Leven is zowel een geschenk als een recht

Iedereen heeft recht op leven, is de kernboodschap in de Week van het Leven, als reactie op de absurde wens abortus als recht te verklaren. Maar als leven een geschenk van God is, kunnen we dan zeggen dat we er recht op hebben? En een kritische vraag, misschien wat dichter bij huis: kunnen we ook spreken over recht op kinderen?

Ja, we hebben recht op leven. Dat is een mensenrecht dat God ons met het mens-zijn schonk. En we kunnen niet anders vaststellen dan dat dit recht geldt vanaf het moment van de samensmelting waarbij een nieuw mensje wordt gevormd. Een mens met het recht om geboren te worden.

Binnen de mensenrechten staat het begrip menselijke waardigheid centraal. Dit begrip is cruciaal als universeel moreel kader. Dat staat in onder meer het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. Artikel 1 beschrijft de menselijke waardigheid als onschendbaar. Artikel 2 wijst erop dat iedereen recht op leven heeft.

De ontwikkeling van de mensenrechten laat iets merkwaardigs zien. Menselijke waardigheid was eerst een universele waarde die voortvloeide uit de scheppingstheologie. Later wilde men wel vasthouden aan het morele kader van de menselijke waardigheid, maar vanwege de toenemende secularisatie níet langer meer aan de christelijke onderbouwing ervan.

Geestelijk én lichamelijk

Niettemin is het begrip menselijke waardigheid nog steeds een waarde die Europa samenbindt. Het blijft daarbij waardevol om oog te houden voor de christelijke onderbouwing. Die vult namelijk precies het tekort aan in het spreken in termen van recht. De christelijke onderbouwing van de menselijke waardigheid komt voort uit het geschapen zijn naar Gods beeld. Dit betekent onder meer dat de mens een geheel vormt, een eenheid die geestelijk én lichamelijk is. Ook het lichamelijk bestaan is gewild. Dat is overigens niet alleen een scheppingsgegeven; dat Christus ook lichamelijk is opgestaan, bevestigt de schepping. Als we zeggen dat God wil dat jij als persoon bestaat, zeggen we ook dat God wil dat jouw lichaam er is. We zijn bezielde lichamen ofwel belichaamde zielen. Dat verstevigt de christelijke onderbouwing van de bewering dat elk mens recht heeft op lichamelijk bestaan, ook het ongeboren leven.

Rechten bieden een beperkt perspectief. We hebben immers ook plichten. De priester en de Leviet die de gewonde man voorbijliepen, schonden waarschijnlijk niet zijn rechten. De Samaritaan erkende echter zijn morele plicht om barmhartig te handelen. Dit onthult de beperking van de taal van ”rechten”.

De beperkte werking van het recht én de rijkdom van de christelijke visie op een menswaardig omgaan met elkaar komen indringend naar voren in Micha 6:8: „Hij heeft u, mens, bekendgemaakt wat goed is. En wat vraagt de Heere van u anders dan recht te doen, goedertierenheid lief te hebben en ootmoedig te wandelen met uw God.”

Recht op een kind

Het recht op het krijgen van een kind is niet wettelijk vastgelegd. Toch meldt Amnesty International op haar website: „Iedereen heeft het recht om te kiezen al dan niet te trouwen, een gezin te stichten en te plannen, en te beslissen of en wanneer men kinderen wil.” Hebben we werkelijk recht op een kind? Die vraag komt op verschillende manieren op ons af. Bijvoorbeeld rond draagmoederschap. Het is een politieke vraag, omdat na de verkiezingen een nieuw samengestelde Tweede Kamer zich mag buigen over een vernieuwde wet. Maatschappelijk wordt de vraag versterkt door homoparen die een (deels) genetisch eigen kind willen. Daarnaast: hebben we bij alle vruchtbaarheidstechnieken niet –onbewust– de overtuiging dat we recht hebben op een kind? Is dit ook bij een techniek als ivf niet een vooronderstelde gedachte? Ik wil beslist niet voorbijgaan aan het diepe verdriet van kinderloosheid. Maar gaat de breed levende vooronderstelling dat we recht op een kind hebben de gereformeerde gezindte voorbij?

