Home » Dinosaurussen

Categorie archieven: Dinosaurussen

Dinosauriërs bezien vanuit het scheppingsparadigma – Dr. Matt McLain in zesdelige serie van ‘Center for Thinking Biblically’

Dr. Matthew A. McLain is een paleontoloog die het klassieke scheppingsgeloof uitdraagt en meent dat dit scheppingsgeloof ook gevolgen heeft voor de wetenschappelijke kijk op de werkelijkheid. McLain promoveerde in 2016 aan de Loma Linda University op een proefschrift met als titel ‘Taphonomy of a Lance Formation (Maastrichtian, WY) Dinosaur Bonebed with a Focus on Tooth Traces’.1 McLain vertegenwoordigt een nieuwe generatie creationisten en heeft gedegen onderwijs genoten van zijn leermeesters dr. Leonard R. Brand en dr. Arthur V. Chadwick. Momenteel is hij Associate Professor of Biology and Geology aan The Master’s University in Santa Clarita (Californië). We hebben, met Fundamentum, deze geleerde op het congres ‘Bijbel & Wetenschap 2022’ een lezing laten geven over de zogenoemde zoogdierachtige reptielen (mammal-like reptiles of synapsids).2 Begin 2022 sprak hij voor ‘Center for Thinking Biblically’ in een zesdelige korte serie over dinosauriërs.3 Deze serie is sinds het einde van 2023 door Stichting Logos Instituut ook in het Nederlands ondertiteld. Hieronder ziet u eerst de trailer (die helaas (nog?) niet is ondertiteld) en daarna een korte beschrijving van de serie met tenslotte een verwijzing.4

Inhoudelijk

In de serie wil dr. Matthew A. McLain een creationistische invulling geven van het onderwerp dinosauriërs. Deze beesten passen goed binnen het scheppingsparadigma en zijn zeker niet in strijd met het klassieke scheppingsgeloof. Wetenschap kan ons helpen om details in te vullen en zo te komen tot een gedetailleerd scheppingsparadigma. In het eerste deel van deze serie bespreekt dr. McLain de vraag waarom naturalisten en creationisten anders denken over dinosauriërs. In het tweede deel gaat de paleontoloog in op de vraag hoe we bekend zijn geworden met dinosauriërs en geeft hij fysiek (paleontologisch) en historisch bewijsmateriaal. In het derde deel van deze serie bestudeert McLain wat wél en wat géén dinosaurus is. Welke soorten vallen wél onder dinosauriërs en welke soorten niet. Hij vervolgt dit in het vierde deel als hij kijkt naar de classificatie van dinosauriërs zelf. Welke geschapen groepen (baramin) zijn er te vormen binnen de dinosauriërs. In het vijfde deel bespreekt de geleerde het vraagstuk dat door naturalisten wordt opgeworpen, namelijk de gedachte dat de hedendaagse vogels dinosauriërs als gemeenschappelijke voorouder hebben. Hoe reageren creationisten hierop? Tenslotte gaat dr. McLain in de zesde aflevering in op de vraag hoe dinosauriërs zijn uitgestorven en neemt hij het naturalistische én creationistische verhaal nog eens samenvattend door.

Praktisch

Origineel is de serie opgenomen door ‘Center for Thinking Biblically’. De serie heeft een speelduur van 1:30:29 minuten. Dat wil zeggen dat er in anderhalf uur veel te leren is over dinosauriërs. De Nederlandse vertaling is verzorgd door ‘Stichting Logos Instituut’. Op ‘Center for Thinking Biblically’ is daarvoor een speciale landingspagina aangemaakt. Deze pagina, waarop ook de video’s te zien zijn, is via de link hieronder te raadplegen. Veel zegen bij het kijken en luisteren.

https://thinkbiblically.org/series/bijbels-denken-over-dinosauriers/.

Voetnoten

Dino’s in de Arnhemse dierentuin

Dinosauriërs spreken tot de verbeelding. Al jong kunnen kinderen helemaal weg zijn van deze imposante dieren. Zet dinosauriërs in bij een actie voor kinderen en je hebt gegarandeerd succes. En terecht! Veel van deze beesten zijn om van onder de indruk te raken. Het zijn indrukwekkende hoofdstukken uit het Scheppingsboek van onze Schepper. Afgelopen maand (oktober 2018) pakte de Arnhemse dierentuin Burgers’ Zoo ook uit met haar dino’s.1 Gisterenmiddag (25 oktober 2018) bezocht ik deze dierentuin om te kijken hoe er over de dino’s gesproken wordt.

