‘Zonder Genesis als fundament is het Evangelie krachteloos’ – Lorens Knap aanwezig op de Creation Conference 2023 te Boedapest

Zaterdag 20 mei 2023 was ik in de gelegenheid de Creation Conference te bezoeken in Boedapest. En ik was best nieuwsgierig. Enkele jaren geleden hebben Jan van Meerten en ik in combinatie met een geologiereis een lezing georganiseerd in de gereformeerde kerk in Cegléd. En daar kwamen heel veel mensen op af, de zaal was afgeladen vol. Toen waren we nog niet op de hoogte van andere activiteiten in Hongarije.

De tweede spreker was Barbara Ficsor Donátné Kardos, docente en afgestudeerd in biologie, scheikunde en theologie. Bron: de congresorganisatie.

Het bleek dat deze conferenties pas gehouden worden sinds 2019. Toen waren er 15 bezoekers, nu waren dat er op zijn minst 130. De conferentie werd gehouden in een gehuurde verlaten fabriek midden in Boedapest. Op de 2e verdieping heeft een zelfstandige christelijke gemeente hier intrek genomen die actief is in de ondersteuning van daklozen en hulpbehoevenden. De organisatie van de conferentie is in handen van de Örömhír Foundation onder de bezielende leiding van Ficsor Donát. Deze stichting geeft boeken en evangelisatiemateriaal uit en benadert kerken voor lezingen o.a. over het creationisme.

Alles was goed geregeld en dat gold zeker ook voor de techniek. Het geluid was derhalve prima. Er was zelfs live muziek van een christelijke muziekgroep. Daarnaast bleken er ook 2 tv-ploegen te zijn: een van PAX TV, dat is een landelijke christelijke zender en een regionale zender. Best indrukwekkend als je dit vergelijkt met de belangstelling van de Nederlandse pers. Leuk was ook dat er een apart kinderprogramma was. En ja, er liep zelfs een ‘echte’ dino rond!

De missie en doelgroep van Örömhír Foundation bleek tijdens alle lezingen: ouders en kinderen wapenen tegen de invloeden van het (theistisch-)evolutionisme. Ook in Hongarije wordt op veel scholen de evolutietheorie onderwezen, dus alle reden om met een goed alternatief te komen!

De hoofdspreker was Gavin Cox, mijnbouwkundige, theoloog en egyptoloog en werkzaam in dienst van Creation Ministries International (CMI). In zijn eerste lezing benadrukte hij het belang van een sterke fundering. Zonder Genesis als fundament is het Evangelie krachteloos. Willen wij iets te vertellen hebben aan de wereld dan zullen wij in de eerste plaats moeten geloven wat God Zelf zegt in Zijn Woord. Aan Hem is de menselijke kennis onderworpen. Onze maatschappij heeft tegenwoordig een ander fundament heeft, dat steeds meer ontspoort. Wij zullen niet alleen het Evangelie moeten verkondigen, maar ook verdedigen.

De tweede lezing werd gehouden door Barbara Ficsor Donátné Kardos, afgestudeerd in biologie, scheikunde en theologie en werkzaam als docent. Zij waarschuwde sterk met allerlei voorbeelden voor de gevaren van de indoctrinatie van kinderen met de evolutietheorie. En dat kinderen groot geestelijk gevaar lopen als zij geen goede antwoorden krijgen op hun vragen.

In de laatste lezing ging Gavin Cox in op de dinosauriërs. Want juist kinderen worden hier sterk door aangesproken. Gavin beargumenteerde dat er ook dino’s op de ark voorkwamen. Het was immers alleen nodig om dino’s mee te nemen die zich later konden voortplanten. Hele grote oude(re) dieren waren niet nodig. Ook toonde hij mooie foto’s van vondsten uit allerlei landen die lieten zien dat dino’s wereldwijd bekend waren tot in recente eeuwen toe. Interessant waren ook filmbeelden met laboratoriumonderzoek van dinosaurusweefsel, die eens te meer aantonen dat deze dieren recent zijn uitgestorven en niet miljoenen jaren geleden. Omdat verschillende dierennamen moeilijk te vertalen waren, nam het publiek op een hele leuke manier deel aan het vertaalproces: er ontstond spontaan een ‘wedstrijdje’ wie de beste vertaling wist.

Al met al een leerzame, bemoedigende dag, die duidelijk maakt dat er in Hongarije hard gewerkt wordt om mensen aan te sporen zich te verdiepen in het creationisme, deze waarheid te verkondigen in de wereld en om onze kinderen geestelijk te wapenen tegen de immense gevaren van het evolutionisme. Dankbaar voor alle positieve indrukken en gewapend met een Hongaarse vertaling van Creation Magazine 2023 keerde ik huiswaarts. Wie meer wil weten over Örömhír Foundation kan terecht op www.firemedia.hu en www.oromhiralapitvany.hu.