Door de ontwikkelingen van vruchtbaarheidstechnieken en draagmoederschap moeten we ons opnieuw oriënteren op het scheppingsmodel van man en vrouw. Het ”tot één vlees zijn” is verbonden aan een huwelijksrelatie. Vruchtbaarheidstechnieken moeten ten dienste staan van deze huwelijksinstelling. Daarbij noemt de Bijbel het ontvangen van kinderen dikwijls een zegen, al wordt dit door ouders om allerlei redenen niet altijd zo ervaren. Zo ging het in het eerste gezin van de Bijbel tussen de eerste broers, Kaïn en Abel, al gruwelijk mis. Bovendien is het God die mensen de kinderzegen ook kan onthouden. God openbaart Zich als Degene Die de baarmoeder opent en sluit!

Niet op te eisen

Denken in termen van recht hebben schuurt met de overtuiging van het geschenkkarakter van het leven. In de vraagstukken rond een (gezond) kind geldt een andere benaderingswijze dan in de taal van de rechten. Het leven is niet op te eisen. Ook gezondheid is niet op te eisen. Wie zou je daar trouwens op moeten aanspreken?

Richting het leven en een gezond leven legt het christelijk perspectief een andere houding voor dan die bij opeisbaar recht hoort. Een houding van ontvankelijk zijn, ook voor het ongevraagde. Het leven is niet op te eisen, maar een geschenk van onze goede God. En juist daarom is leven –als het er eenmaal is– toch een recht!

Dit artikel is met toestemming van de auteur overgenomen uit het Reformatorisch Dagblad. De volledige bronvermelding luidt: Alderliesten, A., 2023, Leven is zowel een geschenk als een recht, Reformatorisch Dagblad 53 (188): 32-33 (artikel).

Debat ‘Abortus: een mensenrecht?’ met Rob Jetten (D66) en Maaike Rosendal (CCBR)

Op 6 november 2023 gingen Rob Jetten (D66) en Maaike Rosendal (CCBR) met elkaar in gesprek over abortus tijdens een NPV-avond in het kader van de Week van het Leven. Beide sprekers zochten naar gemeenschappelijke grond, maar vertelden elkaar ook wat hun uitgangspunten zijn. Het werd een respectvolle avond waarin de morele discussie over abortus een zeldzame focus werd. Zo werd het duidelijk dat er ook grote verschillen zijn. Rosendal hield vast aan de aanname dat ieder menselijk leven begint bij de bevruchting, terwijl Jetten verduidelijkte dat de vrouw gedurende de hele zwangerschap baas is over haar eigen buik. Diederik van Dijk, directeur NPV – Zorg voor het Leven opende de avond en Frans de Koeijer trad op als presentator en gespreksleider.

Met dank aan de Nederlandse Patiëntenvereniging (NPV) delen we dit debat hieronder:

Parenteel van Bart van Meerten (±1720-1777) en Margareta Maria Hiemers (±1720-1782)

Bart van Meerten werd rond 1720 geboren te Ingen als zoon van Peter van Meerten (1682-?) en Jantje van Lienden (1792-?). Hij is overleden in augustus 1777 te Amsterdam.1 Hij trouwde op 19 januari 17592 te Amsterdam3 met Margareta Maria Hiemers4. Margareta Maria Hiemers werd rond 1720 te ? geboren als dochter van ? Hiemers (?-?) en ? (?-?). Zij is overleden in juni 1782 te Amsterdam.5

Kinderen

Uit dit huwelijk werden de volgende vier kinderen geboren:

  1. Peter van Meerten. Hij werd geboren in april1760 te Amsterdam6 en overleed in april 1760 te Amsterdam.7
  2. Anna Maria van Meerten. Zij werd geboren in het jaar 1762 te Amsterdam en overleed in februari 1762 te Amsterdam.8
  3. Johannes van Meerten. Hij werd geboren in april 1763 te Amsterdam9 en het is de auteur (nog) onbekend wanneer hij is overleden.10
  4. Peter van Meerten. Hij werd geboren in oktober 1765 te Amsterdam11 en overleed in december 1765.12

Meer informatie over dit echtpaar

Dit parenteel wordt nog verder compleet gemaakt. Hieronder volgen tijdelijk de linkjes naar artikelen op deze website die onder meer dit echtpaar vermelden. Later, als de Heere leven geeft, willen we dit omwerken tot een overzichtelijk en leesbaar geheel.

Voetnoten

Hongaarse christenen zijn niet naïef over Orbán

Het getuigt van weinig kennis van zaken wanneer je Hongaarse christenen scherp veroordeelt vanwege hun steun aan minister-president Viktor Orbán.

