Home » 2024 » oktober

Maandelijkse archieven: oktober 2024

Kerkvaders over Genesis – Kort briefje in het Reformatorisch Dagblad

De kerkvaders geloofden in Genesis als een betrouwbare bron van informatie. Tegenwoordig worden hun opvattingen meestal niet meer gedeeld, maar het staat vast dat zij dit beleden.

Prof. dr. Johannes van Oort reageerde op verrassend persoonlijke wijze op mijn artikel over Genesis als betrouwbare informatiebron (RD 1-5-2018). Ik zou wetenschappelijk gezakt en een predikant op „kruistocht” zijn. Blijkbaar heb ik een „uiterst conservatieve agenda”, waartegen RD-lezers gewaarschuwd moeten worden. Wat opvalt, is dat collega Van Oort geen inhoudelijke feiten uit de kerkvaders aandraagt die mijn stelling weerspreken. Die zijn er ook niet. Het probleem ligt op hermeneutisch vlak. De kerkvaders geloofden weliswaar in Genesis, maar volgens Van Oort weten we in onze context beter. De oude context vertelt een ander verhaal. Augustinus beleed een jonge schepping en een wereldwijde zondvloed. Zijn Genesiscommentaar werd zelfs letterlijker naarmate hij ouder werd. In zijn ”Retractationes” had de kerkvader aan het eind van zijn leven alle gelegenheid om zaken recht te zetten op dit punt, maar hij deed het niet. Waarom niet? Omdat Augustinus er gewoon zo over dacht. Zorgvuldig binnen historische en literaire context beschouwd, is dit dus de mening van de kerkvader. Van Oort wijst op mogelijke fouten in de chronologie van Theofilus. Die bevestigt juist dat hij geloofde in een zeer jonge aarde en een historische schepping.

Of hij er een paar eeuwen naast zat, betekent niets op de schaal van de evolutie. De ‘consensus’ onder latere kerkvaders komt met Theofilus uit op een scheppingsjaar rond 5600 voor de incarnatie van Christus. Of hij orakels aanhaalde, doet niets af aan zijn visie op Genesis. Werd trouwens niet Bileam gebruikt om Gods Woord te spreken? Verder delen prominente vrouwelijke collega’s mijn weergave van de kerkvaders over scheppingsordinanties (bijvoorbeeld Korinna Zamfir, ”Women teaching”, 2015).

Dit artikel is met toestemming van de auteur overgenomen uit het Reformatorisch Dagblad. De volledige bronvermelding luidt: Zuiddam, B.A., 2018, Kerkvaders over Genesis, Reformatorisch Dagblad Puntkomma 48 (29): 12.

‘War of Worldviews’ – Dr. Sharon James sprak op een congres van ‘Bijbels Beraad M/V’

Op 26 juni 2024 organiseerde Bijbels Beraad M/V een congres onder het thema ‘Zelfaanbidding als Nieuwe Religie‘. Op dit congres was dr. Sharon James te gast om daar te spreken over de ‘War of Worldviews’. De lezing is met dank aan de organisatie opgenomen en hieronder te bekijken.1

De tekst onder de video luidt: “Filosofen hebben in de afgelopen 200 jaar drie leugens verteld: er is geen Schepper en geen oordeel; er is geen absolute moraliteit; er is geen ultieme waarheid. Deze leugens kunnen we ontmaskeren door naar de vruchten te kijken. Deze zijn bitter.

Van de lezing van dr. Sharon James werd ook een samenvatting geschreven en ingediend als opiniestuk bij het ‘Reformatorisch Dagblad’. Hier is deze samenvatting te lezen.

Voetnoten

Hofpredikant schuift Bijbel opzij – Bestaat God niet!?

Bestaat er een God als Hoger Wezen, die alles bestuurt en tot een goed einde brengt? Of is God geen persoonlijk Wezen, dat buiten deze wereld en buiten de mens om sturend, handelend optreedt en het leven van de mens op een verborgen manier leidt? Is Hij slechts vergelijkbaar met liefde, rechtvaardigheid, vrede en levenswijsheid (gevoelens die bij het mens-zijn horen)? Is er zonder mensen dan ook geen God? ‘Hofpredikant’ Carel ter Linden schreef dit in een boekje met de schokkende titel ‘Wat doe ik hier in Godsnaam?