Variatie

In Burgers’ Zoo worden de volgende dinosauriërs weergegeven: Brachiosaurus, Pachycephalosaurus, Ankylosaurus, Kosmoceratops, Tochisaurus, Therizinosaurus, Spinosaurus, Triceratops, Herrerasaurus, Stegosaurus, Velociraptor, Dromaeosaurus, Baryonyx, Tyrannosaurus, Dilophosaurus, Cryolophosaurus, Oviraptor, Carnotaurus, Shunosaurus en de Wuerhosaurus. Daarnaast zijn er enkele soorten die geen dinosauriërs zijn, namelijk de Pterodactylus, Dimetrodon, Confuciusornis en de Plesiosaurus. Hierdoor leren de kinderen bekende dinosauriërsoorten beter kennen. Al worden er in de dierentuin slechts een tiental dinosauriërs tentoongesteld, de kinderen krijgen wel een indruk van de rijke variatie die er onder de dino’s geweest is. Zo zien ze de verschillende variaties binnen het basistype van de tyrannosaurus. Ze komen daardoor meer onder de indruk van de Schepper en Zijn schepping. Vanuit het oergenoom kwam een rijke schakering aan eigenschappen tot uitdrukking. De dierentuin wil ook spannend avontuur bieden aan de kinderen en laat hen daarom ‘Gigantisch apenkooien tussen de dino’s’. Leuk om de kinderen daarmee bezig te zien. De reconstructies van de dinosauriërs zijn vermoedelijk afkomstig uit de tentoonstelling World of dino’s, die afgelopen zomer in de jaarbeurshallen gehouden werd.

Veren

In de dierentuin krijgt de Velociraptor mongoliensis veren op zijn kop. Bij dit beest is er geen direct bewijsmateriaal dat het dier veren heeft gehad.2 We moeten echter voorzichtig zijn en zolang er geen veren gevonden zijn ze niet op deze beesten plakken. Als ze wel gevonden worden (iets wat bij de velociraptor zeer goed mogelijk of zelfs waarschijnlijk is), moeten we niet langer in de ontkenningsfase blijven zitten maar de gegevens accepteren. Er worden verschillende dinosauriërs met veren gevonden, daar hoeven we niet om heen te draaien, maar als ze (nog) niet zijn gevonden moeten we ze er ook niet opplakken. Het feit dat sommige dinosauriërs veren hebben gehad zegt overigens niets over een mogelijke afstamming van vogels van dino’s. Er bestaat een discontinuïteit tussen de verschillende vogelgroepen enerzijds en de verschillende dinosauriërgroepen anderzijds.3 Gelukkig wordt de Tyranosaurus rex in deze dierentuin niet uitgebeeld met veren. De Dromaeosaurus albertensis krijgt in de dierentuin een harige vacht, terwijl het beest in andere reconstructies juist veren heeft.4 Het blijkt daarmee niet altijd even gemakkelijk om een waarheidsgetrouwe reconstructie te maken. Wees daarom voorzichtig met reconstructies en zie ze vooral niet als feitelijke weergave.

Volgens Burgers’ Zoo stammen de vogels overigens wel van de dinosauriërs af. Er wordt op het bordje bij de oervogel Confuciusornis geschreven dat ‘deze oer-vogel een afstammeling is van de dino’s. De hedendaagse vogels zijn heel nauw verwant aan dino’s.’ Hierboven verwees ik al naar de studie van McLain et al. dat laat zien dat er sprake is van discontinuïteit tussen de dinogroepen en de vogelgroepen.5 Hier presenteert de dierentuin een naturalistische vooronderstelling als feit. Tegenover onze kinderen is dat misleidend. Overigens laat de reconstructie ook hier te wensen over. We zien als reconstructie een megavogel met een spanwijdte van meer dan twee meter en een hoogte van op zijn minst 1,5 meter. Terwijl de Confuciusornis in werkelijkheid een spanwijdte van rond de 1 meter had en niet meer dan 1 kilo woog. Is de reconstructie bewust zo gemaakt om het voor kinderen aannemelijker te maken dat vogels afstammen van dino’s?