Ad de Bruijne, hoogleraar aan de Theologische Universiteit Utrecht, schreef een scherpe column over de Hongaarse minister-president Viktor Orbán (ND, 24 oktober). Tegelijkertijd krijgen de Hongaarse Gereformeerde Kerk én Nederlandse kerken en organisaties die daarmee relaties onderhouden ook een veeg uit de pan: doordat zij ‘het ketterse Hongaarse christelijk-nationalisme met de stroopkwast tegemoet treden’, zijn ze ‘mee schuldig aan het smoren van profetische tegenspraak’.

Ik woon al bijna twintig jaar in Hongarije en doceer aan een verwante universiteit van de opleiding waar De Bruijne hoogleraar is, namelijk de gereformeerde theologische academie in Pápa. Ik ben dus ongetwijfeld bevooroordeeld, maar tegelijk meen ik wel over enige feitelijke kennis van zaken te beschikken en neem ik dagelijks kennis van in het Hongaars geschreven bronnen. Vanuit die achtergrond veroorloof ik mij enkele kritische kanttekeningen bij De Bruijnes profetisch getoonzette taxatie en bijbehorend appèl.

Versimpeling

Ik ga nu voorbij aan de voorbeelden die De Bruijne aanvoert om te staven dat Orbán personen en kerken die zich in het kamp van zijn tegenstanders bevinden, het leven zuur, zo niet onmogelijk maakt. Die zijn in zijn ogen profetisch, maar hij maakt niet duidelijk waarom. Hij beweert slechts. Ik zou bij elk voorbeeld op z’n minst nuanceringen, maar ook regelrechte tegenspraak kunnen aanvoeren en de geschetste ‘feiten’ kunnen ontkrachten, maar dat vergt een apart artikel. Zo gaat dat vaker als mensen op afstand hun oordeel geven over situaties elders in de wereld. Als Hongaren over de situatie in Nederland schrijven, zie ik soms eenzelfde soort versimpelingen en misverstanden naar voren komen.

Ik praat er graag nog eens met De Bruijne over door. Maar die afstand had De Bruijne wel wat voorzichtiger mogen maken in zijn oordeel over Hongaarse gereformeerde christenen die hun minister-president steunen. Zeker als hij ook nog eens Nederlandse christenen kapittelt die relaties onderhouden met personen en gemeenten binnen de Hongaarse Gereformeerde Kerk.

Overigens behoort De Bruijnes eigen Theologische Universiteit Utrecht daar ook toe. Mij is nog geen publiek profetisch protest van die zijde ter ore gekomen.

Verraad

Ik concentreer me nu op de kern van zijn betoog: Orbán heeft door zijn bezoek aan Peking en zijn vriendelijke bejegening aldaar van Xi Jinping en Poetin Oekraïens bloed aan zijn handen gekregen. Hij heeft verraad gepleegd.

Een paar kanttekeningen. Hoe je verder ook denkt over de oorlog in Oekraïne, de westerse simplificering als zou Rusland alleen maar slecht zijn en Oekraïne alleen maar goed, behoeft op z’n minst nuancering. Dit conflict is al sinds 2014 aan de gang. Een door de Verenigde Staten financieel gesteunde staatsgreep in dat jaar werd niet geaccepteerd door de voornamelijk etnisch Russische bevolking in het oosten van het land.

Vervolgens trad het Oekraïense leger op tegen die afvallige regio’s. Daarbij vielen tienduizenden burgerdoden. Oekraïne ondertekende twee keer een akkoord in Minsk waarin bepaalde vormen van autonomie beloofd werden aan de oostelijke provincies. Helaas bleek later dat Oekraïne niet van plan was om zich aan die verdragen te houden. Ze waren bedoeld om tijd te winnen en met behulp van training door de NAVO hun leger te versterken.

Agressors

Ik heb geen enkele behoefte om Rusland vrij te pleiten. De Russen zijn de agressors, en dat is tegen het internationale recht. Punt. Maar Rusland heeft wel degelijk een punt als het geen NAVO-land aan zijn grens wil hebben en als het genoeg heeft van het militaire geweld tegen etnische Russen in Oekraïne. Dan heb ik het nog niet eens over de rol van de Verenigde Staten die deze oorlog kennelijk ziet als een manier om Rusland te bestrijden: met het bloed van Oekraïners vechten ‘wij’ tegen Rusland.

Het gaat mij er nu niet primair om wie er wel of niet gelijk heeft. Mijn punt is alleen dat er in een dergelijk internationaal conflict aan allerlei kanten pijnpunten zijn en belangen meespelen. Vaak is de waarheid in dit soort conflicten alleen maar na afloop, jaren later, te achterhalen. Om in een dergelijk politiek spanningsveld als christen rücksichtlos voor de één en tegen de ander te kiezen, zonder ook maar bereid te zijn om in ieder geval op zijn minst te luisteren naar beide partijen, is een gevaarlijke zaak.