Dominee Carel ter Linden kan er weinig mee beginnen. Waarmee? ‘Met de gedachte dat deze wereld het werk moet zijn van een Schepper, van een scheppende Kracht buiten de wereld’ en buiten deze kosmos. Want, zo stelt hij de bekende atheïstische vraag: ‘Waar komt die Schepper dan vandaan?’ Toch kan Ter Linden ‘god’ niet helemaal loslaten. Want binnen de huidige werkelijkheid is volgens hem kennelijk een verborgen kracht werkzaam, waaruit de hele kosmos is voortgekomen.

Een van de factoren die op de predikant invloed uitoefende is, zo schrijft hij, het neutrale en niet-religieuze karakter van de evolutietheorie: ‘Van een architect die dit alles met een bepaalde bedoeling heeft bedacht en tot stand gebracht, is hier niets te merken. Een diepere zin van dit bestaan licht uit het bestaan zelf niet op.

Geloof opzij gezet

Hofpredikant Ter Linden merkt op dat wij de ‘Bijbelse verhalen over de schepping van de aarde en het leven met andere ogen zullen moeten lezen. Nieuwe wetenschappelijke inzichten hebben een geestelijk klimaat geschapen waarbinnen het geloof minder gemakkelijk kan gedijen dan vroeger het geval was.’ Geloof dient zich zodanig aan te passen dat het niet strijdig is met de geldende wetenschappelijke inzichten, meent hij. Hierbij wordt in een keer het aloude geloof in een schepping door God opzij gezet voor de methodologisch atheïstische wetenschap en de evolutietheorie.

Hier kun je een les uit trekken. Het laat namelijk goed zien waar de acceptatie van de gemeenschappelijke afstamming van mensen, dieren en planten toe kan leiden (namelijk: een steeds meer buitenspel zetten van God als Wezen, Die in deze wereld handelt). Dat is het gevolg van het evolutionistische denken ten voeten uit.

Voetnoten

Ook de menselijke moraal zou een evolutionair verschijnsel zijn. Volgens Ter Linden heeft die zich ontwikkeld uit wat bij het dier ‘instinct’ heet. Creationisten, wetenschappers die in een schepping van de wereld geloven, hebben dit argument al vaak krachtig weerlegd. Onderaan dit artikel, onder het kopje ‘Verder lezen’, vind je twee voorbeelden daarvan. De voorbeelden die Ter Linden noemt ten gunste van een gemeenschappelijke afstamming passen trouwens ook heel goed in een scheppingsmodel. Hij noemt: de evolutie van het paard, de aanpassingen van de berkenspanner uit Liverpool (Biston betularia, een vlindersoort) aan zijn omgeving en de aanpassing van kokmeeuweieren ten gevolge van roofgedrag.

Bijbel niet letterlijk

De Bijbel kun je volgens dominee Ter Linden niet meer ‘letterlijk’ (waar hij ‘historisch’ mee bedoelt) nemen, omdat de inhoud ervan in een andere tijd is geschreven. Volgens Ter Linden deden de Israëlieten dat wel: zij zagen deze verhalen als ‘historisch waar’. Maar als modern mens kun je ze, volgens Ter Linden, niet serieus meer nemen. Hij vindt de Bijbelverhalen mooi, interessant en ze geven je diepere inzichten in het leven. Maar wat is de waarde van deze verhalen boven de sprookjes van de gebroeders Grimm? Die sprookjes zijn ook mooi, interessant en geven je ook diepere inzichten in het leven. Waarom zou je dan nog naar de kerk gaan? Alleen maar om naar de verhalen van predikanten en voorgangers te luisteren? Dan kun je net zo goed naar een theatervoorstelling gaan, om daar wat levenswijsheid op te doen. Wat moet je met een god die niet als Wezen bestaat? Je bent erg van het pad af als je het bestaan van God als Wezen loslaat! Door de eeuwen heen hebben kerkvaders het bestaan van God als Wezen krachtig verdedigd, en ook de Schrift zelf bevestigt dat.

