bij de menselijke graven valt op dat er geen kindergraven zijn en dat er slechts vier graven van vrouwen te vinden zijn. “Het grafveld heeft hierdoor een militair karakter, ondanks beperkte vondsten van militaria.” Bijzonder is dat het grafveld al eerder is ontdekt. In 1856 werd er namelijk grond van boerderij De Prinsenhof gebruikt om de Rijnbandijk te herstellen. Deze had door doorbraak van de Marsdijk in 1855 schede geleden. De toen afgeschraapte grond voor dijkverzwaring was gelijk de verklaring dat de graven die in 1974 gevonden werden zeer ondiep zaten (50 centimeter onder het maaiveld). In 1856 werden zes graven ontdekt.

De werkgroep archeologie kreeg van particulieren ook vondsten die zij op het terrein hadden gedaan. Er werd zelfs een complete urn overhandigd. Deze urn was nooit leeggehaald. Toen de amateurarcheologen dat deden vonden ze een haarnaald en een fibula (mantelspeld). Volgens sommigen zijn archeologen beter met de spade dan met de pen, maar het lijkt erop dat er genoeg informatie bewaard gebleven is om te komen tot een publicatie. Hieronder wil ik een bibliografie samenstellen waarin geschreven is over dit grafveld. Om, als de Heere het geeft, te komen tot een eigen publicatie over dit grafveld.

Heeft u meer informatie over dit grafveld, de opgravingen of het vervolgonderzoek? Dan kunt u contact opnemen met ons via het contactformulier.

N.a.v. Ingen, A. van, 2023, Uitwerking van grafveld Prinsenhof te Kesteren, De Baron 6 (2): 24-25 en 28.

Bibliografie

  1. Archeologisch Centrum Rivierenland Nederlandse Archeologievereniging, 2023, Agenda activiteiten, De Baron 6 (1): 38.
  2. Archeologisch Centrum Rivierenland, Nederlandse Archeologievereniging, 2024a, Activiteiten agenda, De Baron 7 (1): 36.
  3. Archeologisch Centrum Rivierenland, Nederlandse Archeologievereniging, 2024b, Agenda activiteiten, De Baron 7 (2): 38.
  4. Archeologisch Centrum Rivierenland, Nederlandse Archeologievereniging, 2024c, Agenda activiteiten, De Baron 7 (3): 40.
  5. Ingen, André van, 2024a, Rubriek vondsten. Grafveld Prinsenhof te Kesteren, De Baron 7 (1): 34-35.
  6. Ingen, André van, 2024b, Rubriek vondsten. Grafveld Prinsenhof – Kesteren, De Baron 7 (2): 41.
  7. Redactie De Baron, 2023, Lezingen HKK&O. Andre van Ingen, Uitwerking van grafveld Prinsenhof te Kesteren, De Baron 6 (1): 34.
  8. Redactie De Baron, 2024, Jaarverslag 2023, De Baron 7 (1): 47-48.
  9. Willems, W.J.H., 1986, Romans and Batavians. A Regional Study in the Dutch Eastern River Area, Ph.D. dissertation Universiteit Amsterdam.

Gevaar ‘spijtpil’ wordt minder geloofwaardig

De vermeende gevaren van het innemen van een ‘spijtpil’ na een abortuspil worden steeds minder aannemelijk, volgens Kees van Helden van de vereniging Kies Leven.

In 2021 publiceerde De Groene Amsterdammer een kritisch artikel over de ‘spijtpil’ en alle risico’s die daaraan verbonden zouden zijn. De ‘spijtpil’ wordt ook wel ‘abortuspil stopper’ genoemd. Het is niet één pil, maar eigenlijk een kuur van progesteron voor vrouwen die spijt hebben van het innemen van de eerste abortuspil, die het kindje langzaam doodt, en dat graag ongedaan willen maken.

Onlangs verscheen op de site Medscape.com een artikel over een echtpaar dat na vijf miskramen een ivf-behandeling kreeg. Gemeld wordt dat, ter voorbereiding van de plaatsing van een bevruchte eicel, de vrouw verschillende behandelingen onderging. Zo kreeg ze tien weken lang dagelijks progesteron toegediend om er voor te zorgen dat de baarmoeder goed voorbereid zou zijn voor het ontvangen van het te plaatsen embryo en op het ondersteunen van de zwangerschap.

Alleen al in Nederland worden jaarlijks ruim 5500 kinderen geboren met behulp van ivf; ook met behulp van progesteron, zonder schadelijke bijwerkingen. Dit gebeurt al tientallen jaren. Wereldwijd zijn er dus inmiddels talloze vrouwen die positieve ervaringen hebben met het middel progesteron – wat een natuurlijk hormoon is dat het vrouwenlichaam zelf ook aanmaakt.

Eerder al werd een studie naar de ‘spijtpil’ (Universiteit van Californië, 2019) die voortijdig was afgebroken vanwege de medische risico’s voor de deelnemende vrouwen, uitvoerig weerlegd in een artikel dat 2 juli 2022 verscheen.

1 op 30

Op de site De Gynaecoloog is te lezen dat in 2019 één op de dertig baby’s in Nederland een ivf-kind was. Geen enkele informatie wordt gegeven over mogelijk ernstige, schadelijke gevolgen voor de vrouw en het kind bij het toedienen van progesteron.

Op de website Apotheek.nl staat over de werking van dit medicijn: ‘Deze medicatie wordt onder andere gebruikt om het baarmoederslijmvlies te ondersteunen zodat het embryo zich kan innestelen en houdt de menstruatie tegen’. Laat dit nu precies de kracht zijn die nodig is om de werking van de eerste abortuspil tegen te gaan.