Opgravingen in de woestijn

In deze tijdelijke tentoonstelling vinden we geen verwijzing naar de naturalistische miljoenen jaren. Wel worden kinderen indirect met het naturalistische wereldbeeld geconfronteerd. Op het bordje bij de Dimetrodon staat bijvoorbeeld dat dit beest leefde ‘voor de tijd van de dinosauriërs’. Met de huidige kennis was het beter te zeggen dat dit beest niet voorkwam in het leefgebied van de dinosauriërs of dat de resten van dit beest (nog) niet samen gevonden zijn met de resten van de dinosauriërs. Er wordt op de bordjes bij de dinosauriërs ook gesproken over ‘tijdperk’ met erachter bijvoorbeeld ‘Laat-Krijt’. Als je voor ‘tijdperk’ en ander woord in gedachten houdt zoals ‘leefgebied’ of ‘aardlaag’ is er niets aan de hand. Dat ligt anders in het woestijnecosysteem van Burgers’ Zoo. Daar vinden we, in de hoek van het gebouw, de opgraving van een schedel van een Tyrannosaurus rex in de Amerikaanse woestijn. Het bord bij deze opgraving luidt als volgt: “De dinosaurus Tyrannosaurus rex leefde 70-65 miljoen jaar geleden in het gebied dat vandaag het Westen van de Verenigde Staten is. (…) Nog veel ouder zijn de stukken van versteende boomstronken aan de andere kant van het pad. Ze zijn van naaldbomen die 250-200 miljoen jaar geleden in Noord-Arizona groeiden. (…)” Deze jaartallen worden sterk in twijfel getrokken door creationisten. Allereerst worden er in dinosauriërsbotten zacht weefsel en eiwitten gevonden die onmogelijk miljoenen jaren bewaard kunnen blijven.6 Ten tweede zijn radiometrische dateringsmethoden niet betrouwbaar als het gaat om absolute leeftijden.7 Door deze tekst worden onze kinderen (maar ook hun ouders en/of opvoeders) op en dwaalspoor gezet.

We moedigen kinderen aan deze dino’s, waar ook tentoongesteld, te bekijken en er veel over te lezen. Er ligt daarbij een taak voor de ouders om met de kinderen de feiten te scheiden van de naturalistische interpretatie. Dinosauriërs zijn indrukwekkende dieren. Hoofdstukken in Gods scheppingswerk. Daar mogen wij van genieten en onder de indruk van zijn.8 Naturalistische natuurfilosofie is echter schadelijk voor onze kinderen en zorgt ervoor dat verwondering kan omslaan in ongeloof.

Voetnoten

Zoogdier bijt zich vast in dinosaurus – Psittacosaurus was lekker maaltje voor Repenomamus

Het is al heel lang bekend dat zoogdieren samen leefden met dinosauriërs. Ooit werd gedacht dat deze zoogdieren niet groter waren dan een moderne spitsmuis. Dit is echter achterhaald. In 2005 werd er al een vondst gedaan van een zoogdier zo groot als een das met een jonge dinosaurus in zijn maag. Een nieuwe vondst uit China laat zien dat een dergelijk zoogdier ook gevaarlijk was voor volwassen dinosauriërs.1

Psittacosaurus lujiatunensis en Repenomamus robustus zijn verwikkeld in een dodelijke strijd. De inzetstukken tonen (van links naar rechts): de voorpoot van R. robustus houdt de onderkaak van P. lujiatunensis vast, R. robustus bijt zich vast in de onderarm van P. lujiatunensis en de achterpoot van R. robustus grijpt de achterpoot van P. lujiatunensis vast. Bron: Scientific Reports.

Zeldzaam bewijsmateriaal

Deze week werd de beschrijving van het fossiel gepubliceerd in Scientific Reports van Nature. De titel van de publicatie luidt: ‘An extraordinary fossil captures the struggle for existence during the Mesozoic’ geschreven door Chinese en Canadese wetenschappers. Het fossiel toont de strijd tussen een volwassen Psittacosaurus en het zoogdier Repenomamus. Het is een strijd tussen leven en dood. Uiteindelijk zijn de strijders samen begraven met vulkanisch materiaal (door een lahar, een modderstroom van vulkanisch materiaal) en zo bewaard gebleven. Dergelijk fossiel bewijsmateriaal is zeer zeldzaam. Het werpt daarom nieuw licht op het roofgedrag van de Repenomamus. Het fossiel is gevonden in de Lujitun Member van de Yixian Formation in China. De onderzoekers verwachten dat deze formatie nog meer fossielen zal bieden, waaruit interactie tussen zoogdieren en dinosauriërs of andere dieren zal blijken. Deze paper bevat nog veel meer interessante informatie, bijvoorbeeld over de plaats van Repenomamus in het voedselketen van dit dinoleefgebied.2