Verder lezen:

  • Brink, Gert van den, 2010, ‘Er is geen God en Philipse is zijn profeet. De onredelijkheid van een atheïst’, uitgeverij Kok.
  • Junker, Reinhard, Scherer, Siegfried, 2010, ‘Evolutie Het nieuwe studieboek’, De Oude Wereld.

Dit artikel is met toestemming overgenomen van de website van Weet Magazine: https://weet-magazine.nl/artikelen/bijbel/hofpredikant-schuift-bijbel-opzij/.

Intelligent Ontwerp vs. Naturalisme – Een dialoog over de oorsprong van biologische informatie

Christenen Carel de Lange en Chris Verhagen gingen in gesprek met atheïsten Bart Klink en Brandon Pakker over Intelligent Design en Evolutie.

De dialoog ging over deze twee stellingen:
1) Intelligent ontwerp is de beste, meest causaal adequate verklaring voor de oorsprong van de gespecificeerde informatie in de eerste levende cel.
2) Intelligent ontwerp is de beste, meest causaal adequate verklaring voor de oorsprong van biologische informatie.

Hieronder wordt deze dialoog, met dank aan ‘Geloof en Rede‘, hieronder gedeeld. Hoewel we als ‘Fundamentum‘, sommige zaken anders zouden verwoorden is een dergelijke dialoog de moeite van het kijken waard.

De rakettest: een leuke activiteit voor op school of in de vakantie

In oktober 2021 werkte ik met de plusklas (basisschool) aan het project ‘(Over)leven op Mars’. We verdiepten ons in de ruimtevaart en ook in de ethische bezwaren om, als mens, naar Mars te gaan. Uiteraard hoorde bij het project ook de rakettest. Een belevenis, voor de kinderen, maar ook voor onze eigen (natuurlijke) kinderen. Zo’n rakettest moet natuurlijk van te voren worden uitgeprobeerd. Dat deden we in de herfstvakantie 2021. De rakettest bleek een succes, daarom hier een korte instructie om het zelf ook te proberen. Wellicht om met de klas te doen óf thuis met de kinderen in de herfstvakantie.

Benodigdheden:

  • Lege petfles, liefst van 1,5 liter.
  • Oude fietsbinnenband.
  • Wijnfleskurk.
  • Duct tape (eventueel).
  • Boor.
  • Bankschroef.
  • Lijm.
  • Knutselmateriaal om de petfles te veranderen in een echte raket.
  • Fietspomp.
  • Kleine gieter (met water).
  • Doos.

Gebruiksaanwijzing:

Ga naar de fietsenmaker of kijk in de schuur naar een oude fietsbinnenband, met een nog werkend ventiel. Dat laatste is belangrijk anders valt de hele rakettest in duigen. Knip het ventiel uit de binnenband. Kijk of je een echte wijnkurk kunt vinden (zie voetnoot).2 De kurk moet precies in het gat passen van de lege petfles. Schroef eerst de dop van de petfles en kijk of de kurk past. De fles moet geheel afgesloten kunnen worden. Als de kurk niet goed past, omdat deze te klein is, dan is het mogelijk om de kurk met duct tape wat ruimer te maken.3 Boor midden in de kurk (van boven naar beneden door de lange kant) een gat, met een boortje dat net zo breed is als het ventiel. Let op: Zet de kurk eerst vast in bankschroef (of iets wat daarop lijkt), anders is het boren gevaarlijk. Kijk of het ventiel in het gat past, als er ruimte over is, probeer dit dan dicht te maken met lijn. Het ventiel moet wel een stuk uit de kurk steken, zodat de fietspompslangklem eromheen kan (anders werkt de rakettest niet). De kurk met het ventiel moet waterdicht zijn. Laat de kurk met het ventiel nog maar even los van de fles liggen.