Op 6 juli 2023 is in Scientific Reports een nieuwe studie gepubliceerd, waarbij progesteron is toegediend aan zwangere ratten die eerder mifepriston hadden gekregen. Dat is de chemische onnatuurlijk stof in de eerste abortuspil. Het resultaat van dit verkennende onderzoek toonde aan dat 81 procent van hen, ondanks de mifepriston, toch zwanger bleef. Deze studie is veelzeggend en bevestigend voor het gebruik van progesteron als ‘spijtpil’.

Tegengewerkt

Een van de onderzoekers, Stephen Sammut, een neurowetenschapper die werkt als professor in de psychologie aan de Franciscan University of Steubenville in Ohio, vertelt op de website LifeSiteNews dat hun wetenschappelijke studie uiteindelijk werd geaccepteerd door het academische tijdschrift Scientific Reports nadat het elders tijdens het peer-reviewproces was afgewezen. Nadat het onderzoek was geaccepteerd kregen de auteurs nog meerdere ongefundeerde kritieken over zich heen om publicatie alsnog tegen te houden.

Het is bizar dat onderzoeksresultaten die tegen het abortusverhaal ingaan zo worden tegengewerkt. Het vrouw-eigen-hormoon wordt voor het krijgen van kinderen via ivf behandeling positief gewaardeerd en wereldwijd massaal ingezet, terwijl het voor het behouden van een kind na spijt over de eerste abortuspil als levensgevaarlijk afgeschilderd wordt voor moeder en kind.

Dit artikel is met toestemming van de auteurs overgenomen uit het Nederlands Dagblad. De volledige bronvermelding luidt: Helden, K. van, 2023, Gevaar ‘spijtpil’ wordt minder geloofwaardig, Nederlands Dagblad 79 (21.445): 16 (artikel).

Dr. Winston Ewert publiceert paper over Dependency Graph Model – DGM als alternatief voor universele gemeenschappelijke afstamming toegepast op echolocatie vleermuizen en dolfijnen

Binnen de ‘Intelligent Design’-beweging wordt gewerkt aan diverse modellen als alternatief voor Universele Gemeenschappelijke Afstamming. Volgens dr. Winston Ewert zijn deze modellen tot dusver nog niet doorontwikkeld. Dr Ewert heeft in 2018 een nieuw model voorgesteld: Dependency Graph Model. Deze maand verscheen er een nieuwe paper in het tijdschrift vóór Intelligent Design, Bio-Complexity. In deze wetenschappelijke publicatie wordt het Dependency Graph Model verder uitgewerkt en ondersteund met voorbeelden.1

Hoe werkt het Dependency Graph Model van dr. Ewert? Je kunt het vergelijken met de werking van computerprogramma’s (software). “Volgens dit model delen verschillende levensvormen overeenkomsten, doordat ze gemeenschappelijke modules delen. Dit gebeurt op dezelfde manier als waarop verschillende softwareprogramma’s overeenkomsten en codes delen door gemeenschappelijke modules te hergebruiken. De modules die in een bepaald organisme of programma worden gebruikt, worden beperkt door een afhankelijkheidsgrafiek. In een afhankelijkheidsgrafiek zijn sommige modules op hun beurt weer afhankelijk van andere modules, zodat een module niet kan worden opgenomen zonder ook zijn afhankelijke modules op te nemen. (…) In het Dependency Graph Model worden taxonomische categorieën gedefinieerd door een module waarvan alle soorten in die categorie direct of via een tussenweg afhankelijk zijn.” Geen gemeenschappelijke afstamming, maar gedeelde afhankelijkheid of, als de modules verschillen, onafhankelijkheid.2 In Weet Magazine 54 (het decembernummer 2018) worden de gevolgen van de analyse van dr. Ewert als het volgt weergegeven: “Uit zijn analyse blijkt dat de overeenkomsten tussen soorten minstens zo goed verklaard kunnen worden door modulaire afhankelijkheid als door gemeenschappelijke afstamming.3

De schrijver van het OnTopic-artikel in Weet Magazine moest nog zeggen dat dit onderzoek in de kinderschoenen staat, maar ondertussen is er begin deze maand opnieuw een paper verschenen van dr. Winston Ewert waarbij het Dependency Graph Model verder wordt uitgewerkt. Ze gebruikten hierbij de tool AminoGraph en pasten de theorie toe op het prestine-gen, een gen dat de stof prestine aanmaakt.4 Dit eiwit in de trilhaartjes van het slakkenhuis (cochlea) zorgt ervoor dat de oren gevoelig zijn voor hoge tonen. Bij dolfijnen en vleermuizen is dit eiwit onmisbaar bij het gebruik van echolocatie en ook goed met elkaar te vergelijken.5 De prestine-sequenties van sommige vleermuizen die werken met echolocatie vertonen overeenkomsten met prestine-sequentie van dolfijnen. In de naturalistische wetenschapsbeoefening wordt dit gezien als een convergentie, omdat zo de evolutionaire boom in stand blijft. Het Dependency Graph Model biedt echter een alternatieve verklaring. Het onderzoek van dr. Ewert wijst uit dat er twee prestine-modificerende modules zijn, die afzonderlijk of beiden aangetroffen worden in alle vleermuizen en walvissen die echolocatie gebruiken.6 Dr. Brian Miller, onderzoekcoördinator van het Discovery Institute, ziet dat het evolutionaire raamwerk geen afdoende verklaring kan bieden voor echolocatie. Hij is hoopvol als het gaat om het Dependency Graph Model van dr. Ewert. “It represents a valuable tool in the developing theory of biological design, which should eventually supplant phylogenetic analysis.7

Voetnoten