In de Notariële, Rechterlijke en Weeskamer Archieven van Schouwen-Duiveland is ook een akte te vinden waarbij de weeskamer wordt uitgesloten van voogdij. De akte is te raadplegen via de website van het Zeeuws Archief.¹

“N^o: 404.

Heden den 11^e: Júlij 1779: compareerde voor mij Reijnout Maan openbaar Notaris bij den Edelen Hoove van Holland Zeeland en Westfriesland geadmitteerd, binnen Zierikzee residerende, Present de Naargenoemde Getúijgen den Heer Lambertús van Meerten en Mejúffroúw Maatie Poúzeboút Echteluijden, Woonende binnen dese stad, dewelke Verklaaren Uijt húnnen Boedel en Nalatenschap te Seclúderen, alle Weeskamers en Geregten, daar haar Gehuijs mogte vallen, en wel speciaal volgens geoptineerd Octroij van de Edele Achbaare Heeren van den Raads dezer stad, dato 25: Júnij 1779: de Weeskamer dezer stad Zierikzee, deselve Heeren tot haar te nemen moeijte bedankien Gepasseert ter Presentie van M^r Koenraad Visser Caspez: en Dingenis van der Weijde als getuijgen.”

Voetnoten

Hierboven wordt de huwelijksinschrijving van Lambertus van Meerten (1672-1724) en Cornelia Snoeck (1680-1772) weergegeven.² Het echtpaar ging op 8 juni 1704 in ondertrouw in de Nederduitsch Gereformeerde Gemeente te Gorinchem en is op 25 juni 1704 getrouwd. De letterlijke transcriptie luidt: “Den 8 Júnij getroúwt den 25 Junij 1704 Lambertús van Maerten, Wedúwenaer, met Cornelia Snoeck. J.D. beide van Gorinchem.”

Voetnoten

Hierboven wordt de overlijdensakte van Cornelis van Brenk (1773-1831) weergegeven.³ Op 29 september 1831 verscheen Gijsbert van Brenk (1806-1848) voor de Ambtenaar van de Gemeente Zoelen om aangifte te doen van het overlijden van zijn vader. De ambtenaar in functie was Matthias Johannes Versteegh (1791-1859). Gijsbert was vijf en twintig jaar oud en arbeider van beroep. Hij deed de aangifte samen met Steven de Jongh (1770-1847), een en zestig jaar oud en gemeentebode. Zij verklaarden dat Cornelis op 28 september 1831 om twaalf uur in de middag overleed in de leeftijd van twee en zestig jaar.⁴ Cornelis was geboren te Lienden en overleden te Zoelen.⁵ Hij was de echtgenoot van Berendina van de Graaf (1782-1859) en, hoewel het niet op de akte wordt weergegeven, een zoon van Gijsbert van Brenk (1745-1806) en Trijneke van Meerten (1747-1837).⁶ Gijsbert verklaarde dat hij de akte niet kon ondertekenen, omdat hij niet kon schrijven.

Voetnoten

Hierboven wordt de doopinschrijving van Hendrik van Ingen (1755-1828) weergegeven.⁹ Op 23 februari 1755 werd Hendrik gedoopt in de Nederduitsch Gereformeerde Gemeente te IJzendoorn. Hij was een zoon van Arij van Ingen (?-?) en Grietje van Beek (?-?). Als doopgetuige was Peteke van Avesaet (?-?) aanwezig.¹⁰

Voetnoten

Het wapenboek van Maximiliaan Louis van Hangest d’Yvoy (1753-1831) geeft een schat aan informatie over glazen, graven en wapen- en rouwborden. Veel van deze informatie is door de achterliggende oorlogen verloren gegaan, maar dankzij het wapenboek Van Hangest d’Yvoy kan er een reconstructie worden gemaakt. In deze serie wil het wapenboek doorkruisen op telgen uit het geslacht Van Meerten. Ervan uitgaande dat de copyright verstreken is, heb ik specifieke uitsneden gemaakt.¹¹ Het boek is te bezichtigen via het ledendeel van Koninklijk Nederlandsch Genootschap voor Geslacht- en Wapenkunde (KNGGW).¹² De tweeëndertigste bijdrage in deze serie gaat over het rouwbord van Emerentia van Oostrum (1570-1607).

Het rouwbord van Emerentia van Oostrum was te vinden in de kerk te Wijk bij Duurstede. De tekst op het rouwbord luidt “Joffr. Emerentia van Oestrum. Weduwe van zalige Jor. Frederick v. Leefdael is in den Heere gerust in ’t Jaer ons Heeren MDCVII den 1x dag van Septemb. heeft geleeft XXXVII Jaeren VII maend en VI dagen”. In het midden zien we het gedeelde familiewapen Van Oostrum en Van Leefdael. Aan de linkerkant van dit rouwbord zien we de wapens van: Van Oostrum, Van Malsen, Van Abcoude van Meerten en Van der Haar. Aan de rechterkant zien we de wapens van: Van Oostrum, Blockhoven van Jutphaas, Spruyt van Kriekenbeek en Van Sonnevelt.