Neem nu de lege petfles en vorm deze om tot een raket. Dat kan goed met vellen wit papier. Let op: de dop moet naar onderen wijzen. Zorg ervoor dat de raket goed gestroomlijnd is. Dat kan door op de platte onderkant van de fles een punt te maken. Een goed voorbeeld is om het papier in een kegel te vouwen. Hoe je een kegel maakt is te zien in de link die in de voetnoot wordt gegeven.4 Zorg er wel voor dat het een langwerpige kegel wordt die iets groter is dan de onderkant. Als je alles vastgemaakt hebt dan, wijst de punt van de raket naar boven en de ‘dop’ van de raket naar onderen. Zo lijkt het gat die de dop afsloot op een raketmotor.5

Heb je al deze punten gehad? Dan ben je nog niet klaar, je hebt natuurlijk een lanceerplatform nodig. De raket blijft uit zichzelf niet staan, zeker niet in de proef die wij gaan doen. Het beste kun je daarom een lanceerplatform maken van een doos. Wellicht heeft jullie supermarkt nog een doos over.6 Knip een gat in de onderkant van de doos, zo groot dat de raket er in blijft staan. Let op: Niet té groot, de raket moet als het ware in de doos hangen, maar er wel ruim bovenuit steken. Het moet niet door de doos zakken. Knip eveneens aan de zijkant van de doos (in het midden van die zijkant) een strook van 20 centimeter van boven tot onder. De strook karton dat je uitgeknipt hebt kun je weggooien.

Neem nu de raket, de kurk met het ventiel, het lanceerplatform, een kleine gieter mét water7 én de fietspomp mee naar een veldje. Je zou een weiland kunnen kiezen, een speelveldje of een speeltuin in de buurt. Let op: Doe het veilig! De raket kan wel vijftien meter hoog in de lucht komen. Wanneer je alles klaar hebt staan, pak je de raket, schroef je de dop van de raketmotor en giet je er water in. Minder dan een kwart is voldoende. Houd de fles wel met de punt naar beneden, anders loopt het water eruit. Het kan ook zonder water, maar mét water heeft de raket meer stuwkracht. Duw dan voorzichtig de kurk in de fles met het ventiel naar beneden. Zet de raket op de doos, stabiel in het gat aan de onderkant van de doos. Klem de fietspompslangklem om het ventiel, of maak deze op een andere wijze vast. Dit doe je door het gat aan de zijkant van de doos. Controleer of de raket rechtop staat, als deze scheef gaat kan dat gevaarlijk zijn. Begin met pompen van de fietspomp… en dan ‘bam‘ de raket schiet omhoog. Pomp net zo lang, totdat de raket omhoog schiet. De kurk met het ventiel blijft aan de fietspompklem hangen. Je kunt het nu zo vaak doen als je dit maar zou willen.

Hieronder heb ik voor de zekerheid nog een video geplaatst hoe zo’n rakettest werkt. Het is een video van Thijs (die ik niet ken). Thijs gebruikt twee flessen, maar het kan óók met één fles. Hij gebruikt ook een ander lanceerplatform. Maar dan krijg je een idee hoe het werkt. Bedankt Thijs!

Wel spijtig om te noemen: Je kunt de raket meerdere keren testen, maar iedere testronde raakt de raket meer en meer beschadigd. Wil je lang van je kunstwerk genieten? Maak dan een foto van de raket voordat je hem gaat testen. Na herhaalde keren lanceren is ook het lanceerplatform, door het water totaal onbruikbaar. Gelukkig gaat het zo niet in het echt. Ben je benieuwd hoe een lancering in het echt gaat? Kijk dan hier. Leuk is ook om een video van de rakettest te maken, neem daarom iemand mee die het kan filmen. Laat je weten hoe het ging? 

Ben ik nog wat vergeten in deze gebruiksaanwijzing? Laat het dan weten via ons contactformulier, dan kan ik dat aanpassen of aanvullen.

Voetnoten

Immer flitsend mooi!