De vondst in het Nederlandse nieuws

Verschillende Nederlandse media berichten al over deze vondst. In deze twee alinea’s wat zij te zeggen hebben over de vondst (veelal overgenomen uit de paper zelf). Ze melden dat het fossiel in 2012 al is gevonden in de Chinese kustprovincie Liaoning. De beesten zijn gevonden in het onder Krijt (125 tot 105 miljoen naturalistische jaren geleden). Dit gebied wordt, ziende op de resten van vulkanische modderstromen, ‘het Pompeï van de dinosauriërs’ genoemd. Het fossiel kwam, vermoedelijk via de zwarte markt, in handen van paleontoloog dr. Gang Han. Dr. Han moest daarna eerst uitsluiten of dit fossiel niet gewoon een nepfossiel is. Immers een dinoaanvallend zoogdier ‘is te mooi om waar te zijn’. Het fossiel blijkt wel degelijk echt. Een genot voor paleontologen! Canadese onderzoeker dr. Jordan Mallon is ook blij verrast met de vondst. Tegenover de Amerikaanse nieuwszender CNN (via Nu.nl) geeft hij een beschrijving: ‘De twee dieren zijn samen in gevecht, intiem met elkaar verweven. Het is een van de eerste bewijsstukken die laten zien dat een zoogdier roofachtig gedrag vertoont tegenover een dinosaurus’. Mogelijk is de quote verkeerd weergegeven, maar er zijn meer aanwijzingen. Bijvoorbeeld de vondst uit 2005 waarbij Repenomamus gevonden is met een juveniele Psittacosaurus in zijn maagstreek. Deze moet toch eerst opgegeten zijn wil het beest in de maagstreek belanden. Het was in 2005 niet duidelijk of dit zoogdier ook joeg op dinosauriërs, hij zou zich immers ook tegoed gedaan kunnen hebben aan een karkas. Scientias verwoordt de quote meer genuanceerd. Hier wordt onderzoeker Mallon in de mond gelegd dat dit ‘een van de eerste directe bewijzen van roofdierachtig gedrag’ is. Hoe het ook zij, kleine plantenetende dino’s moesten niet alleen uitkijken voor roofdinosauriërs, maar ook voor de roofdieren onder de zoogdieren.

Omdat de skeletten nagenoeg compleet waren valt er veel uit deze vondst te halen. De dinosaurus ligt languit met zijn achterpoten gevouwen langs het lichaam. Het zoogdier zit bovenop zijn prooi met de tanden in de voorpoot. Het fossiel kent ook prachtige details (zie hierboven). Zo heeft het zoogdier met één poot de onderkaak vast. Dr. Mallon: “Het kan niet anders dan dat we hier met een actieve aanval te maken hebben, die ruw verstoord werd door de gevolgen van een vulkaanuitbarsting over modderstroom.” Zat Repenomamus niet boven op het karkas te knagen aan de dino? Nee, want de botten van de dinosaurus hebben geen tandafdrukken. De verstrengelde positie past ook meer bij een roofzuchtige aanval en een gevecht op leven en dood. Volgens Scientias is het niet vreemd dat kleinere roofdieren zich op grotere planteneters storten. Denk maar aan de veelvraat die schapen, of zelfs rendieren, aanvalt. Helaas kon dit vroegere zoogdier zijn maaltijd niet afmaken.3

Ten slotte

Deze vondst kan weer aan de groeiende lijst toegevoegd worden.4 Repenomamus wordt als een van de grootste zoogdieren van het dinoleefgebied gezien. Hoewel zijn rol in het verleden klein is geacht, blijkt nu dat hij een belangrijke plaats had in het voedselketen. Deze vondst zet dus ‘alles op z’n kop’ (in de woorden van dr. Mallon). Het is een van de zovele vondsten die laten zien dat zoogdieren rijk vertegenwoordigd waren in het dinoleefgebied, volop meededen én niet leefden in de schaduw van de dinosauriërs. Zoogdieren hadden een duidelijke positie in het voedselketen van eten en gegeten worden. Mooi om te zien dat nu zelfs de meest verstokte naturalist (of creationist) dit zal moeten erkennen. Overigens zijn deze Mesozoïsche zoogdieren niet alleen een uitdaging voor naturalisten, maar ook voor creationisten.5 Wanneer deze beesten in de creationistische tijdschaal omgekomen zijn, hangt af van het zondvloedmodel. Sommige creationisten beweren dat deze beesten tijdens de zondvloed omgekomen zijn, anderen zullen erop wijzen dat deze condities beter passen bij de turbulente tijd na de zondvloed.6 Hoe het ook zij: een prachtige vondst!