Uitleg: Emerentia van Oostrum was een dochter van Johan van Oostrum en Maria van Oostrum. Vader Johan was de zoon van Dirk van Oostrum en Heilwich van Abcoude van Meerten. Opa Dirk was een zoon van Nicolaas van Oostrum en Mathia van Malsen. Oma Heilwich was een dochter van Willem van Abcoude van Meerten en Woltera van der Haar. Moeder Maria was een dochter van Johan van Oostrum en Maria Spruyt van Kriekenbeek. Opa Johan was een zoon van Johan van Oostrum en Petronella Blockhoven van Jutphaas. Oma Maria was een dochter van Bruyn Spruyt van Kriekenbeek en Maria van Sonnevelt.

Voetnoten

Hierboven wordt het overlijdensbericht van Hillebrand van Udesheim (?-1682) weergegeven.¹³ De volledige tekst luidt: “xbris 27 pranob: Drúcis Hillebrandus van Udesheim Drús in de Leemkuijl pran. familix ieltimús cújus ad húc supersant arma in eclia sepultús propeschmnúm pastoris in Choro”. In mijn eigen woorden is Hillebrand van Udesheim op 27 december 1682 overleden in Oud-Zevenaar op landgoed de Leemkuil. Hij is begraven door de pastoor bij zijn familie in het koor van de kapel.

Voetnoten

Hierboven wordt de overlijdensakte van David van Stralen (1891-1964) weergegeven.¹⁴ Op 29 december 1964 verscheen Wilhelmus Claassen (±1942)¹⁵ voor de Ambtenaar van de Burgerlijke Stand om aangifte te doen van het overlijden van David. Wilhelmus was twee en twintig jaar oud, begrafenisondernemer van beroep en woonachtig te Nijmegen. Hij verklaarde dat David op 26 december 1964 om elf uur in de ochtend is overleden in de leeftijd van drie en zeventig jaar. Hij was zonder beroep, geboren te Dodewaard en woonachtig te Nijmegen. David was weduwnaar van Janna Mulder (1889-1958) en een zoon van wijlen de echtelieden Gerrit van Stralen (1851-1925) en Aaltje van Rhenes (1854-1936).

Voetnoten

Hierboven wordt de huwelijksakte van Jan Mulder (1876-1949) en Barta Maria van Ewijk (1885-1908) weergegeven.¹⁶ Op 14 december 1905 verscheen het aanstaande echtpaar voor de Ambtenaar van de Burgerlijke Stand van de Gemeente Lienden om een huwelijk aan te gaan.

Jan Mulder is negen en twintig jaar oud en arbeider van beroep. Hij was geboren en woonachtig te Lienden.¹⁷ Jan was de meerderjarige zoon van wijlen Jan Mulder (1844-1887) en Geurtje van Meerten (1856-1935).¹⁸ Geurtje was zonder beroep en woonachtig te Lienden.

Barta Maria van Ewijk was twintig jaar oud en zonder beroep. Zij was geboren en woonachtig te Lienden.¹⁹ Barta Maria was de minderjarige dochter van Wouter van Ewijk (1849-1918) en Antonia Maria van Meerten (1843-1907). Wouter was arbeider van beroep en Antonia Maria was zonder beroep. Het echtpaar woonde te Lienden.

Het aanstaande echtpaar heeft de volgende stukken overhandigd: (1) Het bewijs van voldoening aan de Wet op de Nationale Militie. (2 en 3) De geboorteakten van de comparanten. (4) De overlijdensakte van de vader van de bruidegom. De moeder van de bruidegom en de vader van de bruid waren aanwezig en verklaarden hun toestemming te geven tot dit huwelijk. De moeder van de bruid deed dat middels de vader van de bruid. De huwelijksafkondigingen hebben zonder stuiting plaats gehad op de twee afgelopen zondagen. Na de vragen van de ambtenaar gaven zij elkaar het ‘Ja’-woord.

Het echtpaar had vier getuigen meegebracht:

1. Willem Mulder (1857-1938)²⁰Hij was de jongere broer van Jan en na het overlijden van zijn broer getrouwd met Geurtje.[/nte], acht en veertig jaar oud, arbeider van beroep, woonachtig te Lienden en de stiefvader van de bruidegom.
2. Cornelis Blankestijn (±1853-), drie en zestig jaar oud, veldwachter van beroep en woonachtig te Lienden.
3. Arie Maters (1866-?), negen en dertig jaar oud, wagenmaker van beroep en woonachtig te Lienden.
4. Nicolaas van Stralen (1825-1911), een en tachtig jaar oud, planter van beroep en woonachtig te Dodewaard.

Voetnoten