In de zaal zat een aandachtig publiek van ongeveer 130 mensen. Bron: de congresorganisatie.

‘Een nuttig boek om je kennis over de Bijbel te verdiepen en te verbreden’ – Bespreking van ’50 misverstanden over de Bijbel’

Vrouwen in de Bijbel zijn voetvegen. De Bijbel stimuleert racisme. De Bijbel staat vol fouten. De Bijbel kent geen humor. En de Bijbel geeft antwoord op alle levensvragen. Zomaar een paar misverstanden die er over de Bijbel kunnen bestaan. Vroeger kreeg je kennis van de Bijbel mee door naar de zondagsschool, catechisatie of een bijbelstudiegroep te gaan. Nu ligt daar minder nadruk op bijbelkennis en praten we er meer over onszelf. Dat is niet verkeerd, maar kennis over de Bijbel is essentieel als je God beter wilt leren kennen en de misverstanden wilt kunnen ontkrachten. In dit boek bespreekt dr. Pieter J. Lalleman vijftig misverstanden over de Bijbel. Hij schrijft op een toegankelijke manier, maar zeker niet simplistisch. Ook als je al bekend bent met de Bijbel, is het een nuttig boek om je kennis over de Bijbel te verdiepen en te verbreden. ‘Bovenal‘, zegt hij, ‘is het mijn wens dat jij als lezer meer onder de indruk komt van de schoonheid en wijsheid van de Bijbel, en vooral van de Auteur; onze machtige en liefdevolle God!’

De opzet van het boek

Pieter Lalleman bespreekt 50 misverstanden in dit boek. Elk misverstand wordt kort en krachtig weerlegd in meestal 3 tot 4 pagina’s. De misverstanden zijn ingedeeld naar: Algemeen misverstand 1-12, Oude Testament misverstand 13-21, Nieuwe Testament misverstand 22-32, Paulus misverstand 33-43 en Diverse onderwerpen misverstand 44-50. Wat voorbeelden van misverstanden. Een misverstand uit Algemeen is: 5 De bijbel staat vol fouten. Een misverstand over het Oude Testament is: 14 Eén en twee Samuel zijn twee aparte boeken. Een misverstand over het Nieuwe Testament: 22 Het evangelie van het eerst geschreven. Een misverstand over Paulus: 35 Wij hebben alle brieven van Paulus. Een misverstand over diverse onderwerpen: 45 De Bijbel zegt niets over politiek.

​Een paar voorbeelden van misverstanden nader bekeken

Misverstand 7: Een nieuwe vertaling wordt gemaakt op basis van de vorige. Het is en misverstand om te denken dat moderne vertalingen worden gemaakt vanuit vorige vertalingen. Er is juist een besef dat een echte vertaling terug moet gaan naar de oorspronkelijke tekst dus naar de grondtalen. Alleen de grondtekst geldt als geïnspireerd en heeft goddelijk gezag. Daar komt bij dat de ene vertaling dichter aansluit bij de grondtekst dan de andere vertaling.

Vertalen is het maken van keuzes. Kies je voor een goede vertaling van de brontekst of richt je je wat meer op de doeltekst? Soms kan de brontekst als je die letterlijk vertaalt vervreemdend werken. “Al wat aan de wand pist” in 1 Samuel 25:34 kun je beter vertalen met manspersoon of man.

Misverstand 11: De verteller keurt alles goed. Neem Jefta in Richteren 11:29- 40 die zijn dochter offerde door een verkeerde gelofte (ik meen als vrouw en moeder en niet letterlijk zoals Lalleman wel doet). Waarom wordt dit niet uitdrukkelijk afgekeurd door de schrijver van Richteren? Lalleman stelt dat de slotopmerking helder genoeg is. Daar vindt de afkeuring plaats doordat de schrijver laat zien hoe erg deze keuze werd gevonden.

Lalleman schaart zich achter de NBV vertaling die heeft: “Sindsdien is het in Israël de gewoonte dat de jonge meisjes elk jaar vier dagen rouwklagen om Jefta’s dochter”. Hier lijkt het erop dat ze rouwklagen vanwege haar dood. Maar dat hoeft niet wat even er voor staat: “Nooit had ze met een man geslapen”. Dat kan er ook opzien dat men kwam om haar vrijgezelle staat en haar kinderloosheid te bewenen. De HSV en SV vertalen in plaats van rouwklagen met haar spreken of praten maar daar wil Lalleman niet van weten. Dat laatste ziet er namelijk uitdrukkelijk op dat ze nog leefde.