Voetnoten

De roofdinosaurus van Portugal – Reusachtige killer opgegraven in Zuid-Europa

Veel creationisten denken dat de dinosauriërs die we vinden in de aardlagen van het Trias, Jura en Krijt omgekomen zijn tijdens de zondvloed.1 Ds. K. Hoefnagel vat deze gedachte samen in de vraagrubriek van Bewaar het Pand, het blad van de gelijknamige stroming binnen de Christelijke Gereformeerde Kerken. Diverse basistypen dino’s kwamen volgens de predikant uit Gods scheppende hand. De meeste dino’s moeten vóór de zondvloed hebben geleefd. Ze hebben nog wel in de ark gezeten, maar nooit meer de omvang gehad van de beesten die voor de zondvloed hebben geleefd. Ziende op de talloze opgravingen kunnen we, volgens Hoefnagel, niet meer om het bestaan van de dino heen.2 Daar ben ik het van harte mee eens! Recent las ik in Wetenschap in Beeld een prachtig artikel over dino-opgravingen in Portugal. Hieronder een samenvatting daarvan.3

Het skelet van Torvosaurus tanneri, tentoongesteld in Museum of Ancient Life in Lehi (Utah). Bron: Wikipedia.

Iedere zomer doen paleontologen dino-opgravingen in de Lourinhã Formatie in Portugal. De formatie bevat gesteenten van het Boven-Jura tot het Onder-Krijt. Ooit wemelde Portugal van de dinosaurussen.4 Wetenschap in Beeld geeft drie voorbeelden van grote beesten die in het gebied leefden: (1) Supersaurus lourinhanensis (een langnekdinosaurus), (2) Miragaia longicollum (dit dier leek op een Stegosaurus met platen op zijn rug), en (3) Lourinhanosaurus antunesi (een grote vleesetende dinosaurus). Wetenschap in Beeld ging mee met een van de opgravingen en maakt daar een leuk verslag van.

Torvosaurus

In het gebied wordt ook een Allosaurus gevonden, een van de bekendere roofdino’s uit die tijd.5 Het skelet van dit beest is ook te vinden in het bekende Creation Museum.6 Maar uit opgravingen in de Lourinhã Formatie blijkt dat dit niet de grootste vleesetende dino is geweest. De paleontologen dr. Octávio Mateus en dr. Micael Marinho hebben een wervel gevonden die behoorde tot de grote Torvosaurus. Het lijkt erop dat dit daarmee de grootste vleeseter is die ooit op het Europese continent heeft rondgelopen. In de Verenigde Staten werd het beest eind jaren ’70 voor het eerst benoemd. Paleontologen dachten daarom dat de eerder gevonden resten van Torvosaurus in Portugal behoorde tot het Amerikaanse soort Torvosaurus tanneri. Na zorgvuldige analyse in 2013 bleek dat er toch verschillen waren tussen de schedels. Toen in 2020 in Duitsland een nieuwe variant opdook, waren onderzoekers ervan overtuigd dat het hier gaat om de Torvosaurus als Europees soort: Torvosaurus gurneyi.

Europese fossielen van de Torvosaurus zijn zeer zeldzaam. Hoewel fossielen zeldzaam zijn, hebben we genoeg fossielen om ongeveer te weten hoe het beest eruit zag. In 2006 vond men in Portugal een stuk bovenkaak. Uit deze bovenkaak blijkt dat de Portugeese Torvosaurus minder tanden had dan de Amerikaanse Torvosaurus. Deze tanden waren 10 centimeter lang. “Ze konden door spieren snijden, maar doordat ze smal waren, konden ze geen bot verbrijzelen zoals T. rex dat kon.” De armen waren langer en sterker dan die van een Tyrannosaurus rex en daardoor ook beter te gebruiken. “De gespierde armen hadden elk drie klauwen, waarmee het dier waarschijnlijk prooien vasthield. De kromme klauwen waren 12-13 centimeter lang.” De onderzoekers vonden in 2006 samen met de bovenkaak ook een staartwervel. Uit een reconstructie met deze staartwervel blijkt dat het beest 10 meter lang werd en zo’n vijf ton gewogen heeft. “Net als andere vleesetende dinosauriërs liep Torvosaurus met zijn rug en staart horizontaal.” Volgens onderzoekers joeg de Portugese Torvosaurus waarschijnlijk op grote dieren. Mogelijk zelfs sauropoden die ook in het leefgebied voorkwamen. Het beest leek op de Tyrannosaurus rex, maar was iets kleiner en had een minder krachtige beet als deze koning van de hagedissen.

