Home » Genealogie » Een stuk bouwland van drie morgen gelegen op Hoogmeien voor Klaas van Meerten (?-?)

Een stuk bouwland van drie morgen gelegen op Hoogmeien voor Klaas van Meerten (?-?)

De Osenvorenreeks, te vinden in de studiezaal van Historische Kring Kesteren en omstreken (HKKO), bevat een schat aan informatie voor genealogisch onderzoek. Hieronder wordt protocol 677 (fol. 171v. – 172) weergegeven uit dit Rechterlijk Archief Nederbetuwe. Deze akte gaat over de erfenis van Marrigje van Hoof, in leven weduwe van Jan (Claessen) van Meerten.1

De volledige transcriptie luidt:

“Extract uijt ’t mageschijd van de kinderen en erfgenaemen van de weduwe van Jan Claessen van Meerten. Dewijl op den 21e december 1718 in de heerlijkheijd Marsch was coomen te overlijden Marrigje van Hoof weduwe van Jan Claessen naalatende tot haere erfgenaemen haere vier kinderen bij gemelte haren man aan haer in eght verweckt, namentlijk Jan Jans, Engeltje Jans getrout aen Samuel Gordon, Claas Janse en Anneke Jans getrouwt aen Jan Jacobse, soo is tussen voornoemde kinderen, uxores cum tutoribus maritis opgeright ’t naarbenoemde mageschijt, dat Claas Jans boven ’t giene hij op ’t erfhuijs heeft gekogt, sal hebben een stuck bouwlant groot ontrent 3 mergen op Homeij onder Meerten geleegen, oost ’t Convent van Agnieten binnen Rheenen, zuijden Teunis Willemse, west de Commanderije Homeij, en noorden de Zuijving, ofte wie etc. etc., sijnde vrij allodiael etc. etc..

Clausulae concernentes

Tot naakominge deeses verbindende haerlieder persoonen en goederen, deselve specialijk onderwerpende de judicatuere van den weledele Hove van Gelderlant, ’t regt van pandinge sonder verjaring, en voorts van alle andere heeren, Hooven, reghteren en Gereghte. Met renuntiatie van alle exeptiën en relieven, welke teegens den suijveren sin deeses soude connen worde bedagt. T’oirconde beteekent ten huijse van Jan Janse voornoemt in de heerlijkhijd Marsch op den 28e februarij 1720. Geteekent, deese letteren MM heeft Jan Janse selfs geschreven, Samuel Gordon, Neeltje Jans, Engel Jans, Claas Jans, Willemken van Ingen, Jan Jacobse, Anna Jans, in praesentie van ons Bart van Randwijk als getuijge, D. v. Brenkestijn als getuijge, W v. Luttervelt als geërfde getuijge, D. v. Ommeren 1720. Geregistreert den 17e februarij 1723.”

Dit is een belangrijke sleutelakte voor het genealogisch onderzoek naar de ‘Van Meertens’. We zien hier de namen van de Jan (Claessen) van Meerten en Marrigje van Hoof en hun vier kinderen. Ook zien we hier de echtgenoten van deze kinderen. Jan was vermoedelijk de oudste, want deze wordt als eerste genoemd. Jan was getrouwd met Neeltje van Wees, hier Neeltje Jans genoemd. Engel was getrouwd met Samuel Gordon. Klaas was getrouwd met Willemken van Ingen. Tenslotte was Anneke getrouwd met Jan van Renkum, hier Jan Jacobse genoemd. Deze waren allen erfgenamen van Marrigje van Hoof.

Het lijkt erop dat nazaten van Klaas van Meerten het stuk bouwland later verkocht en getransporteerd hebben aan Hillebartus van Zetten en Johanna Westerlaken. Deze akte is hier te vinden.

Voetnoten

  1. Bron voor dit protocol: Osenvorenreeks, Nummer A112 (november 1993), Akten van bezwaar Meerten en Aalst, Rechterlijk Archief Nederbetuwe, inv. 242, 1660-1740 (4e deel; 1713 – 1723, zonder bladzijdenummering. Te raadplegen in de studiezaal van de HKKO. Bezoektijden zijn hier te vinden: www.hkko.nl.