Overigens is volgens mij de opmerking van Gideon als hij zijn dochter tegenkomt ook normerend lettend op de diepe intense keelklank: “Aaah bittie, ach mijn dochter”. De schrijver van van Richteren laat zien hoe erg dwaas de gelofte van Jefta is en gaat zo in het spoor van Salomo die in Prediker 5:1 opmerkt: ” Wees niet te snel met uw mond, en laat uw hart zich niet haasten een woord te uiten voor het aangezicht van God. Want God is in de hemel en u bent op de aarde. Laat daarom uw woorden weinig in aantal zijn”.

Misverstand 15: Kronieken is een herhaling van koningen. De Griekse naam van het Bijbelboek Kronieken luidt: Paralipomena, ”weggelaten dingen’ of ‘kliekjes’. Die naam suggereert dat Kronieken niet meer is dan een samenraapsel wat in andere boeken ontbrak. Lalleman stelt dat Kronieken juist een geheel eigen boodschap heeft. De schrijver richt zich vooral op de koningen David en Salomo, op de tempel en daarna op het zuidelijke rijk, Juda. Hij legt meer nadruk op gebeden, toespraken en verslagen van gebeurtenissen. Volgens Lalleman is de schrijver van Kronieken meer een prediker, een theoloog, dan een geschiedschrijver. Nadat Lalleman dit gezegd heeft stapt hij over naar andere Bijbelboeken uit het Oude en Nieuwe Testament waar ook sommige Bijbelgedeelten tweemaal voorkomen.

Een beoordeling

Door 50 misverstanden kort maar krachtig te weerleggen is het een aangenaam boek om te lezen. Je kunt telkens een nieuw misverstand lezen om vervolgens het boek weer even terzijde te leggen. Je raakt dan de draad niet kwijt. De koppen van de misverstanden dekken niet altijd de inhoud. Misverstand 15 heeft als kop: Kronieken is een herhaling van koningen. Slechts 2 pagina’s gaan over dit misverstand. De andere twee pagina’s gaan in op herhalingen elders in de Schrift bijvoorbeeld in Mattheüs en Lukas. Op zich is dat niet verkeerd maar dan had het misverstand anders moeten luiden. Bijvoorbeeld: In de Bijbel komen betekenisloze herhalingen voor. Tot slot, het boek is een aanrader voor een ieder die meer wil weten over de Bijbel. Neem en lees zou ik zeggen.

Dit artikel is met toestemming overgenomen van de website van de auteur. Het originele artikel is hier te vinden.

Voetnoten

VBSO belegt 31 mei 2023 D.V. in Leerdam een Algemene Ledenvergadering met als thema ‘De scheppingsorde M/V – Verschil moet er zijn’

Binnen Reformatorische Kring wordt veel nagedacht over de scheppingsorde. Ook op de Algemene Ledenvergadering (ALV) van de Vereniging tot Bevordering van SchoolOnderwijs op gereformeerde grondslag (VBSO) komt het onderwerp ter sprake. Het thema is ‘De scheppingsorde M/V – Verschil moet er zijn’. Waarschijnlijk zal het gaan over de verschillen tussen man en vrouw die God de Schepper in Zijn schepping gelegd heeft. Bovendien hoe dit doorwerkt in de huidige praktijk van het leven. In de huidige samenleving lijkt een andere visie dominant te worden, in ieder geval is deze visie qua geluid en lobby het sterkst vertegenwoordigd. Momenteel bezint de VBSO zich via het ‘Project Scheppingsorde’ op deze thematiek.1

De Algemene Ledenvergadering hoopt plaats te vinden op woensdagavond 31 mei 2023 D.V. vanaf 19.30 uur. De vergadering wordt gehouden in het kerkgebouw van de Gereformeerde Gemeente in Nederland aan de Drossaardslaan 1 te Leerdam. De opening wordt verzorgd door de predikant dr. J.A. Weststrate. De hoofdlezing wordt verzorgd door Laurens van der Tang (BA). Als voorzitter van Bijbels Beraad M/V is hij bekend met het thema en de maatschappelijke gevolgen daarvan. Daarnaast zal de Algemene Ledenvergadering gaan over verkiezing toezichthouders, het jaarverslag en de huisvesting. De doelgroep is specifiek ambtsdragers van de Gereformeerde Gemeenten in Nederland en toezichthouders, bestuursleden en directeuren van de VBSO-scholen. Behoort u tot deze doelgroep dan heet VBSO u van harte welkom!2 Aanmelden kan via de website: https://vbso.nu/activiteit/ledenvergadering/.