Rivierdelta

Volgens onderzoekers was het leefgebied van deze Portugese Torvosaurus een uitgestrekte rivierdelta waar het wemelde van de dinosaurussen. “Varens en naaldbossen domineerden het gebied en het klimaat was mild en warm. Langs de rivieren en beken zorgden nat zand en modder ervoor dat zowel botten als voetafdrukken van allerlei soorten bewaard zijn gebleven.” Of dit correct is of berust op een naturalistische interpretatie en of dit ook anders geïnterpreteerd kan worden is mij niet bekend. Bij de opgravingen in de Lourinhã Formatie zijn, voor zover ik weet, geen creationistische geologen en/of paleontologen actief. Dat is wel een gemiste kans, want de Lourinhã Formatie is volgens geleerden één van de beste plaatsen in Europa om fossielen te zoeken. We kunnen op dit moment dus niet bestuderen óf de gedachte van ds. Hoefnagel, in navolging van veel creationistische paleontologen zoals Paul Garner (MSc.), het bij het juiste eind heeft, namelijk dat (veruit de meeste) dinobeesten omgekomen zijn tijdens de zondvloed. Óf dat drs. Hoogerduijn betere papieren kan laten zien door te beweren dat deze beesten ná de zondvloed zich hebben ontwikkeld en ook weer zijn uitgestorven. De schrijver van het artikel in Wetenschap in Beeld rekent in ieder geval niet met de zondvloed en meent dat de Portugese Torvosaurus gurneyi, als soort maar liefst 2 tot 3 miljoen jaar op aarde gejaagd heeft.

N.a.v.: Fock, O., 2023, Dit is de T. rex van Europa, Wetenschap in Beeld 2023 (5): 28-33.

Voetnoten

Onze voorouders zouden dinoplaatjes herkennen

Dit artikel is geschreven samen met Jan van Meerten.

Er is niets mis met dinoplaatjes sparen. Je kunt evengoed geloven dat de aarde nog maar een paar duizend jaar jong is.

Deze weken zijn veel kinderen druk in de weer met het verzamelen en ruilen van ‘dinoplaatjes’. Ze maken dankzij Albert Heijn (AH) kennis met diverse soorten dino’s. Groot feest voor de dinoliefhebbers én voor AH zelf natuurlijk. Geef AH eens ongelijk om dino’s als trekker te gebruiken. Het verzamelboek gaat uit van de gedachte dat de dino’s vele miljoenen jaren voor de mens leefden. Kinderen die bij de Bijbel opgroeien, en ouders zullen zich wellicht afvragen hoe dat zit. Er zijn argumenten die ervoor pleiten dat dino’s en mensen gelijktijdig hebben geleefd. Wereldwijd zijn er verhalen, tekeningen, beeldjes en inscripties over draken bekend. In het kasteel van Blois, Frankrijk, bevindt zich bijvoorbeeld een tapijt waarop een draak met jongen te zien is. Een van de drakenjongen komt, afgezien van de vleugels, goed overeen met de Maiasaurus of een andere Hadrosaurus-achtige, een zogenoemde ‘eendensnaveldino’. Hebben de makers van het tapijt (of hun voorouders) deze dieren zelf gezien? Dat is goed mogelijk, al zullen dergelijke afbeeldingen zijn aangevuld met mythische elementen. Zo zijn er talloze andere verhalen en detailtekeningen. Het is op basis hiervan niet onredelijk om te stellen dat mensen dino’s gezien hebben.

Koolstofdatering

Koolstof-14 (14C) is een radioactief element dat langzaam vervalt tot stikstof-14. Ongeveer elke 5730 jaar vervalt de helft van de 14C. Na vijftigduizend jaar is er te weinig over om te dateren en moeten er andere dateringsmethoden gebruikt worden. Dino’s zijn volgens de gangbare theorie 65 miljoen jaar geleden uitgestorven. Dinoresten zullen daarom in theorie geen 14C meer kunnen bevatten. Toch wordt er 14C gevonden in dinobotten. Dat is opmerkelijk. Daarnaast zijn in de overblijfselen van een Tyrannosaurus resten van rode bloedcellen en zacht weefsel aangetroffen en in de hoorn van een Triceratops recent lijkende botcellen. Het is onwaarschijnlijk dat zulke resten miljoenen jaren bewaard zouden kunnen blijven. Deze waarnemingen passen beter bij een tijdsrekening van een jonge aarde.