Groot verlies

Viktor Orbán weet wat hier op het spel staat. In deze oorlog sneuvelen namelijk ook Hongaren. Immers, Oekraïne heeft een etnisch Hongaarse minderheid die vóór 2022 uit ongeveer 150.000 tot 200.000 mensen bestond. Hongarije verliest dagelijks eigen mensen. Aan het front is het aantal gesneuvelden onvoorstelbaar groot.

Hoe eerder deze oorlog stopt, hoe meer mensenlevens gered worden. Samen met paus Franciscus is Orbán het enige staatshoofd dat oproept tot een wapenstilstand en daarna een diplomatieke oplossing. Dat is de moeilijke weg. Het is gemakkelijker om de illusie hoog te houden dat er, als we nog maar wat meer wapens leveren, vrede zal komen.

Intussen geeft Hongarije actief hulp aan Oekraïne. Er gaat medische apparatuur naar Oekraïense ziekenhuizen. Vluchtelingen worden opgevangen. Er wordt Oekraïenstalig onderwijs opgezet voor vluchtelingenkinderen. En dat allemaal ondanks het feit dat de Hongaarse minderheid in Oekraïne steeds meer gediscrimineerd wordt.

Positie bepalen

Ik zou zeggen: als er in Europa een politieke leider is aan wiens handen geen Oekraïens bloed kleeft, dan is dat Orbán. Als minister-president een positie bepalen in internationale politieke conflicten, daarbij het goede voor eigen land voor ogen houden, maar ook de belangen van anderen niet met voeten treden, is niet simpel.

Inderdaad, hij praat zowel met Zelensky als met Poetin. Maar het is wel een rare gedachtekronkel om dan te zeggen dat er door Poetin te ontmoeten, bloed van Oekraïners aan zijn handen kleeft. Diplomatie betekent dat je praat. Ook met je tegenstander. Of beter: juist met je tegenstander. Dat is altijd zo geweest. Zelfs tijdens de meest kille episoden van de Koude Oorlog.

Een iets minder hoge toon vanuit ‘de Europese waardengemeenschap’ zou passend zijn. Laten christenen in Nederland vooral ook contact blijven oefenen met hun Hongaarse geloofsgenoten. Om van hen te leren en hen indien nodig ook te bevragen, zoals zij hun Nederlandse medechristenen ook zullen bevragen. En om intussen de oproep van de apostel Paulus aan zijn medewerker Timotheüs ter harte te nemen ook voor ‘koningen en hooggeplaatsten’ te bidden.

Dit artikel is met toestemming van de auteurs overgenomen uit het Nederlands Dagblad. De volledige bronvermelding luidt: Doedens, J., 2023, Hongaarse christenen zijn niet naïef over Orbán, Nederlands Dagblad 80 (21.515): 14-15 (artikel).

Dino’s in de Arnhemse dierentuin

Dinosauriërs spreken tot de verbeelding. Al jong kunnen kinderen helemaal weg zijn van deze imposante dieren. Zet dinosauriërs in bij een actie voor kinderen en je hebt gegarandeerd succes. En terecht! Veel van deze beesten zijn om van onder de indruk te raken. Het zijn indrukwekkende hoofdstukken uit het Scheppingsboek van onze Schepper. Afgelopen maand (oktober 2018) pakte de Arnhemse dierentuin Burgers’ Zoo ook uit met haar dino’s.1 Gisterenmiddag (25 oktober 2018) bezocht ik deze dierentuin om te kijken hoe er over de dino’s gesproken wordt.

Variatie

In Burgers’ Zoo worden de volgende dinosauriërs weergegeven: Brachiosaurus, Pachycephalosaurus, Ankylosaurus, Kosmoceratops, Tochisaurus, Therizinosaurus, Spinosaurus, Triceratops, Herrerasaurus, Stegosaurus, Velociraptor, Dromaeosaurus, Baryonyx, Tyrannosaurus, Dilophosaurus, Cryolophosaurus, Oviraptor, Carnotaurus, Shunosaurus en de Wuerhosaurus. Daarnaast zijn er enkele soorten die geen dinosauriërs zijn, namelijk de Pterodactylus, Dimetrodon, Confuciusornis en de Plesiosaurus. Hierdoor leren de kinderen bekende dinosauriërsoorten beter kennen. Al worden er in de dierentuin slechts een tiental dinosauriërs tentoongesteld, de kinderen krijgen wel een indruk van de rijke variatie die er onder de dino’s geweest is. Zo zien ze de verschillende variaties binnen het basistype van de tyrannosaurus. Ze komen daardoor meer onder de indruk van de Schepper en Zijn schepping. Vanuit het oergenoom kwam een rijke schakering aan eigenschappen tot uitdrukking. De dierentuin wil ook spannend avontuur bieden aan de kinderen en laat hen daarom ‘Gigantisch apenkooien tussen de dino’s’. Leuk om de kinderen daarmee bezig te zien. De reconstructies van de dinosauriërs zijn vermoedelijk afkomstig uit de tentoonstelling World of dino’s, die afgelopen zomer in de jaarbeurshallen gehouden werd.