Voetnoten

Debat in Tweede Kamer rond burgerinitiatief ‘Abortus is geen misdaad’ – Groep probeert met actie abortus uit het Wetboek van Strafrecht te halen

Vanmiddag (24 mei 2023) is er een debat in de plenaire zaal van de Tweede Kamer over het Burgerinitiatief ‘Abortus is geen misdaad’. Het burgerinitiatief betreft een verzoek aan de regering om abortus uit het Wetboek van Strafrecht te halen. De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid besloot op 16 maart 2023 de Kamer voor te stellen het burgerinitiatief te agenderen voor een plenair debat. Dit burgerinitiatief zorgt voor veel reactie.1

Burgerinitiatief

In een bijlage bij de Kamerstukken wordt uitgelegd wat de indieners met dit burgerinitiatief beogen. Deze actie is het initiatief van BNNVARA, Spuiten en Slikken en het Humanistisch Verbond. Ze willen dat abortus (artikel 296) geschrapt wordt uit het Wetboek van Strafrecht. De initiatiefnemers vinden dat abortus niet in het strafrecht hoort, maar dat het onderdeel moet zijn van het reguliere zorgstelsel. Ze willen de situatie in Nederland voorgoed veranderen en kijken met argusogen naar landen als Verenigde Staten, Polen en Hongarije ‘wat er kan gebeuren met het recht op abortus als oprukkende conservatieve politieke krachten hun kans grijpen’. Diverse ethici en juristen die vóór het leven zijn geven aan dat zij graag zien dat de situatie blijft zoals deze nu is. Volgens de directeur van stichting Schreeuw om Leven, Arthur Alderliesten (MA), komt het ongeboren leven (juridische) bescherming toe. ‘Het voorstel om abortus uit het wetboek van strafrecht te halen, doet afbreuk aan de traditionele overtuiging dat het leven beschermd moet worden.2 Door BNNVARA, Spuiten en Slikken en Humanistisch Verbond wordt de situatie in de VS, Polen en Hongarije gezien als negatief. Een terughoudend abortusbeleid en een juridische reactie op het doden van ongeboren leven, tenzij de vrouw in levensgevaar is, is juist positief te duiden.3

Debat

Het debat hoopt vanmiddag (24 mei 2023) plaats te vinden. De Kamerleden starten om 14:50 in de plenaire zaal en het staat op de planning dat dit duurt tot 18:00 uur. Intussen is de sprekerslijst ook al bekend. In de onderstaande volgorde zal het debat gevoerd worden. Verder wordt in de tabel de naam van de spreker genoemd en het aantal minuten spreektijd de spreker heeft.

Volgorde Naam Fractie Spreektijd
1. Drs. C.E. (Corinne) Ellemeet GroenLinks 4 minuten
2. W. (Wieke) Paulusma D66 4 minuten
3. Mr. M.H. (Mirjam) Bikker ChristenUnie 4 minuten
4. Drs. A.H. (Attje) Kuiken PvdA 4 minuten
5. Ir. C. (Chris) Stoffer SGP 4 minuten
6. Drs. J.P. (Jimmy) Dijk SP 4 minuten
7. H. (Harry) Bevers VVD 4 minuten
8. Mr. G. (Gidi) Markuszower PVV 4 minuten
9. N. (Nilüfer) Gündogan Gündogan 2 minuten
10. Mr. H.M. (Hilde) Palland CDA 4 minuten
11. Dr. P. (Pepijn) van Houwelingen FvD 4 minuten

Voetnoten

Abortus als mensenrecht botst met VN-verklaring

De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens biedt geen enkele ruimte om van abortus een mensenrecht te maken en abortus uit het Wetboek van Strafrecht te halen.

De leden van de Verenigde Naties hebben in 1948 de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) zonder tegenstemmen aangenomen. Volgens deze verklaring maakt elk mens aanspraak op alle rechten en vrijheden die deze verklaring opsomt, zonder enig onderscheid van welke aard ook, zoals op grond van ras, kleur, geslacht, taal, godsdienst, politieke of andere overtuiging, nationale of maatschappelijke afkomst, eigendom, geboorte of andere status. In artikel 3 staat: „Een ieder heeft het recht op leven, vrijheid en onschendbaarheid van zijn persoon.”

Toen het Amerikaanse Hooggerechtshof vorig jaar de uitspraak uit 1973 in de zaak Roe tegen Wade, die het recht op abortus in de VS vastlegde, terugdraaide, werden de voorstanders van abortus behoorlijk zenuwachtig. Daarom zijn in Nederland in rap tempo diverse wetten rond abortus aangenomen. Zo is de ”vijf dagen bedenktijd” voorafgaand aan een abortus afgeschaft en wordt de ”abortuspil via de huisarts” mogelijk.