Behemoth

In de Bijbel zul je het woord ‘dinosaurus’ niet vinden. Dat woord is pas in 1841 bedacht. Diverse geleerden als de oudtestamenticus Mart-Jan Paul en wetenschapshistorica Adrienne Mayor zijn van mening dat vóór die tijd het woord ‘draken’ gebruikt werd. Zo ook in de Bijbel. Daarnaast wordt in Job 40 gesproken over de behemoth, waarvan de beschrijving aan een sauropode (een dino met een lange nek) doet denken. De standaardvertaling ‘nijlpaard’ of ‘olifant’ doet de tekst geweld aan. Dino’s en mensen hebben in dezelfde tijd geleefd; door het lezen van de Bijbel is deze conclusie onvermijdelijk. Dino’s zijn door God geschapen tot meerdere glorie van Hem. Er is daarom niets mis met het sparen van dinoplaatjes, mits je ze in Bijbelse context blijft zien.

Dit artikel is met toestemming van de auteurs overgenomen uit het Nederlands Dagblad. De volledige bronvermelding luidt: Meerten, J.W. van, Ree, N. van, 2016, Onze voorouders zouden dinoplaatjes herkennen, Nederlands Dagblad 72 (19.259): 12.

‘Fuzzy with a Chance of Feathers’ – Dr. Marcus Ross sprak in het gebied rond Chicago over geverderde dinosauriërs

Vanaf 7 januari tot en met 10 januari 2023 hield de Amerikaanse organisatie Midwest Creation Fellowship een tour met de paleontoloog dr. Marcus Ross in het gebied rond Chicago. Dr. Ross sprak in een drietal kerken over ‘Fuzzy with a Chance of Feathers‘. De lezing ging over het al dan niet bestaan van gevederde dinosauriërs. Een van deze meetings is opgenomen en terug te kijken. Met dank aan Midwest Creation Fellowship voor plaatsing van de video.

Kluitman brengt opnieuw neutraal dino-boekje uit voor beginnende lezers – Bespreking van ‘Dino is de weg kwijt’

Het is een verademing dat er christelijke of neutrale dinoboekjes voor kinderen uitgebracht worden. Vorig jaar gaf uitgeverij Kluitman opnieuw een neutraal1 kinderboekje uit. Zo kunnen beginnende lezers die houden van dino’s lezen toch lezen over hun favoriete onderwerp.

Gegevens

In de inleiding schreef ik ‘opnieuw’, want nog niet zo lang geleden bracht Kluitman in dezelfde serie ‘Ik houd van lezen’ ook een boekje uit met als titel: ‘De kleine dino gaat op pad’.2 In de zomer van 2021 was dit boekje al maar liefst 10.000 keer verkocht.3 Het tweede dinoboekje in deze serie, met de titel ‘Dino is de weg kwijt’, is geschreven door THiLO en geïllustreerd door Pascal Nöldner. Het betreft een vertaling van het Duitse boekje ‘Zwei Dinos wollen nach Hause’. ‘Dino is de weg kwijt’ is vertaald en bewerkt door Paulien Smeulders. De uitgever van het dinoboekje is Kluitman. Deze uitgeverij geeft vaker neutrale kinderboekjes uit.4 Het niveau van het boekje is AVI E3, hetzelfde niveau als het eerste dinoboekje.

Inhoud

Het boekje begint met een openingsplaat waarop verschillende dino’s staan. In de kantlijn staan wat dino’s die het kind kan opzoeken op de plaat. Helaas schaart de auteur zwemmende en vliegende reptielen ook onder de dino’s. Strikt genomen zijn dat echter geen dino’s, want dino’s zijn hoofdzakelijk landdieren.5 Het verhaal gaat over twee jonge dino’s (een jonge Triceratops ‘Saurus’ en een jonge Tyrannosaurus ‘Toppie’) die met elkaar spelen. Ze komen een dino-ei tegen en denken daarmee te kunnen voetballen. De moeder van het dino-ei, een Ankylosaurus, vindt dat geen goed idee en jaagt hen weg. Omdat moeder Ankylosaurus woest is, vluchten Saurus en Toppie zo ver weg dat ze verdwaald raken. Een jonge Ankylosaurus ‘Koko’ wil wel graag met het tweetal spelen, rent hen achterna en raakt ook verdwaald. Het drietal loopt een vulkaanhelling op om met behulp van het uitzicht te kijken waar hun ouders zijn. Uiteindelijk komt alles goed en is moeder Ankylosaurus weer aardig. Als de kleintjes haar eieren maar met rust laten. Om Saurus, Toppie en Koko toch te helpen slaat ze een stuk rots af en dan kunnen de kinderen toch nog voetballen. Een leuk verhaaltje voor een leerling uit groep 3. Tussendoor zijn nog twee zoekplaten te zien.