Veren

In de dierentuin krijgt de Velociraptor mongoliensis veren op zijn kop. Bij dit beest is er geen direct bewijsmateriaal dat het dier veren heeft gehad.2 We moeten echter voorzichtig zijn en zolang er geen veren gevonden zijn ze niet op deze beesten plakken. Als ze wel gevonden worden (iets wat bij de velociraptor zeer goed mogelijk of zelfs waarschijnlijk is), moeten we niet langer in de ontkenningsfase blijven zitten maar de gegevens accepteren. Er worden verschillende dinosauriërs met veren gevonden, daar hoeven we niet om heen te draaien, maar als ze (nog) niet zijn gevonden moeten we ze er ook niet opplakken. Het feit dat sommige dinosauriërs veren hebben gehad zegt overigens niets over een mogelijke afstamming van vogels van dino’s. Er bestaat een discontinuïteit tussen de verschillende vogelgroepen enerzijds en de verschillende dinosauriërgroepen anderzijds.3 Gelukkig wordt de Tyranosaurus rex in deze dierentuin niet uitgebeeld met veren. De Dromaeosaurus albertensis krijgt in de dierentuin een harige vacht, terwijl het beest in andere reconstructies juist veren heeft.4 Het blijkt daarmee niet altijd even gemakkelijk om een waarheidsgetrouwe reconstructie te maken. Wees daarom voorzichtig met reconstructies en zie ze vooral niet als feitelijke weergave.

Volgens Burgers’ Zoo stammen de vogels overigens wel van de dinosauriërs af. Er wordt op het bordje bij de oervogel Confuciusornis geschreven dat ‘deze oer-vogel een afstammeling is van de dino’s. De hedendaagse vogels zijn heel nauw verwant aan dino’s.’ Hierboven verwees ik al naar de studie van McLain et al. dat laat zien dat er sprake is van discontinuïteit tussen de dinogroepen en de vogelgroepen.5 Hier presenteert de dierentuin een naturalistische vooronderstelling als feit. Tegenover onze kinderen is dat misleidend. Overigens laat de reconstructie ook hier te wensen over. We zien als reconstructie een megavogel met een spanwijdte van meer dan twee meter en een hoogte van op zijn minst 1,5 meter. Terwijl de Confuciusornis in werkelijkheid een spanwijdte van rond de 1 meter had en niet meer dan 1 kilo woog. Is de reconstructie bewust zo gemaakt om het voor kinderen aannemelijker te maken dat vogels afstammen van dino’s?

Opgravingen in de woestijn

In deze tijdelijke tentoonstelling vinden we geen verwijzing naar de naturalistische miljoenen jaren. Wel worden kinderen indirect met het naturalistische wereldbeeld geconfronteerd. Op het bordje bij de Dimetrodon staat bijvoorbeeld dat dit beest leefde ‘voor de tijd van de dinosauriërs’. Met de huidige kennis was het beter te zeggen dat dit beest niet voorkwam in het leefgebied van de dinosauriërs of dat de resten van dit beest (nog) niet samen gevonden zijn met de resten van de dinosauriërs. Er wordt op de bordjes bij de dinosauriërs ook gesproken over ‘tijdperk’ met erachter bijvoorbeeld ‘Laat-Krijt’. Als je voor ‘tijdperk’ en ander woord in gedachten houdt zoals ‘leefgebied’ of ‘aardlaag’ is er niets aan de hand. Dat ligt anders in het woestijnecosysteem van Burgers’ Zoo. Daar vinden we, in de hoek van het gebouw, de opgraving van een schedel van een Tyrannosaurus rex in de Amerikaanse woestijn. Het bord bij deze opgraving luidt als volgt: “De dinosaurus Tyrannosaurus rex leefde 70-65 miljoen jaar geleden in het gebied dat vandaag het Westen van de Verenigde Staten is. (…) Nog veel ouder zijn de stukken van versteende boomstronken aan de andere kant van het pad. Ze zijn van naaldbomen die 250-200 miljoen jaar geleden in Noord-Arizona groeiden. (…)” Deze jaartallen worden sterk in twijfel getrokken door creationisten. Allereerst worden er in dinosauriërsbotten zacht weefsel en eiwitten gevonden die onmogelijk miljoenen jaren bewaard kunnen blijven.6 Ten tweede zijn radiometrische dateringsmethoden niet betrouwbaar als het gaat om absolute leeftijden.7 Door deze tekst worden onze kinderen (maar ook hun ouders en/of opvoeders) op en dwaalspoor gezet.