In het Wetboek van Strafrecht (WvS) staat nu dat een abortus strafbaar is, tenzij deze wordt verricht door een arts in een ziekenhuis of kliniek met vergunning en de behandeling plaatsvindt conform de regels van de Wet afbreking zwangerschap (Wafz ofwel ”abortuswet”). Abortus is toegestaan tot de levensvatbaarheidsgrens is bereikt. Daarna wordt het gelijkgesteld aan het doden van een kind.

Burgerinitiatief

Dat onderscheid tussen ”doden voor” en ”doden na” het bereiken van de levensvatbaarheid buiten de baarmoeder is duidelijk in strijd met artikel 3 van de UVRM. Het recht op leven is immers niet afhankelijk van welke status dan ook. Toch heeft de Nederlandse wetgever gemeend dit onderscheid te kunnen maken en zo rekening te houden met moeder en kind.

Nu is de proabortuslobby in Nederland een burgerinitiatief gestart om abortus uit het WvS te krijgen. Er zijn ruim voldoende stemmen opgehaald, zodat het voorstel in het parlement besproken moet worden. Dit voorstel gaat dus nog verder in tegen UVRM-artikel 3. Men wil niet meer het recht op leven, maar uiteindelijk het recht op doden als mensenrecht.

Het maken van dit onderscheid is bovendien vreemd omdat het moment van levensvatbaarheid niet bepaald wordt door de staat van ontwikkeling van het kind, maar door de ontwikkeling van de medische technologie. In de memorie van toelichting bij de abortuswet staat namelijk dat een kind levensvatbaar is als het „naar redelijke verwachting in staat is om buiten het moederlichaam in leven te blijven, met of zonder medische interventies”.

Als we de wet juist interpreteren en de levensvatbaarheidsgrens leidend is voor de abortusgrens, zou deze nu eigenlijk van 24 naar 21 weken moeten worden bijgesteld. De proabortuslobby stuurt er echter wereldwijd op aan dat die abortusgrens uiteindelijk wordt opgeheven en het abortusrecht moet gelden voor alle negen maanden van de zwangerschap, zoals nu bijvoorbeeld in Canada. De vrouw bepaalt, en dat wordt eenvoudiger als abortus uit het WvS is verdwenen.

Nog meer bezwaren

Er zijn nog meer redenen waarom abortus nooit een mensenrecht kan worden. Het ontneemt een mens zijn of haar toekomst. Abortus is onderdeel van een cultuur waarin de ene mens bepaalt of de andere mens waarde van leven heeft of niet. De abortuswetgeving is een compromis tussen het zelfbeschikkingsrecht van de vrouw en de beschermwaardigheid van het ongeboren kind. Een compromis kan echter nooit een mensenrecht worden, omdat het innerlijk tegenstrijdig blijft.

Begin menselijk leven

Volgens de UVRM is het recht op leven niet van een status afhankelijk. Toch werd dit de kernvraag in het abortusdebat: wanneer begint het menselijk leven en vanaf welk moment is dat beschermwaardig? Want als je abortus mogelijk wilt maken, moet je van de groeiende baby een minderwaardig mens maken, zodat je je minder schuldig voelt na een abortus.

Over wanneer het menselijk leven begint, is de wetenschap eenduidig: bij de bevruchting. Over de beschermwaardigheid van dat levensbegin wordt niettemin, ondanks de UVRM, totaal verschillend gedacht. Het ene land verbiedt abortus geheel, het andere land staat abortus toe tot aan de geboorte. In de ene staat is abortus toegestaan totdat er een hartslag is (bij drie weken na de bevruchting), in de andere staat mag abortus alleen plaatsvinden bij medische noodzaak. Binnen de EU gaat Nederland het verst: tot 24 weken zwangerschap is abortus toegestaan.

Al heel lang bezitten, volgens het Burgerlijk Wetboek, ongeboren kinderen het recht om te erven, terwijl het recht om te leven onder druk staat. Hoe tegenstrijdig! En in Nederland is bij wet bepaald dat levenloos ter wereld gekomen kinderen, ongeacht de zwangerschapsduur, opgenomen kunnen worden in de Burger Registratie Personen. Je kunt zelfs een kind dat na acht weken zwangerschap is geaborteerd, laten registreren als een persoon. Als abortus een mensenrecht wordt, lopen we in Nederland muurvast met andere wetten. En als abortus uit het WvS wordt gehaald, doet dat afbreuk aan de beschermwaardigheid van het leven van álle mensen.