Op 3 september de vogelhut in de Blauwe Kamer bezocht. Ik trof het want juist die week was het nieuwe vlonderpad geopend! Er ligt nu een fraai uitstekend te belopen plankenpad tot bij de vogelhuttrap. Op de planken staan regelmatig namen, of een wens, of een goed advies… Leuk! Een advies geef ik graag door: KIJK MET JE HART!

Vanuit de hut heb je een goed zicht op de eilandjes met houtige gewassen waar in het broedseizoen volop Aalscholvers, Blauwe Reigers en Lepelaars in en op nestelen. Nu hoorde ik nog enkele bedelende Aalscholverjongen en zag 68 Lepelaars, veelal rustend.

Maar… toen de verrassing! Om 15.13.10 streek een IJsvogel neer op een tak pal in het zicht van de hut! Oei, wat een beauty. Diverse foto’s kunnen nemen. U ziet er een van. De vogel zat wel wat in de schaduw, maar toch .. Om15.13.40 al weer gevlogen. Het zijn beweeglijke vogels met een flitsende vlucht. Iets later een IJsvogel aan de overkant van de plas gezien: minimaal 2 IJsvogels aanwezig.

Laten IJsvogels zich alleen hier regelmatig zien? Zeer waarschijnlijk hebben er dit jaar naast de Blauwe Kamer IJsvogels gebroed in de Palmerswaard bij Rhenen (mogelijk meerdere paren), in de Maneswaard bij Opheusden, in de Marspolder/ Nieuwe Waai/ Tollewaard (ook enkele paren?). Kortom op diverse plekken langs de Nederrijn heeft u grote kans op een ontmoeting met deze juweeltjes! Van plassen bij de Waal heb ik geen gegevens, maar ook daar komen ze voor.

Dit artikel is met toestemming van de auteur overgenomen uit Het GemeenteNieuws. De volledige bronvermelding luidt: Kooij, H. van der, 2024, Immer flitsend mooi!, Het GemeenteNieuws 23 (42): 7.

Archeologie werpt licht op tijd van Jezus

In Galilea werd vorige week een spectaculaire vondst gedaan. Synagogen uit de tijd van Jezus waren al wel blootgelegd in verschillende stadjes in Galilea. Voor het eerst is nu een synagoge ontdekt in een klein dorp uit die tijd, midden op het platteland. In Mattheüs 9:35 staat dat Jezus rondtrok in Galilea in alle steden en dorpen en dat Hij daar leerde in hun synagogen. De archeologische vondst bevestigt anno 2016 wat daar geschreven staat.

Synagoge uit vierde eeuws Kapernaüm. Deze synagoge is gebouwd op de fundamenten van de synagoge uit de tijd van de omwandeling van Heere Jezus op deze aarde. Bron: Wikipedia.

Direct verscheen een bericht dat de gevonden ruïne aantoont dat het verhaal van Jezus waar is.8 Dat is te kort door de bocht. Maar een vondst als deze is voor het lezen van het Nieuwe Testament wel relevant. Hoe meer bekend wordt uit de leefwereld van Jezus, hoe levendiger het beeld wordt dat wij te zien krijgen, als we de evangeliën lezen. De Amerikaanse hoogleraar Jodi Magness schreef een boek over het dagelijks leven uit die tijd met de suggestieve titel: ”Stone and Dung, Oil and Spit” (”Steen en drek, olie en spuug”). Gods Zoon kwam in het gewone aardse leven, liep door de dorpen zoals ze er toen uitzagen en deelde ons concrete alledaagse bestaan. Het geloof hangt niet af van de manier waarop we dit voor ons kunnen zien. Maar archeologische vondsten kunnen wel kleur en reliëf geven aan het beeld dat wij van Hem krijgen.

Tot op vandaag worden nieuwe ontdekkingen gedaan, die ons helpen de Bijbel beter te begrijpen. Met name in de zomerperiode vinden op tal van archeologische sites opgravingen plaats. Studenten van universiteiten uit de hele wereld helpen daaraan mee. Archeologen kunnen tijdens de academische vakanties gebruik maken van goedkope en geïnteresseerde arbeidskrachten. En het loont soms de moeite. De synagoge die zojuist werd blootgelegd in Tel Rechesh, 17 kilometer ten oosten van Nazareth, lag nota bene slechts 10 centimeter onder de oppervlakte. Er is nog een wereld te ontdekken.