We moedigen kinderen aan deze dino’s, waar ook tentoongesteld, te bekijken en er veel over te lezen. Er ligt daarbij een taak voor de ouders om met de kinderen de feiten te scheiden van de naturalistische interpretatie. Dinosauriërs zijn indrukwekkende dieren. Hoofdstukken in Gods scheppingswerk. Daar mogen wij van genieten en onder de indruk van zijn.8 Naturalistische natuurfilosofie is echter schadelijk voor onze kinderen en zorgt ervoor dat verwondering kan omslaan in ongeloof.

Voetnoten

Geoloog mag (toch wel) onderzoek doen in Grand Canyon

Stel je voor, je bent geoloog. Je wilt onderzoek doen naar hoe een bepaalde aardlaag gevormd is. Je wilt monsters nemen om die in het laboratorium te onderzoeken. Maar op grond van je levensbeschouwing wordt je geweerd van het onderzoeksterrein. Dat zou toch discriminerend zijn? Het overkwam geoloog dr. Andrew Snelling. Hij liet er geen gras over groeien en stapte met behulp van Alliance Defending Freedom (ADF) naar de rechter. Gelukkig heeft de zaak een wending genomen: Snelling mag gewoon gesteentemonsters nemen.1

ADF bracht sterke argumenten aan het licht dat Snelling geweerd werd om zijn religieuze (lees: creationistische) overtuigingen. Toen ADF dit aan de kaak stelde en een verzoek tot een rechtszaak indiende hebben Grand Canyon National Park en het departement van binnenlandse zaken alsnog de vergunning afgegeven. Dr. Snelling zijn mag vuistgrote monsters verzamelen. In de brief van de Park Service aan ADF stond dat de verleners van de vergunning van GRCA het voorstel en de methoden van dr. Snelling goedgekeurd hebben als zijnde in overeenstemming met de gangbare wetenschappelijke praktijk. Als reactie daarop heeft ADF haar verzoek tot een rechtszaak bij de federale rechtbank ingetrokken. Snelling is blij: ‘Ik ben blij dat het onderzoeksteam van de Grand Canyon de kwaliteit en de integriteit van mijn voorgestelde onderzoeksproject hebben erkend en de gewenste vergunningen voor het doen van onderzoek hebben afgegeven. Nu kan ik beginnen met het verzamelen van diverse monsters van gesteenten in het park, onderzoek doen naar de monsters en in het openbaar verslag leggen van de resultaten ten gunste van ons allemaal.’ Het onderzoeksproject van dr. Snelling start deze zomer nog en spitst zich toe op de plooien van enkele aardlagen in de Grand Canyon. De geleerde vermoedt dat de lagen nog zacht waren toen ze plooiden. We wachten de onderzoeksresultaten af om te kijken of de voorspelling van Snelling juist is. De wetenschapper verwacht dat de onderzoeksresultaten in ieder geval tot een debat zullen leiden.2

Dit artikel werd in 2017 geschreven.

PERSBERICHT: Nieuw geval van discriminatie in academische kring: christengeoloog mag geen onderzoek doen in Grand Canyon

De Bilt – Een prominent Amerikaans geoloog is vanwege zijn religieuze overtuiging toestemming geweigerd om onderzoek te doen in de Grand Canyon. Daarom heeft Alliance Defending Freedom (ADF) op 9 mei jl. een rechtszaak aangespannen. De wetenschapper in kwestie, dr. Andrew Snelling, geeft aan dat zijn vrijheden als wetenschapper en burger zijn geschonden. Door Grand Canyon National Park (GCNP) werd de geoloog vanwege zijn religieuze overtuiging tweemaal een vergunning geweigerd om wetenschappelijk onderzoek te doen naar het ontstaan van aardlagen in de Canyon. Logos Instituut is verontrust over de verdere inperking van de academische en religieuze vrijheden in de Verenigde Staten en ziet parallellen met de onrust in academische kringen in Nederland en het verzoek vanuit de Tweede Kamer aan de KNAW om onderzoek te doen naar inperking van die vrijheid.