Dit artikel is met toestemming van de auteur overgenomen uit het Reformatorisch Dagblad. De volledige bronvermelding luidt: Helden, K. van, 2023, Abortus als mensenrecht botst met VN-verklaring, Reformatorisch Dagblad 52 (282): 26-27 (artikel). Dit opiniestuk is ook geplaatst op de website Kies Leven (artikel).

‘Geen bijkomstige standpunten, maar fundamentele zaken die de Schrift betreffen’ – Ds. W.L van der Staaij reageert in ‘Bewaar het Pand’ op de nieuwe fusiekerk de Nederlandse Gereformeerde Kerken

Iemand die het kerkelijke leven van de gereformeerden nauwlettend in de gaten houdt kan het niet ontgaan zijn dat op 1 mei 2023 de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt en de Nederlands Gereformeerde Kerken gefuseerd zijn tot een nieuw kerkgenootschap: de Nederlandse Gereformeerde Kerken. Ondanks de bezwaren van sommige GKv’ers is de fusie doorgegaan. Als buitenstaander heb ik het één en ander met gemengde gevoelens bekeken.1

Ds. W.L. van der Staaij heeft in Bewaar het Pand, het blad van een stroming binnen de Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK), dergelijk gevoelen verwoord. Enerzijds wijst de predikant erop dat het bijzonder is dat ‘in een tijd van polarisatie deze twee kerkverbanden elkaar na de scheuring in 1967 weer hebben weten te vinden’. Anderzijds zijn er een aantal verontruste kerken binnen de GKV die zich genoodzaakt hebben gezien om een tijdelijk kerkverband te vormen. Maar fundamenteler voor Van der Staaij is dat ‘wie de bezwaren tegen de fusiekerk op zich laat inwerken, beseft dat het maar niet om wat bijkomstige zaken gaat, maar om fundamentele zaken die Schrift, belijdenis en kerkorde betreffen’.2

Bezwaren

Welke bezwaren? De predikant somt ze in zijn artikel op. Degenen die raakvlakken hebben met de besproken thema’s op de website Fundamentum werk ik uit, de kerkordelijke zaken, de belijdenis en de ambtsstructuur laat ik aan de genoemde kerken.

  1. De manier van Bijbellezen én Bijbeluitleg. Van der Staaij wijst naar de woorden van emerituspredikant ds. H. Room, GKV, die aangeeft dat de ontwikkelingen in zijn (voormalige) kerkverband hard gaan. Een nieuwe omgang met de Schriften zou ingang hebben gevonden bij d e voorgangers en gemeenten. Hierbij functioneert de Bijbel nog wel als Bron, maar niet meer als dé Norm. “Ook wordt niet langer gestreefd naar eenheid van exegese, maar wordt geaccepteerd dat de Bijbel over één thema twee verschillende en zelfs met elkaar onverenigbare dingen zegt, waarbij de individuele gelovige de uitleg mag kiezen die hem het meest aanspreekt.” Volgens ds. Van der Staaij biedt deze manier van het Schriftverstaan opening aan Schriftkritiek.
  2. Vrouwen in het ambt.
  3. Kinderen en praktiserende homoseksuelen aan het Heilig Avondmaal.
  4. Lossere binding aan de belijdenisgeschriften.
  5. Minder waarde aan kerk en kerkverband.
  6. Een veranderende visie op gender. Van der Staaij noemt hierbij twee voorbeelden. Het eerste voorbeeld betreft het boek Verbonden voor het Leven van prof. dr. Ad de Bruijne. Hij acht ‘het Bijbelse verbod op homoseksuele praxis niet van toepassing (…) op de homoseksuele identiteit zoals wij die kennen’.3 Het tweede voorbeeld betreft het boek Vuur dat nooit dooft van prof. dr. René Erwich en NeGK-predikant dr. Almatine Leene. Hierin wordt ruimte geboden ‘aan het moderne denken over seksualiteit en gender’.4
  7. Diversiteit aan levensopvattingen.

Onoverbrugbaar?

De predikant stelt de vraag of er een onoverbrugbare kloof tussen de nieuwe Nederlandse Gereformeerde Kerken en de CGK. Hij erkent dat er sommige CGK-gemeenten positief staan tegenover de nieuwgevormde kerk en hun beginselen. Er zullen ook verschillende CGK-individuen ronduit positief zijn over de verandering in de bovenstaande punten.5 Van der Staaij vraagt zich af of deze gemeenten en individuen ook aandacht zullen vragen voor deze ruimte en ‘die ruimte koste wat het kost bevechten binnen onze kerken met alle vreselijke gevolgen van dien’ of ‘zich aansluiten bij de nieuwe fusiekerk waar die ruimte er nu al is?’ Het lijkt erop dat de laatste optie de voorkeur van de predikant heeft. Ten slotte wijst de predikant op het gebed in Klaagliederen 5: “HEERE, bekeer ons tot U, zo zullen wij bekeerd zijn; vernieuw onze dagen als vanouds.”