Uiteraard vragen zulke ontdekkingen de nodige interpretatie. In het artikel over de vondst stelt dr. Mordechai Aviam, die de expeditie leidt, dat synagogen in de tijd dat de tempel er nog was, niet gebruikt werden om te bidden.9 Om die reden zou deze synagoge niet gericht zijn naar Jeruzalem. Er werd uit Bijbelrollen gelezen en de Schriften werden uitgelegd. Maar de eigenlijke eredienst vond plaats in de tempel.

Over de verhouding tussen wat er in de synagoge gebeurde en de tempeldienst in Jeruzalem denken wetenschappers nog steeds heel verschillend. Sommigen hebben de stelling verdedigd dat er in het geheel geen synagogen bestonden in de tijd dat de tempel nog niet verwoest was (bv. H. C. Kee). Nu is inmiddels wel aangetoond dat ze er waren. Maar wat er precies gebeurde blijft moeilijker vast te stellen. Zeer interessant is een grote steen die midden in de synagoge van Migdal, het Bijbelse Magdala, werd aangetroffen.10 De steen is vol symboliek uit de tempel. Wellicht gebruikt om een boekrol op te leggen, verwees de steen dan tijdens de Bijbellezing direct naar het heilige der Heiligen, het hart van de eredienst in Jeruzalem. Zo’n directe liturgische verbinding veronderstelt dat men wel degelijk in de synagoge kwam voor een echte eredienst, ook toen de tempel er nog was.

Dit artikel is met toestemming van de auteur overgenomen van de website van het Reformatorisch Dagblad. Het originele artikel is hier te vinden.

Voetnoten

Van Meertens betalen Werkendamse grafrechten – Wiedenis geeft grafrechten Werkendam weer van de periode 1711-1747

Op de website Wiedenis wordt over de ‘Grafrechten van de kerk van Werkendam 1711-1747’ geschreven. In deze lijst komen ook enkele telgen uit het geslacht ‘Van Meerten’ voor. Zij worden op deze lijst geschreven als ‘Vermaerten’ of ‘Vermaarten’. Het gaat om (nakomelingen van) de chirurgijn Lambertus van Meerten.11

(2016) Uitzicht op Werkendam vanaf de Nieuwe Merwede. Bron: Wikipedia.

In 1718 wordt een kind van mr. Lambertus van Meerten genoemd. Het gaat hier zeer waarschijnlijk om Abigael (1718-1718). Dit omdat er in 1720 opnieuw een Abigael wordt geboren en de eerste Everard wel overleden moet zijn vóór 1709 toen er opnieuw een Everard geboren is. De overige kinderen leven nog in 1749 toen er een akte van obligatie opgesteld werd óf zijn volgens déze lijst met grafrechten later overleden.12 In 1724 overlijdt de chirurgijn mr. Lambert van Meerten (1676-1724) zelf. Op 23 augustus 1724 worden de grafrechten betaald. Lambert werd achtenveertig jaar oud. Zijn weduwe betaalt op 24 januari 1727 opnieuw grafrechten voor haar kind. Zeer waarschijnlijk gaat het hier om Nicolaas van Meerten (1712-1727). De andere kinderen zijn namelijk óf al eerder overleden, óf leven in 1727 nog.

Een andere zoon, Willem van Meerten (1706-1730), betaalt op 3 november 1729 de grafrechten voor een kind. Het is de auteur (nog) niet bekend met wie Willem getrouwd is en hoe het kind heet. Willem van Meerten wordt zelf in het volgende jaar ten grave gedragen. De grafrechten worden op 21 november 1730 betaald. Willem werd vierentwintig jaar oud. Evert, Adriaan, Abigael en Lambertus blijven als kinderen over.