Discriminatie

Volgens de advocaten van ADF is dit een duidelijk geval van discriminatie tegen Snelling. De problemen begonnen in 2013. Snelling volgde toen de officiële procedure die geldt voor het indienen van een onderzoeksvoorstel, dat puur draaide om toestemming om ter plekke onderzoek te doen, niet om financiële tegemoetkoming. Dat onderzoeksvoorstel werd daarna bekeken door enkele personen. Helaas besteedden de reviewers nauwelijks tijd aan de inhoud van het onderzoeksvoorstel maar des te meer aan de religieuze overtuigingen van Snelling. Vanwege deze religieuze overtuigingen werd dit voorstel uiteindelijk verworpen. In 2016 vroeg Snelling opnieuw een vergunning aan. Nu werd de procedure ernstig vertraagd en daarmee werden de kosten van het onderzoek flink opgeschroefd, met uiteindelijk een afwijzing tot gevolg. Er zijn volgens ADF geen gronden voor de weigering van dit voorstel. Uit documenten van het park blijkt bovendien dat geen enkele andere wetenschapper dergelijke belemmeringen ervaren heeft. Volgens ADF en Snelling zouden christenen niet behandeld moeten worden als tweederangsburgers en christengeologen zouden net zoals iedere andere geoloog de vrijheid moeten krijgen om onderzoek te doen.

Commentaar Logos

Logos Instituut, een Nederlandse organisatie die zich bezighoudt met vragen rond geloof en wetenschap, is zeer bezorgd over deze ontwikkeling. Jan van Meerten van Logos Instituut: “Academische vrijheid houdt in dat een wetenschapper ongeacht levensbeschouwing, huidskleur of politieke of religieuze voorkeur onderzoek mag doen. Ook in ons land staat dit onderwerp gelukkig nadrukkelijk op de agenda. Dit jaar nog werd hierover een motie ingediend door twee leden van onze Tweede Kamer. De motie riep de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) op om te onderzoeken of academische vrijheid in het geding is in Nederland. De indieners zijn van mening dat de vrije wetenschap nooit gehinderd mag worden door verschillen in morele of politieke meningen. Een voorval als dat van dr. Snelling zou in het onderzoeksrapport van KNAW donkerrood kleuren.

Academische vrijheid

Een van de verzoeken die Snelling had gedaan, was om ongeveer 40 monsters te mogen nemen op diverse locaties in de Grand Canyon. Snelling wilde de monsters nemen bij plooien in de Canyon om te onderzoeken hoe deze lagen ontstaan zijn. Waren ze nog zacht toen ze plooiden en hoe zou dit dan passen binnen een veronderstelde periode van 450 miljoen jaar? Maar het onderzoek van dr. Snelling werd kennelijk gezien als een bedreiging voor de naturalistische gedachte dat de aardlagen in deze Canyon ontstaan zouden zijn in een periode van miljoenen jaren.

Snelling geeft aan dat het in deze zaak allemaal draait om de van vrijheid van een wetenschapper: “Om wetenschap te bedrijven zonder dat het een religieuze lakmoesproef moet doorstaan. De monsters uit GCNP, die ik niet mag nemen, zullen worden onderworpen aan een standaard verwerking in het lab op een wijze zoals een wetenschapper die zou uitvoeren. De resultaten zullen in een algemeen toegankelijk publicatiemedium worden gerapporteerd. Alle wetenschappers zullen op grond hiervan dus hun eigen conclusies kunnen trekken, of ze het nu wel of niet eens zijn met mijn levensbeschouwelijke interpretatie van de geschiedenis van de aarde.

Bronnen:
(1) https://adflegal.blob.core.windows.net/web-content-dev/docs/default-source/documents/case-documents/snelling-v.-united-states-department-of-interior/snelling-v-united-states-department-of-interior—complaint.pdf?sfvrsn=4
(2) https://answersingenesis.org/about/press/2017/05/09/discrimination-lawsuit-filed-christian-geologist-grand-canyon/
(3) https://oorsprong.info/motie-voor-vrije-wetenschap-duisenberg-en-straus-dienen-een-motie-in-om-academische-vrijheid-te-bevorderen/

Dit persbericht werd in 2017 verstuurd.