Waarde klassiek-gereformeerde hermeneutiek

In het tiende nummer van Bewaar het Pand wijst ds. Van der Staaij, los van het bovengenoemde eenwordingsartikel, ook op de waarde van de belijdenis en de klassiek-gereformeerde hermeneutiek. Hij verwijst daarbij naar de verklaring van gevoelen.6We kunnen anno 2023 niet genoeg de waarde van de klassiek-gereformeerde hermeneutiek benadrukken.” Waar deze klassiek-gereformeerde hermeneutiek gerelativeerd wordt ziet de predikant verschuivingen optreden. “Het gevolg: veranderende visies op schepping en evolutie, huwelijk en gezin, gender en man-vrouwverhoudingen.”7

Voetnoten

Parenteel van Jerphaas van Meerten (1829-1873) en Johanna Spies (1831-1869)

Jerphaas van Meerten werd op geboren 8 oktober 1829 te Lienden1 als zoon van Gerrit van Meerten (1802-1846) en Gijsbertje van Merkesteijn (1803-1870). Het parenteel van zijn ouders is hier te vinden. Hij is overleden op 21 juni 1873 te Lienden.2 Hij trouwde op 30 april 1858 te Lienden3 met Johanna Spies. Johanna Spies werd op 10 april 1831 te Lienden geboren4 als dochter van Evert Spies (1802-1884) en Margretha de Weijer (1806-1883). Zij is overleden op 5 oktober 1869 te Lienden.5

Kinderen

Uit dit huwelijk werden de volgende vijf kinderen geboren:

  1. Gerritje van Meerten. Zij werd geboren op 1 februari 1859 te Lienden6 en overleed op 6 januari 1898 te Rotterdam.7 Zij trouwde op 1 maart 1882 te Arnhem8 met Johannes Arie de Ridder, geboren op 21 februari 1852 te Tiel9 en overleden op 15 november 1950 te Rotterdam.10 Hij was een zoon van Franciscus de Ridder (1823-1918) en Gerdina Krol (1829-1865). Het parenteel van dit echtpaar is hier te vinden. Na het overlijden van Gerritje hertrouwde Johannes Arie op 20 november 1907 te Rotterdam met Evertje van Meerten (1862-1942), zij was het zusje van Gerritje (zie hieronder).
  2. Evertje van Meerten. Zij werd geboren op 1 maart 1862 te Lienden11 en overleed op 20 april 1942 te Rotterdam.12 Als alleenstaande moeder heeft Evertje ook een aantal kinderen gekregen. Dit parenteel is hier te vinden. Zij trouwde op 20 november 1907 te Rotterdam13 met Johannes Arie de Ridder, geboren op 21 februari 1852 te Tiel14 en overleden op 15 november 1950 te Rotterdam.15 Hij was een zoon van Franciscus de Ridder (1823-1918) en Gerdina Krol (1829-1865). Het parenteel van dit echtpaar is hier te vinden. Voor het huwelijk met Evertje was Johannes Arie getrouwd geweest met Gerritje van Meerten (1859-1898), zij was een zus van Evertje (zie hierboven).
  3. NN van Meerten. Dit jongentje zonder naam werd levenloos geboren op 18 november 1864 te Lienden.16
  4. Frederik van Meerten. Hij werd geboren op 25 januari 1867 te Lienden17 en overleed op 23 februari 1868 te Lienden.18
  5. Johanna van Meerten. Zij werd geboren op 19 mei 1869 te Lienden19 en overleed op 16 oktober 1869 te Lienden.20

Overige informatie over dit echtpaar

Dit parenteel wordt momenteel verder aangevuld en compleet gemaakt.

Voetnoten

De Dode Zeerollen en de canon van het Oude Testament – Dr. Mart-Jan Paul sprak op het congres ‘Geloof jij het?’ (2013)

Op 31 augustus 2013 sprak dr. Mart-Jan Paul in Assen voor de congressenserie ‘Geloof jij het?‘ (2013). De titel van zijn lezing was ‘De Dode Zeerollen en de canon van het Oude Testament‘. Met dank aan Geloofstoerusting is deze video opgenomen en kunnen wij die hieronder delen.

Heat and the Genesis Flood – Bewerkte presentatie van ing. Maarten ‘t Hart

In 2016 hield ing. Maarten ‘t Hart drie presentaties in Zuid-Afrika. Een gaat over het zogenoemde hitteprobleem en de zondvloed. Deze video werd geplaatst op het YouTube-kanaal GeoDetective. Met dank aan dat kanaal kunnen we de video hier delen. Deze video is in het Engels, voor wie de Engelse taal niet machtig is zijn er Nederlandse ondertitels.