Voetnoten

Doopinschrijving van Leijntje van Wageningen (1724-1798)

Hierboven wordt de doopinschrijving van Leijntje van Wageningen (1724-1798) weergegeven.13 Op 23 april 1724 werd zij gedoopt in de Nederduitsch Gereformeerde Gemeente te Almkerk. Leijntje was de dochter van Willem (Otto) van Wageningen (?-±1726) en Geertruij ’t Hooft (1702-1780). Als doopgetuige was het echtpaar Lysbet van Wageningen (?-?) en Marcelis Holster (?-?) aanwezig.14

Voetnoten

Testament van Lambertus van Meerten en Maatje Pousebout opgesteld in 1778

In de Notariële, Rechterlijke en Weeskamer Archieven van Schouwen-Duiveland is het testament van Lambertus van Meerten en Maatje Pousebout te vinden. De akte is te raadplegen via de website van het Zeeuws Archief.15

“No: 394.

Heden den 9: November 1778: compareerde voor mij Reijnoút Maan openbaar Notaris bij den Edelen Hoove van Holland Zeeland en Westvriesland Geadmitteerd, binnen Zierikzee Residerende Present d’waargenoemde Getúijgen Mr: Lambertús van Meerten en Mejúff: Matje Poúseboút wettige man en vroúw, wonende binnen dese Stad, te kennen gevende, genegen te sijn, om over húnne Naatelaaten goederen te disponeren. Mitsdien Revocerende alle voorgaande Testamenten en codicillen bij hún voor dato deses Gemaakt of gepasseert. Komende ter Dispositie soo verklaaren sij comparant malkanderen dat is den Eerst Stervenden de Langstlevenden van hún beijden te nomineren en Institúeren tot Sijne of haare Eenige en Universeele Erfgenaam of Erfgename in alle húnne Natelaten goederen, súllende alleen verpligt sijn, indien den Eerst stervenden komt te overlijden sonder kind of kinderen naar te laaten te geven en uit te keeren aan de vrinden en Erfgenamen ab = intissato die ten Overlijden van deselven in Poort of Poortambagt sijn woonende hún geregtigd deel des vrijen derden Part. van de goederen, binnen Poort of Poortambacht leggende, hún volgens de voorleeden deser stad compererende sonder meer, seclúderende geheel en al die daar búijten sijn wonende. dog indien deus Eerst stervenden komt te Overlijden kind of kinderen naarlatende sul den langstlevenden verpligt sijn Aan deselve te geven en laten volgen húnne Legitima Portie deselve daar in Justitúerende bij desen. Wijders willen en begeren sij Testateúren dat indien Eenst meer van haar lieden kind of kinderen bij den anderen, te Secúreren, mogte komen te overlijden bij het leven van den Langstlevenden, minderjarig sijnde of sonder Testament te maken, dat als den Alle de goederen die een ijder derselver kinderen sal komen naartelaten: súllen súccederen en devolveren op den genen die naar het Placcaat van de Súccessie ab: intestato van den Jaare 1599: bij de Staaten van Holland geëmaneert, op het stúk van het Ausdoms Regt, daartoe ist geregtigd, alsoo de Testateúren ’t selve tot voordeel van den Langstlevenden (ingevolge het Placcaat bij de Staaten van Zeeland datis 16: xb: 1735: gestationeerd) sijn verkiesende bij desen stellenden den Eerst stervenden den Langstlevenden verder tot voogd of voogdesse over húnne minderjarige kinderen of Erfgenamen, mitsgaders tot Execúteúr of Execúthier in Sijnen of haaren Naatelaten Boedel, alles met magt van assúmptie en súrrogatie tot den Uijteijnde toe.

Allen hetgeen voorschreven staat, verklaren sij comparenten te was en hún Testament en Uitterste wille, begerenden dat in allen deele sijn E Heer sul hebben ’t sij als Testament of codicille, of soo als na Regten sal komen bestaan.

Gepasseert ter Presentie van Anthonij Johan van Borrendam en Albertús van der Húcht als Getúijgen.”

Voetnoten