Motie voor vrije wetenschap – Duisenberg en Straus dienen een motie in om academische vrijheid te bevorderen

Op 2 februari 2017 werd er een bijzondere motie voorgesteld aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal.1 Deze motie heeft wel wat weg van de creationistische oproep, van de onlangs opgeheven stichting De Oude Wereld, voor ‘Fair Science’ enkele jaren geleden.2 De auteurs van de motie, drs. Pieter Duisenberg3 en drs. Karin Straus4, zijn Tweede Kamerleden van de VVD-fractie.

Duisenberg en Straus roepen op tot vrije wetenschap. De indieners zijn “van mening dat de vrije wetenschap nooit gehinderd mag worden door verschillen in morele of politieke meningen”. Dat is een verademing voor creationisten om te horen. Creationisten en Intelligent-Design-aanhangers worden vaak voor ‘rotte vis’ uitgemaakt en het kan tot carrièreschade leiden je positief uit te laten over creationistische standpunten.5 Waarschijnlijk hebben de indieners de motie niet bedoeld als steuntje in de rug voor creationisten. Toch kunnen we de oproep tot het bedrijven van vrije wetenschap, ongeacht de verschillende politieke en morele (en ook levensbeschouwelijke) verschillen, wel zo zien. Als er vrij wetenschap bedreven kan worden dan zullen sommige (al dan niet creationistische) inzichten sneller geaccepteerd worden en wordt de wetenschap bevrijd van een dogmatisch naturalistisch keurslijf.6

Als laatste verzoeken de indieners ”de regering om, een nadere beschouwing en advies te vragen aan de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) of zelfcensuur en beperking van diversiteit van perspectieven in de wetenschap in Nederland een rol spelen, en met aanbevelingen te komen hoe te allen tijde het vrije woord binnen de wetenschappelijke waarheidsvinding de ruimte zou moeten krijgen.” We zien uit naar het rapport en de aanbevelingen van de KNAW.7

Dit artikel werd in 2017 geschreven.

‘The Credibility of Creation’ – Dr. Don Batten gaf in 2013 een lezing aan de Wageningen Universiteit

In mei 2013 gaf de Australische wetenschapper dr. Don Batten een lezing aan de Wageningen University. De titel van zijn lezing was ‘The Credibility of Creation‘. Deze lezing is met dank aan Geloofstoerusting opgenomen en op hun YouTube-kanaal geplaatst. De lezing is hieronder te bekijken, de video is alleen te volgen als u de Engelse taal machtig bent.

Witgatjes

Menigeen zal zich bij deze foto achter de oren krabben. Toch niet echt scherp? Maar ik geef het de beste stuurlui aan wal te doen deze vogel (bij zwaar bewolkt weer) te fotograferen. Witgatjes, middelgrote steltlopers, broeden niet in ons land. Het zijn doortrekkers. Tijdens de voorjaars-of najaarstrek zijn ze te vinden in moerassen, kleine plasjes en langs de oevers van rivieren, slootjes, beken en meren. Ze zoeken hun voedsel op slik en in ondiep water.

Witgatjes zien mij vrijwel altijd eerder dan ik hen en dan maken ze zich heel snel uit de voeten. Maar op 24 oktober trof ik het. Ik fietste over de Waalbandijk bij Eldik (Ochten). Zag binnendijks een Grote Zilverreiger. De Waalbandijk afgeslopen daar ik wilde weten of de Zilverreiger geringd was. Toen zag ik ook een donkere steltloper. Nu was het helemaal sluipen geblazen. Helaas hoog prikkeldraad versperde mijn weg en tijdens het ongedekt verder lopen vlogen ineens drie Witgatjes weg! Duidelijk herkenbaar aan hun opvallend witte stuit en staartbasis. Ze keerden me dus niet de rug toe, maar toonden me hun wit gatje. Tevens was het geluid kjuwiét… wiét-wiét onmiskenbaar.

Vogelbescherming vermeldt: Najaarstrek van juni-half september. Trekt vooral ’s nachts. Nu door mij gezien op 24 oktober! Wordt echter meer in oktober waargenomen, zo leert waarneming.nl: 23 oktober 61 waarnemingen (33 locaties), 24 oktober 26 (14 locaties), 25 oktober 20 (13 locaties). Maar drie vogels bij elkaar dat gebeurt niet vaak. Hoog tijd om deze waarneming in te voeren op waarneming.nl!

Dit artikel is met toestemming van de auteur overgenomen uit Het GemeenteNieuws. De volledige bronvermelding luidt: Kooij, H. van der, 2023, Witgatjes, Het GemeenteNieuws 22 (44): 13.