Tot slot

Het tweede dinoboekje van Kluitman is ook een leuk en leerzaam boekje geworden. Omdat Universele Gemeenschappelijke Afstamming en Deep Time ontbreekt, is het boekje ook geschikt voor kinderen van christelijke ouders. Van harte aanbevolen!

Deze bespreking is onderdeel van het project ‘Onderwijzen en opvoeden voor de toekomst – Leren over onze vroegste geschiedenis in 2022’. Dit opvoedings- en onderwijsproject is onderdeel van het jaarplan ‘Fundamentum 2022’. Het boek is hier opgenomen in de lijst van gelezen kinder- en jeugdboeken.

Voetnoten

Tweede trailer ‘Jurassic World: Dominion’

Vorige maand deelden we hier een trailer van de dino-film ‘Jurassic World: Dominion’ die binnenkort uitkomt.1 Op 28 april 2022 plaatsten Universal Pictures een tweede trailer op haar YouTube-kanaal. Hieronder delen we ook deze trailer.

Voetnoten

Trailer ‘Jurassic World: Dominion’

Afgelopen week dacht ik met de kinderen na over de vraag: ‘Wat als dinosauriërs nu nog steeds zouden leven?’ En dan bedoel ik niet, zoals naturalisten beweren, dat de huidige vogels zouden afstammen van een bepaalde groep dino’s. Uiteraard is dat laatste vanuit Bijbels oogpunt onjuist. Ik bedoel de schubachtige beesten die in het verleden op aarde rondstampten en waarvan we in sommige aardlagen nog resten van terug vinden. De makers van Jurassic Park en Jurassic World hebben zich daar ook mee bezig gehouden. Universal Pictures heeft aan het begin dit jaar de officiële trailer van Jurassic World: Dominion uitgebracht. Zelf ben ik niet zo van de speelfilms, maar voor degene die raakvlakken hebben met geologie en geschiedenis, maak ik een uitzondering. Deze films heb ik afgelopen tijd bestudeerd op accuraatheid en verwerking van geologie (of paleontologie). Ook de film Jurassic World waar dino’s met mensen leven wil ik aan een dergelijk onderzoek onderwerpen. De film komt op 10 juni 2022 uit en is geschikt voor kinderen vanaf 12 jaar (al zou ik persoonlijk die leeftijdsgrens wat naar omhoog bijstellen).

De trailer is via de onderstaande link te bekijken:
https://youtu.be/fb5ELWi-ekk

Neutraal kinderboek ‘De kleine dino gaat op pad’ al meer dan 10.000 keer verkocht

Voor ouders die christen zijn is het lastig om aan goede dinoboeken voor hun kinderen te komen. Vaak worden deze kinderboeken ingebed in een naturalistisch paradigma van miljoenen jaren geleden. Dit is in strijd met de Bijbelse geschiedenis. Daarom is het mooi dat er steeds meer christelijke of neutrale dinoboeken op de markt komen. Dino’s zijn namelijk prachtige schepsels van onze Schepper.

Vandaag heb ik het boekje ‘De kleine dino gaat op pad’ besproken op onze website.1 Dit is een boekje uit de populaire serie ‘Ik (hou van) lezen’. Een erg populaire serie verschenen bij Kluitman. De catalogus ‘Zomer 2021’ meldt dat er een tweede deel in de serie is uitgegeven. Een bespreking hiervan volgt op deze website. Dat het leesboek ‘De kleine dino gaat op pad’ in de smaak valt blijkt wel uit het aantal exemplaren dat er is verkocht. Kluitman meldt dat zij maar liefst 10.000 exemplaren van dit boekje verkocht. Dat is maar goed ook want christelijke en neutrale kinderboeken over dino’s zijn een zeldzaamheid en daarom hard nodig.

Deze bespreking is onderdeel van het project ‘Onderwijzen en opvoeden voor de toekomst – Leren over onze vroegste geschiedenis in 2022’. In de komende maanden zal dit project verder uitgekristalliseerd worden. Een dergelijk opvoedings- en onderwijsproject zal ook onderdeel zijn van het jaarplan ‘Fundamentum 2022-2023’.