Parenteel van Gerritje van Meerten (1859-1898) en Johannes Arie de Ridder (1852-1950)

Gerritje van Meerten werd op geboren 1 februari 1859 te Lienden1 als dochter van Jerphaas van Meerten (1829-1873) en Johanna Spies (1831-1869). Het parenteel van haar ouders is hier te vinden. Zij is overleden op 6 januari 1898 te Rotterdam.2 Zij trouwde op 1 maart 1882 te Arnhem3 met Johannes Arie de Ridder. Johannes Arie de Ridder werd op 21 februari 1852 te Tiel4 geboren als zoon van Franciscus de Ridder (1823-1918) en Gerdina Krol (1829-1865). Na het overlijden van Gerritje hertrouwde Johannes Arie op 20 november 1907 te Rotterdam met Evertje van Meerten (1862-1942), zij was het zusje van Gerritje. Hij is overleden op 15 november 1950 te Rotterdam.5

Kinderen

Uit dit huwelijk werden de volgende zeven kinderen geboren:

  1. Johanna de Ridder. Zij werd geboren op 5 januari 1876 te Lienden6 en overleed op 17 november 1941 te Rotterdam.7 Zij trouwde op 21 april 1900 te Rotterdam8 met Jesaie Isaac Bril, geboren op 17 april 1870 te Rotterdam9 en overleden op 27 september 1942 te Rotterdam.10 Hij was een zoon van Isaac Bril (1830-1896) en Cornelia van Straten (1835-1911).
  2. Gerdina de Ridder. Zij werd geboren op 29 augustus 1881 te Arnhem11 en overleed op 29 juli 1884 te Arnhem.12
  3. Evertje de Ridder. Zij werd geboren op 5 maart 1883 te Arnhem13 en overleed op 7 maart 1956 te Rotterdam.14 Zij trouwde op 20 januari 1915 te Rotterdam15 met Geen de Jong, geboren op 28 februari 1882 te Ouderkerk aan den IJssel16 en overleden op 1 juni 1966 te Rotterdam.17 Hij was een zoon van Magchiel de Jong (1855-1925) en Adriana de Graaf (1854-1932).
  4. Gerdina Catharina de Ridder. Zij werd geboren op 5 april 1885 te Arnhem18 en overleed op 7 april 1959 te Rotterdam.19 Zij trouwde op 21 december 1904 te Rotterdam20 met Antonius Grootaers, geboren op 5 augustus 1885 te Rotterdam21 en overleden op 28 november 1960 te Rotterdam.22 Hij was een zoon van Johann Franz Grootaers (1853-1915) en Margaretha Catharina Helena Kock (1858-1917).
  5. Hendrika Geertruida de Ridder. Zij werd geboren op 20 december 1889 te Arnhem23 en overleed op 10 februari 1963 te Rotterdam.24 Zij trouwde op 8 juni 1910 te Rotterdam25 met Bernard Friedsam. geboren op 26 september 1885 te Rotterdam26 en overleden op 9 januari 1965 te Rotterdam.27 Hij was een zoon van Bernard Friedsam (±1843-1911) en Jacoba Helena van Weel (1853-1922). Het echtpaar scheidde op 14 juni 1935 te Rotterdam.28 Na de scheiding hertrouwde Hendrika Geertruida op 28 september 1938 te Rotterdam29 met Gerrit Daniel Harcksen, geboren op 15 februari 1891 te Hillegersberg30 en het is de auteur (nog) onbekend wanneer hij overleden is. Hij was een zoon van Johannes Jacobus Harcksen (1864-1934) en Anna Maria Rolving (1866-1899). Na de scheiding hertrouwde Bernard met Gijsberta Leentje van der Hulst (1896-?).
  6. NN de Ridder. Dit meisje zonder naam werd levenloos geboren op 22 mei 1892 te Arnhem.31
  7. Francisca Theresia Johanna de Ridder. Zij werd geboren op 11 februari 1895 te Arnhem32 en overleed op 21 januari 1942 te Rotterdam.33 Zij trouwde op 18 juli 1917 te Rotterdam34 met Pieter van Eijk, geboren op 22 juli 1890 te Rotterdam35 en overleden op 20 oktober 1979 te Rotterdam.36 Hij was een zoon van Johannes Wilhelmus van Eijk (1860-1896) en Jansje de Held (1863-1945).

Overige informatie over dit echtpaar

Dit parenteel wordt momenteel verder aangevuld en compleet gemaakt.

Voetnoten